NVM verwacht zeer matige prijsontwikkeling Vereniging Eigen Huis: stop de WOZ-taxaties Onnodige onrust over uitbetaling huursubsidie KORT KORT kort KOMT KORT kort Woensdag 31 juli 2002 Ook dit jaar kunnen huurders hun verhuurder aanmelden voor de verkiezing van beste en slechtste verhuurder van het jaar. De Woonbond houdt deze verkiezing om huurders in staat te stellen hun tevredenheid of ontevredenheid over een verhuurder kenbaar te maken. Alle huurders en huurdersorganisaties kunnen meedoen. Effect De gemiddelde koopwoning in Nederland is in het 2e kwartaal van 2002 met 2,0% in prijs ge stegen ten opzichte van het 1e kwartaal en komt daarmee op gemiddeld 205.000 euro. Een be perkte stijging en duidelijk minder dan de 3,2% waarmee de prijs in het 2e kwartaal van 2001 steeg. Cijfers tweede kwartaal Nu in het regeerakkoord is besloten tot af schaffing van de onroerende zaakbelasting (OZB) dringt de Vereniging Eigen Huis er bij de coalitiepartijen op aan om de lopende ronde van woningtaxaties met directe ingang te stoppen. Door berichten in de pers over 'het mislopen van huursubsidie voor de maand juli' is bij huurders onnodige onrust ontstaan. De betaling aan de huur-subsidieontvangers waarvan de volledige gegevens (huur-subsidieberichten) op tijd zijn binnengekomen (ruim 600.000) heeft op 2 juli plaatsgevonden. Voor de overige huursubsidie ontvangers (240.000) zijn de uitbetalingen op 16 juli de deur uitgegaan, zoals afgesproken is met de gemeenten en de verhuurders. Technische problemen met advertenties Gemeenten actief met waterbeleid aan de slag Symposium Vernieuwbare grondstoffen Fusies woningcorporaties aan regels gebonden HUREN in Midden Zeeland Bepaal dan uw (advertentie) Nieuwe opzet verkiezing beste en slechtste verhuurders De verwachting is dag het aan tal aanmeldingen hoger lig gend dan voorgaande jaren, omdat er geen uitgebreide vra genlijsten meer hoeven te wor den ingevuld. Een huurder of huurdersorganisatie die zijn verhuurder wil aanmelden, kan volstaan met het aanleveren van drie steekhoudende argu menten. Het verkiezings karakter krijgt daarmee nog meer inhoud. Ook de verhuur der die het op één terrein heel goed of heel slecht doet kan daardoor in de prijzen vallen. De slechtste verhuurder ont vangt een zwarte bokaal en de beste verhuurder een zilveren beker. De zwarte bokaal wordt gevreesd, de zilveren beker ui teraard begeerd. En dat is niet voor niets, want de prijs uitreiking gaat met veel publi citeit gepaard. De goede naam van de verhuurder is daarmee in het geding. De ervaring van de afgelopen jaren leert dat daardoor alleen al de verhuur der die de zwarte bokaal krijgt, probeert om zich te verbeteren. Men wil de prijs zeker geen tweemaal ontvangen. Hoe be langrijk het is om aandacht te geven aan verhuurders die het goed doen, blijkt eruit dat ver huurders die de prijs gewonnen hebben, proberen het nog be ter te doen. De prijzen worden uitgereikt in twee categorien, die van woningcorporaties en die van particuliere verhuurders. Dit onderscheid wordt gemaakt omdat woningcorporaties ook een sociale doelstelling heb ben. Zo is het de wettelijke taak van woningcorporaties om mensen met een laag inkomen betaalbaarte huisvesten. Parti culiere verhuurders hebben deze verplichting nieten kijken doorgaans meer naar rendementsdoelstellingen. De prijzen worden toegekend door een onafhankelijke jury, met deskundige leden. Om de jury haar werk goed te kunnen laten doen, worden de aan meldingen uitgebreid gecon troleerd en van achtergrondin formatie voorzien door Woon bondconsulenten. Een huurder of huurders organisatie die zijn verhuurder wil aanmelden moet drie steek houdende argumenten geven op grond waarvan de verhuur der de prijs voor beste of slecht ste verhuurder zou moeten krij gen. Aanmeldingsformulieren zijn verkrijgbaar via de Woon bond, tel. 020-5517700. Huurders bepalen wie het predikaat beste of slechtste verhuurder krijgt. Algemeen voorzitter Oscar Smit: „Het aantal transacties en het woningaanbod nemen toe. De tijd dat woningen te koop staan, neemt af. Anders dan begin van het jaar gaan ook duurdere woningen vlot van de hand. Dit is het beeld van een actieve markt dat past bij het 2e kwartaal van het jaar. De NVM verwacht voor het komende kwartaal een stabilisatie van het prijsniveau vanwege onder meer de daling van het consumentenvertrouwen en de geringe economische groei." De prijsstijging van inmiddels 3,8% in het 1e halfjaar staat haaks op de recente voorspel ling van Pricewaterhouse Coopers (European Economie Outlook, mei 2002) van een in houdende markt en een prijs daling van 0,75 over heel 2002. Het beeld dat Pricewaterhouse Coopers schetst, is naar de overtuiging van de NVM veel te negatief. De voornaamste oorzaak daarvoor is dat PwC in haar reken modellen uitgaat van het inko men per persoon als graadme ter voor de betaalbaarheid van de gemiddelde woning. Voor een juiste inschatting van de betaalbaarheid moet men uit gaan van het 'huishoudens inkomen'. Door het grote aan tal tweeverdieners ligt dit be duidend hoger. In het betaalbaarheidspercen tage van de NVM wordt reke ning gehouden met het verschil tussen starters, doorstromers en een- en tweeverdieners. Het percentage geeft aan hoe het huishoudensinkomen zich ver- houdttot het norminkomen dat nodig is om de woonlasten van de gemiddelde koopwoning te kunnen betalen. Het gemid delde eenverdienersinkomen is duidelijk niet voldoende om een gemiddelde koopwoning van 205.000,- te kunnen be kostigen. Het gemiddelde tweeverdienershuishouden kan een gemiddelde woning nog altijd goed betalen. De betaalbaarheid van de gemid delde koopwoning is in het 2e kwartaal licht gedaald. De oor zaak daarvoor is de prijsstijging van 2%. De andere factoren in de berekening van het betaalbaarheidpercentage - rente en inkomen - bleven na genoeg gelijk. Het PwC-model gaat verder volkomen voorbij aan het gege ven dat een nationale woning markt niet bestaat en vraag en aanbod op regionaal niveau tot elkaar komen. Woning voorraad, woningaanbod, vraag en dus ook de prijs en de prijsontwikkeling verschillen binnen Nederland ingrijpend van regio tot regio. Een factor die van groot belang is voor de ontwikkeling van de prijzen in Nederland is de nieuwbouw. Zolang deze in aantallen en kwaliteit niet past bij de vraag in de verschillende regio's blijft er sprake van een opwaartse druk op de prijzen. De prijs van de gemiddelde wo ning stijgt met 2%, de prijsstij ging van de duurdere woningen (25% duurste woningen van elk woningtype) blijft daar anders dan in het 1e kwartaal niet op achter. Uiteraard hebben we ook hier te maken met regionale ver schillen zoals bijvoorbeeld in de regio's Gooi en Haaglanden. Ook de duurdere woningen gaan vlot van de hand. De tijd dat wonin gen te koop staan is in het 2e kwartaal met 12% gedaald tot 57 dagen, nadat deze in het 1e kwar taal nog steeg met 18%. De prijs per m2 woonoppervlak steeg in het 2e kwartaal met 2,5%, een half procentpunt meer dan de prijsstijging van de gemiddelde woning. Het totale geldsvolume gemoeid met de verkoop van woningen is in het 2e kwartaal gestegen met 9%. De stijging van het geldsvolume in het 2e kwar taal wordt veroorzaakt door het hogere aantal transacties en de prijsstijging. (bron: NVM) Momenteel zijn gemeenten al volop bezig met de nieuwe taxaties in het ka der van de wet WOZ en de daarvan afgeleide OZB- aanslagen voor 2005. Nu deze niet meer nodig zijn voor de OZB, kan het geld verslindende proces van taxeren beter meteen wor den stopgezet, meent Ei gen Huis. Dat levert een besparing op van naar schatting ruim 100 miljoen euro per jaar. De Vereniging Eigen Huis vindt dat deze besparing moet worden ingezet om di rect de OZB te verlagen. De vereniging stelt voor de an dere belastingen die zijn ge koppeld aan de waarde van de eigen woning (eigen- woningforfait en water schapslasten) te bepalen op grond van een veel eenvou diger en goedkoper sys teem, zoals bijvoorbeeld een systeem van waarde klassen. Het direct stopzetten van het huidige systeem van waardebepaling beschouwt de vereniging als lakmoes proef voor de bereidheid van de nieuwe regering om in 2005 de OZB ook daadwerkelijk af te schaf fen. De taxaties op grond van de Wet Onroerende Zaakbelasting (WOZ) zijn reeds lang omstreden. Iedere vier jaar levert het gemeentelijk apparaat een enorme inspanning om alle taxaties rond te krij gen, de waardebeschik- kingen op tijd te versturen en de daarop volgende vloed van bezwaarschrif ten af te handelen. Naar aanleiding van de laatste taxatieronde zijn door eigenwoningbezitters tot op heden ruim 510.000 bezwaarschriften inge diend. Vervolgens worden de belastingrechters bij de Gerechtshoven overspoeld door een grote hoeveel heid beroepschriften. (bron: Eigen Huis). Omdat VROM van een aantal huursubsidieontvangers name lijk niet altijd over alle gegevens beschikt, kan pas na ontvangst van nadere gegevens het subsidiebedrag voor deze groep worden berekend. In het kader van de modernisering van de uitvoering van de huur subsidie is de afgelopen jaren in drie fasen een nieuwe werk wijze ingevoerd. De wijzigingen die thans worden doorgevoerd hebben betrekking op alle huursubsidieontvangers. De ontstane onrust komt voort uit gewenning van zowel huurders als verhuurders aan de nieuwe werkwijze. De verhuurders, zo als woningcorporaties, hebben bericht ontvangen welke huur ders (van wie alle gegevens bekend zijn) de huursubsidie via huurverlaging willen ont vangen. Verhuurders worden echter wel geconfronteerd met het ontbreken van opgaven van huurders van wie de volledige gegevens niet bekend zijn. Zij weten in een aantal gevallen dan niet welk bedrag zij aan huur moeten rekenen. Omdat de meeste verhuurders de in ning van de huur voor de maand juli reeds hadden uitge voerd, kunnen huurders gecon fronteerd zijn met het totale huurbedrag. Het hierdoor mis gelopen subsidiebedrag wordt later verrekend. Wekelijks wor den de verhuurders op de hoogte gesteld van reeds ver werkte opgaven met de daarbij behorende subsidiebedragen. Helaas zijn de advertenties in de Woningkrant van 17 juli wegens een technisch probleem niet juist geplaatst. Uiteraard bieden wij de lezers van de Woningkrant hierbij onze excuses voor het ongemak aan. Wegener Midden-Zeeland. W. Deetman, voorzitter van de Vereniging van Nederlandse Ge meenten (VNG), heeft het rapport 'Gemeenten geven water een plaats', inclusief het VNG actieprogramma 'Water' aangeboden aan demissionair staatssecretaris M. de Vries van Verkeer en Wa terstaat. Water is een belangrijk beleidsterrein dat vraagt om sector overstijgende en brede bestuurlijke aandacht. Veel gemeenten zijn al actief aan de slag om water een plaats te geven in de organisa tie. De komende jaren zal de ontwikkeling van het waterbeleid een nog grotere rol gaan spelen. Gemeenten spelen een belang rijke rol bij ruimtelijke ontwikkelingen, waarbij water een onmis baar element vormt. De VNG wil haar leden adviseren bij de uit voering van gemeentelijke watertaken. In het rapport geeft de VNG een visie op de positie van gemeenten bij het waterbeleid. In het actieprogramma wordt aangegeven hoe de VNG de komende ja ren invulling wil geven aan het beleidsterrein water. In het rap port en het actieprogramma komen diverse onderwerpen aan de orde waar gemeenten de komende jaren mee te maken krijgen. Zo vindt de VNG het van belang, dat gemeenten betrokken wor den bij deelstroomgebiedvisies, die de provincies momenteel voorbereiden. Het bergen van water heeft directe consequenties voor de keuzemogelijkheden van gemeenten bij de ruimtelijke inrichting. Ook worden gemeenten in toenemende mate gecon fronteerd met grondwaterproblemen. Als gevolg van te hoge of te lage waterstanden kan schade ontstaan, waar de burger direct last van heeft. Verder is het onderhouden van stedelijke water bodems een onderwerp waar veel gemeenten mee te maken heb ben. De bestuurlijke organisatie en financieringsvraagstukken komen tevens aan de orde. Gemeenten staan dus voor de op gave waterbeleid de komende jaren nog verder in te bedden. Maar gemeenten staan er niet alleen voor. Samen met het Rijk, provin cies en waterschappen zal de komende jaren gewerkt worden aan het anders omgaan met water. Het gebruik van vernieuwbare grondstoffen in de bouw, zoals hout en stro, kan de milieubelasting door de bouwsector drastisch ver lagen. Bovendien raken de voorraden van sommige veel toege paste bouwstoffen gewoonweg op: er zijn dus alternatieven no-, dig. Vernieuwbare grondstoffen zijn regeneerbaar, dat wil zeggen dat ze blijven 'aangroeien' en de bronnen niet uitgeput raken. Bo vendien zijn de materialen goed te hergebruiken of te recyclen. Samen levert dat dus grote voordelen op. Wat is de praktische toepasbaarheid van vernieuwbare grondstoffen en wat is het be leid van het nieuwe kabinet op dit gebied? Daarover gaat een symposium op 20 september op het terrein van De Floriade. Het symposium Vernieuwbare Grondstoffen zal plaatsvinden in de Rabobank Conference Hall op het Floriadeterrein, dat geheel is opgetrokken uit materialen die herbruikbaar zijn of gemakkelijk opnieuw te verwerken, zoals leem en hout. Tijdens het sympo sium is er speciale aandacht voor dit gebouw, dat na afloop van de Floriade volledig gerecycled kan worden. Centraal staat de vraag in hoeverre vernieuwbare grondstoffen toepasbaar zijn in gebouwen, in funderingen, dragende construc tie en afwerking, en wat de voor- en nadelen zijn van toepassing op grotere schaal in utiliteits- en woningbouw. Er wordt nader ingegaan op de nu nog veelal onbekende brede toepassingsmoge lijkheden van vernieuwbare bouwmaterialen, maar ook op juridi sche, beleidsmatige en financiële problemen daarbij. Tijdens het symposium wordt gezocht naar oplossingsrichtingen ten aanzien van beleid en van de marketing van deze producten. Verder wor den waarschijnlijk twee prijsvragen rond dit onderwerp gepre senteerd. De afgelopen jaren is veel bereikt bij het energiezuiniger maken van nieuwe woningen en de recycling van bouw- en sloopafval. Algemeen wordt erkend dat het hierbij gaat om breed gedragen maar kleine stapjes richting duurzaamheid. Om de milieubelasting als gevolg van het bouwen en wonen substantieel terug te drin gen, zijn echter ingrijpender maatregelen nodig. Naast hergebruik van gebouwen en materialen is het vervangen van eindige grond stoffen door vernieuwbare grondstoffen een troefkaart om de milieubelasting met een factor 4 (of zelfs meer) terug te dringen. Staatssecretaris Remkes (VROM) heeft regels en criteria opge steld waaraan hij voorgenomen fusies van woningcorporaties zal toetsen. Hierdoor wordt het duidelijk wanneer fusies "in het be lang van de volkshuisvesting" zijn en dus door de staatssecreta ris kunnen worden geaccepteerd. Hij heeft een en ander vastge legd in een brief (MG-circulaire 2002-18) aan de gemeenten en corporaties. In de Nota Mensen Wensen Wonen staat dat fusies van corporaties nooit een doel op zich kunnen zijn. Corporaties moeten aantonen dat een fusie in het belang is van het wonen, dat de lokale binding behouden blijft en dat de fusie efficiency- voordelen oplevert die de (toekomstige) huurders ten goede ko men. Ook de betrokkenheid van huurders en hun organisaties is van groot belang bij fusieprocessen. Vooraf moeten met de huur ders afspraken worden gemaakt over de eventuele gevolgen. In het akkoord tussen de bij het wonen betrokken partijen - het Na tionaal Akkoord Wonen (juli 2001) -, was al opgenomen, dat de regelgeving voor fusies zal worden aangescherpt. AEDES vereni ging van woningcorporaties, de VNG en de Woonbond zouden op grond van datzelfde akkoord snel een gedragslijn voor de lo kale inbedding van dergelijke fusies ontwikkelen. Omdat deze gedragslijn nog steeds niet gereed is en nieuwe regelgeving voor corporaties via de invoering van een nieuwe Woonwet nog wel enige tijd zal vergen, heeft Remkes besloten vooruitlopend daarop zelf regels en criteria voor fusies in een MG-circulaire vast te leg gen. In de huidige regelgeving voor woningcorporaties staat dat een fusie mag plaatsvinden als deze in "het belang van de volkshuis vesting" is. De staatssecretaris heeft nu de criteria benoemd waar aan nader wordt getoetst of een fusie 'aan de volkshuisvesting bijdraagt'. Bij de beoordeling zal gekeken worden naar: de gevol gen voor de huurontwikkeling; het behoud van de lokale bin ding door bijvoorbeeld de aanwezigheid van een lokaal aanspreek punt; de inzet van investeringscapaciteit voor de lokale of regio nale behoeften; de verbetering van de professionaliteit en dienst verlening en de bereidheid van de fusiepartners elkaar of andere corporaties financieel bij te staan om de opgaven voor het wonen te kunnen uitvoeren. Daarnaast zal worden geregeld, dat corporaties plannen om een substantieel aantal huurwoningen aan andere corporaties te ver kopen aan de staatssecretaris moeten voorleggen. Dit is vooral bedoeld om feitelijke fusies via verkoop van (grote) delen van het bezit van de ene corporatie aan de andere te voorkomen. De staats secretaris adviseert corporaties verder om bij fusies om tijd te besparen eerst de mening te vragen van de betrokken huurders(organisaties). Daarnaast is het verstandig dat ook de corporaties zélf de zienswijze vragen van de betrokken gemeen ten. Als er sprake is van negatieve adviezen, kunnen de corpora ties daarop een onderbouwde reactie geven, voordat zij de plan nen om te fuseren ter goedkeuring aan de staatssecretaris voor leggen. Als de betrokken corporaties geen advies aan gemeente(n) en huurders(organisaties) hebben gevraagd, dan zal de staatsse cretaris dit zelf doen. Eventuele negatieve adviezen zal de bewinds man aan de corporaties voorleggen met het verzoek daar binnen 10 dagen op te reageren. http://zeeland.woonkeuze.nl

Krantenbank Zeeland

de Faam | 2002 | | pagina 19