De vakantie en het weer
DE FAAM
Woensdag 25 juli 1984
Water geeft vaak mooie
weerspiegelingen die zorgen
voor een boeiend dubbel
beeld.
Hoosbuien
Nat en droog
Rampzalig
Wat is regen?
Goede wensen
Zomerse windhozen
ZOMER EN ZON
voorhanden dan in het winter
seizoen. En warme lucht kan nu
eenmaal méér waterdamp be
vatten dan koude lucht.
In Zeeland valt zo'n 60 procent
van de neerslag in de zomer en
in de herfst (juni tot en met no
vember). Dat is voornamelijk
het gevolg van de sterke toena
me van buien in de maand juli.
In de zomer ontstaan de buien
vaak boven het land. In de
herfst ontwikkelen ze zich veel
al boven het nog betrekkelijk
warme water van de Noordzee,
waarna ze met de wind boven
land gebracht worden.
Die hoosbuien in juli: we ken
nen ze en we nemen ze voor
lief. Als het de andere dag ten
minste mooi weer isEr is
echter een geluk bij een onge
luk. Want volgens de neerslag
statistieken van het KNMI be
hoort Zeeland tot de droogste
delen van Nederland.
In de meeste delen van Zeeland
valt gemiddeld minder dan 750
mm per jaar. En dat is relatief
weinig. Er zijn plaatsen in ons
land, waar jaarlijks gemiddeld
900 tot 950 mm valt. En dat
scheelt toch een slok per borrel
(of -zo u wilt- een bui per week).
We spreken van "1 mm regen",
als er 1 liter water is gevallen op
een oppervlakte van 1 vierkante
meter. De 'natste' streek van
ons land is Zuid-Limburg. In
Nederland regent het al sinds
jaar en dag het meest in de
(heuvelachtige) omgeving van
het stadje Vaals, te weten ge
middeld 915 mm per jaar. De
aanwezigheid van Nederlands
hoogste punt (321 meter) is
daaraan niet vreemd. Ook de
omgeving van Apeldoorn is erg
'nat'.
Het 'droogst' is het ook in die
zelfde provincie Limburg. In het
dorpje IJsseisteyn (bij Venray)
komt gemiddeld 'slechts' 697
mm neerslag uit de lucht vallen.
In de opsomming van plaatsen
ZOMER EN
neerslag (mm)
winter
lente
zomer
herfst
jaar
Brouwershaven
167
129
188
231
714
Vrouwenpolder
175
I3l
188
235
729
Vlissingen
165
125
184
218
693
Wilhelminadorp
164
124
185
221
693
Kapelle
170
130
201
229
730
Krabbendijke
170
127
197
212
705
Rilland
I63
130
197
202
692
St.-Kruis
175
130
196
224
724
Biervliet
I7l
128
200
221
720
Tcrneuzen
167
130
200
212
709
Axel
169
124
199
208
710
Oudenbosch
174
138
2I6
212
741
Een windhoos in hoger sferen
deed zich op 6 oktober 1981
kort na de zomer voor. Bij
Moerdijk werd tijdens een
windhoos de vleugel van een
NLM-Fellowship afgerukt. Het
toestel stortte neer en sleurde
17 mensen mee in de dood.
Gelet op het late tijdstip in het
jaar (oktober) was zo'n zware
windhoos zeer uitzonderlijk.
Het is niet zo'n prettige afslui
ting van dit onderwerp. Maarwe
zeiden al enkele malen: we
wensen U een uitstekende zo
mer toe.
i1
i
j Volgende week pakken we i
i de zaken wat stralender J
aan: dan hebben we het
i over zomer en zon'.
Li
Geraadpleegde bronnen.
'Het weer te kijk', door Hans de Jong
(Uitg. Boekencentrum NV, Den
Haag).
Buien over het Deltagebied, J.H.
Boer.
Zeeuwse Encyclopedie, trefwoord
'Klimaat'.
Zomer, zon en vakantie. We
mogen in Zeeland niet klagen.
Dagelijks worden we met onze
neus op de vakantie gedrukt
(vooral op die van anderen). En
we wonen in een streek, die 's
zomers tot de zonnigste van
ons land behoort.
De zon schijnt immers aan de
kust méér dan landinwaarts.
Dat blijkt onder meer uit de
zonne-statistieken van enkele
KNMI-posten, verspreid over
het land. In Vlissingen scheen
de zon in het tijdvak 1931-1960
(een periode, die lang genoeg
is om een eerlijk gemiddelde te
kunnen bepalen!) gemiddeld
1630 uur per jaar. Dat was 36
procent van de tijd, dat de zon
boven de horizon was.
Voor De Bilt en Vliegveld Zuid-
Limburg liggen die cijfers in dat
tijdvak ongunstiger: daar wer
den per jaar gemiddeld 1572
resp. 1505 uren zon geregis
treerd. Dat is 35 resp. 33 pro
cent van de tijd, dat de koperen
bol boven de horizon was.
Wie de statistieken van het
KNMI over de afgelopen vijftig
jaar erop naslaat, zal ontdekken
dat de Zeeuwse kust én de kop
van Noord-Holland gemiddeld
de meeste zonneschijn van ons
land 'scoren'.
De oorzaak daarvan moet na
tuurlijk gezocht worden in de
nabijheid van zeewater, dat een
groot deel van de zomerperiode
nog vrij koud is. De kans is
groot (vooral in de voorzomer),
dat de vanuit zee aangevoerde
lucht wolkenvrij is, of althans
minder bewolkt is dan in de
landinwaarts gelegen streken.
Vorige week hebben we in De
Bevelander aandacht besteed
aan het onderwerp 'zomer en
regen'. In dat kader kwamen de
extreme slagregens aan de or
de, die Nederland veelal in de
maand juli kunnen teisteren.
We slaan nu naar de andere
kant door: we zullen de hoop op
veel mooi weer onderschrijven
door een klein overzichtje van
de heetste zomers van deze
eeuw.
De felste hittegolf deed zich
voor in de zomer van 1923. Hij
duurde van 5 tot 15 juli. In De
Bilt was de gemiddelde dage
lijkse maximum-temperatuur
toen 31,5 graden Celsius. De
hoogste piek was 34,8 graden
Celsius.
Afgezien van deze hittegolf
stelde die zomer verder niet zo
veel voor: hij komt niet eens
voor in de rij van de tien heetste
zomers van de laatste 100 jaar.
Over het geheel genomen was
de zomer van 1947 de warmste
van deze eeuw. (Hij werd trou
wens gevolgd door één van de
strengste winters van de eeuw).
Daarna volgden de zomers van
1976, 1975, 1911 en 1959.
Ware hittegolven deden zich
voor in de zomers van 1923,
1941, 1975 en 1976. Tijdens de
eerster genoemde hittegolf van
1923 ontstonden enorme berg
en van overtollige groenten. Er
was teveel sla en andijvie, maar
vooral ook véél te véél bloem
kool. Op de veilingen gingen de
bloemkolen voor een paar cen
ten van de hand. In sommige
grote steden (waaronder Gro
ningen) werden ze uitgevent
voor 1 cent per stuk.
Tijdens die hittegolf van 1923
werd de hoogste temperatuur
op 13 juli in Maastricht geme
ten. Het kwik liep daar toen op
tot 36,1 graden Celsius. Bij het
zwemmen verloren in Neder
land in die week maar liefst 46
mensen het leven.
De hoogste temperatuur, die in
ons land ooit werd gemeten,
werd geregistreerd in Warns-
veld (Gld). Dat gebeurde op 23
augustus 1944. Oudere men
sen, die de Tweede Wereldoor
log bewust hebben meege
maakt, zullen zich wellicht he
rinneren, dat dit de dag was,
waarop de geallieerden Parijs
bevrijdden.
De hier genoemde temperatu
ren worden overigens gemeten
met thermometers, die zijn op
gesteld in z.g. thermometerhut
ten. Dat zijn de bekende houten
kasten met dubbele jaloeziëen.
De instraling van de zon en de
uitstraling 's nachts hebben
daar geen (directe) invloed op
de temperatuurmeting. Boven
dien kan de wind zich ongehin
derd door de 'hut' heen bewe
gen. Zo wordt een objectieve
meting bereikt.
Het hogedrukgebied bij de
Azoren wordt het vaakst ge
noemd in de weerberichten.
Het gebied is semi-permanent,
dat wil zeggen dat het op verre
weg de meeste dagen van het
jaar op zijn plaats is. Het heeft
bovendien de gewoonte, we
kenlang op ongeveer dezelfde
plaats te blijven liggen.
Het Azoren-hogedrukgebied
maakt deel uit van een gordel
van hogedrukgebieden, die
-met kleine onderbrekingen
rondom de gehele aarde tussen
de 30e en 40e breedte-graad
plegen voor te komen.
In een zone boven en ter
weerszijden van de evenaar
wordt de lucht sterk verwarmd
door de zon, die daar vaak loo
drecht boven de aarde staat. De
warme lucht wordt lichter, stijgt
op, maar daalt op circa 23 gra
den (noorder- en zuiderbreed
te) weer naar de aarde. Op die
breedte ontstaat daardoor een
grotere luchtdruk.
Als het vanuit de hoogte 'ge
voede' Azoren-maximum con
tact maakt met een ander ho
gedrukgebied boven Rusland
of Skandinavië krijgen wij te
maken met een zachte en droge
zuidwestenwind.
Als dat contact tussen twee ho
gedrukgebieden niet tot stand
komt, wordt de Atlantische
Oceaan ten noorden van het
Azoren-maximum een 'speel
terrein' voor oceaandepressies,
die doorgaans langs IJsland of
Schotland naar het oosten of
noordoosten trekken. Bij ons
waait er dan een koele weste
lijke of zuidwestelijke wind.
We willen hier nog even aan
dacht besteden aan het over
Regen is bij de doorsnee-
Nederlander niet populair. Re
gen kan een vakantie compleet
verzieken. En het uitblijven van
regen is dé basis voor een ge
slaagde vakantie. Zo denken
we er toch over?
Het is niet voor niets, dat talloze
Nederlanders -als ze de gele
genheid hebben- onvoorwaar
delijk voor de zon kiezen. Ze
gaan met vakantie naar de
Zuidfranse of Spaanse kusten,
of naar de Canarische Eilan
den. Dan weet je tenminste ze
ker, dat de 'koperen ploert' elke
dag barmhartig op je neerziet.
'Alle dagen zon' zou voor de
omstandigheden in eigen land
echter min of meer rampzalig
zijn. Langdurige droogte kan in
de agrarische sector leiden tot
grote schades. En die voelt de
consument aan den lijve.
Omgekeerd veroorzaakt ook
een extreme regenval grote on
gemakken, die zelfs het bin
nenhalen van de oogst kunnen
blokkeren. In het najaar van
1974 hebben we daarvan in
Zeeland ook ons portie wel ge
had.
De meest plezierige oplossing
ligt voor de hand: het is voor
alle partijen het beste (zeker in
de zomermaanden), dat het
overdag stralend weer is en dat
het 's nachts regent.
Weerman Hans de Jong in
Gorredijk, bekend van radio en
uit dagbladen, heeft meermalen
verkondigd: "Ik vind regen he
lemaal niet erg. Als ik het maar
voorspeld heb". Tja, dat is óók
een standpunt
met weinig neerslag scoort ook
Westkapelle door de jaren heen
erg laag met zijn 706 mm ge
middeld per jaar. U ziet: we
wensen iedereen een zo droog
mogelijke vakantie.
Hoe ontstaat regen eigenlijk?
We zullen voor een verklaring
even het populaire boek 'Het
weer te kijk' van weerman Hans
de Jong even letterlijk volgen:
"Wolken bestaan uit grote aan
tallen uiterst kleine waterdrup
peltjes. Als een wolk nu door
een stijgende luchtbeweging
naar hogere, koudere lagen
wordt gevoerd, of door een
berg tot opstijgen wordt ged
wongen' vloeien de mini-drup
peltjes tot grotere druppels in
een".
"Die grotere druppels zijn
zwaarder. Tenslotte worden ze
zo zwaar, dat ze vallen en de
grond bereiken. Voor regen is
dus noodzakelijk, dat de lucht
wordt afgekoeld. Koudere lucht
kan immers minder waterdamp
bevatten dan warme".
"In machtige stapelwolken op
wafflie zomerdagen vormen
zich kleinere en grotere drup
pels rondom uiterst kleine stof
jes (of zoutkristallen), die als
condensatiekernen fungeren".
"Boven in de zeer koude
buienwolken worden op deze
wijze ook ijskristallen gevormd.
Onderweg naar de grond zetten
zich daarop weer kleine water-
kristalletjes af, waardoor die
ijskristallen voortdurend groei
en. In gesmolten toestand val
len ze als regendruppels op de
grond, in bevroren toestand als
hagelstenen.
Ook uit warmere, meer platte
wolken kan wat regen vallen
door het samenstellen van klei
nere druppels tot één grote".
Tot zover Hans de Jong.
REGEN
do. Op 23 augustus 1950 werd
de Veluwe (op de lijn Ede-
Zwolle) getroffen door een
windhoos. Op 25 juni 1967 ve
roorzaakte een tornado in
Tricht (Betuwe) grote paniek.
Een weerhuisje: veel Nederlanders hebben het in huis en gebruiken het
als een weersvoorspeller Een weerhuisje reageert op vochtige en droge
lucht. Bij mooi weer komt het vrouwtje naar buiten, als er regen wordt
verwacht komt het mannetje naar buiten. Het weerhuisje is echter niet
altijd even betrouwbaar. We komen daar in de "Bevelander" van vol
gende week nog op terug.
Het ideaalbeeld van een zomer: tjokvolle Zeeuwse stranden
stroomt, regent het soms wel
eens. Dat laatste wordt dan ve
roorzaakt door de bovenlucht,
die zó koud is, dat er tóch buien
tot ontwikkeling komen. Wat
het vrouwtje en het mannetje uit
het weerhuisje aangeven, is dus
niet altijd even betrouwbaar
Voor de komende dagen en
weken wensen we u maar één
ding toe: dat het vrouwtje vaak
buiten staat. Want dan kunnen
u en ik vaak buiten zitten, of
liggen.
Vooropgesteld: we wensen
iedereen in Zeeland en in de
rest van Nederland een uiterst
zonnige vakantie toe. Het ver
velende voor de vakantiegan
gers in Nederland is echter, dat
de zwaarste regenbuien zich
doorgaans juist in de zomer
maanden voordoen.... Er is dan
méér waterdamp in de lucht
We zeggen het andermaal: we
wensen u een uitstekende zo
mer toe. Maar helaas zijn in Ne
derland zware windhozen inhe
rent aan warme zomers. De
cycloon van Borculo deed zich
voor op 10 augustus 1925.
Twee jaar later viel het naburige
Neede ten offer aan een torna-
van de lucht. Bij mooi weer
komt het vrouwtje naar buiten,
bij regenverwachting komt het
mannetje tevoorschijn.
Maaral is de lucht nóg zo
vochtig, soms valt daaruit geen
regen (bijv. onder een hoge
drukgebied). Omgekeerd: als er
droge lucht over ons land
Een overzicht van de neerslag in Z. W. Nederland. Wilhelminadorp
blijkt in de zomer gemiddeld één van de droogste dorpen in onze regio te
zijn.
Waar valt de regen in ons land het overvloedigstDe omgeving van
Vaals en Apeldoorn blijken erg nat te zijn. Het grootste deel van Zeeland
komt niet verder dan een gemiddelde van 700 tot 750 mm neerslag per
jaar. Dat zijn toch goede berichten voor de vakantievierders?
bekende weerhuisje. Veel be
zitters vragen zich nog altijd af
in hoeverre de voorspelling be
trouwbaar is. Een weerhuisje
reageert op vochtige en droge
lucht. Het vrouwtje en het man
netje zijn bevestigd aan een
darmsnaar, die krimpt of uitzet
al naar gelang de vochtigheid
Mooi weer: dat betekent erop uit en genieten!