LITIE Toename van vleermuizen op Goeree-Overflakkee 0900-8844 Lichtjesfietstoer Ouddorp aan Zee de heer Anthonie Willem Driesprong Politie waarschuwt voor oplichting Ophalen oud papier Jaap van den Ende geeft beiaardconcert in Goedereede chr. streekblad op gereformeerde grondslag voor de zuid-hollandse en zeeuwse eilanden Gewonde bij aanrijding Jongeren aangehouden voor vernielingen IN MEMORIAM (12-01-1931 -19-07-2005) actief in beeld en geluid Kerkdienst Gen Gem. Telefonische prijswinnaars Ooitgensplaat *Groei is te danken aan speciaal ingerichte bunkers* 'Enge beestjeszijn volgens onderzoeker Kees Mostert onschuldige dieren Enge beestjes Strottenhoofd Ijskelders Dwergvleermuis ^A'c J r? y5 -e Dinsdag 26 juli 2005 78e jaargang nr. 7425 Rotterdam-Rijnmond district De Eilanden Basiseenheid Goeree-Overflakkee OOLTGENSPLAAT - Een 18-jarige jongen uit Oude Tonge raakte vrijdagmorgen rond half zes gewond door een eenzijdig ongeval op de N59. De jongen zat op de bijrijderstoel, toen de bestuurder, een I9-jarige jongen even eens uit Oude-Tonge, door nog onbekende oorzaak de macht over het stuur verloor, en tegen een lantarenpaal reed. Het slachtoffer werd met pijn aan de borst overgebracht naar het Zuiderziekenhuis. De lantarenpaal werd bij de botsing uit de grond gereden en viel over de weg, waar een tweede auto tegenaan reed. De bestuurder van de tweede auto, een 48-jarige Schiedammer, bleef ongedeerd. MIDDELHARNIS - Naar aanleiding van een melding over vernielingen aan auto's werden zondagmorgen vroeg op de parallelweg van de N215, rond een uur, twee jongens van 16 en 17 jaar uit Nieuwe Tonge aangehouden. De jongens hadden eerder, in gezelschap van twee leeftijdgenoten, van verschilende auto's die geparkeerd stonden aan de Langeweg in Middelhamis, de buitenspiegels afgetrapt. De jongens gingen er vervolgens op de fiets vandoor. De jongens bekenden de vernielin gen en werden voor verder verhoor overge bracht naar het politiebureau. Na een lichtjesfietstoer in 2004 met een heleboel regen, viel de opbrengst voor speeltuin De Flipjes een beetje tegen. Daarom zullen wij op 12 augustus een nieuwe poging wagen, om met een zee van kaarslicht een steentje bij te dragen. Met al het mogelijke wat u op de zolder nog kunt vinden, kunt u de passerende fietsers met de schoonheid van uw verlichte tuin verblinden. We hebben de straten hieronder weer voor u op een rij gezet, en verwachten natuurlijk dat ook u zorgt voor een beetje extra pret. U kunt dus weer fakkels, lichtjes en kaarsen sparen, maar ook potjes en kerstverlichting kunt u bewaren. De route staal vast, maar heeft u vragen of een leuk idee, neem dan gerust contact op met de Ouddorpse WV. Route: Alexanderstraat, Beatrixweg*, Bem- hardweg*, Bokweg, Bredeweg"", Broek weg*, Diependorst*, Dirkdoensweg*, Dorpstienden, Dorpsweg*, Duffelweg, Duinkerkerweg, Geleedststraat, De Gracht*, Hazersweg*, Hermansweg*, Hoenderdijk*, Hofdijksweg*, Hoge Pad*, Ireneweg, Kel- derweg*. Kerkboek, De Kille, kooiweg*, Margrietweg*, Marijkeweg*, Molenblok*, Molenweg*, Preekhillaan, Pretoriuslaan, Raadhuisstraat, Smalle Einde*, Spaanseweg, Stationsweg*, Steenkreek, Steenweg*, Ste nenbaak, Volgerblok, Weststraat*, Wilhelmi naweg*, Zouthoek. wordt slechts gedeeltelijk meegenomen; neem voor informatie contact op met WV Ouddorp aan Zee: 0187-681789. Vorige week dinsdag overleed op 74-jarige leeftijd de heer A.W. Drie sprong uit Dirksland. Hij was lid van de raadsfractie van de WD. Tijdens de crematieplechtigheid, afgelopen zaterdag hield burgemeester drs. S. Stoop van Dirksland een toespraak, waarvan we hier enkele passages afdrukken. "Woensdagmorgen werden we geconfron teerd met de verbijsterende mededeling dat de heer Anthonie Willem Driesprong dins dagavond was heengegaan op de leeftijd van 74 jaar. De adem stokt je in de keel. Er is een lege plaats gevallen, allereerst in de gezins- en familiekring. Daarnaast in de kring van het gemeentebe stuur van Dirksland en andere verbanden. Er is een lege plaats gevallen, die nooit meer zal worden ingenomen op de geheel eigen manier waarop de heer Driesprong die innam. Vandaag probeer ik voor u tot uitdrukking te brengen welke betekenis Anton Driesprong heeft gehad voor de gemeenschap van Dirksland. Op 12 april 1994 deed de heer Driesprong zijn intrede in de gemeenteraad van Dirks land als lid van de WD-fractie. Wie zich realiseert dat iemand op 63-jarige leeftijd begint aan een plaatselijke politieke car rière, zal tegelijkertijd beseffen dat Drie sprong kennelijk een persoon moest zijn die zich betrokken wist op de problematiek van de gemeente en die beschikte over een behoorlijke energie. Het lid-zijn van een politiek-bestuurlijk orgaan, zoals de gemeenteraad, is geen vorm van louter hobbyisme, geen bijbaantje voor een bepaald prestige, maar een ambt. Een ambt dat iemand vervult op grond van politieke idealen en denkbeelden. Dit was ook de houding van Driesprong. Hij vatte het politieke werk zeer gewetensvol op, maakte werk van het bestuderen van stuk ken en andere informatie en vormde zich daarover eèn mening. Op de website van de gemeente liet hij bij zijn persoonsgege vens het volgende optekenen: "Ik tracht de zaken zeer serieus te nemen. Half werk is niet mijn uitgangspunt. Vooraf mij verdie pen in de beleidszaken van de gemeente is voor mij van essentieel belang". Zijn denkbeelden waren doortrokken van het liberale gedachtegoed, waaraan hij zich verbonden wist. Een liberaal in hart en nie ren, zou je kunnen zeggen. Kenmerkend waren zijn politieke omgangsvormen: stijl vol, correct en beleefd, zoekend naar con sensus met anderen, integer en respectvol. Kortom: een heer van stand. Driesprong hield zich in alle elf jaren van zijn raadslidmaatschap bezig met gemeen telijke financiën. Vooral aan algemene beschouwingen bij de begrotingsbehande lingen besteedde hij veelt tijd. In de tweede ronde bij de discussies in de raad maakte hij soms alternatieve berekeningen en ver onderstellingen, die door anderen niet altijd A. W. Driesprong. te volgen waren. Een enkele keer kreeg ik de indruk dat men op verschillende golf lengtes zat. Een ding was zeer duideüjk: hij had aandacht voor het detail met een nauwkeurigheid tot twee cijfers achter de komma. Een aspect wil ik u niet onthouden. Na de begrotingsbehandeling was het een traditie om af te sluiten met een dronk. Een dronk met wijn van Dirkslandse bodem. Wijn van Driesprong. De zeg dit om te illustreren dat de heer Driesprong heel erg gesteld was op goede persoonlijke verhoudingen, die mede door deze tradities in stand gehouden konden worden. Door deze manier van zijn handelen liet hij zijn dienstbaarheid zien en het vormde tevens een illustratie van een van zijn uitspraken: "men moet er met elkaar iets van maken." In het achterliggende voorjaar kampte hij weer met gezondheidsproblemen. Toen we elkaar bij hem thuis spraken, was hij ener zijds onzeker over wat hem te wachten zou kunnen staan. Anderzijds probeerde hij positief te blijven denken. Zéker toen hij trots de familiefoto's liet zien en vertelde over de tuin en zijn hobby: met wijnbe- reiding in de weer zijn. Hij hoopte op een kortdurende periode van behandeling en mogelijk herstel, opdat hij na de zomer weer actief zou kunnen zijn. Uiteindelijk was het zijn wens dat hij deze raadspe riode af zou kunnen maken en dat hij de nog resterende tijd tot maart volgend jaar kon gebruiken om één en ander goed over te dragen aan een opvolger. Zelfs toen ik hem drie weken geleden telefonisch sprak, had ik de indruk dat hij nog hoopte op een terugkeer. Niemand had kunnen denken dat het daarna alsmaar slechter zou worden en dat het einde zo dichtbij was. Vandaag staan we stil bij het heengaan van Anthonie Willem Driesprong. Wij zijn hem dank verschuldigd voor de wijze waarop hij dienstbaar is geweest aan de gemeen schap van Dirksland. We gedenken hem met respect." COMBI 1 UUT foto-turvicm I JSU.(01l7]il1t)lfn6t]7U OUDDORP - Donderdag 28 juU, 19.30 uur, ds. W.J. Karels. MELISSANT - Donderdag 28 juli, 19.30 uur, ds. C. Neele. De politie Rotterdam-Rijnmond heeft de afgelopen week diverse aangiften binnenge kregen van mensen die het slachtoffer zijn geworden van oplichting. In alle gevallen verloopt de oplichting op nagenoeg dezelfde wijze. Een vrouw benadert het slachtoffer telefo nisch met het verhaal dat men een reis heeft gewonnen. Als men belangstelling heeft in de reis, moet er een cijfer ingedrukt worden. Hierna krijgt men een Engels sprekende per soon aan de lijn. Deze man vraagt naar het creditcardnummer en de vervaldatum van de card, dit in verband met de afschrijving van enkele kosten. Met behulp van onder meer deze gegevens wordt er een bedrag van gemiddeld een paar honderd euro van de rekening van de 'prijs winnaar' afgeboekt, die de zogenaamde gewonnen reis vervolgens niet ontvangt. De pohtie waarschuwt voor deze vorm van ophchting en adviseert om nooit aan een onbekende het creditcardnummer of andere bankgegevens door te geven. Wordt u op dezelfde of soortgelijke wijze benaderd of bent u het slachtoffer geworden van deze oplichting, neem dan contact op met de politie via het telefoonnummer 0900-8844 (lokaal tarief) of bij een politiebureau bij u in de buurt. De oud papier commissie van de Gerefor meerde Gemeente te Ooitgensplaat hoopt donderdag 28 juli a.s. vanaf 17.30 uur in haar eigen woonplaats weer oud papier op te halen. Men wordt verzocht het papier goed gebundeld langs de weg te zetten. De beiaard van de St. Catharinatoren te Goedereede wordt zaterdag 30 juli a.s. tussen 16.00 en 17.00 uur bespeeld door Jaap van den Ende. Dit is het vijfde concert van dit jaar in de serie beiaardconcerten die jaarlijks worden georganiseerd door de Stichting Vrien den van de Goereese Beiaard. Jaap van den Ende werkte vanaf zijn 14e jaar als meubelmaker en antiekrestaurateur in de antiekzaak van zijn vader. Hij werd mees ter-meubelmaker en ook leraar in het Nij verheidsonderwijs. Aan de Academie voor Beeldende Kunsten studeerde hij daarnaast Beeldhouwen en Tekenen. Inmssen groeide ook - geanimeerd door zijn moeder - zijn belangstelling voor muziek. Hij begon op zijn 7e jaar met orgelspelen. Ook maakte hij kennis met diverse blaasinstrumenten. In 1952 behaalde hij het diploma Staatsexamen Beiaard M.O.B. Vanaf 1952 tot zijn 65e jaar was hij stadsbeiaardier in diverse steden. Hij is een veelgevraagd adviseur voor bei- aardbouw, ontwerpen en restaureren. In die hoedanigheid was hij bij zo'n 300 projec ten betrokken. Ook bij de eerste en tweede fase van de totstandkoming van de beiaard in Goedereede. Met dit instrument is hij dan ook erg vertrouwd. En dat zal blijken tijdens het concert! Tegenwoordig geeft hij, naast die advieswerkzaamheden en optredens bij gelegenheidsbespelingen, voordrachten over restauratie, renaissancemuziek, kunsthisto rie en oude blaasinstrumenten. Van 1973 tot april 2005 was hij oprichter en voorzitter van de Historische Vereniging Schoonhoven. Hij woont in Schoonhoven en is getrouwd met de kunstenares Coby C.M. Krouwel. In zijn programma voor het concert op 30 juli heeft Jaap van den Ende gekozen voor een 'klassieke' kleur. Hij speelt eigen bewer kingen van een aantal werken van Johann Sebastian Bach: religieuze aria's en cantates, delen uit één van de cellosuites en enkele orgelwerken. Daarnaast bewerkingen van liederen van Franz Schubert en van enkele bekende pianowerken van Frederic Chopin. Vanaf 16.00 uur kunnen luisteraars plaatsne men aan de voet van de toren of in de daarbij gelegen kruidentuin. Programma's zijn gratis te verkrijgen bij de kassa van het Torenmu- seum onder in de toren. Schroom niet om dan ook een kaartje te kopen voor de beklimming van de toren zelf. Want behalve een schitte rend uitzicht vanaf de toren, kan men op de tweede 'verdieping' dan ook de beiaardier aan het werk zien. Steeds meer vleermuizen bevolken Goeree-Overflakkee. Duizelingwek kend is hun aantal niet te noemen, eer der vrij gering, maar onmiskenbaar tekent zich langzaam een stijging af. De groei blijkt uit het aantal vleermui zen dat succesvol weet te overwinteren in de bunkers op het eiland. Jaarlijks worden deze 'veilige rustplaatsen' gecontroleerd, en vastgesteld is nu dat zich er tussen de 37 en 47 exemplaren ophouden. Tien jaar geleden waren dat er nog slechts achttien, 's Zomers fladderen er overigens enige honder den vleermuizen over nachtelijk Goe ree-Overflakkee, onhoorbaar jagend op insecten. Delftenaar Kees Mostert verricht al vijftien jaar vleermuis- onderzoek op Goeree-Overflakkee. Hij vertelt dat de toename van vleer muizen deels te verklaren is door het inrichten van bunkers als overwinte- ringsplek. Het eiland telt zo'n 20 bun kers en in acht ervan verblijven vleer muizen. Als in de komende jaren ook de bunkers langs de Oostdijk en op De Punt geschikt worden gemaakt, is er volgens Mostert zelfs een kans dat de vleermuizen een populatie opbouwen, met jongen en zomerkolonies. Door Gert van Engelen In zijn jeugd is hij Ud geweest van de Neder landse Jeugdbond van Natuurstudie, een legendarische kweekvijver van natuurvor sers. Hij is nu beleidsmedewerker natuur bij de Provincie Zuid-Holland. Zijn flatwoning in Delft is bezaaid met vogel- en natuurboe- ken. En 's nachts, als anderen vredig plegen te slapen, fietst Kees Mostert ergens in Zuid- Holland rond met een 'vleermuisdetector', speurend naar vleermuizen. Het is duidelijk: Kees Mostert (1961, Delft) is vervlochten met de natuur. De natuur en hij zijn knoop en knoopsgat. Werk, hobby en bestaan zijn versmolten. Wie hem ontmoet, komt daar al na enkele ogenblikken achter. Raadselach tiger is het verband is mssen deze Delftenaar en Goeree-Overflakkee. Hoe is dat ontstaan, wat zoekt deze Randstedeüng er eigenlijk? "Ik ken het eiland al vrij lang", vertelt hij. "Als twaalfjarige kwam ik er al. Met mijn ouders ging ik er op vakantie - naar de Kwade Hoek, De Punt, naar de Grevelingen." "Ik kom er nog steeds veel", vervolgt hij. "Ik vind Goeree-Overflakkee één van de mooiste plekken van Zuid-Holland. Het eiland kent een grote afwisseling van landschappen, die dicht bij elkaar liggen. Het is een behouden de streek. Nederland is er trager; maatschap pelijke ontwikkelingen gaan er minder snel. Dat heeft positieve kanten voor de natuur en het landschap: dingen zijn er langer bewaard. Daar komt bijde gemeenten zijn er vrij klein. Mensen zijn meer betrokken bij hun directe omgeving. Je kunt er makkelijker afspraken maken over natuurbeheer, merk ik in mijn werk. 't Gaat er eenvoudiger dan elders." Vleermuizen - bij de gedachte eraan voelt menigeen ijzig koude nlUngen over de rug lopen. Nogal wat mensen, waarschijnUjk beïnvloed door griezelfilmbeelden, vinden deze vliegende zoogdieren "enge beestjes met scherpe tandjes". Kees Mostert weet wel beter. Vleermuizen zijn nuttig, omdat het insec teneters zijn. "Per etmaal eten ze hun eigen Uchaamsgewicht aan insecten, veel muggen bijvoorbeeld. Eigenlijk zijn het de zwalu wen van de nacht." En met die tandjes doen ze "weinig kwaads". "Het zijn heel grappige, onschuldige en interessante diertjes." Over vleermuizen was tot in de jaren tachtig weinig bekend. Dat lag grotendeels aan hun aard. Mostert: "Het zijn nachtelijke dieren, die een verborgen levenswijze hebben." Dat onbekende was precies wat Mostert al van kinds af aan fascineerde. Hij zag het als een uitdaging om dit "onbekende fenomeen" te ontrafelen. Maar lange tijd kon dat niet. Er was geen apparaat voorhanden waarmee vleermuizen konden worden waargenomen. Dat veranderde in 1985. Toen kwam de 'bat- detector' op de markt, de vleermuisverkhk- ker. Toen werd het mogelijk om de vleermuis te 'zien'. Het avonmurkon beginnen. Vleermuizen produceren met hun strotten hoofd geluiden die ze uitzenden. Door de weerkaatsing ervan kuimen zij zich oriënte ren. Mensen kunnen deze ultrasone signalen niet horen. De vleermuisdetector wel. Die vangt de geluiden op en vertaalt ze in hoorba re tikken. Zo kunnen niet alleen vleermuizen Kees Mostert, op het balkon van zijn Delftse flatwoning: "Vleermuizen zijn eigenlijk de zwaluwen van de nacht". (Foto: Gen van Engelen) worden getraceerd (gedetecteerd), maar kun nen ook de verschillende soorten worden her kend, ledere soort bezigt namelijk een andere frequentie. Mostert schafte zich zo'n detector aan: eindelijk kon hij kennis gaan verzame len over het gedrag van de vleermuis. Hij deed zijn veldonderzoek niet in zijn een tje. Mostert was in 1980 lid geworden van de V2Z, de (overkoepelende, landelijke) Vereniging voor Zoogdierkunde en Zoog- dierbescherming. Samen met enkele andere vrijwilligers van de VZZ vormde hij een werkgroepje, dat Zuid-Holland in de zomer maanden ging afstruinen op vleermuizen. Bij gunstig weer fietsten of reden de werk- groepleden, steeds in andere samenstelling en met de batdetector in de hand, over dijken en weggetjes, onderwijl noterend waar een vleermuis werd gehoord en weUce soort. Zorgvuldig werd zo een vierkante kilometer afgewerkt. Mostert: "Wij proberen elke vier kante kilometer per periode driemaal te doen, zodat je drie verschillende bezoeken op drie verschillende momenten aflegt." Kees Mos tert kreeg Zuid-Holland als werkgebied toe bedeeld en daarmee Goeree-Overflakkee. Samen met mede-vrijwilliger Jan Wonder- gem begon hij er het vleermuisonderzoek. "We waren pioniers. We gingen letterlijk op ontdekkingsreis", zo brengt hij de begintijd in herinnering. Goeree-Oveiflakkee was geen vanzelfspre kend vleermuisgebied. "Het is een eiland met een open landschap, dat bovendien lang geïsoleerd is geweest, tot 1964. Voor vleermuizen was het een armer gebied dan bijvoorbeeld de bosrijke binnenduinen bij Wassenaar. Daarnaast verhinderden de grote Deltawateren dat de soorten zich makkelijk verspreidden." Over aantallen en soorten op Goeree-Over flakkee waren nauwelijks gegevens verkrijg baar, domweg omdat er in Nederland über haupt weinig onderzoek was gedaan. Mos tert: "Bekend is alleen dat in de jaren zestig incidenteel enkele overwinterende vleer muizen zijn aangetroffen in het voormaUge fort Prins Frederik bij Ooitgensplaat, waar onder de Baardvleermuis en de Meervleer muis. Helaas is dit fort niet meer geschikt voor vleermuizen." Hij en Jan Wondergem moesten welbeschouwd met nul komma niks beginnen. Tweeledig was de aanpak van het duo. Eerst speurden zij met de auto, aan de hand van informatie van Natuurmonumenten, Staats bosbeheer en de Topografische Dienst, naar 'overwinteringsplaatsen' van vleermuizen. Dat zijn normaal gesproken bunkers, ijs- en aardappelkelders, ruines, grafkelders en ondergrondse gangen. Op Goeree-Overflak kee was de oogst niet zo rijk, er zijn alleen bunkers, in het duingebied. Uiteindelijk wer den er zo'n twintig gevonden. Bunkers, licht Mostert toe, zijn net als kel ders en grotten voor veel soorten vleer muizen gewilde winteronderkomens. "Met een vetvoorraad die net toereikend is om de winter door te komen, zoeken zij vorst- vrije plekken op die donker zijn, rustig, een hoge luchtvochtigheid hebben en een lage, constante temperatuur." Door bunkers in te richten en af te sluiten, worden ze geschikter voor vleermuizen om te overwinteren. In het begin was op het eiland geen sprake van spe ciale bunkers. Mostert en Wondergem troffen er dan ook geen vleermuizen aan. Inmiddels zijn zo'n acht bunkers aangepast en is het aantal vleermuizen in tien jaar tijd gestaag gegroeid van O naar 18 naar 28 naar 47. Dit roept de vraag op waar die vleermuizen ineens vandaan komen? Waren ze dan al op Goeree-Overflakkee Mostert: "Dat weten we niet zo goed. Van de Grootoorvleermuis, die graag op warme zol ders in bijvoorbeeld oude kerkgebouwen ver- bhjft, is het aannemeüjk dat die van het eiland zelf komen. Watervleermuizen komen moge lijk vanuit andere gebieden in de Delta." De laatste jaren, zegt Mostert, schommelt het aantal vleerrhuizen in de bunkers tussen de 37 en 47. Dat blijkt uit de jaarlijkse tellingen, controles trouwens die, om de vleermuizen zo weinig mogelijk te storen, één keer per jaar worden toegepast, half januari. Nauw gezet worden de bunkers dan geïnspecteerd om de vergelijking met voorgaande jaren betrouwbaar te houden. Afgelopen winter kon de inventarisatie worden uitgebreid met een bunker in de Preekhilpolder. Mostert hoopt dat spoedig andere bunkers volgen waarvan het bestaan vaststaat, die langs de Oostdijk en De Punt. De tweede wijze van onderzoek speelt zich 's zomers af. Dat zijn de nachtelijke fiets- of autotochten met de batdetector. Mostert: "De ken elk weggetje, ik kom overal." De detec tor bracht de aanwezigheid van enige honder den vleermuizen aan het licht. "Maar", zegt Mostert, "ik moet er bij zeggen dat driekwart van de waarnemingen wordt bepaald door één soort: de gewone dwergvleermuis. Dat is de vleermuis die mensen vaak 's avonds zien. De dwergvleermuis is de huismus onder de vleermuizen. Hij is goed aangepast; hij gebruikt menselijke behuizingen voor de winterslaap, zoals spouwmuren, spleten, gaten, ruimtes onder dakpannen." Met andere woorden: de dwergvleermuis overwintert op plaatsen die moeilijk te inspecteren zijn. Hierdoor wordt die terugval veroorzaakt van enkele honderden vleermui zen in de zomer en slechts 47 in de winter. De dwergvleermuis heeft zich onvindbaar verstopt. De andere soorten zijn de soorten die 's winters in de bunkers kruipen. In totaal, vervolgt Mostert, zijn zeven soorten op Goe ree-Overflakkee geregistreerd. Afgezien van de dwergvleermuis komen de laatste jaren de Watervleermuis en de Grootoorvleermuis in toenemende mate voor. De overige vier soor ten zijn "erg schaars", zegt Mostert. "Dan spreek je van enkele exemplaren." De kennis die Mostert en zijn metgezellen van de VZZ vergaren, wordt tegenwoordig professioneel verwerkt. Er is een landelijk meetnet dat de 'aantalontwikkeling' van vleermuizen volgt. Toen de 'batdetector' net was verschenen, verliep alle research nogal knuUig: tientallen mensen trokken er enthou siast, maar ongecoördineerd op uit, herinnert Mostert zich. "Iedereen deed zelf maar wat. Het was heel onsamenhangend. En de nieuwe kennis die de batdetectors opleverden, werd gepubliceerd in uiteenlopende tijdschriften." Pas in 1997 zijn alle losse, afzonderlijke meetresultaten gebundeld, in de Atlas van de Nederlandse Vleermuizen, een uitgave van de Koninklijke Nederlandse Natuurhistori sche Vereniging. Kees Mostert was één van de drie redacteuren van dit boek. "Een ver rassing was dat zich in Nederland véél meer vleermuizen ophouden dan we dachten, tien duizenden toch wel. Mensen gingen er van uit dat het zeldzame dieren waren, maar dat bleek mee te vallen. Dat was ook wel weer logisch, want eerst viel de aanwezigheid van vleermuizen niet te controleren." Hij voegt toe dat er volgens de Atlas in heel Nederland 21 vleermuissoorten zijn aange troffen, waarvan twaalf regelmatig in West- Nederland. De overige soorten zijn "zeer plaatselijk" of worden "in zeer kleine aantal len" waargenomen. Enkele soorten zijn zelfs iimiiddels uitgestorven. Vervolg op pagina 2

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 2005 | | pagina 1