Scheepswerf in oorlog
vaak doelwit voor
RAF bommenwerpers
Doodsbang was ik,
elke keer
"w "Tlissingen boekte tijdens de Tweede Wereldoorlog
met meer dan 800 incidenten het trieste record de
zwaarst gebombardeerde stad van het land te zijn
geweest. Daarbij kwamen totaal 343 burgers om het le
ven. In een aantal gevallen vormde de scheepswerf het
doelwit. Een tegen een muur van de Machinefabriek opge
trokken herdenkingsteken herinnert aan de 88 Schelde-
werknemers die het slachtoffer werden van het oorlogsge
weld.
Burgers
Buiten schot
In de zeer lezenswaardige, bij het ADZ in Vlissingen
uitgegeven boek waarin E.J. Weterings verhalen van
oud-medewerkers van De Schelde vastlegde, gaat een
passage over de oorlogherinneringen. De auteur tekende
de indrukken op uit de mond van Truus van Rijssel, van
1943 tot 1986 bibliothecaresse bij de onderneming.
Koninklijk Jubileum
11
Het was in de oorlogsjaren vaak erg
druk boven Zeeland. De aanvliegrou
te van Britse Royal Air Foree toestel
len naar doelen in Duitsland voerde
over de provincie. In een aantal ge
vallen was de bommenlast voor loka-
ties in Nederland bestemd. Daarbij
ging de aandacht met name uit naar
havens- en havenfaciliteiten en naar
industriële bedrijven waarvan be
kend was of werd vermoed dat ze
een rol speelden in de Duitse oor
logsindustrie. Daar viel de al op 18
mei 1940 door de Duitsers bezette
Scheldewerf ook onder. Ter bescher
ming van de arbeiders werden op het
bedrijfsterrein zeven schuilkelders
gebouwd.
De Nederlandse regering en de geal
lieerde autoriteien hadden met el
kaar afgesproken dat Nederlandse
burgers bij luchtaanvallen zoveel mo
gelijk zouden worden ontzien. Daar
om moesten de te bombarderen doe
len met zorg worden uitgekozen.
Door de ligging van de door een ste
delijke bebouwing omgeven Schelde
werf was het echter bijna onvermij
delijk dat er burgerslachtoffers zou
den vallen. Luchtalarm ter waarschu
wing dat er vliegtuigen in aantocht
waren, zorgde in Vlissingen voortdu
rend voor angstige momenten. Jaar
lijks joegen de sirenes de bevolking
vele keren de stuipen op het lijf. In
1943 gingen de sirenes wel honderd-
zevenennegentig keer.
Het bestoken van de Scheldewerf
nam al op 10 mei 1940 een aanvang
toen het Duitse leger en luchtmacht
Nederland binnenvielen en de eerste
brandbommen bij de timmerfabriek
terecht kwamen. Vier dagen later
werd het hoofdkantoor getroffen en
tijdelijk overgebracht naar Der Boede
bij Koudekerke. Op 17 mei blies een
vernietigingscommando van de En-
gelse marine de in aanbouw zijnde
torpedobootjager 'Philips van Almon-
de' op. waarbij ook de werfkrancn
met hei exploderen van springladin
gen onbruikbaar werden gemaakt.
Op 20 september 1940 werd bij een
hevig bombardement de modelmake
rij verwoest. Het werk ging door in
Het Arsenaal.
Bij een zware bomaanval op 1 augus
tus 1942 kwamen er opnieuw bom
men op de werf terecht. In 'kroniek
van een luchtoorlog" meldt Gerrit J.
Zwanenburg dat tenminste één bom
op een schip in aanbouw was geval
len en een scheepsbouwhal en de
machinewerkplaats was beschadigd.
Na deze gebeurtenis besloten de be
zetters de bouw van vliegtuigonder
delen te decentraliseren en over te
brengen naar minder kwetsbare
plaatsen.
Toen twaalf Bostons het op 21 en 25
januari 1943 gemunt hadden op het
Scheldeterrein ontstond er betrekke
lijk weinig schade. De meeste bom
men kwamen in het water of in het
open land terecht. Alleen de houtza
gerij werd getroffen.
Bij de aanval op 31 mei van dat jaar
werden onderdelen van de werf ge
raakt, plus enkele schepen waaron
der twee Duitse mijnenvegers die ter
reparatie aan de kade lagen. Één van
de bommen kwam terecht tussen
twee PSD veerboten die al vanaf au
gustus 1940 voor herstel op de werf
lagen. Bij dat bombardement werd
ook een van de schuilkelders getrof
fen, waarbij enkele gewonden vielen.
De schuilkelders waren bedoeld om
de mensen zo snel mogelijk na het
sein-veilig weer aan het werk te krij
gen. Dat pakte vooral na die 31e mei
anders uit.
Gijs van der Ham in deel II van de
Zeeuwse oorlogsgeschiedschrijving:
'De schrik zat er zo in dat reeds bij
het vooralarm de werkplek werd ver
laten Volgens officiële berekeningen
gingen in 1943 in alle afdelingen van
het bedrijf bij elkaar 459-169 man
uren verloren. Per man was dat twee
weken werk'.
De hal waar de vliegtuigvleugels wer
den gemaakt bleef bij de luchtaanval
op 31 mei buiten schot. Wel sloeg op
een afstand van slechts 35 meter van
af die plek een bom in bij wasserij
De Volharding waar veel kleding voor
de Wehrmacht werd gewassen. Bij die
luchtaanval kwamen negen meisjes
om.Twee in latere maanden specifiek
op de afdeling vliegtuigbouw gerich
te bombardementen leidden uitein
delijk tot het treffen van de montage
hal van vleugels voor Duitse Dornier-
toestellen. De schade was zo aanzien
lijk dat De Schelde van de dodenlijst
werd geschrapt
In 1946 werd voor de gevallenen van
het bedrijf een monument opgericht.
'Het was een treffend moment toen
vijf kinderen van slachtoffers het mo
nument onthulden' schreef de krant
daags daarna Op de gedenkplaat
staat de tekst: aan hen die stierven
door des vijands hand, door '1 vuur
van uit de lucht terneer geslagen, in
ballingschap verkwijnd ver van hun
land, aan hen die nimmer de bevrij
ding zagen'
Zij vertelt hen- de werknemers bij
een luchtalarm vaak als één man
naar een schuilkelder stoven aan de
Kanaaldijk. 'Soms waren het alleen
overtrekkende vliegtuigen die elders
hun vrachtje gingen lossen.
Naast het gewone alarm had je ook
het Elakalarnv Dat was voor beman
ningen van Duitse kanonnen be
stemd'.
'Als bommen waren gevallen rende
ik altijd direct naar het huis van
mijn ouders in de Lambrechtsen-
straat om te kijken of daar alles goed
was. Wat een angst en ellende was
dat. Doodsbang was ik. elke keer'
Het relaas van Tmus van Rijssel ver
meldt ook het verhaal over die zon
dagavond toen 'onze' schuilkelder in
puin werd gegooid. Dat had vele do
den lot gevolg.
'Daarna zochten we ons heil in een
Duitse bunker aan de andere kant
van het kanaal. Die bunker staat er
nog. Er staat tegenwoordig een huis
op'.
Een voor de werf bedoeld bombardement
teisterde Wasserij De Volharding.
De veerboot Oosiersep^jgf^werd in 1943 op bef Scbelde-
_~7 ^^^rrein doormidden gebombardeerd.