„De mooiste verzameling is er
één die je nooit compleet krijgt"
reduktiebon
Verzamelkoorts in jaarbeurs
„Wat een
prachtig gezicht al die blikjes"
Rijwiel
plaatjes
vertellen
'n verhaal
Elvis niet, Roy wel
Oude Rus een grafisch kunstwerk
Verzamelaars-voorzitter Van Enter:
DE FAAM - DE VLISSINGER
Woensdag 15 november 1989
Nederlanders zijn verzamelaars. Sinaasappelpapier
tjes, vingerhoedjes, knopen, automotoren, uniform
petten en kermisattracties. Je kunt het zo gek niet
bedenken of het wordt verzameld. Ruim een miljoen
mensen zijn driftig in de weer om hun collectie com
pleet te krijgen. Jaarlijks worden er alleen al in Ne-,
derland zo ongeveer 1250 meestal plaatselijke verza-
melbeurzen georganiseerd. De grootste van Europa
vindt plaats in de Jaarbeurs. Voorzitter Freek van
Enter van de vereniging De Verzamelaar: ,,Ik weet
nergens anders een verzamelaarsjaarbeurs die zo
groot is en door zoveel mensen wordt bezocht".
In de Jaarbeurs in Utrecht vindt zaterdag 18 en
zondag 19 november de negende Verzamelaars
jaarbeurs plaats. De grootste beurs voor verza
melaars in heel Europa. Een beurs met allure,
waar de.echte" verzamelaar niet omheen kan.
Maar bovenal een ontmoetingspunt waar dui
zenden verzamelaars hun collecties voor het
voetlicht brengen. Als er ergens een gelegen
heid is om op jacht te gaan naar unieke, bijzon
dere, buitenissige of juist heel gewone objecten
die nog aan de eigen verzameling ontbreken,
dan is het wel op de Verzamelaarsjaarbeurs.
Twee dagen lang praten verzamelaars met ver
zamelaars over hun collectie, ze tonen elkaar de
pronkstukken en vertellen elkaar welke toeren
ze hebben moeten uithalen om juist déi unieke
stuk aan hun collectie te kunnen toevoegen. De
Verzamelaarsjaarbeurs wordt gehouden in de
Juliana-, Margriet- en Merwedehal van de Jaar
beurs. De beurs is op beide dagen geopend van
10.00-17.00 uur.
Verzamelen begint als een
„onschuldig" tijdverdrijf,
maar zodra er sprake is van
een collectie van enige om
vang, slaat het verzamelen om
in een hobby, waardoor je he
lemaal in beslag wordt geno
men. Voorzitter Van Enter
wil het liever geen obsessie of
verslaving noemen. „Dat
klinkt zo negatief', zegt hij.
Historie
Verzamelaars streven naar
volledigheid, toch gaat het ze
niet primair om het bezit van
de objecten. „Mensen hebben
verschillende redenen om te
verzamelen," vertelt voorzit
ter Van Enter.
„De een spaart uit nostalgi
sche overwegingen, de ander
is nieuwsgierig naar de ge
schiedenis en ontwikkeling
van een bepaald produkt. Re
clame-affiches van bedrijven
zijn hiervan goede voorbeel
den. Je ziet dergelijke recla
mesdoor de jaren heen veran
deren. Daar zitten vaak hele
verhalen achter. Er zijn ge
noeg verzamelaars die juist in
die historie zijn geïnteres
seerd en vanuit die invalshoek
verzamelen."
Tijdsbeeld
„Weer andere verzamelingen
zijn waardevol omdat ze iets te
vertellen hebben over een be
paald tijdsbeeld. In deze cate
gorie doen de prentbriefkaar
ten het uitstekend. Je staat
versteld als je ziet hoe een w ijk
in tien, twintig jaar kan veran
deren. Aan de hand van prent
briefkaarten tover je de ge
schiedenis van een straat, wijk
of stad zo tevoorschijn.
Een andere reden om te gaan
verzamelen is dat het een aar
dige tijdvulling is, die je net
zo duur kunt maken als je zelf
wilt. Zo begint het ook vaak
en pas daarna word je nieuws
gierig naar de achtergron
den." Sparen en verzamelen.
Wie heeft er nooit postzegels
verzameld, of speldjes of sleu
telhangers? Op menig zolder
ligt nog een gewatteerd boek
met speldjes of een grote ring
met sleutelhangers. Van En
ter: ..Ook het verzamelen is
De Verzamelaarsjaarbeurs in Utrecht is dé ontmoetingsplaats voor duizenden verzamelaars.
onderhevig aan trends, tege
lijk blijkt dan dat het overgaat
van vader op zoon, of van
moeder op dochter. Nadat de
verzameldrift van speldjes in
de jaren zestig geen grenzen
kende, was het tientallen ja
ren lang uit het gezicht ver
dwenen, op dit moment zie je
weer een sterke opleving. Je
ziet weer kinderen met de
sleutelhangers en speldjes van
vroeger op het schoolplein
rondlopen."
Computers
Verzamelen is ook een kind
van zijn tijd. Hoe kan het an
ders, ook computers staan in
de belangstelling van de ver
woede verzamelaar.
Wellicht zullen te zijner tijd
„antieke" onderdelen van
computers op ruilbeurzen van
eigenaar veranderen, op dit
moment houden verzame
laars het simpel en beperken
ze zich tot stekkers.
Over welke eigenschappen
moet de „echte" verzamelaar
beschikken? Van Enter is di
rect in zijn antwoord. Hij
zegt: „Je moet een goede
oogopslag hebben en je moet
goed om je heen kijken. Als
verzamelaar zit je voortdu
rend op het vinketouw. Ge
duld is een noodzaak, het is
vaak een kwestie van lange
adem. Wie een collectie in
drie maanden rond wil heb
ben. kan het wel vergeten. En
de door de-wol geverfde ver
zamelaar heeft een grote lief
de voor het bewaren. De ech
te verzamelaars koesteren
hun collectie."
Verzamelingen zijn er in ver
schillende soorten en maten.
Van Enters omschrijving van
de meest interessante collec
tie roept verbazing op. „Dat
is er één die je nooit compleet
krijgt, waardoor het voortdu
rend je belangstelling blijft
trekken. Is. de verzameling
eenmaal rond, dan is de lol er
vaak af'.
In 1924 was het slecht ge
steld met 's Rijks schat
kist. De toenmalig minis
ter van Financiën kwam
al snel met de oplossing:
rijwielbelasting. Be
roemd en berucht zijn de
rij wielbelastingplaatj es
waarmee elke fiets van
1924 tot 1941 moest zijn
uitgerust.
In totaal zijn er ruim 51 mil
joen plaatjes in omloop ge
bracht. Rijwielplaatjes beho
ren inmiddels tot de categorie
geschiedenis, voor de pakweg
Rijwielplaatjes behoren tot het verleden. Voor de verzamelaar dus
niet.
4000 verzamelaars blijft het
echter een uiterst actuele
zaak.
Anekdotes
Een van die verzamelaars is de
heer C.G. de Jong uit Leimui-
den. Hij is een van de deelne
mers van de Verzameljaar-
beurs. „Rijwielplaatjes zijn
een dankbaar verzamelob
ject", vertelt hij.
„Omdat het een begin en een
einde heeft. En daartussen in
zit ontstellend veel. Ik beperk
me niet alleen tot de plaatjes,
ik ben ook geïnteresseerd in
spotprenten en anekdotes.
Óp deze manier krijg je een
aardig beeld van de geschie
denis. Zo bleken Nederlan
ders zeer vindingrijk om de
rijwielbelasting te ontduiken,
ook was diefstal van de
plaatjes schering en inslag".
Catalogus
Om al die verhalen en anekdo
tes boven tafel te krijgen heeft
De Jong 350 bejaardenhuizen
aangeschreven. Zijn moeite
werd beloond met tal van leu
ke verhalen en een aantal spot
prenten.
De Jong heeft ook weken
rondgelopen in de archievón
van het belastingmuseufri
prof. dr. Van der Poel in Rot
terdam en 's Rijksmunt in
Utrecht, waar de plaatjes
werden gemaakt. Dit heeft
uiteindelijk geresulteerd in
een catalogus, waarin alle rij
wielplaatjes met de daarbij
behorende ontwerpers en
prijzen staan afgebeeld.
De Jong: „Er zijn drie series
van zeventien plaatjes. .De
eerste twee series, de gewone
en de beruchte plaatjes met
het gat, waardoor je kon zieh
dat iemand een uitkerings
trekker was, heb ik compleet.
De derde serie plaatjes was
voorzien van een 5-puntige
ster. Deze werd verstrekt aan
in Nederland wonende bui
tenlandse diplomaten. Hier
werden er jaarlijks vijfhon
derd van gemaakt, je begrijpt
dat het bijna onmogelijk is
hier nog een exemplaar van te
pakken te krijgen".
Voor Elvis heeft hij geen cent
over, hij zal er geen plaat van
kopen. Van Roy Orbison
daarentegen weer wel. Je moet
je grenzen stellen, vindt Peter
van Oevelen (28). Hij spaart
muziek uit de eindjaren vijftig
en begin jaren zestig.
Roemruchte periode
De muziek uit zijn juke-box
doet de jaren van de rock en
roll herleven. Hij beschikt in
middels over een collectie van
ruim vijfhonderd singles.
„Het is bijna allemaal muziek
van Amerikaanse bands die
hier af en toe wel eens een hit
hebben gescoord", vertelt Pe
ter van Oevelen. Behalve zijn
singles en een grote stapel
LP's, heeft hij nog vierhon
derd uur muziek uit die roem
ruchte periode op cassette
bandjes staan".
Kostbaar
„Ik vind verzamelen leuk,
maar je moet wel je grenzen
stellen. Het is veel te kostbaar
om originele exemplaren in
bezit te krijgen. Daarom leen
ik platen van andere verzame
laars en zet die op een casset
tebandje.
Wat is er zo leuk aan muziek
uit een periode die Van Oeve
len zelf nooit heeft meege
maakt? „Ik vind het aardige
muziek om naar te luisteren.
Bovendien is alles wat ik hoor
steeds weer nieuw voor me".
Bij inlevering van deze reduktiebon aan
de Jaarbeurs-kassa betaalt u
per persoon f 8,— entree i.p.v. f 10,—
„De hoed tekent de mens". Deze levenswijsheid is afkomstig van
Tiny Meihuizen-Wijker uit Utrecht. Ze verzamelt hoeden uit de
periode 1880-1950. Ze heeft een collectie van pakweg 250 hoeden
in allerlei soorten en maten.
Met name bloemenhoeden
hebben haar bijzondere aan
dacht. Ze denkt dat ze op dit
gebied de grootste collectie
van Nederland heeft. ..Mis
schien wel van heel Europa",
voegt ze er zachtjes aan toe.
Pronkstukken uit haar collec
tie zijn drie brede bloemen
hoeden uit de jaren 1910-
1918. Om te voorkomen dat
ze bij het eerste het beste
briesje zouden afwaaien wer
den ze met pennen in het haar
verankerd. ..Ik heb drie van
dergelijke exemplaren in mijn
bezit", zegt Tiny Meihuizen.
„Veel meer zullen het er niet
worden, want ze zijn nauwe
lijks nog te krijgen."
Speuren
Waren het voor de eerste we
reldoorlog de weelderige hoe
den. waarmee dames graag
flaneerden, in de jaren twintig
waren de eenvoudige pothoe
den in zwang. ..Hoeden zijn
een afspiegeling van de tijd en
passen zich aan aan de gang
bare mode", aldus Tiny Mei
huizen. ..In de jaren twintig
was alles kort. Denk maar aan
de charleston-jurken en aan
de korte haren. Het is logisch
dat je in die tijd niet met een
gigantische bloemenhoed
over straat kon. Pothoeden
doen in dit verband hun naam
eer aan."
Veel bloemenhoeden heeft ze
uit de jaren vijftig. „I)e mees
te exemplaren komen uit En
geland, Amerika en Frank
rijk. Uit deze periode heb ik
een paar echt gekke hoeden.
Van die „prollerige", overda
dige exemplaren vol bloe
men." Tiny Meihuizen vertelt
dat het steeds moeilijker
wordt om oude hoeden op de
kop te tikken. Onlangs is ze
op jacht geweest in Parijs.
Ook speuren kennissen van
haar die naar het buitenland
gaan mee. „Ze kennen zo
langzamerhand mijn smaak
en als ze wat zien nemen ze
zo'n hoed voor me mee", al
dus de verzamelaarster.
Van kinds af aan heeft ze al
„wat" met hoeden. Maar
toch gaat het haar niet alleen
om het bezit van de exempla
ren. „Ik probeer me altijd een
voorstelling te maken van de
mensen die die hoeden heb
ben gedragen. Want elke
hoed past bij een bepaald type
mens. Daarom spaar ik ook
tekeningen, ansichtkaarten,
broches en zelfs kop en scho
tels, waarop hoeden staan af
gebeeld. Ik heb zelfs een inkt
pot in de vorm van een hoed."
Museum
Haar collectie is inmiddels zo
uitgebreid en van een zodanig
gehalte dat ze overweegt om
bij haar thuis een hoedenmu-
seum in te richten.
„Ik stel dan niet alleen de
hoeden en de daarmee ver
bandhoudende voorwerpen
tentoon, ik richt ook een hoek
in als atelier, zodat je kunt
zien hoe hoeden vroeger wer
den gemaakt", aldus Tiny
Meihuizen, die zelf een cursus
hoedenmaken in Amsterdam
heeft gevolgd.
„Als je in Engeland een
supermarkt binnenstapt
schieten de tranen je
werkelijk in de ogen.
Wat een prachtig ge
zicht, al dat blik. Enge
land, Duitsland en Ame
rika zijn paradijslanden
voor de ware blik"ver
zamelaars." Aan het
woord is Rob Kooij uit
Vianen. Hij is een ver
woed verzamelaar van
bierblikjes en penning
meester van de Vereni
ging Blik op blik.
Het begon onschuldig. Tijdens
een verblijf in de Verenigde
Staten enkele jaren geleden
nam hij twee bierblikjes mee
naar Nederland. Het merk
weet hij zich nog precies te
herinneren: Budweiser, hét
biermerk in Amerika.
Pas later hoorde hij dat men
sen dergelijke blikjes verza
melden. Als liefhebber van
bier sprak hem dit aan. Inmid
dels heeft hij een collectie op
gebouwd van ruim 2500 ver
schillende blikken uit ver
schillende landen. Van Indo
nesië tot Ivoorkust en van Ja
pan tot Swasi-land. Zijn oud
ste exemplaar is een uit de ja
ren veertig stammende Cone
Top. „Het lijkt op een ge
woon bierflesje." vertelt Rob
Kooij. „Dat komt omdat het
uit kostenoverwegingen door
dezelfde machine werd ge
vuld als de glazenflesjes. Op
dit moment kennen we alleen
nog blikjes van staal en alumi
nium met treksluitingen."
Teleurstelling
Voor de echte bierblikjesver
zamelaar is Nederland één
grote teleurstelling. Als er
twintig verschillende soorten
blikjes te koop zijn dan is het
veel.
Van Nederland moet Kooij
het dan ook niet hebben. Hij
heeft zo zijn eigen wegen om
zijn verzameling uit te brei
den. Op gezette tijden zet hij
met collegaverzamelaars
koers naar Duitsland. Elk
wegrestaurant doen ze aan,
niet om een kop koffie te drin
ken, maar om de vuilnisbak
ken te legen op zoek naar
blik. „De opbrengst is altijd
de moeite waard", vertelt
Kooij. „Het levert al snel
honderd blikken op."
Ruilen
Een groot succes was zijn reis
vorig jaar naar de Grand Prix
van Silverstone in Engeland.
„Na afloop van de race zijn
we het circuit opgegaan", ver
telt de verzamelaar. „On
danks het slechte weer kwa-
voor maximaal twee personen
Tiny Meihuizen-W'ijker: De hoed tekent de mens"
U JAARBEURS
UTRECHT/HOLLAND
Rob Kooij: ,,De talloze blikjes nemen veel ruimte in"
men we met 1500 blikjes
thuis. Er zitten weliswaar veel
dubbele bij. maar die kun je
weer ruilen." Kooij heeft ook
-twee ruilpartners in de VS.
Een paar keer per jaar sturen
ze elkaar dozen met blik op.
Bestelbus
„Het is een schitterend gezicht
als je al dat blik tegen de wand
ziet. De meest prachtige af
beeldingen kom je tegen.
Er zijn serie met landkaarten,
pin-up-dames, treinen, bal
lonnen, stadsgezichten en ga
zo maar door," aldus Rob
Kooij, die helemaal opgaat in
blik. Dat het een serieuze
aangelegenheid is blijkt uit
het volgende. In zijn nieuwe
huis reserveert hij minimaal
een kamer voor zijn bierblik
jes. „Het neemt veel ruimte
in terwijl het puur lucht is",
zegt hij. Daarnaast heeft hij
mede met het oog op zijn hob
by een bestelbusje aange
schaft.
„De bankbiljetten van
vijfhonderd gulden uit
1930 zijn zo groot dat je
er een bos paling in kunt
verpakken en de oude
Russen zijn grafische
kunstwerkjes met een
lengte van 25 centime
ter." Aan het woord is
Jos Eijsermans, verza
melaar van (historische)
bankbiljetten.
Met die „oude Russen" wor
den de laatste bankbiljetten
van het Tsaristische regime
bedoeld. Toch betaalden de
revolutionairen na 1917 met
deze biljetten de Russische
buitenlandse schulden af.
Toen iedereen dacht zijn geld
binnen te hebben, werd be
kend dat die „oude Russen"
letterlijk geen cent meer
waard waren.
Gevecht
Het is niet alleen de geschiede
nis achter elk bankbiljet die de
verzamelaars boeit.
Oude bankbiljetten zijn voor de
verzamelaar een fortuin waard.
Even fascinerend is de vorm
geving van biljetten, die
meestal wordt bepaald door
de inventiviteit van de frau
deurs. Eijsermans: „Naarma
te de vervalsers slimmer wor
den, worden kleuren op bank
biljetten mooier en motieven
ingewikkelder. Vormgevers
van papiergeld voeren een
voortdurend gevecht tegen
fraudeurs door het ze zo
moeilijk mogelijk te maken."
Inflatie
Er zijn een paar honderd Ne
derlandse verzamelaars van
bankbiljetten. Ruim vijftig
van hen zijn verenigd in de Ne
derlandse poot van de Inter
national Bank Note Society,
waarvan Eijsermans be
stuurslid is.
Hij zegt: „Het is een leuke
hobby die je net zo duur kunt
maken als je zelf wilt. Bank
biljetten van landen met een
hoge inflatie zijn voor een
paar kwartjes verkrijgbaar.
Een biljet uit Bangladesh?
Voor een piek ben je de man.
Het oudste biljet dat voor de
verzamelaar verkrijgbaar is,
stamt uit de veertiende eeuw
en komt uit China. Het oudste
Europese verzamelobject is
een Zweeds bankbiljet uit
1662."