De Eendenkooi en Visstal onder Melissant (i) Onverwachts volop snecuwplezier g :j EIUVriElEt1-niEUW5 Door W.M. Blokland In de eerste helft van de twintigste eeuw zijn er in Melissant een eendenkooi en een visweer geweest. Deze twee vanginstallaties waren gelegen in en bij de polder Roxenisse. Bouwer, exploitant en zijn familie ;r-^^ N^M .-': '''^IHft^%tett' Eendenkooi Visstal Eerste koor uitvoering in atrium Den Hoogen Caemer zeer geslaagd SOMMELSDIJK - Het was voor mannenkoor Ons Koor de eerste keer, een probeei-sel eigenlijk, maar het was meteen een groot succes: een zanguitvoe- ring geven in het" atrium \an complex 'Den Hoogen Caemer' aan de Sperwer te Sommelsdijk. In de koude maar sfëeivol aangeklede overdekte binnenruimte zongen de mannen van Ons Koor voor zo'n hon derd vijftig belangstellen den, voor wie ook stoelen gereed waren gezet. En de hoge ruimte van het atrium stond garant voor een goede akoestiek, waar door de mannenzang 't pi-ima deed. "Volgend jaar zeker voor heihaling vat baar!", zo luidden de eer ste spontane reacties. Foto: Jan Mackloet SOMMELSDIJK Ondanks het vele onge mak dat het ook veroor zaakt, is het deze dagen voor velen weer ouder wets genieten van de sneeuw, die ook in deze hoek van het land neer kwam. Sommigen zijn daarbij zo vindingrijk dat ze zelfs bij dit weer én op het droge gebruik weten te maken van hun surf plank. Achter de auto en over de slibberige straat, zoals hier in de West plaat te Somirielsdijk, glijdt de plank minstens zo goed als in de wind op het wijde water Foto: Danker' Peeinan. PAGINA 21 DINSDAG 22 DEGKMBER 2009 Vanuiteen waterplas vriiaklu'ii zult dr uauj^pijJM'n. De heer Jacob Sieling, op 8 maart 1878 te Hillegersberg geboren, is met het ge/in van zijn ouders in 1890 van Hille gersberg naar Melissant geko men. Hij mijn welen heelt het ouderlijk ge/in vanaf die tijd op de boerderij gewoond die 'Ciediild en Volharding' heette en later Ijewoond werd door de alom bekende heer l'ieler Dirk Sieling. De uitgebreide en overzichte lijke genealogie van de linnilie Sieling geelt weer: Dii'lmh Ernst Sieling Invaiii inel kiiopwaar op zijn rug imnnit Oiiits- lirntl, iiarir Nederhind, om in de Inge landen aan de zee zijn koop- De lutniher vtirrt zijn slnlrenden. Wdiir te slijten. Langs de Rotte bij liergsehenhoek kwam hij de wedu- xve Maria Oskam tegen, ivaarmee hij op 2 jiini 1796 een kerkelijk huwelijk is aangegaan. In latere geslachten komen dan veel Siehngen voor met als beroep landbouwer of zoals toen genoemd, bouwman. Ook vanuit andere lectiuu' is op te maken dat in deze streek des lands enige monumentale boerderijen Ijewoond werden door Sielingen. De uil Ilillegersberg gekomen heer Dirk Sieling gal blijk een vooruitstrevend man te zijn. Hij stichtte me( enige andere mensen in 1909 een christelij ke school te Melissant, waarvan onlangs het 100 jarig bestaan van gevierd werd. Helaas is deze heer Dirk Sieling, toen de gebouwen der school gereed waren en de opening had plaatsgevonden, korte tijd later overleden. Hij werd ais voorzit ter opgevolgd door zijn oud ste zo{)n, Leendert. Deze had intu.ssen een boerderij vlakbij de eerder genoemde ouderlij ke boerderij laten boinven. Pieter Dirk, in de omgeving bekend als l'é Dé, die de jong ste was kwam op de ouderlijke boerderij. Hij heelt veel lot sland gebracht op verschil lend gebied, het belangrijkste was wel de vasle oeververbin ding, de Haringvliet brug. In de omgang bleek hel een man waar je niet omheen kon. De tweede zoon, Jacob, is getrouwd te Bleiswijk op woensdag 25 maart 1903, op 2.5-jarige leeftijd met zijn nicht Lytlia Biemond, 25 jaar oud, dochter van Johannes Bie- moird (bouwman] en Trijntje Sonneveld. Dus Jacobs vrouw Lydia was de oudste doch ter van zijn oom Johannes en heette hetzelfde als zijn moe der. Zijn beroep, zo lezen we, was landbouwer. Zij woonden in een huis aan de Voorstraat te Melissanl, dat in 1915 voor wegverbreding werd afgebio- ken. fn de geschiedenisfje.schrijving van Melissant wordt melding gemaakt dat in 1916 de aan de Molendijk staande oude Ijoerderij van Human op een zondagmiddag met een harde storm is omgewaaid. Ook staat hierbij vermeld, 'later van J. Sieling'. Hiermee zal bedoeld worden hel geheel met grond, e.d. Vanaf deze lijd laai Jacob Sie ling hier een royaal, herenhuis bcjuwen. Op bedoelde grond, die de oppervlakte van circa 3.5 hectare bedroeg, werd door de heer Sieling tuinbouw bedreven, o.a. glastuinbouw en andere bijzondere produc- Hel knnikfriwndje. hier ter plaatse zo genoemde vi.sstal, buitendijks op de slik- 1 1 Si 1 li/etvlien/wn langs de vangj)ijp. ten. In enige oude geschriilen is zijn beroep als tuinder aan gegeven. Ook werden ei' in de loop der jaren wat kleinere, en een grote schuur bij gebouwd met daaraan grenzend een roy aal huis. In dit huis is Sielings dochter Lydia, die getrouwd was met de heer H. van Piu- len, gaan wonen. Na de lam. H. van Putten, die naar Apel doorn verhuisde, heeft de fam. L. van Beek hier gewoond. Daaina zijn wij als gezin daar begonnen en onze beide kinde ren zijn er geboren. De heer Sieling, die schijnbaar niet zoveel in de landbouw zag, had als middelen van bestaan, naast zijn tuinbouwbedrijf, een ken legenoxer de polder Roxe nisse. Kn in dezellde polder een eendenkooi, binnendijks gebouwd c.q. laten bouwen. Beide objecten waren schuin tegenover elkaar gelegen. We zullen eerst het een en ander over beide vanginstallaties door nemen. Een eendenkooi was en is bestemd voor het vangen van wilde eenden. Ze zijn al zo'ii 700 jaar een Nederlandse uit vinding. Ooit telde ons land wel 1000 eendenkooien, terwijl dit er nu nog 100 a 120 zul len zijn. Ze waren oorspron- vangfnjp wordt al nauwer. bestemd om eenden te \'angen voor de consimiptie, eendenbout was indertijd een gewild product. Nu zijn de kooien waardevolle kleine natuurgebieden,waar eventu eel nog eenden worden gevan gen voor wetenschappelijk onderzoek; ze worden geringd en weer vrij gelaten. Men vergelijkt de vorm van een eendenkooi wel eens met een rogge-ei afbeelding, met de verlengde hoekpiuiten als vangpijpen. Een flinke water plas, of kooiplas, hier ter plaat se ong. 1 ha. groot, omgeven door bossage, hoge struiken en plantengroei. De vangpijpen, die vanuit de vier hoeken van de kooiplas beginnen, lopen in een bocht of hoek en wor den smaller. Ze kunnen op een bepaald punt door de kooiker worden afgesloten om te ein digen in een x'anghokje, waar de eenden kiuinen worden bemachtigd. De vangpijpen zijn omgeven met rietscher- men, In de buiteirbocht zijn ze in los verband geplaatst, ze verspringen dan en zijn schuin (ipgesteld. De eenden kunnen de kooiker achter deze scher- men niet zien. Ook zijn deze pijpen met gaas of netten over spannen. Hoogstwaarschijnlijk komen gezegdes zoals 'achter de schermen', 'de pijp uit', en 'het hoekje om' hier vandaan. De kooiker is een belangrijk persoon, zonder wie de kooi niet kan functioneren. Niet altijd woonde hij bij de kooi, maar dat was - vooral gezien de rust die in een kooi moest heer sen, mede met andere voorde len - zo wel gewenst. De taak \'an een kooiker is veel- onrvattend. In de meeste geval len komt er ook liefhebberij bij. Twee zaken zijn belangrijiï voor de kooiker. Ten eerste zijn hondje. Een ras met wit te delen in zijn vacht en eeii pluimstaart, die op het juiste moment de eenden verder de pijp of fuik inlokl. Een eend is van nature schuw, maar ook nieuwsgierig. Ten tweede de staleenden, zoals de tamme bij de kooi Ijehorende lokeenden worden genoemd. Deze eenden kun nen soms haast handtam zijn door het voeren van de kooi ker, die hen mede ook hier door aan de kooi bindt. De kooiker heeft bij het voe ren altijd zijn hondje bij zich. De eenden associëren de hond met het voer en komen bij het zien van de hond, in gezelschap \an wilde soortgenoten, aaii- zwemmen en komen verder de vangpijp in. Nadat de kooiker zich na rijp beraad laat zien, vliegen de wilde eenden naar het licht verder de vangpijp in, en de tamme terug naar de kooiplas. Belangrijk is ook dal de eenden uit de lucht makke lijk kimnen neer strijken op de plas, het zogenaamde itivallen. De staleenden vliegen van tijd tot tijd in de omgeving rond en keren terug, soms in gezel schap van wilde soortgenoten, maar ook kunnen de wilde eenden alleen invallen. De kooien worden verdeeld in land- rivier- en zeekooien. Ook wordt er van een zomer- of winterkooi gesproken. Worden de meeste eenden na 1 novem ber gevangen, dan is het een winterkooi. Zodra echter hel zogeheten 'blauwgoed' de vangst bepaald. De vangfnjp mondt uit in een Taitg- Imk. clan noemen we deze kooi een blauwgoedkooi. Onder blauw goed wordt verstaan: slobeend, zomertaling, wintertaling, pijl staart, smient, krakeend, kuif- eend en tafeleend. Een ander relevant begrip van het kooibedrijf is het alpa- lingrecht. Dil houdt in dal er binnen een vastgestelde straal vanuit het midden van de kooi geen lawaai mag worden gemaakt. Zo blijft de iiist rond om een eendenkooi gewaar borgd. Het is een oeroud recht, dat nog uit de tijd stamt van Karel V [circa 1550]. Bij een kooi behoort meestal een kooihuisje, van waaruit verschillende activiteiten plaats konden vinden. Hel diende ook voor opslag van beno digd materiaal. Deze kooien zijn mede door hun rust een paradijs voor allerlei soorten dieren, maar ook vooi planten en andere organismen. De cul tuurhistorische waarde is dan ook erg hoog. visstal vanuit de lueht trrJeii. Op Goeree-Overflakkee wordt gesproken over een visstal, of in oud-Elakkees: weervisse- riêje. De Nederlandse naam is: visweer. Dit woord komt voort uit het vangprincipe, namelijk het weren van de vis. Soms wordt verondersteld dat bij zo'n visstal met zijn staken en rijshout het hout aan elkaar aansluit, zodat er geen vis meer door kan. Maar dil is niet het geval, met uitzondering van de kom of fuikgat, het achterste deel. De rissen, de zgn. vleugels, kunnen gevormd worden uil hout dat tussenruitntes heelt van 10 tot 15 centimeter. Het op- en afgaande water met golfslag, wind e.d. brengt in het hout een trilling teweeg die in het water rondom merkbaar is. De vis zal, zo is al jaren in de praktijk gebleken, uit angst voor deze trillingen er niet doorheen gaan. De vis wordt geweerd, vandaar de naam vis weer. Evenals de eendenkooi is de weervisserij een eeuwenoud bedrijf; in 1673 werd hier- \an voor het eerst melding gemaakt. Het vangprincipe is door de eeuwen zo goed als eender gebleven. Volgens de literatuur zijn er nog maar twee weren over, nl. de weren van Cor van Dort bij Bergen op Zoom. M eeuwen lang ^verd hier ter plaatse in de daarvoor gunstige tijd, ansjovis gevangen. Deze kritische vis soort zoekt de daar ter plaatse warme platen op en worden in het visweer gevangen. In de zomer maanden kan men bij voldoende deelname per schip deelnemen aan een excmsie naar deze weren. Wanneer je een \'isweer op eeir foto vanuit de luchl ziel lijkt deze op een giole dub- belwiekse fuik. Op buiten dijkse slikken, of soms op pla ten, waar het gelijde \aii hel water op en algaal, werd zon vis^^'eer gemaakt, bestaande uit rijshout van verschillende boomsoorten, liefst eikenhout, werden de rissen ol staketsels opgesteld. De meeste weren, hadden twee rissen, maar soms ook drie. Ook de lengle kon variëren van 200 meter tol een kilometer toe. De beide uilein den van de rissen komen op het clie)3ste punt samen mei een doorlaat \an enige nuiers, die afshntbaar is. Hierachler is de kom of fuikgat, al dan niel gevuld met water. Soms \verd de vis met een net naar de kom gedreven, en dan vanuil hel fuikgal bemachtigd. Dil fuikgat of kom was gesloten d.m.\'. aaii- gebrachl gaas aan de zwaarde re palen, die samen de ronde kom vormden. In de winters met strenge \orsl konden de weren grote scha de oplopen door ijsschotsen, die hele stukken van hel aan gebrachte hout weg konden slaan. Het herstellen hiervan in het vooijaar was dan ook een belangrijk karwei, en verg de naar gelang de vorst in de voorafgaande winter meer ol minder tijd. Vervolg in onze Oiidejaarskrant, volgende week dinsdag Een weervii.^er ami het werk.

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 2009 | | pagina 21