Vervolg verhaal DAAD Fotogroep De Huiskamer ook dit jaar weer succesvol Meditatie Geslaagde Open Dag KNRM Stellendam en Ouddorp Troost na Hemelvaartsdag EN y EIIAIIDEn-niEUWS MET THOPISCH EILAND 81J ZWITSERLAND VUILE KUNSTBLOEMEN IJ OF DIJ The Islanders spelen sterk De weg der kleine mensen Hoofdstuk 6 Ltzebeth PAGINA: \'RIJDAC; 14 MEI 2010 Dezf vraag- m antwoordruhriek staal gfhfd lm diensle van de Ifztr die n- koslcnloos gebruik van kan maken. Uw vragen op velerlei gebied kunt u sturen aan: liedactie Jülanden-Nieuws, Postbus 8, 3240 AA Middelhamis, met in de linkerbovenhoek 'Vragenruhriek' vermeld. De xnagen worden door deskundigen heaniwoord en zullen binnen enkele weken na de inzending eompleel mei antwoord in deze rubriek worden gepubliceerd. op reis naar Zwitserland betorh- li'H wij hel eiland Mainau in hi'l Bodenmeer, waar citroenen, sinaasappelen en andere Iropisehe g('uia.W(!it groeien. Hoe kan dat m het koude Zwitserland? En van waar die Zweedse vlaggen? Antwoord: Het eiland Mai nau wordt dooi- veel gidsen subtiopisch jrenoenid nuiai' is dat helemaal niet. Het ligt ook niet in Zwitserland, maar bin nen de Duitse grenzen. Dal er ananas.sen, bananen, citroenen en tal van andere subtiopisebe bomen en planten groeien, heeli een andeie oorzaak. Dil eiland werd namelijk gekotlil door prins Lennai t, een lid xan de Zweedse koninklijke familie, llij was een grool lielhebber van exotische gewassen en liet die daar in groten getale rond om zijn (uit I7:;9 daterende) slol aanplanlen. Om ze te kun nen oveihouden in de vaak zo koude Midden-Euiopese win- leis met slienge vorst, heeft llij enorme uil neembare kassen lalen fabriceren. De wanden daarvan worden in september rondom de kxvetsbare bomen en planten geplaatst. Het gla zen dak gaat over de bomen heen. In mei worden alle delen weggenomen en 's zomers kijken de toeristen hun ogen uit. Zij zien geen spoor van de bescliermeiitle beschutting en van de verwarming meer en voldoen grif de flinke entree prijzen, waarmee het grote leger luinlieden wordt betaald. Het park is 44,7 ha groot en de Zweedse vlaggen waaien er omdat het Zweeds bezit is. Ik heb versclutlende kunstbloemen en planten staan die vies en stoffig werden. Hoe kan ik die het veiligst schooit krijgen Antwoord: Grote planten kunt u besproeien met een gieter vol handwarm sop. Kleinere kunt u onderdompelen in een bad. Daarna wel gelijk afspoelen met schoon water De kuiistzij- deii bloemen die er tegenwoor dig Ie koop zijn, worden ver vaardigd van een kunstvezel en kunnen daarom op allerlei wijzen worden opgeknapt. Zijn ze erg vuil, dan kunt u ze beter in een sopje dompelen dan ze besproeien. Er bestaan ook mei de hand gemaakte kunstbloe men, besjes en corsages die zijn omwikkeld met een hars achtig materiaal als caoutchotic of dergelijke. Hiermee moet u heel voorzichtig zijn. .Maak een schoon zakdoekje vochtig en laat daar een enkele druppel van een oirschuldig afwasmid- del op vallen. Veeg daarmee hel stof of het vuil weg. Zorg er wel voor, dat de stelen niet nat worden, want dan kan hel bindmaleriaal loslaten. Als die bessen of andere vruchten ver vaardigd zijn van tempex waal een laklaag omheen zit, kan de verllaag gaan afgeven of (in 't ergste geval) de was barsten. Bezit u echte zijden bloemen of corsages, dan moeten die even voorzichtig worden behandeld als de tempex be.sjes. Blaas nooit met een föliii of de ach terzijde van een stofzuiger over zijden bloemen of planten. De wind daaruit kan de kunstslof namelijk extra statisch maken, waardoor er (nog) sneller en (nog) meer stof wordt aan- gelrokken. Een tip: bij som mige (kunst )bloemenzaken zijn sprays te koop, waarmee li zulke kunstige bloemenpracht enige lijd antistatisch maakt. waardf)or die minder slof en vuil aanlrekl. Een bakker heijl een bakkerij en een slager een slagerij; ivaarum heeft een nmkelaar een makelaar- diff Antwoord: -IJ en -dij zijn zgn. suffixen. De oorsprong van het suffix -ij -uitgebreid tot -arij, -erij, -enij, -ernij- is te vin den in het Frans. Zeldzaam is een uitbreiding van dit suffix lol -dij of -derij. Naar analo gie van abdij, proosdij, voogdij onlstond makelaardij. Fotogroep De Huiskamei is een club Ijestaande uil 12 lolo- gvafen, waaronder Theo Mas- lenbroek en Fons Kern, beide lid van foloclub De Rarekiek Ie .Sommelsdijk. Fotogroep Deze (lub is ;i jaar geleden ontslaan door een alsjilitsing van een aantal leden van foloclub Don gen, waar Theo en Fons even eens lid van waren en Fons nog is. Het eerste jaar weid De I luiskamer meteen eerste in de landelijke Bondslbtowedslrijd. een wedstrijd waar meer dan 180 clubs aan meedoen en waar zon ISOO lolo's voor woorden ingezonden. Het tweede jaar werden ze weer eerste, wat bij de Folobond zelden voorkoml. Dil jaar, het derde jaar dus, wercien ze tweede en waren er tevens twee bronzen stic kers voor Fons: één voor zijn inzending- voor De Huiskanier en één voor zijn inzending bij Foloclub Dongen. De Huiska mer behaalde dit jaar zelfs vier slickeis: twee zilveren en twee lironzen. F'oloclub De Rarekiek werd dil jaar vijfde en Foloclub Dongen zesde. De Rarekiek en Dongen behaalden beide 2 bronzen stickers. Voor de bondsfotowedslrijd stuurt een foloclub tien foto's in. Deze worden beoordeeld door drie juivleden (fotografen). De door Theo en Fons ingezonden foto's werden door hen zelf afgewerkt en gedrukt. In de juwelierswinkel van Fons Kern, op D'n Diek in Middelharnis. hangt een aantal (oio's op een Ibrmaat \'aii 60 x 90 cm., waar onder ook de zgn. stickerfoto's. De hierbij geplaatste Ibto werd gemaakt door Fons. OUDE-TONGE - Zowel liei soflbalteam als het junioren 1 team van The Islanders greep hel voorbije weekend twee belangrijke winstpunten. Beide teams wonnen op over tuigende wijze van de naaste concurrenten. De dames van fbe Islanders deden dit in Zevenbergen, waar directe concurrent Seveii Hills met 1-8 werd versla gen. Meteen vanaf de eerste slagbenri was The Islanders nachukkelijk aanwezig. Esmée de Keizer opende met een pei- lecte slootslag. Zij werd verder geholpen op de honken door een honkslag van Sanne Teijn. Hierna volgde Brilt Breure met een homerun, waarmee de eerste drie punten binnen kwamen. Seven Hills kwam onvoldoende door de Oude- Tongse verdediging heen. Pit cher Sanne leijn gooide een goede pot en het veld achter haar liet geen steken vallen. Een super geconcentreerd, én tol de tanden toe gemotiveerd, junioren 1 team versloeg zater dag 8 mei jl. eveneens één van zijn directe concurrenten. Het bezoekende Wizards of Boz wist niet wal hel overkwam en moest diep buigen voor de roodwilten: 17-5-eindsland. Mei een uitstekende vangbai meteen bij de eerste slagman, zette linksvelder Bas Neder- veen de loon. Het inspireerde zijn werper Danny Hameele- man in ieder geval voldoende om de volgende twee nullen via drieslag Ie maken. Zijn eerste twee van de in totaal lien keer drieslag in zes innings. In de eerste slagbeurl zorgden ach tereenvolgens Bas Nederveen, Kevin Hameeteman, Mark de Vos en Kees Dnpree voor de eerste vier punten. Mede na een prima honkslag van cat cher Florentijn Hogerwerl. .Ook het junioren 2 team bleef aan de goede kant van de score. Het bezoekende Spikes werd met een 11-8-iiederlaag teruggestuurd naar Spijke- iiisse. De bezoekers namen in de eerste inning nog een aar dige voorsprong van 1-7, maar door de veerkracht van hel jonge juniorenteam uit Oude- Tonge bleek dil uiteindelijk niet voldoende. Tol de laatste inning kroop The Islanders dichterbij. Na de 4e inning was de si and gelijk (8-8) en met nog een kxvarlier ie spelen werd er liegonnen aan een spannende x'ijfde en levens laatste inning. Het eerste honkbalteam van The Islanders speelde een spannende thuiswedstrijd tegen de Gryphons, met sterk veldspel aan beide kanten. Maar voor de derde keer op rij werd nipt verloren (7-8). The Islanders laat echter duidelijk zien dal ze in de derde klasse thuishoren, na het kampioen schap van afgelopen seizoen. De sterke derde inning (5-2), waar de pitcher van Gryphons onder druk kwam te staan, werd in de innings erna niet doorgezet. Hierdoor verzuim de The Islanders afstand te nemen, en bleef Grvphons in de wedstrijd. De ervaring en een aantal gelukkige hits in de negende inning werden uitein delijk niet meer goedgemaakt. Islanders-pitcher Niels Splin ter hield de sterke slagploeg van Gryphons negen innings lang uil de wedstrijd. Tweede honkman Natlaniel Ferrer, maakte een sterk debuut, mei een tweehonkslag en een aan tal goede nullen samen met eerste honkman Sander Wal dekken ■£h een wolk nam Eleiii weg van hun ogen'. Hand. 1:9b L kent, denk ik, allemaal wel het gezegde 'Lil het oog, uit het hart'. Hel is helaas maar al Ie \aak waar! Als een goede kermis van u naar /Vmerika vertrekt, of een goede vriend sterft, ach, we vinden het even erg, maar meestal zijn we ze spoedig vergeten. Er was \vel een band, maar het was geen liefdeband! Lil het oog, uit hel hart! ('i Zat er trouwens eigen lijk nooil in!) Zo was hel echter bij de discipelen op de Olijf berg niet. Ja, de Heere Jezus was nu wel weg uil 't oog, dat slaat duidelijk in de tekst, niet waar? 'En een wolk nam Hem weg van hun ogen'. Maar in hun harten brandde de liefde. 'Want de liefde is sterk als de dood, de ijver is hard als het graf; haar kolen zijn \'urige kolen, vlammen des Heeren. Vele wateren zouden deze liefde niet kunnen uitblussen, ja de rivieren zouden ze niet verdrinken' (Hoogl. 8:6b ,7a) Dal was ook geen wonder, dat hun hart van liefde brandde, want lol hel laatste toe sprak de Heiland met hen \c\n de dingen die het Koninkrijk Gods aangaan (vers 3b) en als ze Hem dan zien vertrekken, dan welen ze hel: Zijn werk hier is af, onze zonden zijn \erzoend! 'Zo God vóór ons is, wie zal tegen ons zijn? Die ook Zijn eigen Zoon niet gespaard heeft, maar heeft Hem voor ons allen overgegeven, hoe zal Hij ons ook met Hem niet alle dingen schenken?' (Rom. 8:jlb, 32). En daarom welen ze ook door het geloof, dal ze Hem eenmaal volgen zul len naar die plaats, waar een dichter van zingt: O zaligheid, niet af te melen; o vreugd', die alle smart verbant! Daar is de vreenid'lingschap vergelen; daar zijn we in het vaderland. Zolang ze echter nog hier beneclen zijn, zullen ze des te meer moeten gaan beoefe nen: 'Want wij wandelen door geloof en niet door aanschou wen' (2 Kor 5:7). De lijd \an zien is nu voorbij! Zou Thomas nog gedacht hebben aan de woorden van de Heiland uit Joh. 20;29b: 'Zalig zijn zij, die niet zullen gezien hebben en nochtans zullen geloofd heb ben'? Wie zal 't zeggen. Och, ik denk dat nu dal andere wooid \an zijn Meester wel de oxei- hand gehad zal hebben, name lijk 'En zie, ik ben met ulieden al de dagen lol de voleinding der wereld' (Matth. 28:20). Daarom schrijft Lukas ook in hoofdstuk 24:52 en 53: 'En zij aanbaden Hem, en keerden iveder naar Jeruzalem mei grote blijdschap. En zij waren allen tijd in de tempel, lovende en dankende God!' Lezer, was u ook zo in de kerk op Hemelvaartsdag? Nou? L was er toch wel, naar ik hoop? Voor de zoveelste keer hebt u 't aan 't begin van de dienst weer gehoord: "Ik geloof... in Jezus Christus, opgevaren ten hemel, zittende ter rechter hand Gods, des Almachtigen Vaders, \'anwaar Hij weder komen zal om te oordelen de levenden en de doden! (12 Art.) Gelooft gij dat? Geloven, weel u wat dal betekent? Wel, dil: Wij zien Hem niet, en toch: 'Dewelke gij niet gezien hebt, en nochtans lielliebt; in Dewel ke gij nu, hoewel Hem niet ziende, maar gelovende, ii ver heugt met een onuitsprekelijke en heerlijke vreugde' (1 Petr 1:8). Je ziet het niet dal Hij zit aan de rechterhand Gods en je geloof het toch! Wonderlijk liè? Je ziel Hem niet, maar je gelooft het toch: 'Wij hebben een \'oorspraak bij de \'ader, Jezus C!hristus, de Rechtvaar dige' (1 Joh. 2:Ib). Wonderlijk hè? Hel is dal zeker weten en dat vasl vertrouwen, dat Hij, Die de vergeving der zonden voor ons verwierf ons ten goe de daar is! (HC antvv. 21 en 46) Is het ook uw geloofsuitzicht, lezer? Vierde u zo Hemel vaartsdag? L zegt: Ja, maar dan moet je wederomgeboren zijn! .Allicht! .\nders kun je het Koninkrijk Gods niet zien. Wie heeft ons dat nu duidelijker gezegtl, dan Hij, die opvoer. 'Voorwaar, xoorwaar zeg Ik u, tenzij dat iemand ïvedei- omgeboren wordt, hij kan het Koninkrijk Gods niet zien' (Joh. 3:3). Dat is: In hetzelve niet ingaan (Kantt.). Maar als 11 daar non niets van verstaal lezer, wordt het dan niet hoog tijd dat u. net als Nicodemus, bij de Heere Jezus aanklopt? .\ls u er nu werkelijk niets van begrijpt, och, ga er dan eens mee naar Hem toe, al is 't ook midden in de nacht! Nu geen ja-maars of dogmatische uitvluchten bedenken hoor! L'w eeuwig behoud staal op het spel! Trouwens, Hij is niet ver van een iegelijk van ons! (Hand. 17;27b). Mag ik u dan in dit verband ook op de dis cipelen wijzen? 'Een wolk nam Hem ïveg van hun ogen'. Op 't eerste gezicht zou je zeg gen: Dal is ook wat! Nu is Hij weg, oneindig vér weg! Want de hemel, dal is vér weg! 't Heelal is onmetelijk, nietwaar? Maar zou het waar zijn, dat Hij oneindig vér is? Welnee! Wat is er tussen de discipelen en hun geliefde Meester? Een muur van beton? O nee, nog niet eens een voorhangsel, zoals in de tempel voor het Heilige der heiligen! O, wat schui- \'en wij va;ik \eel lussen de Heere Jezus en de Zijnen hè? Ja, maar God niet hoor! Een wolk! En wat is nu een wolk? Die lijkt dik, maar je prikt er zo door heen! Hoe was 't ook weer op de berg der \'ei-heer- lijking? 'En zie, een stem uit de wolk, zeggende: Deze is Mijn geliefde Zoon. in Dewelke Ik Mijn welljehagen heb: hoort Hem!' (Matth. 17:5b). Och, nie in Hem gelooft is hoog stens door een wolk van Hem gescheiden. Daar komt nog bij: Wat wordt ook \veer gezegd m ;intw. 38 van het Kort Begrip: Dit 'Naar Zijn Godheid, majes teit, genade en Geest wijkt Hij nimmermeer van ons'. Gods kerk kan dus niets overkomen! Zeker, 't is waar: ■\'eel weder- waardigheen, veel rampen zijn des vromen lol! Maar... uit die alle redt hem God; Hij is zijn heil alleen!' (Ps. 34:9b ber.). Wel lezer, en als Gods Woord dan zegt: 'Hij is niet ver van een iegelijk van ons', dan mochlen we toch wel geen van allen ooit rusl hebben, voor dat we dat geloot deelachtig zijn! Nee. dan begrijpen we alles niet en dat hoeft ook niet, maar dan gelóven we alles wel! We houden er immers geen begripsleer op na, maar een geloofsleer. Dan gaan \xe zin gen: Heer', ik wil l'w liefde liwen, al begrijpt mijn ziel L' niet. Zalig hij, die durft gehwen. Ook -wanneer hel oog niet ziet! .Schijnen mij Vw -wegen duister Zie, ik vfaag U niet: waarom? Eenmaal zie ik al Uiv hiisten .ils ik in L'ie hemel hom! Ds. G. Meuleman, Ouddorp STELLEND AM/OUD- DORP - Zaterdag werd op de KNRM-stations Ouddorp en Stellendam de jaarlijkse Open Dag gehouden. Veel beman ningsleden en hun part ners waren die dag in de weer om voor de bezoe kers een geslaagde dag te verzorgen. Volgens de organisatie zat het weer deze keer niet mee, maar in zowel Stellendam als Oud dorp bleef hel zaterdag toch droog. In Stellendam stond naast het bemanningsbedrijf een kraam met gebakken vis, waar gretig gebruik van werd gemaakl. Rond 10.00 uur vertrok de eerste tocht van de .\ntoinelte met de gasten. Deze redding- boot werd de hele dag begeleid door de Neellje Slruijs. Het meevaren was dil jaar alleen voor mensen die al donateur waren of werden. Voor het bemanningsverblijf stond een schaalmodel van de vorige red- dingboot, de Prinses Margriet. In het bemanningsverblijf stond een stand met informatie en men kon er donateur wor den. Verder draaide er door lopend een film over hel werk van de KNRM. Er waren in Stellendam ongeveer duizend bezoekers en zo'n 35 vrijwilli gers \s'aren er actief In Ouddorp zorgden ongeveer veertien vrijwilligers voor de ontvangst van de circa twee honderd bezoekers. Er werd gevaren met de beide boten van station Ouddorp, de Griend en de Baron van Lvnden. In het bo<jthuis was een stand met voorlichtingsmateriaal en kon men donateur worden. Ook hier draaide er een film over het werk van de KNRM. {Folo: Kee.\ Mii'luj}) -83- P.J. de Rover Om een uur of drie ligt de Vertrouwen in Cravestein voor de wal. Dirk laat het zeil op de luiken liggen en de fok op de \()orplecht. Hij gunt zich geen tijd het netjes onder de huik ie bergen. Dat mag Dorns eens proberen. Dirk zal Gilia ver rassen. Ze verwacht hem niet vandaag. Er is iets van het kind in de jonge, stoe re .schipper Het kind sterft nooit in de man, ook niet in de ruige vechter tegen water en wind. Hij steekt de dijk over, die verlaten is op dit uur Het huisje, w-aar Gilia woont, staat binnendijks, aan het eind van een lange stoep. Gilia heeft geen behoefte om buitendijks te wonen. De rivier trekt haar immers niet. Nog vóór Dirk de klink van de deur licht, blijft hij slaan. Hij hoort een vrouwen stem, die onderdrukt lacht. Hij hoort... een mannenstem. De argwaan vliegt in hem omhoog. Dus toch! Hij probeert door hel blauwe horretje te zien. Het lachen verstomt. De mannen stem zwijgt. Hij weet hel, opeens, alles, 't Gemonkel. de dorpspraat, is waarheid. Een felle woede vliegt in hem omhoog. Hij holt naar het .schimrtje achter het huis. grijpl een bijl, rukt de deur open en... Maar \óór hij de slager een dodelijke slag kan toebrengen, glipt die, in blauw-baaien broek, hel raam uit. Dirk, ontzind van woede, rent hem na, met de gexelde bijl. De slager ziet geen andere weg ter ontkoniing dan een brede sloot, die ach ter het huis loopt. Hij springt er in en een enkele seconde later is hij aan de overkant. Dirk slingert hem zijn bijl na. Het ding suist rakelings langs de slager heen, maar mist... "Ms ik jou ooit in mijn knuisten krijg, maak ik je kepot, smeerlap. Non zei je wel afgekoeld zijn!" schreeuwt hij hees. De slager, die inder daad wel afgekoeld zal zijn, holt om zijn leven. Over de akkers, waarop een laagje sneeuw is blijven liggen. Nog even kijkt Dirk hem na. Dan gaat hij naar binnen. Daar zit Gilia, aan de tafel, bevend, haar handen voor haar gezicht. Wal zal hij haar doen? Zij kent de nietsontziende drift der schippers. Hij zal haar slaan, haar doodslaan mis schien. Ze krimpt ineen als hij binnen komt. "Eigenlijk moest ik je de hersens in slaan, min wijf", gromt hij, "maar ik zei het niet doen. Je bin een vrouw en je bin in \erwachling. Maar nou weet ik, dat het geen kletspraatjes zijn, die ze me verteld hebben. Zeg op, waarom heb je dat gedaan?" Gilia, ze hoort het donkere grom men %an zijn stem, als een aftrekkend onweer Hij zal haar niet doodslaan. Hij doet haar niets. Had hij haar maar woest door elkaar geschud, gebeukt en o\er de grond gesleurd. Het zou een rechtvaardige daad geweest zijn. Maar hij doet hel niet. Ze weet, hoe hij daar staat, aan de andere kant van de tafel, hoog en dreigend, zijn handen tot \uis- ten gebald, zijn mond vast gesloten lot een smalle lijn, in zijn ogen de woede van zijn ziel. Ze hoort zijn adem hijgen. Ze liarst in snikken uit. Gilia. Haar hele lichaam schokt. 'Je laat me ook de hele week alleen", snikt ze tenslotte. "Dat is je eigen wil!" schreeuwt hij. "Waarom ben je niet aan boord geble\en. Je heb mijn leven, je heb ons huwelijk kepot gemaakt." Dan wat zachter: 'Je bin een min wijf. Je bin... een hoer, een slet." In deze laatste woorden ligt zoveel \er- achting, dat Gilia huivert. Ze hoort de ganse opgekropte teleurstelling in deze enkele woorden. Ze hoort het \oorgoed geschokte vertrouwen. De breuk in hun samenleven zal misschien nog te helen zijn, maar hel leken ervan zal blijven... Dirk gaal naar de schuit terug. In het kleine \-ooronder waar hij groot gebracht is door gelukkige ouders in een harmo nisch huwelijk, valt hij neer op de bank tegen de zijwand. Hij stut zijn hoofd, zijn bonzend hoofd in zijn handen en zit er kmg, heel lang. De daad van die nacht, die iwoele zomernacht tussen de hooi- hoppers in de uiterwaard, is gewroken. Want ook 's mensen zonde legen de wet der goede zeden wreekt zich onherroe pelijk. y\1s het knechtje zijn hoofd dooi de klapopening steekt en zegt: "Ik heb het tuig onder de huik. schipper", staat Dirk op. Hij duwt een geweldige pruim achter zijn kiezen en kauwt grimmig. Met een grauw gezicht komt hij aan dek. "Maak de huik maar weer los. j6. We gaan weer onder zeil", zegt Dirk somber Dorns, \erwonderd, doet wat hem be\o- len wordt. Die grote mensen, daar kun je toch ook niks op aan. zegt hij in zich zelf. Even later zeilt de Vertrouwen op. Een sneeuwstorm haalt het schuitje in. De rivier is weer in grijze nevels gehuld. De oevers wijken ver achter de grijsheid. Een sleep gooit het neer, omdat er totaal geen zicht meer is en de korte dag als \erschrikt weg\lucht voor dit geweld van storm en sneeuwjachl. Maar de Vertrouwen zeilt voort, zo o\'erhellend, dat het water in het gangboord golft en Dorns met bevend hart boxenlij op de plecht gaat zitten. Dirk achterop ziet het niet. Hij ziet mets meer Met beide knuisten geklemd om de helmstok staat hij in de stunrbak. Hij zal zijn woede en teleurstelling uitzeilen in felle kamp met de elementen. Hij is één geworden met die elementen. Hij jaagt met hen door de snel donkerende grauwte, één bonk geweld Dorus denkt dat de duxel aan boord gekomen is en nu aan het roer staat... .Als straks de elementen uitgeraasd zijn, slaan de sterren in de lucht. En nog zeilt de \'ertrouwen, o\'erdekt met sneeuw, rechtop nu... Januari is een grillige maand, 't Is met het «eer in deze maand net als met som mige mensen. Je kunt er totaal geen slaat op maken. De ene dag regent het, de anclere dag ligt er een pak sneeius'. Die dooit \veer gedeeltelijk weg en wat er tegen de avond nog over is, vriest vast. De stoep voor je buis wordt spiegelglad en als je geen as strooit, gebeuren er ongelukken. Met een afnemende maan blijft het kwakkelen, totdat de wind zo omtrent nieuwe maan eindelijk uit het Zuiden loskomt en zoetjesaan door hel Westen naar hel Noorden scharrelt, 't Is hele maal geen mirakel als het zo half janu ari nog gaat vriezen. Let er maar op: de halve maan staat 's avonds zo puur in de donkerfluwelen lucht, dat je de andere helft ook ziel. Een stuk of wat sterren pinkelen zo'hef- lig of ze de tranen in de ogen hebben an de kou. Denk om de pomp buiten of de kraan in de keuken; alle kans dat je morgenochtend geen water hebt. De schippers weten suflisanle verhalen \an januari. Willem Tromp, de vader van Lizebelh, die nu in Den Haag dient, heeft het meegemaakt dat het 's avonds water uil de hemel goot en... 's morgens liep hij om de schuit. .^Is Goris de Leu genaar dat vertelde, kon je het verhaal gerust met een korreltje zout nemen en om zo te zeggen een waterhoentje 's mor gens om de schuil laten lopen. Maar Wil lem Tromp, de vader van Lizebeth, was een oprecht man. Die hield zich niet met leugens op en aan schipperslatijn had hij geen kennis. Zijn dochter Lizebeth, de derde der \'ier kinderen, is nel als haar \ader Oprecht en trouw in alles, tot in het kleinste toe. En eerlijk als goud. (Wnrdl veniolgd)

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 2010 | | pagina 5