"Flanellen hemden tegen de Zeeuwse Koorts" Familieavond Ons Boeregoed Twintig eeuwen Zeeuwen en hun armen en zieken In de 19e eeuw Zeeuwse koorts Malariamuggen Drukte in de bedstee... Operaties Kwakzalvers De Boldootkar In Nederland loopt u gelukkig geen gevaar als u lid wilt worden van Amnesty International. U wordt niet vervolgd als u zich wilt inzetten voor de mensenrech ten. Het is uw goed recht. Toch zijn er landen waar die rechten niet zo vanzelfsprekend zijn. Landen waar het er op lijkt dat mensen helemaal geen rech ten hebben. Mensenrechten gelden altijd, overal en voor iedereen. Alle VN- lidstaten hebben dit nog eens be vestigd op de Wereldconferentie Mensenrechten in Wenen. Amnesty International houdt hen aan hun uitspraken. Elke dag wee Help ons. Vul de bon in. Word lid. Woensdag 4 maart 1998 FAAM/VLISSINGER 21 (Van een onzer redacteuren) GOES.- We mogen gerust, zeggen dat Zeeland anno 1998 'n gezonde provincie is. Duitse toeristen we ten dat al lang. Bij nacht en ontij zijn ze onderweg hierheen om "frische Luft" op te doen. Dat is an ders geweest. Omstreeks 1850 was de gemiddelde leeftijd van Zeeuwse mannen 26 jaar, van vrouwen 29. En in een reisboek uit begin vorige eeuw kun nen we lezen dat bezoekers van Zeeland maar be ter flanellen hemden konden dragen om zich te wapenen tegen de Zeeuwse koorts. Dit staat te lezen in de jongste aflevering van "Ach lieve tijd". Daarin wordt uitvoerig stilge staan bij de gezondheids zorg in Zeeland in de afge lopen eeuwen. De titel van de uitgave luidt dan ook: "Twintig eeuwen Zeeuwen en hun armen en zieken". De lage gemiddelde leeftijd kwam vooral door de hoge kindersterfte. Eenderde van de midden vorige eeuw gebo ren kinderen werd nog geen jaar oud. Die kindersterfte was dan weer gevolg van de er barmelijke leefomstandighe den. Van alles en nog wat werd in de binnenhavens ge loosd: uitwerpselen, visafval en andere minder frisse za ken. Dat gaf een enorme stank. Open riolen dus en die zorgden voor een bedorven lucht. Maar ook binnenshuis waren de omstandigheden vaak allesbehalve fris. Het stonk bijvoorbeeld ook in zie kenhuizen. Daar bleven de ra men in die tijd potdicht. Want men ging ervan uit dat een ziekte eerst moest worden uit gebroeid door vooral goed te transpireren. Zeeland had begin vorige eeuw op gebied van gezond heid een kwalijke reputatie. We kunnen bijvoorbeeld lezen dat in het jaar 1809 een En gels leger op Zeeuwse bodem probeerde de Fransen te ver drijven. Maar liefst 4175 En gelse soldaten sneuvelden niet op het slagveld, maar stierven aan de zogenoemde "Zeeuwse koortsen". Het bij na 40.000 soldaten sterke le ger lag voor zeventig procent door koorts geveld in de Zeeuwse ziekenhuizen. Engel se schrijvers konden zich in die jaren niet voorstellen dat de Zeeuwse bevolking zelf ge zond was. Zij noemden het bestaan van onze ingezetenen "een con stante ziekte". Zoals gezegd werden reizigers die 170 jaar geleden naar Zeeland kwa men, aangeraden flanellen hemden te dragen. Ook werd de reiziger aanbevolen niet te veel alcohol te drinken. Want dat bevorderde de kans om door de Zeeuwse koorts te worden geveld. Zwaar roken daarentegen was prima. Want dat verlaagde, volgens de boodschappers uit die tijd, de kans op de koorts. Men heeft zich vorige eeuw vaak afgevraagd waar de Zeeuwse koorts vandaan kwam. De heren doktoren in onze provincie waren daar over nogal verdeeld. De een schreef de ziekte toe aan de bodem, de ander aan de lucht en weer een ander aan de wisselwerking van beide. In 1868 - goed 125 jaar geleden dus - vond men een ant woord. In dat jaar werd de malaria mug als boosdoener van alle ellende ontdekt. Die kwam voor in veel grachtenwater en zal dus ook in Goes wel de no dige slachtoffers hebben ge had. In Middelburg teisterden de muggen vooral de Heren gracht en de Volderijlaagte. De malariamuggen hebben overigens in Zeeland lang stand kunnen houden. Pas in 1944, toen Walcheren onder water werd gezet, verdwenen de muggen definitief. Ze kon den namelijk in het zoute wa ter niet leven. De gezondszorg heeft in Zee land zijn nodige ups en downs gekerrd. De eerste ziekenhui zen in onze provincie werden gesticht in de dertiende eeuw. Het ging in veel gevallen om gasthuizen, waar ook andere hulpbehoevenden terecht konden: armen en ouderen. Voor zwervers was er binnen zo'n gasthuis, waarvan er al vroeg ook een in Goes was te vinden, een aparte afdeling. Zieken lagen in die tijd vaak met twee of drie tegelijk in de zelfde bedstede. Overigens werden mannen en vrouwen wel gescheiden gehouden. Dat kon ook moeilijk anders, want de meeste zieken had den niets aan. Ze droegen alleen een slaap muts. Ziek was ziek. Dat bete kende dat iemand met dysen terie zonder problemen in de zelfde bedstee werd gelegd als iemand met zweren of met een hartgebrek. Een hartziekte werd in die tijd aangeduid als "zinking".In ieder geval liep een ernstig zieke goeie kans om nog zieker te worden van wege 't gevaar van besmet ting. In het algemeen lagen al leen de armste mensen in het gasthuis. Als je wat geld had huurde je iemand in om je te laten verzorgen, of de familie werd ingeschakeld. De gasthuizen uit de middel eeuwen groeiden in de zes tiende en zeventiende eeuw uit tot gespecialiseerde zie ken- en verpleeghuizen. Ook in onze contreien. Armen kre gen apart onderdak. Wezen kregen een eigen huis en ook oude mannen en vrouwen. In die periode kwam de zieken zorg in handen van chirurgijns en van aan de universiteit op geleide doktoren. De chirur gijns waren mannen van de praktijk. Velen waren tegelij kertijd barbier. Ze sneden dus: de ene dag haren, de andere dag in wonden. Wie bij het gilde van chirurgijnen wilde worden toegelaten, moest een flink examen afleggen. Hij moest drie operaties uitvoe ren: een schedellichting, ge compliceerde botbreuken goed behandelen en een am putatie doen. Die operaties waren voor de patiënt 'n pijn lijke zaak. Alcohol en opium moesten de pijn verzachten. Narcose was onbekend. De chirurg sneed in 't algemeen snel, maar dat had weer tot gevolg dat-ie er wel eens naast zat, zo lezen we. Diezelfde chirurgijns hadden nogal wat concurrentie van kwakzalvers. De kwakzalvers reisden in de zeventiende en achttiende eeuw door Zee land. Ze droegen vaak de meest exotische kledij om de bevol king te imponeren. Ze vertel den de goedgelovigen in stad en dorp dat ze in verre landen en steden hadden gestudeerd en klopten dus vaak met de nodige onzin veel geld uit de zak. De patiënt werd er meest al nóg beroerder van. De chri- rurgijns hadden in die tijden echter een tactiek bedacht om de kwakzalvers te ontmaske ren. Sommige van de kwak zalvers deden de ronde als piskijker. Ze konden zoge naamd aan iemands urine zien aan welke kwaal hij leed. Af en toe werd een piskijker publiekelijk flink op zijn num mer gezet door hem dierlijke inplaats van menselijke urine voor te zetten zonder dat hij dat in de gaten had. Die urine werd dan met veel vertoon onderzocht en de piskijker kwam steevast met de meest wonderbaarlijke kwalen aan zetten. Met hun verhaal vielen die piskijkers dan aardig door de mand. 'n Water-val zou je kunnen zeggen. Een belangrijke bijdrage tot verbetering van de volksge zondheid was de aanleg van waterleiding. Vlissingen was in 1884 de eerste stad die een drinkwaterleiding kreeg. In 1892 volgde Middelburg. En vanaf 1910 kon in Goes en het grootste deel van Zuid-Beve land zuiver water worden ge dronken. Even belangrijk was verder de aanleg van riolering in de loop van deze eeuw. In sommige wijken van Goes werd niettemin tot 1930 nog met een gemeentelijk tonnen stelsel gewerkt. De tonnen met uitwerpselen werden ie dere week opgehaald met een open kar. Men noemde die spottend de Boldootkar, naar het toen alom bekende reukwater. Al dus lezen we in de jongste af levering van "Ach lieve tijd- Zeeland". Een nummer dat verschijnt op hetzelfde tijdstip dat de Oosterscheldezieken- huizen in Goes en Zierikzee een eigen viermaandelijk ma gazine gaan uitgeven, waarin patiënten en hun omgeving uitvoerig worden geinfor- meerd over de ziekenverzor ging anno 1998. Een eigen tijds gebaar naar de patiënt toe dus. In de aflevering Twintig eeuwen Zeeuwen en hun armen en zieken verder aandacht voor de andere monumenten uit de Zeeuwse gezondheidszorg, zoals het begin deze eeuw gestichte zeehospitium Zonneveld, de Dokter met de Gouden Duimen, dr. Mezger die destijds in Domburg Europese vor sten behandelde. Maar ook voor dokter Kooman die tussen 1853 en 1903 huis arts was in Goes. Vijftig ja ren lang dus en daarmee ook goud in zijn handen had... Het Oude Mannen- en Vrouwenhuis in de Zuster straat te Goes. Het gebouw dateert uit 1655 en was duidelijk herkenbaar van wege de twee beelden op de poort. Het gebouw werd destijds neergezet op de plaats van het voormalige Agnietenklooster. (foto Zeeuws Documenta tie Centrum) Ik wil helpen. ik word, lid. ik word actief lid. Stuur info ik word donateur. Naam/Voorl. Stuur deze bon in een envelop zonder postzegel naar: Amnesty International, Antwoordnummer 10840, 1000 RA Amsterdam. Of bel 06 -321 22 50. Dat Ons Boèregoed in de afgelopen tien jaren is uitgegroeid tot een echt Zeeuwse vereniging moge blijken uit deze foto, die enkele dames toont in de klederdracht van Hulster Ambacht. Ons Boeregoed uit Kruinin- gen houdt vrijdag 13 maart een gezellige en leerzame fa milieavond in Ons Dorpshuis te Kruiningen. De vereniging tot behoud van het Zeeuwse culturele erfgoed telt inmid dels als zo'n 500 leden en er wordt dan ook grote belang stelling voor de avond ver wacht. Medewerking wordt verleend door de dansgroep, de kostuumpresentatiegroep en de toneelclub. Uiteraard zal een Zeeuwse kwinkslag niet ontbreken. In de pauze wordt er een verloting ge houden. De avond start om 20.00 uur. Zaal open 19.30 uur. Toegangsprijs 12,50. Hoewel Ons Boeregoed ge vestigd is in Kruiningen, kunnen belangstellenden uit heel Zeeland er lid van wor den. Iets over de geschiede nis van deze florerende Zeeuwse vereniging: Bij een dorpsfeest in Kruiningen, herfst 1989, staken vele in woners zich in klederdracht. Na het feest ging men zich realiseren dat het niet lang meer zou duren of kleder drachten behoorden tot de verleden tijd. Een aantal personen besloot een poging te doen om een vereniging op te richten tot behoud van het Zeeuws Erf goed. Het resultaat was ge weldig! Reeds vier jaar na de oprichting bleek het mogelijk om ongeveer 250 mensen in klederdracht op de been te brengen. Daardoor is de ver eniging, op haar gebied, de grootste van Nederland ge worden. Het doel is om de Zeeuwse cultuur te behouden. Met het accent op de kleding. Naast het dragen van de kleding wordt veel aandacht besteed aan het onderhoud daarvan en aan het maken van repli ca's van zeer oude kos tuums. Men leert zich, met behulp van deskundige le den, kleden zoals men vroe ger in het boerenkostuum gekleed ging en tevens is er professionele hulp aanwezig die kan helpen bij het plooi en vari mutsen, doeken enz. Door de verschillende deel groepen die gevormd zijn, zoals een presentatiegroep, een volksdansgroep, een zanggroep, een geschiede nis- en dialectengroep en een toneelgroep, groeit de onderlinge belangstelling en saamhorigheid. Het hele jaar door worden er op allerlei plaatsen, binnen en buiten de provincie, optredens ver zorgd door één of meer van de genoemde deelgroepen. Wie meer wil weten over Ons Boeregoed, kan contact opnemen met het secretari aat dat is gevestigd bij Adr. Dek te Kruingen, tel. 0113- 381513. 0—0—0—0—0—0—0—0—0—9—0—0—0—0—0—0—0—0— Adres: Postcode: Plaats: Geb. datum: RQ27078 Y

Krantenbank Zeeland

de Faam | 1998 | | pagina 21