Een verdwenen gemeenschap Con Amore nam afscheid van dirigent Lennert Knops Oostflakkee brengt doelgroepen en bereik inkomensondersteunende maatregelen in kaart Familie Cohen, Kerkstraat 1, Oude-Tonge Versch Kalfsvleesch Oproep: de Joodse gemeen schap op Goeree-Overflakkee Steunpunt Mantelzorg organiseert inloopavond EIIAI1Deii.niElJW5 Schetsen van Joodse families op Goeree-Overjlakkee Jeugd en werk Huwelijk en Gezin n. a/.^ C-o-dx^ U 9ll^ Oorlog Arrestatie en Overlijden Ingezonden: RUND-, KALFS- EN VARKENSSLAGERIJEN MEIJER COHEN OUDE-TONGE Telefoon 14 DIRKSL.A,ND Telefoon 136 Steeds Bestandskoppelingen PAGINA 10 VRIJDAG 22 JUNI 2007 (deel 1) De familie Cohen heeft vele jaren in Oude-Tonge gewoond en hoewel ze van origine niet van het eiland Goeree-Over- flakkee afkomstig was, werd zij volledig door de dorpsge meenschap geaccepteerd. Iemand, die hen gekend heeft, beschrijft ze als: "gewone mensen, die op een gewone manier in ons midden woonden en net als anderen gewoon met hun dorpsgenoten omgingen". Meijer Marcus Cohen wordt op 12 mei 1886 geboren in het plaatsje Zetten (gemeente Val burg) in de Over-Betuwe. Zijn vader Jacob Cohen heeft daar een 'vleeschhouwerij'. Meijer groeit op in een groot gezin waarin nogal wat zorgen en moeiten zijn. Als hij 10 jaar is, overlijdt zijn moeder Jenetta Blomhof op de nog jonge leef tijd van 43 jaar. Zijn vader, die op dat moment met zeven kin deren achterblijft - de oudste 14 en de jongste bijna 3 jaar, hertrouwt enkele maanden later met Rachina ten Brink. Acht jaar daarna - in 1904 - overlijdt ook vader, op 56- jarige leeftijd. Zijn oudste zoon Jozef Cohen neemt de slagerij in Zetten over. Meijer, die inmiddels ook in het slagersvak zit, helpt in eerste instantie thuis mee in de zaak. Als hij 20 jaar is vertrekt hij echter uit zijn geboorteplaats en verliezen wij hem vervol gens even uit het oog. Maar op 15 augustus 1914 komen wij hem weer tegen in Sommels- dijk, waar hij als slagersgezel zijn intrek neemt bij de familie J. Leuw. De heer Leuw had de slagerij aan de St. Joris Doel- straat overgenomen van Mozes de Haas (thans apotheek). De Haas ging zich meer toeleggen op de veehandel. Lang blijft Meijer daar niet wonen, want ruim een jaar later, op 4 oktober 1915 gaat hij naar Oude-Tonge om voor zichzelf te beginnen door daar een slagerij over te nemen. Van wie hij het bedrijf over nam, is ons niet bekend, maar wel weten wij dat er in Oude- Tonge al aan het einde van de achtüende eeuw een joodse slager was gevestigd. Het huis waar Meijer gaat wonen en de winkel met het slachthuis ston den aan Kerkstraat 1, op de hoek van de Kerkring. Na de watersnoodramp van 1953 is vanwege de waterschade alles afgebroken. Er is dan ook niets meer dat herinnert aan zoals het was in Meijers tijd. Horlo gemaker A. Quist heeft op de plaats waar de slagerij stond een nieuw pand laten bouwen en ook zijn opvolger heeft het inmiddels weer verbouwd. Een echt kosjere joodse slage rij heeft Meijer er nooit van gemaakt, aangezien hij als slachter niet onder rabbinaal toezicht stond (of wilde staan). Uit de advertenties die hij in de Maas- en Scheldebode van die tijd liet zetten, blijkt boven dien dat hij ook varkensvlees verkocht. Daaruit mogen wij opmaken dat hij niet behoord zal hebben tot de orthodoxe richting binnen het jodendom, hoewel hij praktiserend jood was en als zodanig de tradities in ere hield. Zijn twee zonen gaan dan ook later naar de joodse school in Middelhar- nis om daar godsdienstonder wijs te volgen en doen hun 'Bar Mitswah' op de daartoe bestemde leeftijd van 13 jaar en een dag. Daarmee werden zij meerderjarig voor de joodse gemeente en mochten ze in de synagoge uit de 'Thora' voor lezen. Wanneer Meijer zijn eigen slagerij begint, betekent dat al snel het einde van zijn vrij gezellenbestaan. Een paar maanden later, op 10 juni 1916, trouwt hij op 30-jarige leeftijd met Sophia Rosenberg, die vanaf haar geboorte op 31 juh 1885 tot dan toe woonde in Zevenaar, dat in de omgeving van Arnhem ligt en vandaag de dag een wijk van die stad vormt. Na de sluiting van het huwelijk in Zetten wordt Sophia op 12 juli officieel ingeschreven in de burgerlijke stand als nieuwe inwoonster van Oude-Tonge. In de loop van de tijd krijgen Meijer en Sophia twee kin deren. Jacob (in het gewone leven Jaap genoemd) wordt geboren op 14 juli 1917 en hun tweede zoon, Louis David (Louis), komt twee en een half jaar later ter wereld op 22 februari 1920. De twee jon gens groeien op met de andere kinderen van het dorp, gaan er naar schooi en krijgen hun vrienden en bekenden. In het bijzonder twee van hen - Jan Seton, die later in de Nieuw straat een zaak dreef in huis houdelijke artikelen, en Leen Hartman, die studeerde aan de Landbouw Hogeschool van Wageningen - hebben later alle mogelijke moeite gedaan om de familie Cohen te helpen in de afschuwelijke tijd van de bezetting. Het gezin leeft volop mee met de gemeenschap. Verschillende ouderen herinneren zich nog dat Meijer op zijn transport-^ fiets met de rieten slagersmand voorop, de omgeving afreisde om bestellingen op te nemen en af te leveren: "Hij had een forse gestalte en een wat don ker uiterlijk, maar was wel har telijk. Hij was een handelsman in hart en nieren en gaf zijn klanten speciaal advies als het ging om goed vlees voor de 'weck'. Vooral om zijn speciaal opgemaakte vleesschotels stond hij bekend". Een buurjongen van toen herinnert zich: "als er een varken geslacht werd en wij nieuwsgierig meekeken over de onderdeuren, werden wij nooit als pottenkijkers weg gestuurd". Ook Jaap en Louis gaan het slagersvak in. In ons bezit is nog een kopie van de verkla ring van de examencommis sie dat Louis geslaagd is voor zijn 'Middenstandsdiploma Algemene Handelskennis'. Het werd hem uitgereikt op 16 november 1939, een halfjaar voor het uitbreken van de oor log die uiteindelijk zijn dood zou brengen. Beide jongens werken mee in de zaak van vader en de handel gaat der mate goed dat Meijer zelfs een tweede zaak begint, in Dirks- land. Het eilandelijke 'Adver tentieblad', een gratis week blad voor Goeree-Overflakkee in die tijd, publiceert op 13 november 1936 het volgende bericht: "Van onze adverteer ders: de heer Meijer Cohen te Oude Tonge heeft de zaak te Dirksland van Mej. Wed. Klomp aldaar overgenomen. Waar de heer Cohen in Oude Tonge en omgeving een naam heeft voor zijn prima kwalitei ten vleesch en fijne vleeschwa- ren, behoeven we er niet aan te twijfelen of ook te Dirks land zullen de inwoners van zijn prima waar tegen billijken Examen Mjddenbtandsdiploma Alsemeene HANDELSKENNrs Verklaring ten behoeve van de Kamers van Koophandel en Fabrieken Heden Is alhier geslaagd voor het Middenstandsdiploma Algemeéne Handelskennis geboren den 1 f. 7iw<-<-«-*,.-^ /^la te C>':<-<.<sCc V-i*-»-^' Het officleele diploma ls__^;;;^ uitgereikt. _^l,.t.'l<L..^L,^^ den 19-f/ De Voorzitter der Examencommissie, prijs profiteren". Eén ding iDlijkt hieruit wel duidelijk: het gaat Meijer voor de wind en reclame maken voor zijn vlees kan hij. Om het filiaal, gevestigd achter het gemeentehuis - waar nu een parkeerterrein is - beter te kunnen beheren, verhuist zoon Jaap op 22 juli 1937 naar Dirksland en gaat hij op het Achterdorp A134 wonen. Lang heeft hij overigens die slagerij daar niet gehad, dat zal onge veer eenjaar geweest zijn, want in 1938 keert hij alweer terug naar Oude-Tonge. De familie is inmiddels behoor lijk ingeburgerd op het eiland. Zij voelen zich er thuis en doen aan allerlei dorpsactiviteiten mee. Zo bestaat er nog een foto van een praalwagen van de sla gerij Cohen, met daarop Jaap en Louis Cohen in hun witte slagersjassen, rijdend in een feeststoet op Koninginnedag. Als na de meidagen van 1940 de bezetting een feit is, breekt voor de familie Cohen een onzekere tijd aan. Uit verha len van joodse vluchtelingen uit Duitsland weten ze hoe de nazi's de joden mishandelen en vervolgen, maar in Neder land en zeker in Oude-Tonge is daar nog weinig van te mer ken. Men denkt op dat moment dat het wellicht allemaal nog wel zal meevallen: de joden waren hier immers altijd veilig geweest en van antisemitisme was toch nauwelijks sprake? Aanvankelijk lijkt het ook mee te vallen, maar eind 1940 komen de eerste anti-joodse maatregelen en in 1941 wor den ze steeds feller doorge voerd. In januari van dat jaar moeten Meijer en zijn gezin zich melden bij het gemeen tehuis in het kader van de 'aanmeldingsplicht voor per sonen van joodschen bloede'. Dat moet schriftelijk gebeu ren via een daarvoor bestemd formulier op straffe van een gevangenisstraf van 5 jaar. Na inschrijving ontvangen ze een gele kaart, waarvoor ze nota bene 1 gulden aan leges moe ten betalen; een fors bedrag voor die tijd, waarin een pond spek ongeveer 16 cent kostte. Op grond van deze gele kaart wordt een aantal maanden later de beruchte J' op hun persoonsbewijs gestempeld. Hoewel het dagelijkse leven 'gewoon' doorgaat en wij in de regionale krant van 25 juli 1941 nog een dankbetuiging tegenkomen van Meijer en zijn vrouw voor 'de zeer vele blijken van belangstelling, getoond bij hun zilveren huwelijksfeest', worden de levensomstandig heden voor hen toch steeds moeilijker. Naarmate allerlei beperkende maatregelen voor de joden in de loop van dat jaar toenemen, komt de familie Cohen in een steeds groter iso lement terecht. Daarbij komt dat de gemeente Oude-Tonge in februari 1942 een burge meester krijgt die een fervent aanhanger is van de NSB. Drs. Jansen stelt in zijn boek 'Bezet ters en Water' dat "deze man omschreven werd als iemand 'met een laag karakter', die intensieve contacten onder hield met de Sicherheitsdienst, onder de bevolking nogal wat slachtoffers maakte en door zijn gemeentenaren zeer gehaat en gevreesd werd". De dodelijke ring van de ver volging gaat zich langzaam om het gezin sluiten. In het Joodsch Weekblad' van 6 februari 1942 komen wij een rouwadvertentie tegen, mede ondertekend door Meijer Cohen, vanwege het overlijden van zijn broer Jozef in Zetten. Ook binnen de familie gaan het verdriet en de spanning zich blijkbaar aftekenen. Iemand die liever anoniem wil blijven en zijn oorlogsherinnerin gen heeft opgetekend, kende de familie. Hij noteert in zijn 'dagboek' op 24 februari: "'s avonds zat de kamer vol visite; slager Cohen uit de Kerkstraat was er ook met zijn vrouw. Ik weet niet of het toen al verbo den was om joden in huis te ontvangen. Het was opgeval len hoe druk Cohen die avond steeds aan het woord geweest was. Toen daar de volgende dag een opmerking over werd gemaakt, zei vader dat het we] eens verband kon houden met de spanning waarin deze men sen verkeerden vanwege hun onzekere toekomst". Niet lang daarna moet Cohen op bevel van de bezetter zijn slagerij sluiten. Wanneer dat precies geweest is kunnen wij niet meer nagaan, maar op het Digitaal Monument wordt zijn zogenoemde 'inboedellijst', die in dergelijke omstandigheden door de bezetter werd opge maakt, vermeld. Dit was een soort rapport waarin de bezit tingen die op dat moment in huis waren werden opgetekend. De lijst van Meijer is gedateerd op 21 mei 1942. Omstreeks die datum wordt hij gearres teerd op beschuldiging door een NSB-slager - met wie hij voor de oorlog ook al zakelijke problemen had - dat hij bij de klantenoverdracht ten gevolge van zijn verplichte winkelslui- ting mensen had aanbevolen om voortaan bij een bepaalde, niet-Duitsgezinde slager hun inkopen te doen. Hij wordt naar Rotterdam ver voerd en na een kort verblijf in een gevangenis aldaar, waar zijn vrouw hem nog eenmaal heeft mogen bezoeken, wordt hij vervolgens in het kader van 'joodse strafgevallen' via kamp Amersfoort naar een concen tratiekamp overgebracht. Een paar maanden later krijgt zijn vrouw bevel om op het bureau van de Sicherheitsdienst aan de Heemraadsingel in Rotter dam te komen. Daar wordt haar een document overhandigd, waarin staat ver meld dat haar man op 25 juni 1942 in het concentradekamp Mauthausen in Oostenrijk is overleden. Merkwaardig is het overigens, dat er tot vandaag toe nog altijd misverstanden bestaan rondom de vraag, hoe hij aan mn einde is gekomen. Dr. J.L. Braber bijvoorbeeld stelt in zijn 'Clrijsoordse Schetsen', dat liii gefusilleerd zou zijn bij het Haagse Veer' in Rotterdam en zelfs in 1987 nog, toen er een tentoonstelling over de Flak- keese joden werd gehouden in het Streekmuseum te Som- melsdijk, meende iemand te weten, dat hij in kamp Amers foort op de vlucht werd dood geschoten. En dat terwijl de naam van Meijer heel concreet wordt genoemd in het boek 'Mauthausen, een gedenk boek' van Henny Dominicus, als zijnde een slachtoffer van de misdadige praktijken van de nazi's aldaar. Zo wordt Cohen niet alleen het eerste slachtoffer van zijn gezin, maar ook van de hele joodse gemeenschap vari Flak- kee. Net als zijn vader is hij nog maar net 56 jaar als hij overlijdt. Op een afschuwelijke wijze komt hij aan zijn einde, mede vanwege laaghartig ver raad. Aan zijn vrouw worden enkele kleine bezittingen over handigd, waaronder een horlo ge. In het Joodsche Weekblad' van 28 augustus 1942 plaatst de familie een dankbetuiging in verband met zijn overlij den. Daarin lezen wij: "voor de vele blijken van deelneming ondervonden na het treurige bericht van het overlijden van onzen innig geliefden man en vader, betuigen wij, uitsluitend langs dezen weg, onzen harte lijke dank. Uit aller naam: S. t^ohen-Rosenberg, Oude Ton ge, 24 augustus Het bericht slaat in de dorpsgemeenschap in als een bom. "Op school", zo lezen wij in bovengenoemde oorlogsherinneringen, "werd erover gepraat door de jon gens. Iemand die iedereen gekend had, zomaar ineens dood - dat was schokkend en verdacht. Eén van de jongens - de zoon van een politieman, die ook NSB-er was - wist de oorzaak ervan. Hij kwam aan met dat verhaal over die vluchtpoging. llUsluUcnd prima kwalitcHen. Mauthausen was toen ook in ons land al op grond van aller lei strafmaatregelen berucht als strafkamp. In het boek van Soep en Polak, 'Brieven in Wes- terbork' wordt vermeld: "naar later bleek werden degenen die daar naartoe werden gestuurd - en dat gold vooral de joden - gedwongen op straffe van de dood de 148 stenen trap treden vanuit de 'Steengroeve' te beklimmen, terwijl ze zware rotsblokken sjouwden. Op de weg terug naar beneden moch ten ze geen gebruik maken van de treden, maar moesten ze zich aan de zijkant van de trap naar beneden laten zakken. Daar zorgden losse kiezels ervoor dat ze uitgleden, met als gevolg dat veel gevangenen ernstige ver wondingen ophepen en dode lijk verongelukten". Op de overlijdensakte van Meijer staat als doodsoorzaak opgegeven: "auf den Flucht ersschossen"; een geraffineer de term, die de nazi's gebruik- .ten om te camoufleren dat hij vermoord was. Net als vele anderen is Meijer omgekomen in de steengroeve waar hij moest werken. Wij spraken hem niet tegen, want wij wisten toen als kind al dat je moest oppassen met uit latingen, die Duitsers en NSB- ers niet welgevallig waren. De 22-jarige Louis Cohen kwam totaal overstuur bij ons binnen lopen en zat ontroostbaar in het kantoortje achter de winkel (ik was daar niet bij, maar later ving ik dit op uit gesprekken in huis)". (wordt vervolgd) H. Talsma, Middelburg Bronnen: Th. de Waal, "Eilandennieuws" D. Hoogzand, "Blijvend Gedenken" G.S. Both, "Goeree en Overflakkee, Bezet, Belaagd, Bevrijd 1940- 1945". Oorlogsherinneringen van N.N. Streekarchief Goeree-Overflakkee te Middelharnis. Streekmuseum Goeree-Overflakkee te Sommelsdijk. Aantekeningen van Leendert Hartman. Met veel dank aan: Jan Both, Middelharnis; Mevr. van der Veen-Cohen, Armen; Mevr. J. Seton, Oude Tonge; N.N., Zierikzee; Dhr. A. Quist, Sommelsdijk, e.a. Het ligt in de bedoeling een aantal schetsen te schrijven over de joodse families, die vaak generatieslang tot in de Tweede Wereldoorlog toe op ons eiland hebben gewoond en gewerkt. Over hen is wel het een en ander gepubliceerd, maar wij willen zo mogelijk nog specifieker en uitgebreider ingaan op het ont staan van deze joodse gemeenschap en haar geschiedenis door de jaren heen tot en met het moment van hun gedwongen verdwijning. Wij beseffen terdege dat wij eigenlijk al te laat zijn om tot een redelijk compleet overzicht te komen en veel bron nen zijn niet meer aanwezig, toch is het de moeite waard om een poging te ondernemen, mede ook omdat deze mensen, die hun eigen plaats in ons midden innamen, er recht op heb ben om in onze herinnering levend gehouden te worden. Wel- hcht zijn er onder onze lezers die zich bepaalde gebeurtenissen of andere zaken weten te herinneren over deze joodse families. Misschien heeft u nog foto's of ander materiaal in uw bezit. Alle informaüe is welkom. Als u iets weet, neem dan contact op met: de heer J.C. Both, p/a Streekarchief Goeree-Overflak kee, Dwarsweg 40, 3241 LB Middelharnis, tel. 0187- 488156, e-mail: j.c.bothCojisgo.nl. of niet drs. H. Talsma, Grootmede 10, 4337 AD Middelburg, tel. 0118- 620257. e-mail: talsmahzn® gmail.com. Wij houden ons aanbevolen. Jan Both en Henk Talsma Afgelopen zaterdagavond 16 juni vond in de Her steld Hervormde Kerk te Middelharnis/Sommelsdijk een zomerzangavond plaats ten bate van de plaatselij ke kerkelijk gemeente. De medewerkenden waren het Chr. Jongerenkoor 'Con Amore' uit Melissant en het Korendij ks mannen koor uit Nieuw Beijerland, met als instrumentalisten de dwarsfluitiste Aleida Stouten, de harpiste Maria Knops en Ron van Ommen als organist. Voor Con Amo re was het tevens de laatste keer dat ze zongen o.l.v. Lennert, omdat hij m.i.v. het nieuwe seizoen een benoeming heeft ontvan gen van de Chr. Gem. Zang vereniging Vox Humana en het Chr. Mannenkoor Tehi- lim, beiden uit Dordrecht. Maar inmiddels is Ron van Ommen bereid gevonden om de dirigeerstok van Lennert over te nemen. De zangavond werd bezocht door zo'n 350 mensen vanuit het hele eiland en daarbuiten. Als intro kon worden geluis terd naar het Korendijks man nenkoor, dat voor het eerst o.l.v. Lennert buiten de Hoek se Waard een optreden ver zorgde. Hét zong het bekende, maar altijd weer mooie lied 'Zoals ik ben', in een bewerking van Wim van Galen. Het koor zong dit lied ingetogen, eindi gend in de hoop op verlossing omdat het Lam vrijspreekt van schuld en straf Ds. A. van Wijk opende vervol gens de avond door te lezen Romeinen 10:1-17, waar hij later vanuit vers 13 zijn gehoor bepaalde bij het zalig worden door genade alleen. Vervolgens was Con Amore aan de beurt om een viertal liederen ten gehore te bren gen. Begonnen werd met het lied 'Gedenk aan mij', bewerkt door Martin Mans. Het werd helder gezongen, al moeten de sopranen bij de hoge tonen oppassen om niet onzuiver te worden. Het volgende lied was een prachtig stuk, getiteld 'de Stormwind' van Verdi. Een hele bekende melodie die op geheel eigen wijze ten gehore werd gebracht. Psalm 25 van Johan Bredewout is ook altijd een mooie bewerking, die de laatste tijd veelvuldig gehoord wordt. Het voorspel werd keu rig gespeeld door de beide instrumentalisten, waarna het koor op keurige wijze deze psalm in deze mooie kerk ten gehore bracht. Na het lied 'Stilte over alle landen' van J. Mulder, dat bescheiden, ingetogen en zui ver gezongen werd, kwam het mannenkoor naar voren om door de liederen de aanwezi gen de boodschap van Gods genade door te geven. Begon nen werd met Psalm 108 van Martin Mans, wat vol overgave werd gezongen. Na deze op volle sterkte gezongen psalm klonk het lied 'Gedenk aan mij'. in een bewerking van Bram Bout, waarin de dichter zijn eenzaamheid uitklaagt, waarin demonen hem omringen en verzoekingen opdringen om het dan uit te roepen 'Gedenk aan mij, almachtig God', om in het laatste vers uit te jubelen dat als God zijn Helper wil wezen, hij dan niets te vrezen heeft. De coupletten werden zuiver en warm gezongen, waarbij ook goed op de inhoud van de lie deren gelet werd. Vervolgens klonk het altijd weer mooie lied 'De Storm', eveneens in een bewerking van Martin Mans. Bij het refrein kwam heel dui delijk de gedrevenheid van de dirigent naar voren, waar hij het koor meenam door de stormwind heen die buldert en blaast, steeds feller, maar dat het scheepje zeker vaart als Jezus, de Meester, maar aan boord is. Hier moet wel opgepast wor den dat vooral de 1" tenoren niet teveel door de storm opge jaagd worden dat ze de andere partijen voorbij zingen. Na de orgelsolo over Psalm 32 ver volgde het jongerenkoor met Psalm 29 in een bewerking van hun vorige dirigent, Willem Arie den Hertog. Vervolgens kwamen de Psalmen 42 en 43 van J. Bredewout aan de beurt. Deze pianist schrijft prachtige bewerking voor diverse koren, waarvan deze avond verschil lende Psalmen ten gehore wer den gebracht. Het verlangen van de dichter kwam sterk naar voren naar de tijd dat hij zo dicht bij zijn God mocht leven. Het kwam tot een climax waar hij uit mocht komen bij het feit dat hij Hem blijft prijzen in zijn lied. Hierna vervolgde het mannen koor met een bewerking van dezelfde componist over Psalm 23. De harp en dwarsfluit zorgden voor een mooi voor spel, waarna het koor beheerst begon met het zingen van 'De Heer is mijn Herder'. Na de 1' regels volgden de bassen en bariton met het donkere dal van diepe duisternis, waarna het hele koor vervolgde met Ik vrees geen kwaad, om dan weer enigszins sterker te zingen dat de Heere mijn Herder is. Uw stok en Uw staf, die vertroos ten mij. Deze regels vergden vooral voor de 1'' tenoren veel van hun vermogen vanwege de moeilijke melodieopbouw, waarbij ook nog eens de hoge noten aan de orde kwamen, maar door het vele oefenen klonk het erg mooi en zuiver. Het koor eindigde dit lied met het op volle sterkte te bezin gen de trouw en goedheid des Heeren die de dichter elke dag volgen, ja zelfs tot in eeuwig heid zal hij in des Heeren huis verblijven. Het koor eindigde met Psalm 42 in een bewer king van Klaas Jan Mulder. Altijd weer mooi om naar te luisteren. Na het 1'^ en 4'' vers, beheerst en zacht gezongen, klonk er uit de mond van de 45 (van de inmiddels 70 leden) van het mannenkoor Maar de Heer' zal uitkomst geven. Hierna zongen beide koren nog het prachtige lied 'God zij met u', in een bewerking van de dirigent Lennert Knops. Heel toepasselijk om dit lied ten gehore te brengen. Het jongerenkoor zong eenstem mig de melodie, terwijl het mannenkoor neuriede en/of het lied vierstemmig meezon gen. Zo is er ook aan deze avond weer een einde gekomen. Begon Lennert zijn eerste concert met Con Amore in de Grote Kerk van Middelhar nis met een mannenkoor (het jong Urker mannenkoor), hij eindigde met Con Amore ook met een mannenkoor, alleen nu in de Hersteld Hervormde Kerk van Middelharnis/Som melsdijk. Het jongerenkoor Con Amore was het eerste koor waarbij hij de dirigeerstok han teerde en ook het eerste koor waar hij afscheid van nam. We wensen hem langs deze weg ook alle goeds toe, nu hij naast het Korendijks mannenkoor ook nog dirigent is van een jongerenkoor, mannenkoor en gemengd koor. God zij met u tot ons wederzien. Hij de Heer der legerscharen. Hij zal uwe gang bewaren; God zij met u tot ons wederzien. Een luisteraar MIDDELHARNIS - Sinds 1 oktober 2006 is het Steunpunt Man telzorg gevestigd in De Dillenburg te Middel harnis. Het steunpunt is een samenwerkingsproject van Careyn, TMGO en MEE Zuid-Holland Zuid. Het steunpunt ondersteunt mantelzorgers. Mantelzor- gers zijn mensen die vaak 24 uur per dag zorgen voor iemand, bijvoorbeeld voor een moeder, echtge noot of kind met een licha melijke-, verstandelijke- of psychische beperking. Veel aandacht gaat naar degene die de zorg nodig heeft. Maar de mantelzorger staat er vaak alleen voor. Op 27 juni organiseert het steunpunt een inloop avond voor mantelzorgers. Tijdens deze avond zullen medewerkers van TMGO, Careyn en MEE vertellen over de mogelijkheden voor extra ondersteuning en hulp, speciaal gericht op de mantelzorger. De inloopavond begint om half acht en wordt gehou den in De Dillenburg, Juli ana van Stolberglaan 19 te Middelharnis. Voor meer informatie kunt u tijdens kantooruren bellen naar het Steunpunt Mantelzorg, tel. 0187-488080. OUDE-TONGE - In het collegeprogramma van de gemeente Oostflakkee is opgenomen dat het college in de periode van 2006- 2010 een nota armoedebe leid tot stand wil brengen. Om in deze nota concrete en/of richtinggevende keu zes te kunnen maken ten aanzien van de soorten instrumenten om armoede te bestrijden en de wijze waarop deze worden inge zet, wordt binnenkort in opdracht van de gemeente Oostflakkee een doelgroe- penonderzoek armoedebe leid uitgevoerd. Gemeenten kunnen diverse instrumenten inzetten om hun armoedebeleid vorm te geven. Hierbij kan worden gedacht aan instrumenten als schuldhulpverlening, budget teringscursussen, bijzondere bijstand, categoriale bijzonde re bijstand en kwijtschelding gemeentelijke heffingen. Om in de gemeente Oostflakkee de doelgroepen en het bereik van de inkomensondersteunende maatregelen in kaart te bren gen, heeft onderzoeksbureau KWIZ de opdracht gekregen om een doelgroepenonderzoek armoedebeleid uit te voeren. In dit onderzoek wordt inzichte lijk gemaakt wat de samenstel ling en omvang van de doel groepen is, hoe het gebruik van de bestaande regelingen door de doelgroepen is en wat de samenstelling van de groe pen is die geen gebruik maken van de regelingen. Naast het verkrijgen van inzicht zal het onderzoeksbureau aanbevelin gen doen voor het te voeren beleid om de armoede effectief te bestrijden. Bij het oncferzoek wordt gebruik gemaakt van bestands koppelingen. Dit houdt in dat voor het onderzoek de gege vens van meerdere instanties aan elkaar worden gekoppeld. Onder meer wordt gebruik gemaakt van gegevens van de belastingdienst, van woning bouwverenigingen inzake de huurtoeslag en gegevens van de gemeente zelf Op deze manier ontstaat een completer beeld van de doelgroepen en het bereik van de regelingen. Natuurlijk blijft hierbij de pri vacy van de inwoners gewaar borgd. Vooruiüopend op de totstand koming van de nota armoe debeleid heeft het college in haar vergadering van dinsdag 19 juni besloten om de draag- krachtcriteria om in aanmer king te komen voor bijzondere bijstand te verhogen van 100% tot 110% van het sociaal mini mum. Dat betekent dat wordt aangenomen dat inwoners met een inkomen tot 110% van het minimum niet in staat zijn om de kosten van bijzondere lasten te dragen. Daardoor komen ook inwoners met een inkomen tot 10% boven de armoedegrens voor bijzon dere bijstand in aanmerking. De zogenaamde 'armoedeval' wordt hierdoor beparkt. De overige drie gemeenten van het eiland Goeree-Overflakkee beraden zich momenteel of zij aansluiten bij dit onderzoek of dat zij op een andere manier invulUng gaan geven aan het armoedebeleid.

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 2007 | | pagina 10