'Herbersfdag over huiselijk geweld üiliiDei-iiiEuiiifs Een vervolgverhaal, vooral voor onze jonge mensen Het verplicht dragen van de Davidsster heeft de Joden volledig van de rest van de bevolking afgezonderd en de grote zwarte J in het persoons bewijs heeft hen extra kwetsbaar gemaakt. Vanuit allerlei plaatsen in de omgeving van Amsterdam werden ze in het Amsterdamse Jodenkwartier samengedreven. Openbare plaatsen en gebouwen waren voor hen geslo ten. Op zekere dag moesten ze zich voor 'Arbeidseinsatz' melden bij de Hollandse Schouwburg, waar ze verzameld werden om naar Westerbork te worden afgevoerd. 1943 1942 3. EXTRA EDITIE 1944 1945 Na 5 mei 1945 Nu Conclusie Uitslagen Damclub ^-^ 'Denk en Zet' Maandag 6 februari 2006 PAGINA 6 VRIJDAG 10 FEBRUARI 2006 Hoe het de Joden in Nederland verging mochten Joden vanaf 8 september niet meer op publieke banken zitten. Op 15 september kwam er een studieverbod voor Joodse stu denten. De deportatie van de Joodse bevolking werd vanaf 2 oktober versneld. Nu werden ook de Joodse werkkampen het doelwit. Vanaf 15 januari zouden vondelingen als Joodse kinderen worden beschouwd. Het concentratiekamp Vught werd op 16 januari in gebruik genomen. Er werden 450 Joden naar het nieuwe kamp overgebracht. De slachtoffers kwamen uit het kamp Amersfoort, waar ze verschrikkelijk gemar teld waren. Hier stond hen een even grote nachtmenie te wachten. Het kamp bestond uit twee delen. Eén deel was het Judendur- chgangslager Van hieruit gingen in de loop der tijd 12.000 Joden naar Westerbork en vandaar naar de kampen Auschwitz en Sobi- bor. In de nacht van 21 op 22 januari werden de 1200 verpleegden van het Joods psychia trische inrichting voor geesteszieken 'het Apeldoomsche Bos' opgehaald. De weer loze patiënten werden geslagen en mishan deld. Ze werden in vrachtwagens geladen en later in veewagons weggevoerd. De trein met patiënten en verpleegkundigen reed rechtstreeks naar Auschwitz, waar vrijwel iedereen onmiddellijk na aankomst werd vergast. Vanaf 5 februari mochten Joden geen brie ven of verzoekschriften meer naar Duitse instanties zenden. Dat kon alleen nog maar via 'de Joodsche Raad'. Op 10 februari werden alle Joodse weeskin deren via Westerbork naar Polen gedepor teerd. Vanaf 12 februari waren de gemeenten Haarlem, Heemstede, Bloemendaal, Aerden- hout en Voorschoten voor Joden verboden. Op 21 februari werd in de Nederlandse ker ken een protestbrief voorgelezen, geschre ven aan Seys Inquart, waarin vele zaken aan de orde kwamen, ook het ten dode toe vervolgen van Joodse medeburgers. Op 2 maart begonnen de transporten vanuit Westerbork naar het vernietigingskamp Sobibor. Rauter besliste dat met ingang van 10 april voor de Joden het verblijf in de provincies Friesland, Groningen, Drente, Overijssel, Gelderland, Limburg, Noord-Brabant en Zeeland verboden was. Ze moesten zich in Vught melden. Vóór 23 april moesten de Joden ook Noord Holland (behalve Amsterdam), Zuid-Hol land en Utrecht verlaten hebben. Op 5 mei kwam een brief van dr. Harster, SS-Brigadeführer und Generalmajor der Polizei, met als inhoud: de eindoplossing van het Jodenvraagstuk. Himmler had opdracht gegeven dat in de loop van 1943 zoveel Joden naar het Oosten op transport gesteld zouden worden als menselijkerwijs mogelijk was. Met ingang van 21 mei mochten er geen Joden meer in Amsterdam verblijven, behal ve in het 'Spergebiet'. Op 26 mei vonden in Amsterdam grote raz zia's op Joden plaats. Zo'n 13000 Joden werden gegrepen en weggevoerd. Er ging op 6 juni een kindertransport van Vught naar Sobibor. Op 20 juni werd in Amsterdam een grote klopjacht op de laatst overgebleven Joden gehouden. Samen met de Amsterdamse poli tie sloten de Duitsers straten af, gingen de huizen binnen en brachten in totaal nog eens 5542 Joden naar de verzamelplaatsen. Van daar gingen ze per trein naar Westerbork, vervolgens naar de vernietigingskampen Auschwitz, Bergen Belsen en Sobibor. Het leven in ons land ging gewoon door. Slechts enkelen leefden mee, waren machteloos ver ontwaardigd of boden daadwerkelijke hulp. Joodse schouwburg. Op 14 juli ging het eerste transport Amster damse Joden (met twee treinen) vanaf het Centraal Station naar Westerbork. Op 29 juni was in de dagbladen meegedeeld dat alle volle Joden uit Nederland zouden worden weggevoerd via Westerbork naar werkkampen in Duitsland. De organisatie en deportatie waren in handen gelegd van 'de Joodsche Raad'. Die diende ervoor te zorgen dat er elke dag 600 Joden - 4000 per week - zouden worden aangeleverd om te worden afgevoerd. Omdat zich te weinig mensen meldden, werden er in het zuiden van Amsterdam opnieuw razzia's gehouden. Er stonden twee treinen klaar voor de afvoer van 1400 Joden. Uiteindelijk werden er 962 opgepakt. In Westerbork was in zeer korte tijd een kamp gebouwd van 500 bij 500 meter, omringd door twee meter hoog prik keldraad. Het werd bewaakt door SS-ers. Op 15 juli vertrok vanuit het Judendurch- gangslager Westerbork (Hooghalen) de eer ste trein met 1137 Joden naar het concentra tiekamp Auschwitz. Tot 13 september 1944 zou er wekelijks een trein naar één van de vernietigingskampen gaan. Een dag later werd er weer een grote razzia op Joden in Amsterdam gehouden. Daarnaast werden de eerste Nederlandse Joden voor arbeidsinzet in Oost-Silezië (Polen) opgeroepen. Vanaf 17 juli was een groot aantal straten in Den Haag en Scheveningen verboden gebied voor Joden. Joden mochten alleen maar winkelen tussen 3 en 5 uur 's middags. Op 19 juli gaf Himmler het bevel dat de liquidatie van alle Joden in het Generalgou- vernement moest plaatsvinden voor het eind van 1942. Een dag later werd een herderlijk schrijven in de kerken voorgelezen, waarin men zich richtte tegen de deportatie van Joden. Op 30 juli werd de avondklok voor Joden ingesteld. Generalkommissar Schmidt zei in een rede, die hij op 3 augustus in Waubach (Zuid-Limburg) hield: "De Joden zullen Nederland even arm verlaten als ze geko men zijn". Vanaf 31 juli mochten Joden niet meer in kapsalons komen. In de hele maand augus tus, maar vooral op 6 en 9 augustus waren er overal in Nederland razzia's, omdat er heel wat Joden waren die geen gehoor gegeven hadden aan de oproep van 15 juli om zich voor de arbeidsinzet te melden. Nederlandse burgers werkten mee aan het oppakken van Joden, o.a. ambtenaren van de gemeente lijke administraties, het Nederlandse spoor wegpersoneel en de politie. Rooms Katholieke Joden werden op 7 sep tember wegens het voorlezen van een her derlijk schrijven in hun kerken op 20 juli en 26 juli naar Westerbork overgebracht. In tegenspraak met eerder gedane beloften werden op 2 oktober 5000 Joodse mannen uit de Nederlandse werkkampen wegge voerd en samen met hun vrouwen en kinde ren (totaal 14.000 personen) via Westerbork naar Oost-Silizië gedeporteerd. In Den Haag H9t Joodsche Weekblad Alle Joden, die niet onverwijld gevolg geven aan een tot hen gerichte oproep voor de arbeidsverrulming in Duitsland, worden gevangen genomen en naar het concentratiekamp Mauthausen gebracht. Deze of andere straf wordt niet toegepast op die Joden, die zich nog achteraf voor uiterlijk zaterdag 9 augustus 1942, te 5 ure aanmelden, of verklaren, dat zij bereid zijn, aan de werkverruiming deel te nemen. Alle Joden, die geen Jodenster dragen, zullen naar het concentratiekamp Mauthausen gebracht worden. Alle Joden die zonder toestemming der autoriteiten van woonplaats of woning veranderen - ook indien zij dit slechts tijdelijk doen - worden naar het concentratiekamp Mauthausen gebrachf Anne Frank. Jodenster Er brak op 27 juni een artsencrisis uit. Het merendeel van de artsen dook onder Dat kwam omdat de Duitsers tot arrestaties waren overgegaan in verband met het verzet van de artsen tegen de Artsenkamer Vrijwel nergens was nog medische hulp te krijgen. Al op 23 juni waren 3275 brieven van artsen naar Seys Inquart gezonden om onder meer te protesteerden tegen het wegvoeren van Joodse patiënten uit gestichten en inrichtin gen en het steriliseren van gemengd-gehuw de Joden. Meer dan 1700 brieven waren ondertekend, met vermelding van naam en adres. De Duitsers besloten al deze 1700 artsen te arresteren. Door obstructie van de politie werden niet meer dan 400 artsen aan gehouden. Direct daarop dook vrijwel ieder een onder. Dat wilden de Duitsers niet. Als de artsen een - vaag gestelde - excuusbrief zouden schrijven, zou Seys Inquart de zaak als afgedaan beschouwen. De 400 gearres teerden zijn toen vrijgelaten. Op 29 september werd de laatste grote raz zia op Joden in Amsterdam gehouden. Van de nog overgebleven Joden werden er twee duizend opgepakt. Ze werden naar Wester bork overgebracht. Onder hen bevonden zich de beide voorzitters van 'de Joodsche Raad'. Dat betekende het eind van deze instelling. Van de 17000 Joden die in de rivierenbuurt woonden, zijn er 13000 ver moord. Op 10 november ging de Amsterdamse Schouwburg dicht, nadat de laatste onder gedoken Joden waren opgepakt en wegge voerd. Op die datum ging het eerste trans port naar Theresienstadt (in Tsjechië). Op 12 november werd de Nederlandse Landwacht - een politieformatie van NSB- ers - opgericht als aanvulling op de Vrijwil lige Hulppolitie. Die vrijwillige Hulppolitie bood steun bij het opsporen van Joden en onderduikers en het bewaken van woningen van vooraanstaande NSB-ers. Naast de 1300 beroepslandwachters werden nog 9000 hulplandwachters geworven. Zij kregen een beloning van drie kwartjes per uur. In december werd een begin gemaakt met het oproepen van geinengd-gehuwde Joden om in werkkampen te worden opgenomen. Het Joodse vraagstuk in Nederiand werd beschouwd als opgelost. Op 11 januari vertrok het eerste transport Joden naar Bergen-Belsen. In het voorjaar voerde Rauter de TD-kaart in. Dat is de Tweede Distributie-kaart. Deze werd gekoppeld aan het persoonsbe wijs. Daardoor werd het voor onderduikers onmogelijk aan distributiebonnen te komen. Op 2 juni vertrokken de laatste Joden van Vught naar Auschwitz. Op 13 september ging het laatste (68e) transport vanuit Westerbork naar Auschwitz. Eén van de 1100 gedeporteerden was Anne Frank, die op 4 augustus op haar onderduik adres aan de Amsterdamse Prinsengracht gearresteerd werd. Alleen haar vader over leefde de concentratiekampen. In totaal zijn er van de 128.000 in Nederland wonende Joden 109.000 naar de concentratiekampen gevoerd. Er zijn er 104.000 omgekomen. In september hield 'het Joodsche Weekblad' op te bestaan omdat het geen lezerspubliek meer had. In de maand oktober arriveerden de gealli eerden in het ontruimde kamp Vught. Op 2 november kwam er een eind aan de vergassingen in Auschwitz en op 26 novem ber vernietigden de Duitsers Auschwitz-Bir- kenau. Nog op 17 januari evacueerden de Duitsers bij de nadering van het Rode Leger 60.000 gevangenen vanuit Auschwitz naar Buchen- wald, Dachau, Mauthausen, Rabensbrück en Sachsenhausen. De gevangenen moesten de 'dodenmars' naar de andere kampen te voet afleggen. Velen bezweken onderweg. Nicht- marschfahige (gevangenen die niet in staat waren te lopen) bleven achter. Op 27 januari werd Auschwitz bevrijd. De bevrijding van het kamp Westerbork vond op 12 april plaats; er waren toen nog 880 gevangenen in het kamp. Hitler gaf op 29 april in een laatste bood schap aan het Duitse volk de schuld van alle ellende die het Duitse volk was overkomen aan het internationale Jodendom. Alleen al vanuit ons land zijn er 104.000 Joden vermoord, enkel en alleen omdat ze Joden waren. Niet alle Nederlanders konden hun handen in onschuld wassen. Zo waren er de verraders, die de schuilplaatsen van Joden aan de SD doorgaven. Zij waren geïndoctrineerd door de propaganda van de nazi's. Het waren 'andere' mensen gewor den. Er waren ook slechte Nederlanders. Zij plunderden de leeggekomen woningen voor dat de Duitsers zich van de Joodse eigen dommen meester maakten. En dan waren er de ambtenaren en politiemannen, die vaak stipt de hun opgedragen taak verrichtten om namen door te geven en te assisteren bij het ophalen van Joden. Er zijn zelfs politiemen sen geweest die ernaar streefden om zoveel mogelijk Joden op te sporen. Voor een deel van hen ging het om de beloning die ze per aangebrachte Jood ontvingen. Maar er waren er ook die hun leven op het spel gezet hebben om Joodse levens te red den. Wie wel eens in Jeruzalem - in Yad Vashem, het kerkhof van de zes miljoen vermoorde Joden - is geweest, zal onder de indruk zijn gekomen van de vele Neder landse namen. Zij waren met barmhartig heid over al die vogelvrij verklaarde Joden bewogen. Zij werden gedreven om de ter dood veroordeelden bij te staan. Daar was moed en zelfopoffering voor nodig. Som migen hebben dat met hun leven moeten bekopen. Van de 109.000 gedeporteerde Joden kwamen er 5000 terug. Zij zouden hun leven lang de tekenen van de hel waar ze doorheen gegaan waren, lichamelijk en geestelijk, met zich meedragen. Hoe kun je een verleden van doodsangst, martelingen, vernedering en onzekerheid zo maar achter je laten? Je draagt het immers dag aan dag met je mee. Een Jood die met zijn ouders in 1942 was weggevoerd en in 1945 als enige terugkeerde, ervoer dat hij als enige van een grote familie was overgebleven. Niemand kon hem vertellen waar en wanneer zijn familieleden waren gestorven. Misschien waren ze al jaren geleden in Auschwitz ver brand, misschien bevonden ze zich bij het naamloze leger van doden dat Engelse sol daten in Bergen-Belsen met een bulldozer in grote massagraven had geschoven. Hoe het ook zij, de Joden die terugkeerden, werden niet met open armen ontvangen. De meeste Nederlanders waren zo vervuld van hun eigen oorlogservaringen dat ze maar weinig interesse toonden in wat er met de Joden was gebeurd. Ze hadden deze mensen die uit het straatbeeld waren verdwenen, kennelijk niet gemist. En zo voelde de teruggekeerde Jood zich een bijna-vreemdeling voor al die mensen die uitentreuren vertelden wat ze zelf hadden meegemaakt. Eerst toen de foto's van de stapels lijken in de concentra tiekampen en de films van uitgeteerde en gemartelde gevangenen vertoond werden, werd pas echt duidelijk welke tragiek het Joodse volk getroffen had. Men was het erover eens dat wat had plaatsgevonden nooit meer gebeuren mocht. Er zijn nu ech ter talloze aanwijzingen dat die hoop een illusie blijkt te zijn. De jaren van verschrikking zijn voorbij. De barakken die eens tot de nok gevuld waren met menselijke nood en ellende, staan nu leeg. De gaskamers en de crematoria die hun wurgende stank dag en nacht uitbraak ten, zijn opgeblazen. Nog wat gebarsten betonplaten en verborgen ijzerdraad zijn ervan over. Hebben die lieden met hun stampende laar zen, met hun krijsende bevelen, die zich als wilde beesten gedroegen, omdat men hun geleerd had dat Joden geen mensen waren, óns ook nu nog iets te zeggen? Je zou mogen verwachten dat de Jodenhaat na alle gruwelijkheden voorgoed uit de wereld gebannen zou zijn. Het tegendeel blijkt ech ter het geval te zijn. Opnieuw gaat er een golf van antisemitisme door de wereld. Al de ellende die de Joden hadden onder vonden, waren voor hen aanleiding naar het land van hun vaderen terug te keren. Ze vonden, ondanks het verlies van veel dier baren, de kracht om een nieuw bestaan op te bouwen Daardoor laaide de haat van de Ara bische broedervolken tegen de binnenstro mende Joden steeds feller op. Tot vijfmaal toe werden de Joden gedwongen naar de wapens te grijpen. Niet minder dan 16.000 jonge soldaten verloren daarbij het leven. Eigenlijk heeft Israël vanaf het moment van zijn onafhankelijkheid (1948) geen rustig ogenblik gekend. Het land is nooit buiten gevaar. De ene terreurdaad volgt op de andere. Telkens weer steekt een storm van verontwaardiging op als Israël uit zelfver dediging een Hamasleider of Jihadkopstuk liquideert. Is het een wonder dat de Joden zich steeds weer vertwijfeld afvragen of ze nu in het grootste getto aller tijden opgesloten leven? Overal vind je telkens weer datzelfde gif, die afkeer, die Jodenhaat. Het antisemitisme is al zo oud als de Joden zelf. De Egyptische Farao uit Mozes' tijd is er al mee begon nen en nog steeds worden Joodse graven met hakenkruisen en anti-Joodse leuzen besmeurd en moeten synagogen het ontgel den. Nee, het antisemitisme is nog springle vend. De dood van zes miljoen Joden heeft daarin geen enkele verandering gebracht. Bij dit alles rijst de vraag: Hoe staat u, hoe sta jij tegenover Israël? Misschien met de nodige kritiek - ingegeven door de selec tieve media of met enige sympathie, maar verder zonder enige bewogenheid? Het is broodnodig dat we nu - 60 jaar na Auschwitz - nog eens herinnerd werden aan de gruweldaden die Hitler-Duitsland het Joodse volk heeft aangedaan en dat met name onze jonge mensen kennis nemen van het vreselijke waarvan velen zo wei nig weten, omdat het niet is doorgegeven; omdat het zo gruwelijk is dat het niet te bevatten is, of omdat het - en dat komt helaas ook al meer en meer voor - gebaga telliseerd wordt. P.S.: 1965 Op 2 mei 1965 werd in de Schouwburg van Amsterdam het tweedelige boek 'Onder gang' van de Joodse historicus dr. Jacques Presser gepresenteerd. In dat boek wordt gedetailleerd beschreven hoe de Jodenver volging in Nederland zich voltrok. Van de 160.000 Nederiandse Joden zijn er 104.000 vermoord. vH Joods persoonsbewijs. MIDDELHARNIS/ SOMMELSDIJK Afdeling 1 l.Mackloet - J.van Hoorn3-0 I.Koese - W.Vroegindeweij3-0 Van Hoorn deed alle mogelijke moeite om de koploper Mackloet een paar punten af te snoepen. Het gelukte hem niet. Na een boeiende strijd die vier uur duurde, werd hij gedwongen in een machtig mooi positie spel te capituleren. Vroegindeweij had nog iets goed te maken voor een eerder geleden nederlaag tegen Koese. Lange tijd zat de spanning erin, maar aan het slot wist Koese zijn schijven toch iets beter te rangschikken dan Vroegindeweij, wat Koese uiteindelijk de overwinning opleverde. Afdeling 2: J.Jordaan - R.JacobsO - 3 C.Polder-R.van Rijnberk3-0 H.H.Verolme - J.A.Nipius3-0 Jordaan vindt in Jacobs altijd weer een las tige tegenstander, zo ook nu. Tot in het mid- denspel deden zich geen verrassingen voor. Het werd pas echt spannend in het eindspel toen Jacobs Jordaan voor onoplosbare pro blemen stelde. Een knap gespeelde partij van Jacobs! Ga zo voort! Polder moest het opnemen tegen de steeds beter spelende Van Rijnberk. Dat had hij al een keer ondervonden. Pas in het eindspel kreeg Polder greep op de partij, nadat hij door het oog van een naald was gegaan. Van Rijnberk zag een winnende combinatie over het hoofd. Polder ging uiteindelijk als win naar haar huis. Verolme was een maatje te sterk voor Nipius. Deondanks hield deze nog lang stand. Ten slotte moest hij toch de witte vlag hijsen. Zeeuwse competitie 2" klas: Denk en Zet - Bergen op Zoom 2: J.A. Dekker - R Noordijk1 - 1 C. Spee - R. van der Lien1 - 1 M. Klink - R. Jongejan2-0 A, van der Veer - S. van Tongeren1 - 1 Eindstand5 -3 Dekker had aan het eerste bord de oud-Som- melsdijker Piet Noordijk als tegenstander. Het werd de langste partij van de avond. In een zwaar gevecht wist Dekker in het eind spel een schijf voordeel te behalen, maar die leverde hem geen winst op. Het werd remise. Daarmee veroverde hij het puntje dat Denk en Zet nu net nodig had om te winnen. Spee en Van der Lien speelden een bijzon dere partij. Al snel wist Van der Lien via een mooie combinatie een dam te halen. Dat zag er niet goed uit voor Spee. Maar aangezien Spee heel listig valletjes op kan bouwen, en Van der Lien nog niets met zijn dam kon beginnen, kreeg Spee daar de tijd voor. En zowaar. Van der Lien liep in zo'n val. En toen was het alleen nog maar een kwestie van zorgvuldig verder spelen om tot remise te komen. En dat lukte. Klink werd de man van de avond. Hij was het eerste klaar, hij won en bezorgde Denk en Zet daardoor een voorsprong. Hij had zijn tegenstander al heel gauw onder zware druk gesteld. Tenslotte zette hij hem helemaal klem. Jongejan kon alleen nog maar stukken weggeven. Deze overwinning bracht Denk en Zet achteraf gezien de winst. De partij van Van der Veer was er ook een vol verrassingen. Van der Veer zag in het eind spel, toen hij in een gewonnen positie stond, een combinatie van Van Tongeren over het hoofd. Het zag er toen naar uit dat Van der Veer zou gaan verliezen. Maar met veel pijn en moeite sleepte hij er toch nog een remise uit. In het algemeen genomen: een gelukkige overwinning voor Denk en Zet. Gebr. de Waal bv Drukkerij Sommelsdijk (0187)47 10 20 algemeen® gebr-dewaal.com OOSTERBEEK - Er is de laatste tijd een toenemende aandacht voor huiselijk geweld. Het is iets wat ook in de christelijke gemeen te voorkomt. Dat merkt men in De Herberg (onderdeel van de IZB) in Oosterbeek, waar mensen die even tot rust moeten komen een aantal weken verblijven. Vraag is: hoe moet een gemeente met deze problema tiek omgaan? Hoe kom je er achter waar dit speelt en wat is dan de taak van het pastoraat en wanneer moet de hulpverlening eraan te pas komen? Zaterdag 11 maart 2006 houdt De Herberg een dag over huiselijk geweld voor Herberg-aanspreekpunten, ambtsdra gers, pastorale werkers en geïnteresseerde gemeenteleden. Na een bezinnende bijdrage van Herberg-directeur Anne van Laar. geeft mevrouw Elisa Bruggink van het Protestants Dienstencentrum Gelderland infonnatie over het onderwerp. Vervolgens gaat mevrouw Erika Drezes van 'Eleos' in op het signale ren van huiselijk geweld en het bespreekbaar maken ervan. Ook worden de mogelijkheden van het pastoraat en verwijzing naar instanties besproken. De dag duurt van 10.00 tot 13.30 uur en wordt afgesloten met een lunch. Vanaf 9.30 uur is de ontvangst met koffie. Er zijn aan deelname geen kosten verbonden. Plaats: het Koetshuis van De Pietersberg in Ooster beek, Pietersbergseweg 19. Voor informatie en opgave: De Herberg (op De Pietersberg in Oosterbeek), tel. 026-3342225. e-mail: info@deherberg-mdc.nl.

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 2005 | | pagina 4