Brand op het kustvaartuig 'Waker'(ded 2) Verslag Hervormingsdienst EIIAIlDEn.|1lEUW5 Op donderdag 29 oktober jl. wer den we 's avonds laat benaderd door het agentschap van het kustvaar tuig Waker, om mee te varen van Den Helder naar 's Gravendeel, om de allerlaatste reis van dit toch wel bijzondere schip mee te maken. De Waker was gedoemd tot de sloop en moest naar haar laatste haven wor den gebracht. Als sleepbootliefheb ber was zo'n uitnodiging niet tegen dovemansoren gezegd en vrijdag morgen om 05.00 uur stonden we in Hendrik Ido Ambacht om zo met het agentschap mee te reizen naar Den Helder. 'Bedankt voor alles' MIDDELHARNIS - Op donderdag 29 oktober hield het eilandelijk comité In de Rechte Straat weer haar jaar lijkse bijeenkomst in de Hervormde Kerk aan de Ring te Middelhar- nis. Sprekers waren Ds. H. Harkema en Ds. A.A. Egas. De eerste spreker mediteerde over het thema 'Kruis of munt', n.a.v. de gelijkenis van de rijke man en Laza rus. De tweede spreker had als thema 'Luther en de ervaring', n.a.v. Rom.7 14-26. De Chr. gemengde zangvereni ging Jeduthun onder leiding van Jan Wisse zorgde ook dit jaar weer voor een muzikale bijla ge. De samenzang werd begeleid door Paul Kie viet. PAGINA 9 VRIJDAG 6 NOVEMBER 2009 De Waker op haar laalsle reis, waar zij zelj ivenl gesleept. toto: Mfiinie}/ Bezttijeu Hel plan was dat we zonden vertrekken tussen 9.00 en 10.00 uur, maar helaas, de Waker was nog niet 'zeeklaar' gemaakt om de sleepreis - haar aller laatste, waarbij zij zeil' werd gesleept - te begin nen. Door deze \ertragiiig had ik nog tijd genoeg om even aan boord Ie kijken hoe alles er uit zag. Wat ik daar zag, wü ik niet be.schrij\'en, dit kan ook niet. Ene grote roetbende en met recht een vergane glorie. Je kon niet in één of andere hut komen ot het was vol met vette smerige roet. Wat vond ik dat erg, dat zo'n schip met zf)'n reputatie op deze wijze wordt Hel Imiisport mei sleephool Se vaarl zo de Oude Maas op. FüIü: Mfiarlen Beziiijfn val algedankt. Mijn gedachten gingen uit naar de welbekende Zwarte Zee (3), welke in 19;i;5 in de vaart kwam en geduren de de oorlogsjaren van 1940- 45 enorme prestaties heelt geleverd en in 1966 onder de naam Ierse Zee naar de sloop uerd afgevoerd. De legendari sche woorden die toen werden gesproken: "Oude Zwarte Zee, bedankt voor alles", klinken bij hel zien van deze tragedie, nog vers in mijn oren. Om het onverwachte einde vavi deze bijzondere sterke zeesleepboot recht te doen, wil ik hier graag verslag doen van deze laatste sleepreis, een reis waailjij zij zelf werd gesleept naar de plaats die eigenlijk niet één sleepboot verdient, de sloop! Met de Poolse .sleepboot Ser- \al, niel een \ermogen van 2600 pk, vertrokken we op 30 oktober 2009 om 17.00 uur \anuit Den Helder, met op sleeptouw het kust-, sleep- en bergingsvaartiiig Wakei; rich ting de Noordzee. Aldaar werd de sleeptros gevierd tot een lengte van 400 meter en voeren we zo richting 'de Zuid' met een snelheid van 6-7 knopen. Rond 3.00 uur wakkerde de wind aan tot windkracht 5 en de sleepboot Serval was genoodzaakt om de snelheid terug te brengen naar 5 kno pen. Dat sleepbootje begon best te steigeren met zo'n grote zee- sleepboot aan de tros en ik dacht zo bij me zelf'. Dit schip zal zich niet zomaar 'gewon nen' geven. De Poolse sleepboot Serval heelt een lengte van 30,68 meter en is uitgerust met een Ruston-Paxman dieselmotor \'an 1969 KW; haar voortstu wing bestaat uit een verstelba re schroef (Pitzpropeller). In de morgen xan 31 novem ber kwatri om 10.00 uur de loods Hans Hoffmann aan boord, uiteraard een hele goe de bekende, die ook een enorm enthousiasme heeft voor sleep boten, en wij beiden waren onder de indruk om zo'n schip naar de sloop te varen. Om 11.15 uiu' voer dit kon vooi de Nieuwe Rotterdamse Waterweg op en velen stonden aan de wal foto's te maken van dit bijzondere transport. De sleep werd ingekort naar 100 meter en een kleine sleep boot werd vast gemaakt om zo nodig op de rivier 'bij te slti- ren'. Bij het passeren van de haven van Maassluis werden er drie lange stoten gegeven - bete kende normaal als groet en verwelkoming in Nederland. Wat een zure ondertoon heeft dit alles dat toch wanneer men bedenkt dat dit transport bestemd is voor de sloop! Velen stonden aan het haven hoofd van Maassluis om de laatste foto te kunnen maken \an de \oormalige Smit Houston. De sleep werd bij de Botlek \erder ingekort tot op een sleeplengte van 70 meter en voer verder de Oude Maas op richting Dordrecht. ()m 16.30 uur werd de Waker afgemeerd bij de scheepsslo- perij in 's Gravendeel. Haar laatste reis was voltooid en met weemoed namen we afscheid van dit bijzondere schip. De sleepboot Serval had haar sleep veilig afgeleverd in 's Gravendeel en vervolgde haar reis weer naar Rotterdam \'oor een nieuwe opdracht. Schiedam, Maarten Bezuijen Ds. Harkema begon /ijir meditatie met te vertellen dat de paus in 1514 ernstige geklzorgen liati. .Ms oplos sing \'oor (lil probleem stelde hij een allaat in. De mensen konden allaatbrieven kopen als boetedoening voor hun zonden. De kerk beschikte ininiers over een schat van (nertollige goede werken van de heiligen. Op deze manier was vergex'ing van zonden voor klinkende mum te koop. De paus was echter niel de enige niet geldzorgen. Ook de bisschop uit het rayon van Luther, .Albreclit von Mainz, kampte ermee. Hij was immers bisschop over meerdere ravons Iegelijk. Nu was dil onmogelijk ten zij de paus onthelling ver leende. .Nu gebeurde dat ook. Albtecht moest hiervoor echter een groot bedrag aan de paus betalen. Hij ver kreeg echter toeslenuning hiervoor een atlaalhandel te beginnen. De monnik 'letzel werd hiermee belast. De man prees zijn handel aan met het gezegde: 'Zodra het geld in 't kistje klinkt, het zieltje in de hemel springt'. Zo wist hij de mensen het geld uit de /ak te kloppen. Luther was diep verontwaar digd toen hij hiervan hoorde. Gods genade kan toch nooit voor geld te koop zijn'. Het wordt ons toch gratis aange- boden? Daarom schreef nij in de eerste van de 9."i stel lingen: "Als onze Heere en Meester zegt: doet boete, dan wil Hij dat het hele leven boete is". Bij Gods genade gaat het om het kruis, niet om munt. Hij schreef toen ook een verhandeling over de gelijkenis die tijdens deze Reformatieavond centraal stond. Deze gelijkenis is uit het leven gegrepen. Spre ker wilde in navolging van Luther enkele hoofdlijnen naar aanleiding van deze gelijkenis trekken. De rijke man leefde zelfverzekerd. Hij had de naam rijk te zijn, maar was in wezen straatarm. Hij leefde in ongeloof. Dat is weliswaar niet met alle rijken het geval. Maar het kan lei den tot het verderf. Rijkdom is, als het goed is, iets wat je kunt delen. Dat deed de rijke man niet, hij leefde alleen voor zichzelf'. In de Bijbel heeft deze man geen naam. We kunnen ons afvragen of wij daarmee bedoeld zijn, rijk, maar niet in God. De arme man had wel een naam. Lazarus. In het Oude Testament komen we deze naam ook tegeti: Eliëzer. Dat betekent: God is mijn Helper De man werd neergelegd voor het huis van de rijke. Degene die hem bezochten, zouden Lazarus wat kunnen geven. Zoals de hondjes de kruimels eten van de tafel au hun heer. God kent echter wie de Zijnen zijn. Lazarus lag daar in stil vertrouwen op zijn Helper. Dat is geloof Tevens een blijk van verkie zing. God belooft en geeft. De rijke man sterft en woidt begraven. Zijn vrienden pre zen hem de hemel in. Hij komt echter in de hel, de plaats van verlorenheid. Voor eeuwig van God gescheiden. Lazarus sterft eveneens. Maar hij wordt gedragen door engelen. In de schoot van Abraham, de vader van alle gelovigen. Van stonde aan in de heerlijkheid. Lazarus mag genieten, voor eeuwig, terwijl de rijke man voor eeu wig daarvan verwijderd is. Hij lijdt nu smart en dat gaat nooit meer over. Ongeloot leidt naar het verderf. Laza rus leeft van Gods verlossend W^oord. Er leidt slechts één weg naar het verderf, name lijk ongeloof, net zo goed als er slechts één weg leidt naai" het behoud, namelijk gelool. De rijke man gaat roepen. Niet tot God. Hij roept tot Abraham. Hij vraagt om één druppel om zijn pijn te verzachten, .\braham hoort, maar wijst het verzoek af. Inwilliging is onmogelijk. Er is immers sprake van een o!io\erbvugbaie kloof. Ook het verzoek iemand naar zijn familie te laten gaan, wordt afgewezen. Ze hebben immers het Woord. En Jezus roept op dat te verkondigen. Hij is Zelfde weg. De rijke man had nitint. dat voerde hem ten verderve. Lazarus heeft het kruis, en gaat daardoor ten hemel in. God geeft woorden. De Hei lige Schrift heeft eeuwige vreugde. Laten we dan bui gen in aanljidding. Ltither zei aan het einde van zijn leven: Wij zijn bedelaars, dat is waar". Door het kruis wor den schatten, wordt het heil geschonken. In het kruis is al mijn hoop. Ds. A..A. Egas bepaalde zijn gehoor bij het thema: Luther en de ervaring. \'orig jaar had hij gesproken over de aanvechting bij Luthei. Nu de ervaring of de bevinding. Hoe klinkt dat door? Luther was door de vertwijfeling heen tot geloof gekomen. E)at was veroorzaakt doordat hij in zijn jeugd een gravure gezien had. God zat op de regenboog en verwees de één naar het verderf en de ander naar de zaligheid. Luther had dit beeld aandachtig beke ken. Zodoende kwam het bij hem tot een worsteling op een genadig God. Het kwam bij hem tot een verlangen, behouden te worden. Op een dag wandelde hij van Erfurt naar huis. Onderweg werd hij door hevig onweer overvallen. In doodsangst riep hij uit: 'Heilige Anna, ik wil monnik worden'. Tegen zijn vader zei hij na die tijd dat hij niet uit vrije wil deze stap gezet had. Toen hij een maal deze beslissing geno men had, meldde hij zich aan de Augustijner Eremie ten. Deze orde stond bekend om zijn strenge naleving van Gods geboden. Het kloos ter zou hem de zekerheid van het behoud geven, daar dorstte hij immers naar. En zekerheid is in dit opzicht op te vatten als zorgeloosheid. Maar er kwam nu hevige aanvechting. Zekerheid van de zaligheid, hoe kwam hij daaraan? In deze aanvech tingen heeft hij zich afgemar- teld. Soms at hij in drie dagen geen brood. Ook deed hij aan lichamelijke kastijding. Het ging erom God tevreden te stellen. De ergste ketter vol gens hem was degene voor wie de eigen heiligheid geen betekenis had. Later zegt hij' dat hij zo 15 jaar in afgoderij geleefd heeft. In het klooster werd hem opgedragen theologie te gaan studeren. Hij moest ook studenten gaan onderwijzen. En daartoe behoorde ook het uitleggen van de brief aan de Romeinen. Nu stuitte hij op hoofdstuk 1:17, waar staat dat de gerechtigheid daarin geopenbaard wordt, dat de rechtvaardige uit het geloof leven zal. Dat was een zwaar probleem. Met deze tekst kon hij aanvankelijk niets. Hij vatte gerechtigheid als iets actiefs op, namelijk als de eigenschap waarmee God de zondaren straft. Dat bracht ontzetting bij hem teweeg. .Als God namelijk rechtvaardig is, dan moet hij mij straffen, zo dacht hij. Daarom haatte hij dat begrip. Hij ging ervan uit dat de zaligheid in eigen werken ligt. Hij kon niet bui gen, maar toch hield de tekst hem vast. Wie in de Schrift zoekt zal echter vinden. In zijn torenkamertje kwam het tenslotte tot een doorbraak. Hij leerde het begrip gerech tigheid zien als iets dat Ghris- tus v(3or ons verworven heeft. Een passieve gerechtigheid, want hij hoefde daarvoor niets te doen. Zo openbaar de de Heilige Geest hem de Schrift. Het was alsof de deur naar het paradijs open ging. Hij voelde zich herbtjren. Zo groot als eerst zijn haat tegen dit begrip was, zo groot was nu zijn liefde ervoor. Zalig heid buiten onszelf in Chris tus, vastgemaakt in Gods beloften. Wat Luther geleerd heeft, moeten wij ook leren. Leren dat te ervaren door Gods Geest. Als iemand toegang vroeg tot het klooster moest hij op 3 vragen antwoord geven. Die vragen luidden: 'Bent u een slaaf (lijfeigene)?', 'Hebt u een onbetaalde schuld?' en 'Lijdt u aan een kwaal?'. Vol gens Prof. Kooijman, een bio graaf van Luther had hij deze vragen moeten beantwoor den met 'ja'. Hij was immers een slaaf van de zonde, had bovendien een torenhoge schuld en tenslotte een onwil lig hart. Luther bemint de Psalmen, Daarin gaat het om de erva ring van Gods volk. De angst der hel bijvoorbeeld waar over Psalm 116 spreekt, was ook zijn eigen angst. De nood die uit deze psalm spreekt: 'Ach, werd mijn ziel door u gered'. Zo kon hij met Paulus zeggen: 'Het behaagde God Zijn Zoon in mij te open halen'. 'Wie God zoekt, zal Hem vinden'. Zie Lukas 11. 'Wie zoekt, die vindt en wie klopt, zal opengedaan wor den'. Ook voor ons komt het erop aan Gods genade te vin den, stervend aan jezelf.

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 2009 | | pagina 9