mijd de vakantiepiek
8,83
10,95
0,95
12,45
495
335
Van en voor
vrouwen
Mijd de vakantiepiek!
eerste
nylonvezel
uit
reageer
buis
35 jaar
geleden
kwam de
PARKING
Whisky Vat 6913,95
Jonge Jenever
Fles Rum
Fanta, 1 liter
Wodka Russeika
Martini
Rose Pampano
Vinestrel Extra
DE FAAM
SLIJTERIJ - WIJNHANDEL
Anti-confectie
Geen mode
Wep
Hennalioofd
Mode-neus
Terug voor de klas
'Halsbrekend'
huishouden
Mythe
Nylonclubs
Damplein 3 Middelburg
Tol. 01180-2129
1973
JAN HUYGEN
en GRATIS 3 liter COCA-COLA
Stoffen uitoude (kleding) doos
Voor mensen die via een oplei
ding modevakschool of kunst
academie 'in de mode' verder
willen gaan, voert de weg in Ne
derland meestal onvermijdelijk
naar de confectie. Dit nu vonden
Anke Verheul en Emiko van Bui
tenen een dermate onaantrekke
lijk, om niet te zeggen gruwe
lijk toekomstbeeld dat ze beslo
ten met de verworven kennis
maar liever 'voor zich zelf te be
ginnen'. In negen van de tien ge
vallen komt zo'n besluit tegen
woordig neer op het inrichten
en openen van een boetiek en
dat gebeurde ook in dit geval.
Maar het is wel één van de gek
ste zo niet het gekste winkeltje
van dit soort in Nederland ge
worden.
Een soort winkel-van-sinckel, geves
tigd onder de druk-bewandelde winkel-
promenade langs de Utrechtse Oude
Gracht, in een van de aan het water
gelegen werfkelders die bijzonder in
trek zijn als werk- en expositieruimte.
Een diepe spelonk die Anke èn Emiko
voor een redelijk prijsje huréri en
waar ze eerst, met enige hulp van
vrienden, „zo'n 300 kilogram cement"
in de muren hebben gestopt alvorens
ze aan de aankleding houden beginne,
nen.
In deze grillig verlichte ruimte la
ten Anke en Emiko gedurende een
aantal uren per dag de naaimachien-
tjes snorren. Beiden gekleed in tot op
de voet vallende gewaden leggen ze
uit welke filosofie er schuil gaat ach
ter de naam van hun boetiek: de
„Anti-Konfektie-Boetiek WEP". Het
woordje anti is daarbij minder agres
sief bedoeld dan het misschien lijkt.
Anke en Emiko willen zich alleen
maar duidelijk distantiëren van het
duizendvoudig vermenigvuldigde mo-
deserieprodukt van de confectie. Die
filosofie kruiden ze met een vleugje
milieuhygiëne: ze werken zoveel mo
gelijk met stoffen waarin geen kunst
vezels zitten.
Dat lijkt in deze tijd een bijna
onmogelijke opgave en ze geven dan
ook toe dat het opsporen van „pure"
textielmaterialen, zoals 100 procent
katoen en echte zijde, lang niet een
voudig is. Vandaar dat hun activitei
ten zich voornamelijk richten op het
inkopen van oude kleding die ze zono
dig vermaken alvorens ze te verko
pen. Hun materialen komen dan ook
maar zelden uit „gewone" stoffenza
ken of fabrieken. Wel uit tweede
hands-winkels en van rommelmarkten
in het hele land (en soms in het
buitenland) die Anke en Emiko afrei
zen.
Anke Verheul en Emiko van Buitenen:
kelderboetiek waarin een heel mode-
tijdperk opgeslagen hangt.
mee te vallen, de jurken uit moeders
en grootmoeders tijd zijn soms nog
verrassend gaaf en fris van kleur.
„Bovendien zijn we kritisch met inko
pen. Dingen die niet zo mooi zijn
vermaken we tot iets anders. We
krijgen vaak tips als er ergens iets te
koop is. Er zijn ook mensen die zelf
ouderwetse kieding komen aanbie
den", vertelt Anke die ervan overtuigd
is dat de moderne stoffen in kleuren
en dessins het niet halen bij veel van
het oude op dit gebied.
Op dat moment stapt een zeer lan
ge jongen binnen, een gloednieuwe
spijkerbroek over de arm. Hij zit met
een eeuwig terugkerend probleem: al
le broeken die hij koopt zijn altijd te
kort en nu hoopt hij vurig dat de
anti-confectiemeisjes dit nieuwe exem
plaar voor hem willen vermaken. Er
volgt een ernstige discussie waarna
Anke en Emiko de hand over het hart
strijken: „Laten we het maar doen.
Die jongen is zó lang. Maar eigenlijk
kunnen we aan dit werk niet begin
nen".
zouden doen, zouden ze binnen zeer
korte tijd tot aan de schoudertjes in
het werk zitten, en dat -willen ze toch
wel vermijden. Hun boetiek heet na
melijk ook nog WEP, een afkorting
van de begrippen „werken-eten-pitten".
Waarmee ze willen zeggen dat hun
nering een hobby moet blijven, als
het even kan. Hard werken om vooral
veel te verdienen is er niet bij. Dat
laatste is ook nauwelijks te realiseren
met him zeer schappelijke prijsjes: 25
gulden voor een jurk of voor een
lange bloemetjesrok. 75 gulden voor
„een originele bruidsjurk naar
maat".
Vooral naar die (zeer onconventio
nele) bruidsjurken is veel vraag. Ook
naar lange bloemetjesjurken van dun
ne stoffen, lange rokken, eigenge
maakte spijkerjasjes, boerenkieltjes.
Het is trouwens niet te geloven wat
er allemaal in die kelderboetiek aan
de Oude Gracht hangt.. Een heel mo
detijdperk bengelt er aan de rekken:
ouderwetse baljurken met ovenrokken
van tule en rijen strookjes, deftige
damesachtige cocktail jurken van ge-
plisseerd zwart crêpe.
Daartussen heel eigentijdse zaken
als hoge plateausandalen die met veel
kleurige pailletten zijn volgeplakt, een
kistje met gehaakte mutsjes in felle
kleuren, kledingstukken in geboemd
gewatteerd katoen, kralen kraagjes en
oosterse sieraden. Er hangen gebreide
(zonne)badpakken, treffende kopieën
van de vooroorlogse exemplaren, naar
oude patronen gebreid door een me
dewerkster die dit ook alweer bij
wijze van hobby doet.
Kinderkleertjes zijn ook in allerlei
stoffen te koop. Veelkleurig geblokte
bloesjes, geimporteerd uit Pakistan,
dragen nadrukkelijk het etiket .hon
derd procent katoen". Aan de strijd
tegen plastic verpakkingsmateriaal
dragen de ontwerpsters een steentje
bij met anti-confectie-tasjes van onge
bleekt katoen, bedrukt met het WEP-
embleem. Dat die ouderwetse stoffen
vrijwel allemaal na het wassen moe
ten worden gestreken, blijkt in de
praktijk voor de klanten geen pro
bleem. Tegen de achterwand van de
boetiek hangt een verzameling prach
tige ouderwetse corsages en poëzie-
plaatjes in fletse kleuren. Uitsluitend
voor decoratie en evenmin te koop
als de ouderwetse koekbussen waarin
knopen en andere fournituren voor
het werk worden bewaard.
Anke en Emiko: „We gaan niet met
de modelijnen mee, we ontwerpen
wat we zelf mooi vinden en wat bij
de stoffen past. Het Is niet de bedoe
ling dat iemand met een plaatje komt
om dat te laten namaken. We probe
ren wel zoveel mogelijk te werken op
type en persoonlijkheid van de men
sen".
Want als Anke en Emiko dat wel
„Henna: goed voor uw hoofd", roe
pen bekende Newyorkse dameskap
pers. Volgens maandblad McCall's zijn
toonaangevende Amerikaanse haarar-
tisten enthousiast over de eigenschap
pen van het eeuwenoude kleurmiddel
henna. Niet alleen omdat het zo'n
karakteristieke kleur rood aan de ha
ren geeft maar ook omdat het (zeg
gen ze) fijn haar sterker maakt. Dat
haar moet dan volgens de laatste
mode worden geknipt, la la Liza Mi-
nelli. Ander Amerikaans haarmode
nieuwtje: neonkleurige pruiken van
kunsthaar, bedoeld om op het strand
en tijdens cocktailparties te dra
gen.
In het Amerikaanse Miami waren
onlangs plastische chirurgen op een
congres bijeen. Onder hen was de
plastisch chirurg dr. Hans Brack die,
volgens Marie Claire, beschouwd moet
worden als „de veteraan van de neus-
chirargie" en meer dan 5000 neuzen
operatief heeft veranderd en ver
fraaid. Tijdens dat congres moet hij
hebben onthuld dat de „mode-neus"
van dit moment geinspireerd is op
een neus van koninklijke bloede, na
melijk op die van de Britse prinses
Anne. Het model neus dat voordien
voor vele van zijn cliënten het bege
renswaardig voorbeeld was, namelijk
de neus van Jacky Onassis, is volgens
hem definitief uit de gratie.
In de afgelopen tien jaar hebben
zo'n 160.000 Britse vrouwen een oplei
ding tot onderwijzeres gevolgd. Maar
voordat ze 30 jaar zijn, zullen onge
veer 100.000 van hen hun beroep heb
ben opgegeven, in de meeste gevallen
omdat ze zelf kinderen hebben gekre
gen, aldus maandblad Nova. Bij het
Britse ministerie van onderwijs en
wetenschappen neemt men aan dat
velen van hen weer aan het werk
hopen te gaan als hun kinderen wat
groter zijn. Daarom heeft het departe
ment het initiatief genomen tot een
onderzoek naar de bereidheid van de
vrouwen om terug te keren bij het
onderwijs. Ook wil men te weten
komen in welk soort cursussen de ex-
onderwijzeressen geinteresseerd zijn.
Een stoel, daar bovenop een piano
kruk, en op dit bouwsel een huis
vrouwtje dat een hooghangende lamp
stofvrij maakt: met dit plaatje van
een halsbrekende huishoudelijke toer
illustreert Jasmin een artikel over
ongevallen in de huishouding in de
Bondsrepubliek. Want ook in Duits
land solliciteren jaarlijks tienduizen
den huisvrouwen naar „de domste
manier om het leven te verliezen".
Vooral het zorgeloos omspringen met
elektrische apparatuur in (vochtige)
badkamers veroorzaakt ieder jaar op
nieuw ongevallen met dodelijke af
loop tijdens het baden en douchen.
Toch zijn ongevallen met elektriciteit
bij het totaal aantal dodelijke onge
lukken in de huishouding verreweg in
de minderheid. Aan de top van de
oorzaken staan valpartijen (83 pro
cent van alle huishoudelijke ongeval
len). De aanleiding tot een noodlottige
val kan variëren van de beruchte
gladde vloer tot het klassieke en blijk
baar onuitroeibare voorbeeld van de
huisvrouw die vele meters boven de
begane grond in de vensterbank klimt
om de buitenkant van de ramen te
zemen. -Jaarlijkse balans volgens Jas
min: twaalfduizend doden en twee
miljoen gewonden ten gevolge van
huishoudelijke ongevallen in de
Bondsrepubliek.
Oude en ouderwetse kleding: zit
daar niet een heleboel versleten en
onbruikbare rommel bij? Dat blijkt
Er gaan steeds meer Nederlanders in
de zomer met vakantie. In 1972 waren
dat er ruim 7 miljoen. Ons land heeft
unieke vakantiegebieden, die niet al
leen jaarlijks honderdduizenden Ne
derlanders, maar ook vele tienduizen
den buitenlandse vakantiegangers
trekken. Vooral in het hoogseizoen
zijn kampeerterreinen, bungalows,
pensions en hotels dikwijls volledig
bezet en is het niet eenvoudig op het
laatste nippertje nog een plaats te
vinden. Veel vakantiegangers bespre
ken daarom nu hun vakatntie.
Dit jaar wordt de grootste vakantie-
drukte omstreeks zaterdag 30 juni
verwacht, wanneer de vakanties van
de lagere scholen beginnen en de col
lectieve bedrijfsvakanties in de bouw
en nevenbedrijven en de textielindus
trie in heel Nederland, alsmede de
collectief sluitende bedrijven in het
oosten en noorden van ons land aan
vangen. Ook zullen er in die periode
veel vakantiegangers uit de Duitse
deelstaat Noord-Rijnland Westfalen in
ons land zijn, omdat daar de school
vakanties dit jaar van 15 juni tot 28
juli zijn vastgesteld. Nederlandse va
kantiegangers met schoolgaande kin
deren, welke niet gebonden zijn aan
collectieve bedrijfsvakanties, doen er
goed aan op zaterdag 28 juli met
vakantie te gaan. De grootste drukte
is dan voorbij.
Behoort men niet tot de gelukkigen
die hun vakantie vrij kunnen kiezen,
maar gebonden zijn aan de collectieve
bedrijfsvakanties en/of schoolgaande
kinderen, dan is het toch mogelijk om
de drukte te mijden. Ga eens niet
naar de alom bekende vakantiegebie
den. Nederland heeft ook nog streken,
die weliswaar minder bekend, maar
daarom niet minder mooi zijn. Waar
veelal de mogelijkheid bestaat om in
het hoogseizoen nog een plaats te
vinden. De toeristische instellingen
(Provinciale VVV's, ANWB enz.) ge
ven u daarover gaarne de gewenste
inlichtingen.
Is men niet gebonden aan schoolgaan
de kinderen en/of collectieve bedrijfs
vakanties, dan is het aan te bevelen
om vóór 30 juni of na 10 augustus
met vakantie te gaan. De voor- en
nazomer bieden vele voordelen, zoals:
gemakkelijker een plaats te vinden
in hotels, pensions, vakantiehuisjes
en op de kampeerterreinen:
rustiger op caféterrasjes, in par
ken, de zwembaden, op het strand
en de toeristische attractiepunten,
in de treinen en autobussen;
niet zo druk op de wegen door
vakantieverkeer;
aantrekkelijker door soms lagere
prijzen:
kortom de vóór- en nazomer biedt
mogelijkheden voor een rustige en
daarom extra goede vakantie.
De Europese modewereld heeft
er destijds waarschijnlijk weinig
of niets van gemerkt. Het was
1938 en een tweede wereldoorlog
stond op uitbreken, maar in de
Amerikaanse bladen verschenen
in die dagen opgewonden berich
ten over een nieuwe textielvezel,
die voor textiel- en modewereld
een revolutie zou kunnen beteke
nen. De nieuwe vezel werd in de
kranten beschreven als „een
nieuw soort zijde, op chemische
basis gemaakt". Enige weken la
ter werd de nieuwe ontdekking in
Amerika officieel bekendgemaakt
door Du Pont, en de naam van
dit concern is sindsdien altijd in
één naam genoemd met de naam
van het nieuwe produkt: ny
lon.
Dit jaar is het precies 35 jaar
geleden dat die eerste bruikbare
nylonvezel uit de reageerbuis
kwam. Intussen is er al weer een
hele generatie opgegroeid die niet
beter weet dan dat pantynylons
en kousen van nylon zijn. En die
geen weet heeft van de min of
meer tot slobberen geneigde brei-
sels van fil d'écosse, waarmee
hun moeders en grootmoeders in
de vooroorlogse jaren hun benen
plachten te bedekken.
De historie van „de nylon", de
kous waarvan de naam identiek
werd en bleef aan het nieuwe
materiaal, begint met een ijzer-
sterke mythe: nylonkleding zou
onverslijtbaar zijn. „Nylon: sterk
als staal!" schrijven de Ameri
kaanse modepagina's, en dat
slaat dan wel op bepaalde toepas
singen van het nieuwe kunstpro-
dukt, maar blijkt in de praktijk
niet op te gaan voor nylonkousen
en andere lingerie. Het enthousi
asme van de consumenten is in
die beginperiode overstel
pend.
Zomer 1940, als Europa aan
een vijf jaar durende versobe
ringsperiode op allerlei gebied be
gint, komen in alle steden van
Amerika voor de eerste keer ny
lonkousen in de winkels. De ver
kooppunten wordei. door koop
lustige vrouwen bestormd en dat
beeld zal zich na de Tweede We
reldoorlog in Amerika herhalen.
Want in 1942 wordt nylon voor
toepassingen in het burgerleven
aan de markt onttrokken en van
af dat moment spreekt de histo
rie vrijwel uitsluitend over toe-
„De duurste nylons ter wereld"
waren van filmster Betty Grable,
die hier bezig is ze voor een
goed doel" (en voor 40.000 dol
lar) te verkopen-
passingen in de toenmalige oor
logsindustrie, zoals voor parachu
tes, gevechtskleding en ten
ten.
In dat stuk oorlogshistorie van
de nylonvezel past ook het ver
haal van „de duurste nylons ter
wereld". Die waren van de Ameri
kaanse filmster Betty Grable, be
roemd om haar mooie benen. Ze
slaagde erin een paar nylonkou
sen bij opbod te verkopen voor
het bedrag van 40.000 dollar.
Doel: een steentje bijdragen aan
het geld voor de oorlogsleningen
van de geallieerden in de Tweede
Wereldoorlog.
In de naoorlogse jaren kwa
men en gingen er speciale begrip
pen, die met de nylonkous van
doen hadden: de „nylonclubs"
(twaalf paar kopen, het dertiende
paar cadeau) en de „nylon-slan
gen". Dat laatste was in Amerika
de benaming voor de lange rijen
vrouwen die onmiddellijk post
vatten bij de warenhuizen als die
een aanbieding in (toen nog
schaarse) nylonkousen had
den.
Sinds de jaren vijftig heeft het
nieuwe toepassingen van syntheti
sche vezels geregend. Het pro
dukt nylon wordt gevolgd door
andere volledig synthetische ve
zels met namen als dacron, or-
lon, lycra. In de herenmodesector
begint het met sokken, er komt
een periode van nylon-overhem
den en -blouses, avondjurken en
bruidsjurken. Maar het enthousi
asme voor en de verheerlijking
van .honderd procent nylon" als
toepassing voor kledingstukken
bekoelt in de loop der jaren bij
de consument behoorlijk en ver
schuift naar de mengweefsels,
waarin de synthetische vezel sa-
De ook al met gejuich begroete
'eerste plooirok met blijvende
plooien" dank zij de 35 jaar
geleden ontdekte nylonve
zel).
men met natuurvezels een plezie
riger, mooier en even gemakke
lijk te onderhouden produkt blij
ken op te leveren.
Daarnaast blijft de „goede ou
de nylonkous" een verhaal op
zichzelf. Een verhaal met ups en
downs, met revoluties zoals de
ommezwaai van kous naar panty
nylon, en met geniepige strepen
door de rekening van de fabri
kanten, toegebracht door de al
tijd weer onvoorspelbare „grote
mode". Er is heel wat gebeurd
sinds het bekende modetijdschrift
Vogue bij een foto van een paar
fraai versierde kousen schreef,
dat hiermee „het summum van
kousenperfectie" was bereikt. Dat
was dan wel in het jaar 1902,
toen een materiaal als nylon al
leen nog maar in de dromen van
uitvinders bestond.
CV~'