IET WONINGGIDS.
Firma S. I FÖNTEIJN, Gravenstraat 1313 Middelburg.
ABERIKAANSCHE ORGELS en PIANiNO's van de hoogste muzikale waarde zijn tot de goedkoopste prijzen
bij in» verkrijgbaar. Nergens in Zeeland is een voorraad en sorteerirsg Amerikaansche Orgels, die de onze
nabij komt Veeljarige garantie. Grootste Zeeuwsche Örgelhandel. A. S. J. DEKKERGoes.
W iI
k UTTÖÖlj Ai,
ff iff
n
®i tl
I I IJ af
li
ÉS
grootste publiciteit hier ter stede! 3ÖÖÖ ex. worden wekelijks met zorg verspreid
Grootste Publiciteit.
Oudst en Goedkoopst Adres voor Heeren- en Rinderkleeding, Speciale inrichting voor Rleeding naar maat.
flo. 11.
Donderdag 21 December 1900.
Vijfde Jaargang.
NIEUWSTIJDINGEN.
Burgerlijke Stand van Middelburg.
MIDDELBURGSCH
ADVERTENTIEBLAD
DE FAAM
Verschijnt eiken Woensdagavond,
wordt door de geheele stad gratis verspreid
UITGEVER
Spanjaardstraat
JPrijs der Advertentiën
van 1 3 regels 15 Cent, iedere regel meer 5 Cent.
3 maal plaatsing wordt slechts 2 maal berekend.
Groote letters naar plaatsruimte. By abonnement van
1000 of 500 regels voordeelige voorwaarden.
Met het oog op Nieuwjaar verschijnt
dtt blad de 'volgende week a. s. Maan
dagavonddus Oudejaarsavond.
De politie te Rotterdam heeft de hand gelegd
op eene minderjarige PraDgaise, die uit Amster
dam, waar zij in een berucht huis eenigen tijd
vertoefde, naar Rotterdam was overgebracht om
voor f 100 verhandeld te worden in een derge
lijk huis aldaar. Men had haar voorzien van
papieren op naam van eene meerderjarige vrouw.
Bedoeld meisje, in 1880 in Frankrijk geboren,
viel op 17-jarigen leeftijd te Parijs, waar zij
kindermeisje was, in handen van placeurs. Deze
lieden brachten haar in een zoogenaamde bras
serie nabij Parijs, die echter later bleek eene
inrichting van anderen aard te zijn, en ontvin
gen als loon 60 francs. Bij haar vertrek uit
dat huis werd zij door den houder van haar
geld (ongeveer 50 francs) beroofd, hetwelk zij
in hare kleeding genaaid haden in Parys
teruggekomen, naar een andere plaats in Frank
rijk verhandeld, steeds ten name van een andere
vrouw. Driemaal had deze verhandeling daarna
nog in Frankrijk plaats, totdat zij ten slotte in
Brussel te land kwam. Yan daar uit werd zij
door bemiddeling van een placeur, die haar
f150 in rekening bracht voor een verblijf van
acht dagen, naar Amsterdam verhandeld
voor de som van f88. Eerst na nauwgezet
verhoor bekende zij een en ander aan de
politie, waarbij zij, voor zoover haar die be
kend waren, de namen dezer slavenhandelaars
noemde en ook die van hen, welke haar de
valsche papieren bezorgd hadden. Alle haar toe-
behoorende papieren, waaruit hare minderjarig
heid bleek, had men vernietigd. Hare in Frank
rijk wonende ouders, die in drie jaar niets van
haar hoorden, zyn nu met een en ander in
kennis gesteld.
Een gedeserteerd milicien uit Maastricht
die te Tilburg oplichterij gepleegd had en door
de politie werd opgebracht, schoot zich onder
weg een kogel door het hoofd, waardoor hij
ernstig gewond werd.
Een besteller te Arnhem die met zijn
vrouw eenige kroegen bezocht had, kreeg thuis
gekomen twist met haar over het aanmaken
van de kachel dat zij niet noodig achtte. Vol
gens vermoeden der buren die gebons tegen
den muur en daarna een zwaren val onder aan
de trap gehoord hebben, heeft hij hierop zijn
vrouw eenige malen met het hoofd tegen den
muur geslagen en daarop van de trap gewor
pen zoodat zijjonmiddellijk dood was. Een buur
vrouw vond het uit neus en ooren bloedende
lijk, en snelde naar boven waar zij den besteller
te bed vond. Saam hebben zij toen het lijk naar
boven gedragen, waarop hij zich weer te slapen
legde en eerst te 8 uur des nachts aangifte
deed bij de politie. Hy verklaart echter niets
te weten.
Een dronken man, die te Breda in den
Tramsingel was gezwaaid, werd tijdig genoeg
er uitgehaald om gered te kunnen worden.
Maar de omstanders werden helaas door het
domme bijgeloof beheerscht, dat men hem niet
mocht aanraken voor de politie ter plaatse
was. Toen deze verscheen, was het te laat en
de man dood.
De varkenshoeder en de hertog.
De hertog en hertogin van Connaught be
vonden zich onlangs te Dublin en maakten een
rijtoer door de stad en in de omstreken. Er was
een dikke man, die het rijtuig een heel eind
bijhield. De hertogin liet stil houden en vroeg
aan den man, een varkensdrijver, wat hij toch
wilde. Deze zei, dat het zijn innigste wensch
was geweest, den hertog en zijn gemalin eens
goed te kunnen zien. De hertogin was natuur
lijk gevleid door deze verklaring en vroeg be
langstellend hoe hij dat harde loopen zoo lang
had kunnen volhouden„O, héantwoordde
zeer galant de Ier in zijn eigenaardig taaltje,
„dat beteekent niets, want mijn geheele leven
heb ik achter de varkens aangedraafd."
By de gelegenheid van het huwelijk van
Koningin Wilhelmina zal, volgens de Duitsche
bladen, een Duitsch eskader ons land bezoeken.
Het zal bestaan uit de linie schepen le klasse
Kaiser Friedrich III en Friedrich II, den groo-
ten kruiser Freijea, do linie-schepen 3e klasse
Baden, Saksen en Würtemberg en het aviso
Jagd. Aan het hoofd van het eskader zullen
de broeder des Keizers prins Heinrich en de
schout-bij-nacht Fischel staan.
Op den Amstel is verleden week het al
daar geankerd liggend schip, van schipper Texer
uit Wildervank, geladen met pulp, door een van
Amsterdam komende stoomboot, (vermoedelijk
de Rotterdammer nachtboot) in den grond ge
varen. Bij onderzoek is gebleken, dat deschip-
per en twee zoons zich hebben kunnen redden,
doch dat de vrouw met vier dochters verdron
ken zijn. De lijken van twee der dochters zijn
uit het schip te voorschijn gehaald, terwijl die
van de vrouw en de twee andere dochters zich
vermoedelijk nog daarin bevinden. De geredden
en de twee lijken zijn bij een groentenboer te
Ouder-Amstel binnengebracht.
De Amsterdamsche rechtbank heeft Kn ui-
vers wegens aanranding op den looper Nicolas
van de „Associatie-cassa" veroordeeld tot 5
jaren gevangenisstraf.
Donderdagavond is door den laatsten per
sonentrein van Hengelo naar Almelo, voor het
station Borne, zekere J. S.. van Almelo, aan
gereden en gedood.
Men meldt uit IJzendijke
Ofschoon de dader van den moordaanslag op
den jachtopziener Bron, te IJzendijke, bekend
is, is het der politie nog niet gelukt hem in
handen te krijgen. Toen hij door twee mare
chaussees uit zijn woning was gehaald, heeft
hij de boeien met een ruk losgetrokken en is
op de vlucht gegaan. Men vermoedt dat hij naar
België is gevlucht. De getroffene begint .lang
zaam te herstellen. De hagelkorrels zijn nog
niet verwijderd kunnen worden.
Het stoomschip Groynwell, komende van
Nieuw Orleans met bestemming naar Bremers-
haven, geraakte in den nacht tusschen 17 en
18 December uit den koers, tengevolge van
mist en strandde op het rif tusschen Ameland
en Terschelling. Het gelukte eerst in den och
tend van 19 December, na lossing van een groot
deel der lading, katoen en mais, aan eene sleep
boot van Terschelling, den kolossus van 3000
ton, bemand met 27 koppen, uit z(jne gevaar -
ïyke positie te bevrijden.
Schiedam werd in opschudding gebracht
door een os, die op weg naar de slachtplaats
zich van zijn drijver wist los te rukken en
woest door de straten holde.
Houdt hem Houdt hemriep men van alle
zyden maar de meesten durfden het sterke en
woeste dier niet te naderen. Ten slotte begaf
het dier zich in een slop, waarvan ook weder
alle bewoners haastig de deuren hunner wonin
gen sloten. Aan het einde van het slop staat de
woning van v. d. Bout, die, van 't geheele on
geval nog niets wetende, op het geweldig lawaai
en het hulpgeroep naar buiten wilde gaan.
Maar wie beschrijft zijn schrik toen hij bij het
openen der deur plotseling voor den os stond,
die voor den gesloten deur ziju vaart had ge
stuit en door zijn eigenaar haastig een tweede
knieband was -aangelegd. Nauwelijks zag het
dier de deur geopend en de weg dus weer vrij
of hij sprong daar hij door de knieband niet
meer kon loopen voorwaarts do kamer in.
Alles in de kamer lag dadelijk over den grond.
De tafel werd omver geworpen en de vier pooten
er van braken afwat op de tafel stond lag in
scherven op den grond en wat niet dadelyk
gebroken was werd verbrijzeld onder de pooten
van het rondspringende dier. Aan het eind der
kamer stond een ijzeren ledikant waarin een
dochter van v. d. Bout die daarin reeds een paar
jaar ziek ligt. Het dier sprong ook daarop zoo
dat het ledikant werd ingedrukt, de latten, waar
aan de gordijnen hingen, braken af, de gordijnen
scheurden en de arme patiënte, hulpeloos over
geleverd aan de trappen van het dier riep
angstig om hulp.
Maar reeds was Bax (de drijver) in de kamer
doorgedrongen en niettegenstaande het gevaar
dat hij daarmede liep, greep hij het dier in den
neus en met een geweldige krachtsinspanning
rukte hij het van het bed waarbij drie ruiten
werden verbrijzeld. Door het gevaar van het
weerlooze meisje aangespoord, wist hij 't beest
om te keeien en na een flink touw te hebben
aangelegd, werd het dier nu met hulp van an
deren weggeleid en aan een paal vastgebonden.
Een oogenblik flikkerde het scherpe staal in
de doorbrekende zon, toen verdween het in de
huid van het zooeven nog zoo woeste dier, de
knieën bogen onder het lichaam en met een
smak viel het op den grondzijn levensdraad
was afgesneden.
Per as werd het naar een nabijzijnde slagerij
gebracht, waar het verder werd geslacht.
Op den Warnsveldschen weg bij Zutphen,
reed een onervaren wielrijder bij ongeluk een
vrouw aan. Deze ranselde daarop den „misda
diger" (een stevigen boerenkerel) zoo af, en ging
hem daarna zoo verwoed met een schaar te lijf,
dat eenige voorbijgangers moesten tusschenbeide
komen om hem uit hare handen te bevrijden.
Iets uit een brief van een der City-vrywil-
ligers
„Nabij Boshof werd een onzijdige Boer op
valsche beschuldiging dat hij geweren verborgen
hield 2 maanden gevangen gehouden en daarna
naar St. Helena gebiacht, zijn vrouw en vier
kinderen achterlatende. Een dag na zijn vertrek
kwamen de Engelschen, waaronder een officier,
de vrouw dreigen en toen zij zwoer bij den
Heere haar God dat op haar mans plaats geen
geweren of iets van dien aard verborgen lagen,
en op hare knieën om erbarming smeekte, beet
de officier haar toe„Nog 10 minuten geef ik
u." Als van haar zinnen beroofd stond de arme
vrouw met haar vier onnoozele kindertjes en
toen de tien minuten verstreken waren, vloog
huis en al in de lucht, door dynamiet opge
blazen en de puinhoopen verborgen de lijken
van het betreurenswaardige vijftal.
En onteeren Eene vrouw van een der Trans-
vaalsche Boeren, welke nu nog in het veld is,
ten einde te strijden voor vrijheid en recht,
was bij een barer familieleden voor zekeren
tyd gelogeerd, toen zij twee dagen nadat zij
een zoontje ter wereld bracht, bezocht werd
door een 7-tal Engelschen, het kleine wichtje
werd der moeder ontnomen en bij de beentjes
gevat door een der dappere Engelsche krijgs
helden en vervolgens met het kleine hoofdje
tegen het ledikant geslagen tot het den laatsten
adem uitblies alstoen werd het lijkje buiten de
deur gesmeten als was het van een doode hond
of kat. Toen begonnen deze vervloekte ellende
lingen „hun spel met de arme zwakke vrouw,
die 48 uur te voren een kindje ter wereld had
gebracht." De arme vrouw werd daar zoo laag
en liederlijk behandeld bij dit zevental, dat zij
na eenige uren den geest gaf, en zoodoende met
haar kind op de ellendigste wijze vermoord werd.
Uit een ander schryven (van een Engelsch-
man) blijkt, dat twee Boerenvrouwen uit het
district Ohristiania, herhaalde malen door ben
den Engelsche soldaten zijn mishandeld en naar
het hospitaal te Kimberley gebracht moesten
worden. De schrijver noemt bovendien den naam
van een jong meisje, dat, terwijl zij zich met
haar broeder onder de veranda van het ouder
lijk huis bevond een geweerschot van een En
gelsche patrouille op minstens 300 meter af-
stands ontving."
Uit een brief uit den Vrijstaat:
Het is hier nog vreeselijk droog vee blgft
liggen en gaat dood van magerte. Het volk (de
Kaffers) is nu zoo zijn eigen baas, dat wij vrou
wen het maar zwaar krijgen. De troepen die
hier voorbij gingen hebben hun vee in ons ge
zaaide gejaagd, zoodat wij er niets van zullen
hebben, en er kan niet weder geploegd worden,
wegens de droogte.
Hoe wonderlijk toch de moed van de dappere
nog strijdende burgers. Een zegt„Ik ben maar
15 jaar oud, en reeds een jaar op commando,
doch zal en kan nog 50 jaar voor myn vader
land en vrijheid vechten, als de Heer mij zoo
lang wil sparen." Een ander: „Ik ben nu 20
jaar, maar heb moed om nog 30 jaar voor ons
recht te strijden." Een ander: „Ik ben 30 jaar
geweest en zal ook nog andere 30 jaar willen
vechten; indien God mij spaart, dan wil ik
liever strijden tot allen dood zijn, dan dat wy
zwaar juk op onze schouders moeten dragen."
I I, I es ssa
Yan 18—24 December.
ONDERTROUWDA. J. Wiessner, jm. 21 j.
met N. Koppejan, jd. 21 j.
GETROU WDP. J. Thomassen, jm. 40 j.
met A. C. Karreman, jd. 40 j. V. Cracau, jm.
28 j. met E. Frank, jd. 20 j.
BEVALLENK. Alberge, geb. Kleinkramer, d.
J. A. de Klerck, geb. Michaelsen, z. C. A. Claassen
geb. Baale, z. J. Lievense, geb. La Brujère, d.
H. J. Tisserand, geb. Nachtegaal, z. J. C. F.
Hamel, geb. Jongepier, z. H. W. Groenewegen.
geb. Yan de Putte, z. J. C. de Landmeter, geb.
Strak, d. P. J. Marijs, geb. Buijs, z. S. M. de
Jonge, geb. Bruggeman, z. P. Gabriëlse, geb.
Roelse, z. M. Langejan, geb. Midavaine, d.
OVERLEDENA. Davidse, wede van G. Wisse,
84 j. II. de Kok, z. 5 w. J. Reijnhout, z. 7 w.
T*. Labruijère, wede van L. Bösselaar, 82 j.
P. Hoogesteger, d. 2 m. J. J. Lefevre, d. 8 m.
J. Machielse, d. 4- m. G. Koole, vrouw van P.
C. Ludikhuijze, 75 j. P. Flipse, wed. van J. Vader,
75 j. M. J. Louws, wed. van A. A. Valkhoff, 66 j.