Natuurstrook wordt acht kilometer lang, 250 meter breed, met daarin een zoetwaterkanaal
Betrokken agrariërs staan akkers niet zomaar af
EIIAtlDBi-raElJWS
DIRKSLAND/MIDDELHARNIS/DORDRECHT - Het landschap
van Goeree-Overflakkee ondergaat de komende jaren de grootste
ingreep in decennia. Op de noordrand van het eiland, tussen het
uiteinde van de haven van Dirksland en 300 meter oostelijk van het
gemaal Koert bij Middelharnis, wordt een acht kilometer lange, 250
meter brede natuurstrook aangelegd, met daarin eilandjes, plassen,
kreken en vooral een kronkelende, zo'n vijftig meter brede zoetwa
tergang. Agrariërs moeten vruchtbare grond opgeven voor deze ope
ratie, enkele bedrijven en huizen zullen onherroepelijk verdwijnen.
Het begin is er al. In de Van Pallandtpolder is de eerste landbouw
grond omgeploegd tot 'natte natuur'. Maar de einddatum, 1 januari
2008, zal niet worden gehaald. Het project gaat beduidend meer tijd
vergen - zo is inmiddels duidelijk - nog maar de helft van alle beno
digde akkers is verworven. Deze vertraging kan gevolgen hebben
voor die andere, tamelijk revolutionaire gebeurtenis die rechtstreeks
de aanleiding is voor het werk op de noordrand: het op een kier gaan
'van de Haringvlietsluizen.
Nadelen
Integraal
Natte natuur
Boos
Deadline
VRIJDAG 30 DECEMBER 2005
Noordrand eiland:
grootste ingreep sinds decennia
Door Gert van Engelen
Het sluKcomplex aan lui imu, miu ii,i iininikaiiaal van Middelharnis.
In dit havenkanaal liggen drie inlaten, grotendeels onzichtbaar. Het waterschap leidt het zoete water
straks via een sifon onder dit kanaal door. Vanaf het havenkanaal loopt over enkele jaren de denkbeel
dige zoutwatergren.s met het Spui. (Foto: Gert van Engelen)
Kees Stoutjesdijk, hoofd planvorming van
het waterschap De Hollandse Delta, treft
het niet. 0|5 zijn oude stek, het kantoor
van het waterschap Goeree-Overflakkee
aan de Dwarsweg in Middelharnis, kon
hij met een beetje goede wl en een ver
rekijker zó uitkijken over het land dat
nil geleidelijk een gedaanteverwisseling
krijgt. Dat is in het nogal stedelijke Dor
drecht - sinds de waterschapsfiisie de
nieuwe werkplek van Stoutjesdijk - niet
meer mogelijk. Visueel is hij daar volledig
losgezongen geraakt van de plannen die
uit zijn handen komen. Hij kan niet iets
meer, bij wijze van spreken, vanuit zijn
raam aanwijzen. Hij moet zich nu behel
pen met kaarten en het is zo, glijdend
met zijn wijsvinger over het Haringvliet,
het Spui, het Zuiderdiep en het havenka
naal van Middelharnis, dat Stoutjesdijk de
contouren aangeeft van het gebied waar-
S in zich grootscheepse veranderingen zul-
jlen voltrekken. Startpunt van alles zijn de
jHaringvlieLsluizen, begint hij zijn uitleg.
JDit Deltawerk is destijds aangelegd om
I voor veiligheid te zorgen, bescherming
Ite bieden tegen een nieuwe watersnood.
Een afgeleid doel van de afsluiting was
dat het Haringvliet een 'zoetwatervoorzie
ning' werd. Via inlaten vindt landbouw-
,en drinkwater zijn weg tot diep in Goe-
Jj-ee-Overflakkee.
Meer dan dertig jaar later beginnen de
nadelen van de Haringvlietdam zich
opzichtig te openbaren. "De getijdenna-
tiiur is verdwenen. De visintrek is gemi
nimaliseerd." De uitwerking is tot ver in
Duitsland merkbaar, toont Stoutjesdijk
met een voorbeeld aan. "In Europees
verband is afgesproken de rivieren weer
gezond te maken. Alle landen zuiveren
daartoe hun afvalwater, ook zijn in de
Rijn vistrappen aangebracht voor de
zalm. Maar die vistrappen hebben pas
zin als de vis er kan komen. Vis moet dan
wel de rivier kunnen opzwemmen." Dat
gaat nu bijna niet; de Haringvlietsluizen
zijn een hevige hindernis. "Vis kan maar
mondjesmaat naar binnen, in de uren
dat de sluizen open staan om het rivier
water te lozen. Zodra de vloed opkomt
en het zoute water naar binnenloopt,
gaan ze weer dicht."
Weliswaar be\'indt zich een speciale vis-
sluis in het shiizencomplex, in de vorm
vair een betonnen koker, maar in de
praktijk blijkt die volgens Rijkswaterstaat,
de beheercler van de Haringvlietsluizen,
niet te voldoen. Minimale aantallen
vissen trekken er doorheen. "Kortom:
de keerzijde van de Haringvlietsluizen
is dat die een zeearm resoluut afsluit,
plus dat die een harde scheiding heeft
veroorzaakt tussen zout en zoet water.
Terwijl de waarde voor de natuur juist zit
in een wisseling van zoet en zout. Bij een
natuurlijke overgang tussen de zoute
zee en de zoete rivier, krijg je een grote
Het gemaal Koert. Oostelijk van dü gemaal komt het nieuwe innamepunt voor zoet xoater,
dat vervolgens zijn xueg (tentg)vindt tot diep in Goeree-Overflakkee. (Foto: Gert van Engelen)
diversiteit aan vogels, vissen en planten
- een rijk, biologisch systeem datje vroe
ger had toen er nog getij was."
Om die getijdennatuur "een beetje"
terug te brengen, om wat verloren is
gegaan te herstellen, gaan op 1 januari
2008 twee van de zeventien Haringvliet
sluizen ("zijnde üen procent") op een
kier, is vorigjaar besloten. Permanent,
tenminste in normale weersomstandig
heden. Bij storm worden de sluizen weer
gesloten. De veihgheid blijft onvermin
derd topprioriteit houden; daar wordt
niet aan getornd.
Door dit zogenoemde kierbesluit komt
het Haringvliet weer in contact te staan
met de Noordzee. Trekvissen zoals zalm
en zeeforel, maar ook fint, bot, harder,
zeeprik, paling, garnalen en de steur,
kunnen terugkeren naar Maas en Rijn.
Deze getijdeneffecten zullen tot in de
Biesbosch merkbaar zijn.
Maar de kier betekent óók dat een
klein deel van het Haringvliet weer brak
wordt. En dat is weer nadelig voor de
zoetwateraanvoer voor de landbouw;
een verantwoordelijkheid van het
waterschap. Het verbeteringsplan van
de ene beheerder heeft zo negatieve
gevolgen voor de andere, signaleert
Stoutjesdijk, maar daar gaat hij nu ver
der niet op door. Liever licht hij het
omvangrijke project toe dat die nadelen
moet opheffen: de aanleg van - wat in
lelijk Nederlands heet - een 'integrale
watervoorziening', op de noordrand van
Goeree-Overflakkee. Het is "een ingrij
pend werk", in omvang misschien wel de
grootste ingreep sinds de watersnood
ramp, inaar met een "grote meerwaarde"
voor de streek, verzekert hij.
Inzoomend op dit "bijzondere project"
vertelt hij: "Als de sluizen straks op een
kier gaan, schuift de zoutwatergrens een
stuk oostelijk op, naar de denkbeeldige
lijn tussen de haven van Middelharnis
en de ingang van het Spui. Om te voor
komen dat het zout die grens overgaat,
gaat Rijkswaterstaat er metingen uit
voeren. Op enkele strategische punten
in het Haringvliet komen palen met
apparatuur, die het zoutgehalte meten.
Als het zout over de grens dreigt te gaan
- en dat zien ze al een week van tevoren
aankomen - dan spoelt Rijkswaterstaat
dat tijdig weg naar de Noordzee, door
bij laag water te spuien."
Met het opschuiven van de zoutwa
tergrens, verschuift logischerwijs ook
de zoetwatergrens. Oftewel: de zoet-
waterinnamepunten direct achter de
Haringvlietsluizen worden onbruikbaar.
Stoutjesdijk: "Het waterschap verliest
daardoor enkele inlaten: vier op Goeree-
Overflakkee, twee op Voorne-Putten.
Inlaten zijn sluizen in de dijk, waarmee
je zoetwater de polder in laat lopen. Die
kun je niet zomaar afschaffen: de inna
me van zoetwater moet gegarandeerd
zijn, met name voor de landbouw. Als
waterschap hebben we dan ook van het
rijk geëist dat we over dezelfde hoeveel
heid en dezelfde kwaliteit zoetwater kun
nen blijven beschikken."
De inname van zoetwater is inmiddels,
op papier althans, veiliggesteld. Op
Voome-Putten worden de inlaten 'sim
pelweg' verplaatst naar de noordkant
van het eiland, waar zoetwater betrokken
kan worden uit het Brielse Meer en de
Bernisse. De inlaten op Goeree-Overflak
kee worden ook verschoven, maar naar
het oosten, voorbij de zoutwatergrens,
waar het water niet verbrakt.
Van de vier 'oude' inlaten op Goeree-
Overflakkee bevinden zich er drie in het
havenkanaal van Middelharnis, deels
onzichtbaar, en één robuuste aan het
uiteinde van het havenkanaal van Dirks
land, bij het Zuiderdiep. Deze zogeheten
inlaatsluis Zuiderdiep is te herkennen
aan het grove, witte, betonnen gebouw
dat er bovenop staat. De locatie van het
vervangende innamepunt verschuift acht
kilometer en komt driehonderd meter
oostelijk van het gemaal Koert te liggen.
Vandaar wordt het water met een sifon
onder het havenkanaal van Middelharnis
doorgeleid, terug naar het Zuiderdiep.
Stoutjesdijk zegt dat op Voome-Putten
geen "veelomvattende maatregelen" hoe
ven te worden getroffen; het kan daar
beperkt worden tot het verbreden van
bestaande watergangen. Dat is anders op
Goeree-Overflakkee. Daar is groots uit
gepakt, met een meervoudig project.
De aanleiding ervoor was dat op het
eiland niet alleen een nieuwe zoetwater
voorziening moet komen, Goeree-Over
flakkee is óók een streek waar Deltana
tuur, een samenwerkingsverband met
overheden en maatschappelijke organisa
ties, 500 hectare 'natte natuur' wil ontwik
kelen - van de 3000 ha die er in de Zuid-
Hollandse Delta moeten komen.
Stoutjesdijk: "Toen is bij ons het idee ont
staan om het één slim met het ander te
combineren. Wij hadden als waterschap
natuurlijk kunnen volstaan met een pijp)-
leiding voor het zoetwater. Een perslei
ding die het water van de nieuwe inlaat
naar het Zuiderdiep transporteert. Daar
is van afgezien, omdat we een mooie
gelegenheid zagen om de zoetwatervoor
ziening te koppelen aan natuurontwikke
ling. Een pijp is bovendien niet goedko
per en moet na enkele decennia op onze
kosten worden vervangen. Ook leent een
pijp zich niet voor meeiToudig gebruik,
wat met dit project juist wel het geval is."
En zo ontstond dat opvallende plan
voor een brede, langgerekte strook op
de noordrand van Goeree-Overflakkee.
Bijna acht kilometer lang, vanaf het
Zuiderdiep tot voorbij gemaal Koert,
en 250 meter breed. Ingericht als 'natte
natuur', wat zoveel inhoudt als: een vari
atie biedend van oevers, water, rietlan
den, eilandjes, kreken - "een natte ben
de", zoals Stoutjesdijk het goedmoedig
noemt, "een beetje Biesboschachtig".
In die strook komt een watergang te
lopen, vijftig tot vijfenzeventig meter
breed, zoetwater bevattend. Het is
nadrukkelijk geen kanaal, zegt Stoutjes
dijk, want bij een kanaal denken mensen
aan een kaarsrechte geul, terwijl déze
"gegraven zal worden door een dronken
machinist", grapt Stoutjesdijk. Het water
schap rept liever van een watergang, van
een brede, open, zoete waterverbinding.
Als een lang en groen lint kronkelt het
zich straks door het landschap.
Het meervoudige nut van de strook ziet
'm hierin dat allereerst een "aantrek
kelijk natuurgebied" ontstaat, om te fiet
sen, struinen en kanoën: natuurgerichte
recreaüe. Verder verbindt de watergang
mettertijd de geïsoleerde liggende
natuurgebieden op de noordrand: een
ecologische keten. Tot slot kan in droge
tijden voor het beregenen van de akkers
geput worden uit de strook: een buffer
voorraad eersteklas zoet water.
Dit belang van verbeterd waterbeheer
mag niet worden onderschat, benadrukt
Stoutjesdijk. "Goeree-Overflakkee is een
zout eiland. Het lag eeuwenlang in de
zee, midden in het zout. De druk op
het grondwater - het kwelwater dat van
binnenuit door de zee omhoog wordt
gedrukt - wordt steeds groter door het
rijzen van de zeespiegel. Tot nog toe zor
gen we via de inlaten aan de noordkant
voor zoet water. In het voorjaar gaan ze
open, opdat er voldoende water in de
sloten komt te staan voor de gewassen.
Tegen de herfst worden ze weer geslo
ten, waardoor de sloten weer zout wor
den door de kwel. Dit zoute kwelwater
wordt, samen met het teveel aait neer
slag, via de gemalen weggepompt."
Die halfjaarlijkse wisseling van zoet en
zout water nu, mag straks waarschijn
lijk niet meer van de Europese Unie.
Stoutjesdijk: "De kans is groot dat we in
de problemen komen met de Europese
regels." Intussen neemt de afhankelijk
heid van zoet water toe: de landbouwers
beregenen massaal en telen steeds meer
gewassen die zoet water nodig hebben.
"Om de rest van de eeuw volcioende
zoet water te houden, dus rekening hou
dend met zeespiegelrijzing en nieuwe
EU-regels, moeten we ons watersysteem
aanpassen. Met die strook doen we dat
nu al. In feite maken we i'n de strook een
zoetwaterbassin. Daardoor kunnen we
in de toekomst het jaar rond zoet water
leveren."
Een huhtjoio van de noordrand van Goeree-Overjlakkee. Onderaan is het havenkanaal
van Middelharnis zichlham; helemaal bovenaan nog nel hel Zuiderdiep en de inlaatsluis. Hel zijn de
gro7iden tussen de bomenrij langs het Haringvliet en de Bekadeweg die het waterschap
zou willen verwerven voor de aanleg van het zoetwaterkanaal.
(Foto: Bureau Integraal Waterbeleid en Waterschappen, Provincie Zuid-Holland)
De inlaatsluis Zuiderdiep ligt op de kruising van hel havenkanaal van Dirksland en het Zuiderdiep.
Achter de dijk ligt het Haringvliet, waaruit nu nog zoet water wordt betrokken. Hel mlaatpunt schuift
over een paar jaar acht kilometer op, lol 300 meter oostelijk van gemaal Koert. (Foto: Gert van Engelen)
Prachtige, bevlogen voornemens, maar
voor deze plannen is wel grond nodig
van de agrariërs. Die moesten nog over
tuigd worden. Zij zien zich kostbare
grond afgenomen, zij zouden zich niet
zomaar gewonnen geven. Dat bleek dan
ook: men stond bepaald niet te juichen.
Tijdens de diverse bijeenkomsten die
het waterschap hield, toonden sommige
landbouwers zich furieus. Stoutjesdijk:
"Men was bezorgd tot zeer ontstemd
over de plannen. Ook was er veel onbe
grip. Je gaat zoet water toch niet zout
maken? zeiden ze."
Hij vertelt hoe de agrariërs tegemoet
worden getreden. "We proberen in goed
overleg te komen tot een grondruil.
Hiervoor wordt elders op het eiland
grond gekocht. De laatste tijd zijn nogal
wat landbouwers gestopt, daardoor zijn
wij in staat de landbouwers uit de strook
een nieuw bestaan aan te bieden. Er
wordt scherp onderhandeld, maar dat is
Delen van de Idn Pallandtpolder zijn sinds december vorigjaar ingericht tol natte luduur,
met eilandjes en plassen. Steeds als er nieuwe landbouwgrond is verworven, wordt die afgegraven.
Met de aanleg van het zoetwaterkanaal is nog niet begonnen.
Er moet eerst overeenstemming zijn met alle betrokken agrariërs. (Foto: Gert van Engelen)
logisch." Daarnaast probeert het water
schap uit te leggen dat de grond die
nodig is voor cie strook, óók gunstig is
voor de totale landbouwsector, voor de
lokale economie. "Immers, de nieuwe
watergang zorgt ervoor dat er ook pak
weg twintig jaar nog genoeg zoetwater is,
en dat we dat water nog steeds binnen
de Europese regels kunnen aanbieden.
Want daarover maken we ons grote zor
gen." Dit wijdere belang heeft tot dus
verre niet alle landbouwers weten te ver
murwen. Sommige verkopen hun grond
vlot, maar er zijn er ook die bezwaar
schriften indienen. Weer anderen wei
geren pertinent hun akkers te verkopen.
Pas de helft van alle benodigde grond
is 'afgestaan', en Stoutjesdijk geeft toe
dat hierdoor vertraging is ontstaan. Niet
temin wordt onverminderd geprobeerd
zorgvuldig tot een oplossing te komen.
"Er wordt ingestoken op volledige scha
deloosstelling, met geld of door grond
te ruilen. Er wordt op minnelijke manier
verworven."
Er is al een begin gemaakt. Vorigjaar
december zijn delen van de aangekochte
Van Pallandtpolder, langs het Haring
vliet, afgegraven. Eilandjes en waterpartij
en wisselen elkaar af. Maar de zoetwater
gang is er nog niet. Stoutjesdijk zegt dat
met de Provincie Zuid-Holland nog een
"bestuursovereenkomst" wordt gesloten,
voordat het kronkelkanaal wordt aange
legd. "In die overeenkomst leggen we alle
rechten en plichten die zijn afgesproken,
definitief vast." Wanneer die overeen
komst kan worden getekend, is nog onge
wis. "We willen eerst met zoveel mogelijk
landbouwers overeenstemming hebben.
Daarna maken we één groot bestek en
gaan we aan de slag. Eerder niet." Inder
daad, besluit hij, het is zo langzamerhand
"twijfelachüg" of de deadline van 1 janua
ri 2008 wordt gehaald, de dag waarop de
Haringvlietsluizen mogen gaan kieren.
"Het hele project kost gewoon meer tijd."
Betekent dit dat óók de sluizen later op
een kier gaan? "Dat staat in de sterren
geschreven", zegt Stoutjesdijk diploma
tiek.