Gezocht: Overdenking Vlucht m% detail tweede hands spullen uit de Heilige Schrift EiiAriDCti-niEuws HET J^KIJKVENSTER Ger. Gem. Nieuwe Tonge Geslaagd in 2e tijdvak Piet en Janny van der Pol wandelen geld bij elkaar voor project in Roemenië VERVOLGVERHAAL Blik op kerk ^~^P en samenleving cj - Rel in Utrecht - Censuur? Deze vraag- en antwoordrubriek staat geheel ten dienste van de lezer die er kostenloos gebruik van kan maken. Uw vragen op velerlei gebied kunt u sturen aan; Redactie Eilanden-Nieuws, Postbus 8, 3240 AA Middelharnis, met in de linkerbovenhoek 'Vragenrubriek' vermeld. De vragen worden door deskundigen beantwoord en zullen binnen enkele weken na de inzen ding compleet met antwoord in deze rubriek worden gepubliceerd. SOMMELSDIJK - Onderstaande leerlingen van de Groene School te Sommelsdijk zijn geslaagd voor het examen dat ze in het 2e tijdvak heb ben gedaan: De stem van de roepende in de woestijn Meer praten dan lopen OUDDORP- Er zijn vele manieren om geld binnen te halen voor een goed doel. Piet (65) en Janny (64) van der Pol uit het Brabantse ves tingstadje Heusden gebruiken een hele bijzondere manier. Ze door kruisen al wandelend Nederland en spreken onderweg mensen aan om geld binnen te krijgen voor een dagactiviteitencentrum voor men sen met een handicap en psychia trische ziekten in het Roemeense Codlea. Maandag 26 juni wandelde het echtpaar over de kop van Goe- ree. Zelfredzaamheid Groter wandelavontuur Beklijven Alsnog geslaagd Prins Maurlts- scholengemeenschap MIDDELHARNIS - Aan de Chr. S.G. "Prins Maurits", Middel harnis slaagden na herkansing de onderstaande kandidaten. I^aiga-^rilogie - d.« JOH. G. VEEN HOF 'Natuurlijk. Maar jij hebt in de oorlog toch wel meer van de wereld gezien en het zou kunnen dat je hier wel weer vandaan zou willen?' 'Nee kameraad. Ik ben hier op mijn plaats. Boven dien help ik mee aan de ontwikkeling van mijn land, al is dat slechts op een bescheiden wijze.' 'Je hebt gelijk, luitenant; hoe klein die bijdrage ook is, samen maken we ons land groot.' 'Proost, kameraad.' 'Proost, op het vaderland!' 'Op ons vaderland!' 'Hoe lang ben je al luitenant?' 'In de oorlog geworden.' 'Dat is lang geleden en waarom ben je niet meer bevorderd?" 'Dat weet ik niet, blijkbaar gaat dat in Siberië niet zo vlug als elders.' 'Men zal je vergeten zijn, kameraad Toerkin.' 'Mogelijk.' Tjeljegin streek zich onder zijn kin en zei: 'Je moet opvallen, dat helpt, maar hier is daarvoor blijkbaar weinig kans.' 'Ons werk is niet zo opvallend kameraad; het meest zitten wij in de taiga, daar valt men niet op.' 'Er is natuurlijk weleens een uitzondering, zoals nu; wij hebben voor jou een opdracht die, als je hem goed weet uit te voeren, een goede promotie zal inhouden. Wij kunnen dat garanderen.' 'Wat houdt dat dan in, commissaris?' 'Je zult jouw talent als speurder moeten gebruiken. Er zijn namelijk een stel staatsgevaarlijke eletnen- ten de taiga ingetrokken. Voor deze mensen hebben wij belangstelling. Jij moet hen vinden en hier bij ons brengen. Dat, kameraad luitenant, is alles wat je doen moet en wij zullen dat rijkelijk belonen.' 'De taiga is groot, kameraden.' 'Maar niet zo groot, dat jij die lui niet zult opspo ren.' 'Tussen de Oeral en de Lena liggen duizenden werst taiga en daarin zullen waarschijnlijk die mensen gezocht moeten worden. Dat kan weleens iets te veel gevraagd zijn.' 'Nee, zo moeilijk ligt dat niet. We weten ongeveer waar ze zitten; alleen, de juiste plaats zal jij moeten vinden.' 'Dat, kameraden, klinkt eenvoudig.' 'Is het ook.' Ze lachten, de twee, wetend dat Toerkin niet meer terug kon. 'We hadden gedacht dat je morgen maar moest vertrekken: vandaag kun je dan voorbereidingen treffen. Van ons krijg je alle volmachten en je kunt mee nemen wie je wilt. Wij zullen alle beschikbare gegevens verstrekken en daarmee ben je al een eind op weg.' 'Dus het is bekend waar die mensen zitten en aan mij de zaak ze op te halen en hier bij jullie te brengen?' 'Goed begrepen, luitenant.' Toerkin begreep dat er voor hem geen ontkomen aan zou zijn; hij was verplicht deze mensen op te sporen. Falen was sabotage tegen de staat. 'Ik zal zien wat ik kan doen, kameraden.' 'We dachten in jou de juiste man gevonden te heb ben.' En luitenant Igor Stanislaw Toerkin deed wat hem was opgedragen. Hij zocht mannen uit die hij nodig dacht te hebben. Voedsel en andere belangrijke din gen die in de taiga nodig zouden zijn, nam hij mee en liet alles zo inpakken dat het op de paarden gepakt kon worden. Toen dat allemaal geregeld was, begaf hij zich naar de commissarissen en meldde dat hij voor vertrek gereed was. Ze gaven hem alle beschikbare gegevens en beloof den boten, die hem en zijn mannen over het meer zouden varen. Het begin van zijn jacht zou de hut zijn waarin Borka Tsyganskov had gewoond die nu ergens in de taiga was. Aan hem, luitenant Toerkin, de opdracht deze mensen op te sporen en bij de com missarissen af te leveren. 'We denken dat er vrouwen en kinderen bij zijn, het kan zijn zelfs zwangere vrouwen. Ze zullen waarschijnlijk naar het noorden zijn gegaan en zijn waarschijnlijk te voet. We hebben het vermoeden dat hun voorsprong slechts enkele weken bedraagt, wat gezien de omstan digheden, voor jou geen probleem zal zijn, ze in te halen', vertelde commissaris Amoldijtsj Tjeljegin. 'Kameraad, we zullen ons best doen.' Luitenant Toerkin groette en liep naar de deur. Maar eer hij het vertrek verliet, klonk de stem van Nikisjkin: 'Eén ding nog, luitenant; het is aan te nemen dat die lui gewapend zijn. Als het noodzakelijk is, breng je ze dood mee naar hier.' 'Begrepen, kameraad commissaris.' 'Smerige schoft', dacht Toerkin, 'mij kinderen laten doodschieten?' Igor Toerkin riep zijn beste vriend Stjopa Nikifo- rovitsj bij zich. Het was zijn compagniesergeant en beste vriend, die net als hij van dat politieke gedoe niets hebben moest en aan commissarissen groter hekel had dan aan een besmettelijke ziekte. 'Wat is er broedertje Toerkin? Je kijkt zo ongelukkig; hebben die smeerlappen jou het vuur heet aan de schenen gelegd?' 'Stjopa, luister. Wij hebben opdracht om een stel vluchtelingen op te sporen die ergens in de taiga moe ten zitten. Vluchtelingen zijn het, waarbij vrouwen en kleine kinderen. Wij moeten die bij de kerels van de KGB afleveren, het doet er niet toe, levend of dood!' 'Moeder van Kazan, wat een smeerlapperij', luchtte Stjopa Nikiforovitsj zijn hart. 'We zullen rijkelijk beloond worden, hebben ze mij beloofd.' 'Nawoss tovarisch.' Rotzooi. Igor Stanislaw Toerkin had tien soldaten uitgezocht die onder zijn leiding mee zouden gaan om de men sen te zoeken. Allemaal mannen van zijn eigen trans- portcompagnie en net als hijzelf Jakoeten. Luitenant Toerkin wist niet in hoeverre deze kerels te vertrouwen waren. Want zegt niet het spreekwoord dat onder het beste koren kaf zit? Alleen Stjopa Nikiforovitsj was volkomen betrouwbaar en met hem zou het moeten lukken de vluchtelingen een grote kans op ontsnap pen te geven, terwijl alles moest lijken of er een gewel dige jacht gemaakt was. Ze waren naar het meer gebracht waar de boten klaar lagen voor de oversteek. Nog niemand van de soldaten was op de hoogte van wat ze gingen doen. Luitenant Toerkin was van plan dat pas te zeggen, wanneer ze bij de hut van Borka Tsyganskov waren gekomen en hun expeditie een aanvang zou nemen. Het was al bijna avond toen ze daar aankwamen. 'We zullen in deze hut de nacht doorbrengen, man nen. Maakt vuur aan en zorgt voor eten', beval Igor Toerkin zijn mannen. Dit bevel was spoedig uitge voerd en lang duurde het niet of ze zaten rond het vuur en aten. 'Mannen I' Daarmee vestigde hij de aandacht van zijn soldaten op zich en vertelde toen wat ze moesten gaan doen. Niets verzweeg hij en keek naar hun gezichten, om daarvan de uitdrukking te zien. PAGIN. VRIJDAG 30 JUNI 2006 Aan de Rijks Universiteit van Utrecht is een flinke rel ontstaan, waarover het laatste woord nog wel niet gesproken zal zijn. Het geval komt in grote lijnen op het volgende neer. Op 16 Juni zou Prof. Pieter W. van der Horst zijn afscheidscollege geven. Die rede is van tevoren uitgelekt en op last van de decaan van de faculteit en van de rector-magnificus heeft hij een passage daaruit moeten schrap pen. Volgens de eerste berichten is er over de inhoud een vriendschappelijk gesprek gevoerd, maar later bleek dat de scheidende hoogleraar onder druk is gezet, men spreekt zelfs van 'gelast', de bedoelde passage weg te laten. De reden hiervoor zou zijn dat er anders grote problemen zouden ontstaan en dat de faculteit dan niet zou kunnen instaan voor de veiligheid van de professor! Het spreekt vanzelf dat we benieuwd zijn naar de passage die Prof. Van der Horst moest schrappen. In TROUW van zaterdag 24 juni stond het hele fragment in extenso afgedrukt. Na lezing dacht ik bij mezelf: Waar maken ze zich in Utrecht zo druk over? Prof. Van der Horst betoogde in het fragment dat in het Midden-Oosten, bij sommige Arabische lei ders, een bedenkelijke vorm van anti-semi- tisme heerst. Een haat tegen het joodse volk die overgenomen schijnt van Hitler, en van Nazi-Duitsland. Tijdens zijn vele reizen door dat gebied is Prof. Van der Horst duidelijk met dat anti-semitisme geconfronteerd. Als leek vraag je je af: Wat is er mis met deze opvatting? Moslims zeggen zélf dat er onder hun leiders fanatiekelingen rondlopen. Mag een buitenstaander dat dan niet zeggen? Trouwens, afgezien van de inhoud vraag ik me af hoe de faculteit van tevoren kennis heeft kunnen nemen van deze rede. Met andere woorden: hoe is de faculteit te weten gekomen wat Prof. Van der Horst van plan was te zeggen? Het woord 'censuur' is meer dan eens geval len. Censuur vooraf, en dat bij een weten schappelijke instelling als een universiteit! Kan dat en mag dat? Prof. Van der Horst heeft een gedeelte van zijn rede niet mogen uitspreken. Het is hem, in gewoon Nederlands gezegd, verboden. En dèt aan een universiteit in een land waar de vrije menings-uiting zo hoog genoteerd staat! Het argument van de faculteit was, dat mos lims een en ander niet in dank zouden afne men. Er is ook gesuggereerd dat de gewraak te passage uit de afscheidsrede de geplande imam-opleiding aan de Utrechtse Universi teit in gevaar zou kunnen brengen. Een listige gedachte van mij: Zou dit mis schien de werkelijke oorzaak zijn? Als Prof. Van der Horst zijn minder vriendelijke woor den aan het adres van de moslims had geuit, dat de faculteit dan kon fluiten naar de imam opleiding? Waarnemer KAMERSnSTJES Hierbij gesloten één van die beestjes die we elk voorjaar in dezelfde kamer vinden. Wat voor beestjes zijn het en hoe komen we van ze af? Antwoord: U had het beestje weliswaar goed verpakt maar het is toch behoorlijk bescha digd bij ons aangekomen. Onze entomo- loog had daarom de grootste moeite om het te determineren. Volgens hem is dit bruine beestje een bruin broodkevertje. Deze kever- tjes hebben een uitgebreide menukaart, waar tal van droge levensmiddelen op prijken, zoals bakmeel, beschuit, macaroni, pudding poeder, rijst, enz. Daarin leggen de vrouw tjes per keer zo' n 50 eitjes en de larven die daaruit kruipen, smullen van het voedsel om zich heen. Na een half jaar zijn ze volwas- .sen en vliegen de kevertjes uit om buiten te paren. Kijk al uw leven.smiddelen na en doe aangetaste pakken gelijk weg. Nieuwe voor raden kunt u 't beste in goed afsluitbare gla zen potten of metalen bussen bewaren. Spuit niet met insecticiden in de buurt van etens waren! Maak keuken en provisiekast schoon met een heet sopje van gele zeep en enkele druppels spiritus. Daarna goed drogen, want Vocht trekt weer andere insecten aan. Dit af efti toe herhalen, omdat in hoekjes en kieren Wél eens eitjes achterblijven. KONINKLIJKE SPIJKER In een oud tijdschrift las ik dat koningin Wil- hetmina in 1910 een Spijker kocht. In welk jaar begon en eindigde die fabriek dan de autoproductie? Antwoord: In 1880 namen de broers Hen drik en Jacobus Spijker een koetswerkenfa- briek over van ene Van Ek in Amsterdam. Zij werden beroemd toen zij in 1898 de gouden koets afleverden, die Amsterdam aan konin gin Wilhelmina schonk bij haar inhuldiging in 1898. De eerste auto uit deze fabriek werd in 1900 geëxposeerd op een tentoonstelling in het Amsterdamse Paleis voor Volksvlijt. Hierna werden er verschillende modellen gebouwd van 10 t/m 40 pk en weldra werk ten er zo'n 800 man met eenvoudig gereed schap (want een lopende band kende men in Nederland nog niet). In de grote autorace van Peking, dwars door China en Rusland naar Parijs, won de Fransman M. Godard met een Nederlandse Spijker de tweede prijs. Hij kwam drie weken na de eerste wagen binnen... Tijdens de eerste wereldoorlog fabriceerde de fabriek hoofdzakelijk auto mobielen voor het leger en vliegtuigmoto ren. Koningin Wilhelmina kocht in 1910 en ook in 1920 een Spijker. Omdat toen maar weinig mensen zo'n dure auto konden kopen, ging de N.V. Automobiel- en Vliegtuigenfa- briek Trompenburg (zoals toen de officiële naam luidde) eind 1922 failliet. Een groep financiers probeerde er nog nieuw leven in te blazen, maar men moest het bedrijf in 1927 liquideren. KOFFIEWATER? Toen ik een caféhouder vroeg waarom hij eigenlijk altijd een klein glaasje water bij zijn koffie serveerde, vertelde hij dat het bedoeld was voor klanten die zijn koffie te sterk vonden, zodat ze die konden aanlengen. Maar dan zou er toch een kannetje water bij worden gegeven? Ik geloof dat verhaal niet. Weet u waar het gebruik vandaan komt? Antwoord: Dit glaasje water stamt uit de Wij zoeken nog goede bruikbare tweede handsspuUen voor onze rommelmarkt. De opbrengst van de markt is voor de aflossing van de kerk van de Gereformeerde Gemeente. De markt wordt gehouden op D.V zaterdag 26 augustus rondom het kerkgebouw. U bent van harte welkom. Heeft u nog spullen, bel dan naar William Hout, tel. (0187) 652502 en die zorgt ervoor dat het zo spoedig mogelijk bij u wordt opge haald. Gemengde leerweg: Niels Voogd, Ouddorp. Kaderberoepsgerichte leerweg: Sylvia den Eerzamen, Stellendam. tijd van de ongefilterde koffie. Misschien weet u dat de liefhebbers van sterke koffie deze drank vooral in Turkije, Griekenland en Joegoslavië nu nog op de oude manier drin ken. De Turkse koffie wordt niet gefilterd. Men doet het koffiedik in metalen of andere drinkkannetjes met lange steel, schenkt daar heet water op en dan moet je wachten tot al het bezinksel op de bodem ligt, alvorens dat kannetje zonder schudden aan de mond te brengen. Men nam dan een klontje suiker in de mond en goot de drank daarlangs naar binnen. Kreeg iemand nu toch wat drab in de mond, bijvoorbeeld met de laatste teug, dan kon hij snel dat glaasje water grijpen en de mond schoonspoelen. Het koffiedrinken groeide in Oostenrijk uit tot een rite, toen daar na het Turkse beleg van Wenen zoveel zakken met koffiebonen waren gevonden. In de Weense cafés, die als paddenstoelen uit de grond schoten, werd de nieuwe drank heel deftig geserveerd, compleet met dat glaasje water, ook al werd de koffie daar op verschil lende manieren bereid en gefilterd. In West- Europa namen we de Weense gebruiken over. Toen na de oorlog de jenevertapperij nog aan banden lag, kregen de liefhebbers die sterke drank wel eens in dat kleine glaasje en diende de koffie als dekmantel om het tijdelijke tap- verbod te omzeilen... ZING DAN MEE Vroeger bestond er zo'n gezellige bundel 'Kun je nog zingen, zing dan mee', met aller lei vaderlandse en historische liederen. Is die nog ergens te koop, al is het tweedehands? Antwoord: Die bundel is geregeld herdrukt, het laatst in 't voorjaar van 1982. Het is een uitgave van Wolters-Noordhof in Groningen en iedere boekhandelaar kan haar voor circa 35,- leveren. Natuurlijk zult u bij een twee- dehandsboekenwinkel aanzienlijk minder betalen. GEDICHT GEZOCHT In onze vragenrubriek werd twee weken gele den geïnformeerd naar het gedicht waarin de zin voorkomt: 'Jezus was/kwam aan boord'. Eén van onze lezers heeft laten weten het gedicht in haar bezit te hebben. Degene die graag over het gedicht beschikte, kan con tact opnemen met mevrouw Witvliet, Ds. Montijnstraat 47 te Sommelsdijk, tel. (0187) 486380. ■■geschiedde het Woord Gods tot Johannes, de zoon van Zacharias, in de woestijn.(Luk.3 3-6) Typisch een vraag die wij mensen stellen; waar komt die man vandaan? Ik denk aan de afvaardiging die bij de Jordaan bij Johan nes kwam. Ze moesten erachter komen wie Johannes was. Geeft hij zich voor de Mes sias uit? Of is hij een verieider? Als je zoiets weet, kun je hem op een plaatsje zetten en je kunt hem indelen. En z'n boodschap is er onschadelijk mee gemaakt. Komt de nieuwe ouderling op huisbezoek. Van wie is dat er een? O, is dat er een van die. Die hoeft niet te komen. Want z'n vader..., want ik ken dat soort. Oh, ik leef al jaren in onmin. Ja 't gaat om geld. Maar ik geef het niet op.Mensen, wat gevaarlijk. We maken toch de boodschap niet onschadelijk?.'. De boodschap waarin God wil komen. In ons gezin; in ons leven? Wat is een ambtsdrager? Welke plek krijgt hij van de Heere? Johannes mag ons onder wijs geven. Hij zegt: ik ben een stem. Een stem van de roepende in de woestijn. Vertel eens wat meer Johannes. Van wie ben je d'r een? En laten we van je huisbezoek eens een gemoedelijke avond maken. Nee, Johannes laat zich niet van z'n bood schap afbrengen. Niet krampachtig maar vanuit een diep verlangen om te zeggen wat God wil dat hij zegt. Ik ben een stem. Niet meer dan dat? Nee, meer wil ik niet zijn. Niet bezwijken voor de verleiding om mensen aan je zelf te binden. Het gaat om Christus. Dat Hij het te zeggen krijgt in de harten. Zijn Naam. Gemeente, wat is Johannes daarin groot! In dat terugwijken. In dat doorgang geven aan de Heere Christas. Zo dat het om de Heere gaat. Johannes doet een stap opzij. Wij staan er zo vaak voor. Met onze meningen en onze ideeën. Zodat de Heere niet gezien wordt. Johannes gaat opzij. Hij geeft voorrang aan de Heere. Dat geeft zegen. 'Hij (Christus), moet wassen - groeien/groter worden - en ik moet minder worden. En dat doet wel eens pijn want wij zijn graag belangrijk. Maar het geeft nog veel meer vreugde. Wanneer het licht op de Heere valt. Op wie Hij is. Als de zaligmaker. Dat is de vreugde van een ambtsdrager. Dat hij in het terugtreden geoefend wordt om z'n leven te verliezen en dat hij het zo behoudt. Door zelf van de genade van Christus te leven. Een stem. Meer ben ik niet, zegt Johannes. En wie spreekt er dan? Dat is God. God spreekt door hem heen. God maakt van mensen gebruik. Dat is wel wonderlijk. En het maakt ons klein en ootmoedig. Je zult je eigen hart en leven kennen. Je eigen ongeloof en strijd. En dan door de Heere gebruikt worden?! God komt. En Hij baant zelf zijn weg. En tege lijk. klinkt er in de prediking van Johannes een oproep tot het volk. Bereid je er op voor om de Heere te ontvangen. De stormwind is opgestoken, God komt. De tijd is rijp. De Heere laat niet toe dat we Hem en Zijn dienst zo maar bij ons steken. Zoals je een boeken- bon in je binnenzak steekt. De kromme din gen in ons leven moeten opgeruimd worden. De hoogmoed moet afgebroken worden en de zonden die wij niet laten kunnen, moeten we voor God belijden. Johannes is een boetepre ker. Nou ja, hij roept op tot belijdenis maar verderop in het hoofdstuk, in vers 18. staat dat Johannes het volk het evangelie verkon digde. Daar hoort de boete bij. De ontdekking van de zonde in ons leven. Zien we de Heere Christus maar bezig. Hij gaat niet om de zonde heen. Hij wijst hem aan. Hij legt hem open in ons leven. Denkt u maar aan een geschiedenis als die van de Samaritaanse vrouw die de Heere bij de put ontmoette. Een gesprek; heen en weer. En dan dat woord: 'ga heen roep uw man en kom hier'. Dat treft haar. Daar wordt het zo ont zaglijk wonderlijk dat de Heere zegt: 'ik ben het die met u spreek'. Wat zou Hij bij ons aanwijzen wanneer Hij komt? Weten wij dat niet? We weten het. Het wordt ons gezegd. Door een stem. Een stem in de prediking. Een stem bij u aan de hoge keu kentafel misschien. Een bezoek dat gebracht wordt. Ambtsdragers zijn in de navolging van hun Heere onrustbrengers. Om zo vreugde bodes te zijn. Houden zij zich aan hun roe ping en houdt u ze in ere. ds. G.C. Klok, Putten Door Roeland van Mourik "Het was niet zo'n beste dag", vertelt Piet van der Pol een dag later vanuit Rockanje. "Het miezerde en dan kom je onderweg wei nig mensen tegen". Want van voorbijgangers moeten de twee wandelaars het hebben. Door affiches op hun rugzakken maken ze bekend dat ze voor een goed doel wandelen. Vaak worden ze daar op aangesproken. Als dat niet gebeurt, knopen ze zelf een gesprekje aan met voorbijgangers. "Het vertrek vanaf Goeree was beter. Het lekkere weer zorgde voor veel aanspraak. We hebben nog een rondje over de markt van Ouddorp gelopen. Daar hebben we ook de nodige mensen gesproken", vertelt Piet. Op die manier krijgen ze geld, maar ook handtekeningen. Die handtekeningen zijn bedoeld om aan de Europese Unie aan te bie den en daarmee aan te geven dat Europese subsidies voor Roemenië bestemd dienen te worden. Het echtpaar is ervan overtuigd dat het tijd is om Roemenen zelf te stimuleren projec ten aan te pakken. "Tot voor kort werd er vooral gewerkt vanuit de gedachte materiële hulpverlening aan Roemenië te bieden. Vele vrachtwagens met hulpgoederen gingen rich ting Roemeense grens. Voor een deel is dat nog steeds nodig, maar wij denken dat er ook meer van de zelfred zaamheid van de Roemenen moet worden verwacht". Dat wil het wandelduo onderweg graag dui delijk maken. En dat kost tijd. "We voeren meer gesprekken dan dat we lopen", geeft Piet lachend aan. Per dag wordt ongeveer twintig tot vijfentwintig kilometer afgelegd. "Een keer, toen de gesprekken meer tijd verg den dan het lopen, is er maar acht kilometer afgelegd". Vanaf april is het duo al bezig en het wandelavontuur is nog niet voorbij: 15 juli hopen de twee wandelaars bij het eind punt in Den Helder aan te komen. Dan hebben ze een 'Rondje Nederland' van 1200 wandelkilometers erop zitten. Deze 1200 kilometer is onderdeel van een nog veel groter wandelavontuur. Piet en Janny lopen namelijk in etappes van Amsterdam naar het Roemeense Codlea over een afstand van 3200 kilometer. Tot nu toe heeft dit al 55.000 euro opgele verd. De teller van het aantal handtekeningen staat op 7500. Aan het einde van de wandel tocht hoopt het echtpaar dat er bij het bedrag nog 20.000 euro kan worden opgeteld en dat het aantal handtekeningen verdubbeld is. Het geld dat het echtpaar binnenhaalt, wordt sowieso verdubbeld door het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Daarmee is al een belangrijk doel bereikt, namelijk de inzet van subsidies voor Roemenië. De laatste vijfhonderd kilometer van het wandelavontuur wordt in Roemenië zelf gelopen. Dan sluiten ook zestien jongeren uit de kerken in Codlea zich bij hen aan. Zij maken zo kennis met de Nederlandse manier van sponsoring en 'verdienen' op die manier geld voor het dagactiviteiten centrum in hun woonplaats. Hoe komt het wandelduo op dit idee? Piet: "Het is tijdens een vakantie in Italië ontstaan. Toen we terug in Nederland waren, hebben we de proef op de som genomen. We zijn toen van Amsterdam naar Zuid-Limburg gelopen. Het bleek dat wandelen en mensen aanspreken een goede combinatie is. Daarom zijn we verder gegaan met deze formule". Het project dat gefinancierd wordt, zal zoveel mogelijk door de Roemenen zelf op poten worden gezet. Ervaring is daarmee al Atheneum: Natuur en Techniek: Jasper van Dis, Oude Tonge; Dennis Flik- weert, Middelharnis; Deborah van Loon, Nieuwe Tonge. Natuur en Gezondheid: Wouke Smith, Den Bommel. HAVO: Natuur en Techniek: Jos Frickus, Bruinisse; René Okker, Dirks- land; Nick Vreeswijk, Dirksland. Cultuur en Maatschappij: Sonja de Geus, Nieuwe Tonge; Annelies Koppelaar, Sommelsdijk; Christa Korthals, Ouddorp; Loes Struik, Dirksland; Lizette Vroegindeweij, Middelharnis. Economie en Maatschappij: Leen Mèlfssant, Dirksland. VMBO: Theoretische Leerweg: Lennert Knop, Oosterland; Stephan Koppe laar, Sommelsdijk; Matthias Wilstra, Nieuwe Tonge; Gemengde Leerweg: Marion van Manen, Sommelsdijk; Marjolein Witte, Ouddorp. opgebouwd. Zo is er in een zigeunerwijk in Codlea een school gerealiseerd die nu door zigeuners en Roemenen zelf gerund wordt. Bij het dagactiviteitencentrum in Codlea moet dat ook gaan gebeuren. "Plaatselijke kerken, de gemeente en huisartsen moeten zich samen inspannen om het project draai ende te houden. Het project moet bij de Roe menen zelf beklijven", geeft Piet aan. Piet en Janny komen uit het vestingstadje Heusden in Noord-Brabant. Daar is ook een team vrijwilligers actief die de financiële afwikkeling van het voettochtproject ver zorgd. "Dat is bij hen in goede handen", ver telt Piet enthousiast. Daarom: wilt u geld overmaken voor dit bijzondere wandelproject? Dat kan op reke ningnummer 30.15.45.359, t.n.v. de Stichting Samen voor Codlea in Heusden. Informatie over het project vindt u op: www. samenvoorcodlea.nl. ■85- (wordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 2006 | | pagina 5