Palingvissers Grevelingen sclialtelen advocaat ii
'Dirksland staat
er gekleurd op'
Ook de familie Noteboom telt vier geslachten
EIIAIIDBn-raEUWS
Bezwaarschrift op komst tegen afschaffen 30-dagenregeling
Palingstand groeit juist door zorgvuldig beheer
Burgemeester Stoop in nieuwjaarstoespraak:
HMi
ZIERIKZEE/OUDDORP - Het is nog allerminst zeker dat volgend jaar
de 30-dagenregeling wordt afgeschaft, zoals het ministerie van LNV heeft
aangekondigd. De Vereniging van Beroepsvissers 'De Grevelingen' heeft
het advocatenkantoor Den Hollander in Middelharnis opdracht gegeven
bezwaar aan te tekenen tegen dit besluit. De palingvissers signaleren dat
de schieraalstand in het Grevelingenmeer juist helemaal niet achteruit
gaat. Het schrappen van de 30-dagenregeling is daarom overbodig.
Bovendien zal het de vissers hevig duperen. Het bezwaarschrift moest
uiterlijk 29 december jl. zijn ingediend.
Chocomelk
Geen roofbouw
Drang
Proefschrift
Over de dijk
DIRKSLAND - Respect en vertrou
wen. Op dat thema mondde de nieuw
jaarstoespraak van burgemeester S.
Stoop van de gemeente Dirksland uit.
Maar voordat hij daar - in de over
volle raadzaal, op de vierde dag van
het nieuwe jaar - aan toe kwam, had
hij eerst omstandig zijn ongenoegen
geuit over het gedrag van "een kleine
groep die blijkbaar nog goede voorne
mens moet krijgen" tijdens de onrus
tige nieuwjaarsnacht.
Door Kees van Rixoort
PAGINA 13
^iiêi^liu
VRIJDAG 7 JANUARI 2005
door Gert van Engelen
De 30-dagenregeling houdt in dat Rijkswa
terstaat gedurende maximaal dertig dagen in
de laatste vier maanden van het jaar de Brou-
werssluis sluit. In die periode trekken
geslachtsrijpe, vette schieralen massaal naar
zee om te kunnen paaien in de Sargassozee.
Door de spuisluis af en toe dicht te houden,
worden de vangstkansen van de palingvis
sers vergroot. Dit sluisregime geldt al vanaf
1999. In het nieuwe waterbeheerplan Greve-
Ungenmeer 2004-2009 bleef de regeling
aanvankelijk intact, althans bij de 'tervisie-
legging'. Maar daarna is het ontwerp-
beheerplan gewijzigd. Ineens bleek het slui
ten van de Brouwerssluis gedurende 30
dagen er niet meer in voor te komen.
Officieel heet het, in een bekendmaking van
Rijkswaterstaat, dat van het ontwerpplan is
afgeweken, omdat "een aantal zienswijzen is
ingebracht". Jaap Geleijnse, voorzitter van
de Vereniging van Beroepsvissers Zuid-
West Nederland, weet wel wat daarmee
wordt bedoeld: de minister is gevoelig
gebleken voor protesten van de Faunabe
scherming en het GroenLinks-kamerhd
Marijke Vos. Zij betoogden, zoals het Eilan
den Nieuws heeft bericht, dat de palingstand
zo schrikbarend is teruggelopen, dat "direct"
een einde moest komen aan de 30-dagenre
geling. De palingtrek moest voortaan onge
stoord kunnen verlopen. Begin november
deelde de minister, ook namens zijn collega
van Verkeer en Waterstaat, mee dat de rege
ling met ingang van 1 januari 2005 komt te
vervallen.
De verontwaardigde palingvissers gaan dit
besluit echter aanvechten. Zij hebben Den
Hollander Advocaten daartoe opdracht
gegeven. Geleijnse, die bij het gesprek op
het kantoor in Middelharnis aanwezig was:
"Den Hollander is een gespecialiseerde
advocaat. Het is niet de eerste keer dat hij in
actie komt namens de vissers. Hij voert al
dertig jaar beroepsprocedures. De man kent
het hele gebied als zijn broekzak en wéét wat
er allemaal heeft gespeeld."
Jaap Geleijnse (geboren in 1941, in Seroos-
kerke op Schouwen-Duiveland) heeft zijn
werkzame leven afgesloten. Hij is vroegtij
dig gepensioneerd. Zijn laatste functie was
bij de directie Zeeland van Rijkswaterstaat:
projectleider Doorlaatmiddel Zandkreek-
dam en 2e brug Zandkreeksluis. De zuid
westelijke vereniging waarvan hij voorzitter
is, telt zo'n vijftig leden. Zij is onderdeel van
de Combinatie van Beroepsvissers, geves
tigd in Rijkswijk. Bij deze overkoepelende,
landelijke organisatie zijn ruim vierhonderd
vissers aangesloten.
In zijn woonplaats Zierikzee vertelt Geleijn
se, nippend aan zijn warme chocomelk, dat
de palingvissers die op het Grevelingenmeer
opereren, bovenal boos zijn, omdat de
palingstand daar juist floreert en door hen
juist met zorg wordt behandeld. Eerst brengt
hij de visgronden in kaart. Het Grevelingen
meer is verdeeld in vakken. De rijksoverheid
heeft zes vissers visrechten gegeven. Zij
hebben Ouddorp (twee) of Bruinisse (vier)
als standplaats. Het zijn bedrijven waarin
vaders met zonen samenwerken of met com
pagnons. Al deze vissers hebben zich ver
enigd in de Vereniging van Beroepsvissers
'De Grevelingen', waarvan Wim Bout uit
Bruinisse de voorzitter is.
Omdat Bout niet aanwezig kon zijn bij dit
interview, neemt Geleijnse diens honneurs
waar, zonder al te veel over de strategie van
de advocaat te willen openbaren.
De palingvissers gaan al jaren verstandig
met hun visgrond om, stelt Geleijnse. "Zij
maken onderiing afspraken over hoe zij op
het Grevelingenmeer vissen. Zij willen persé
geen roofbouw plegen; ze staan duurzame
visserij voor. Zo gebruiken zij bijvoorbeeld
in hun fuiken ringetjes van 18 mm, zodat de
kleine paling kan ontsnappen. Die willen ze
niet vangen; die laten ze doorgroeien. Want
als je alle paling wegvist, blijft er geen
paling over. Op het IJsselmeer is er weide
visserij, ledere visser kan er doen en laten
wat hij wil. Hij kan er net zoveel fuiken
neerzetten, en ze vangen daar zelfs de klein
ste aaltjes: alles wat maar geld opbrengt."
Daar is op het Grevelingenmeer met opzet
geen sprake van. Geleijnse: "De vissers rou
leren over de vakken. Daarnaast zijn er vrije
gebieden waar ze vrij kunnen vissen. Ze
hebben de zaak heel goed aangepakt. Het
bewijs ervoor is dat het IJsselmeer helemaal
kapot is gevist, terwijl de palingstand in het
Grevelingenmeer eerder groeit." Ter illus
tratie noemt hij het feit dat de vissers vijftien
jaar geleden glasaal hebben uitgezet in het
meer. "Het meer werd in 1971 afgesloten; ze
móesten wel glasaal uitzetten."
Nadien hebben de vissers dit niet meer hoe
ven herhalen. De vangsten zijn namelijk al
Jaap Geleijnse in zijn woonplaats Zierikzee: "De palingvissers op het Grevelingenmeer hebben het
verstandig aangepakt.(Foto: Gert van Engelen)
Een Ouddorpse palingvissersboot, afgemeerd langs de Grevelingen.
die tijd "hetzelfde gebleven en zijn zelfs
enigszins toegenomen". Geleijnse, licht
triomfantelijk: "Deskundigen zeggen dat het
vijf, zeven of tien jaar duurt voordat de glas
aal uitgroeit tot schieraal. Als het slecht gaat
met de palingstand, zou dat dus óók voor het
Grevelingenmeer moeten gelden. Maar het
peil is gedurende vijftien jaar constant
gebleven. Dus op de een of andere manier
komt er toch glasaal of pootaal binnen. Er is
niets mis met de palingstand; paling zat."
Deze opzienbarende ontwikkeling beperkt
zich niet tot het Grevelingenmeer. Ook op
het Veerse Meer, weet Geleijnse, en op de
Oosterschelde en op de grote rivieren, eigen
lijk in heel Zuid-West Nederiand, groeit de
palingstand. "Ik ken een visser die in de
jaren zeventig zijn visgrond in de Nieuwe
Maas heeft opgegeven, omdat de rivier toen
zwaar vervuild was. Nu, na de sanering,
heeft hij daar spijt van, want hij zou er weer
paling kunnen vangen." "Vissers", wil hij
maar zeggen, "zijn óók biologen, al worden
zij er niet voor betaald. Ze weten precies wat
er in hun gebied omgaat."
Het afschaffen van de 30-dagenregeling
schaadt de palingvissers op het Grevelingen
meer behooriijk. Geleijnse licht dat toe. "Zij
verdienen hun boterham met de schieraal, de
dikke, vette, voornamelijk vrouwtjespaling.
In het najaar krijgt die paling de drang om
terug te gaan naar de Sargassozee, waar hij
als glasaal vandaan komt, om zich voort te
planten. Althans, dat zegt men. Iedereen
kent het verhaal van de Sargassozee, maar
niemand heeft er ooit een pahng zien paaien.
Niemand kan het bewijzen. Het is een soort
mythe.
"Soms begint die trek al in augustus, meest
al is het in september. En dan moeten er nog
bepaalde omstandigheden heersen, die te
maken hebben met de stand van de maan en
het weer: het moet winderig en regenachtig
zijn. De vrouwtjespalingen zijn dan dik en
zwaar, en ze gaan op weg. Om de pahngvis-
sers in staat te stellen die paling te vangen,
wordt de Brouwerssluis dertig dagen geslo
ten. Zo verdienen ze hun geld."
"Maar", waarschuwt hij, "denk nu niet dat ze
alles vangen. Verschrikkelijk veel schieraal
ontsnapt."
Vervalt de 30-dagenregeling definitief, dan
raken de palingvissers "een groot deel van
hun jaarvangst kwijt", zegt Geleijnse. "Het
voortbestaan van hun bedrijf komt dan
onherroepelijk op het spel te staan. Ook
omdat er geen alternatief is. Er zijn elders
geen viswaters voor hen beschikbaar. Alle
viswater wordt al benut. Daarbij komt: met
het verdwijnen van de regeling, wordt er
wéér getornd aan hun verkregen visrechten.
De vissers zijn al teruggegaan van een Brou
werssluis die zestig dagen gesloten bleef
naar dertig dagen. En dat zou dan nu niets
moeten worden. Dat vinden ze onrechtvaar
dig en onacceptabel."
De palingvissers concentreren zich voor hun
inkomsten niet exclusief op de paling. Ze
zijn al volop bezig zichzelf "te verbreden".
Geleijnse: "Er zijn er die hangcultuurmosse-
len erbij hebben genomen. Ook hebben ze
oesterpercelen hebben waar ze de platte
Zeeuwse oester kweken, en vissen ze van 1
april tot 15 juh op kreeft. De eerste kreeften
hebben ze trouwens zelf uitgezet. En ten
slotte vangen enkelen niet alleen paling,
maar leveren een compleet product: ze
maken de paling schoon en verkopen ze als
bakpaling. Of ze roken ze en verkopen ze als
rookpaling."
Maar alle verbreding ten spijt, zegt Geleijn
se, zij zorgt "slechts" voor het beleg. De
boterham wordt verdiend met de pahng-
vangsten.
Jaap Geleijnse werpt zich wehswaar op als
verdediger van de palingvissers, hij beweert
niet dat de aalstand probleemloos is. Hij
heeft de promotie bijgewoond van dr. Wil
lem DekJcer, onderzoeker van het RIVO
(Nederiands Instituut voor Visserij Onder
zoek), en ook diens proefschrift gelezen. Dat
heet Slipping trough our hands; population
dynamics of the European eel en bevat de
onthutsende conclusie dat in de afgelopen
twintig tot vijftig jaar de Europese paling
met negentig procent of meer is afgenomen.
Geleijnse erkent dat de aalstand, óók in
Nederiand, langzaam inkrimpt. Maar hij
heeft bedenkingen en kritiek. "Het kan zo
zijn dat de aaltstand achteruit holt, het gekke
is dat dit probleem zich niet voordoet in
Zuid-West Nederland. Voor vissers die nog
steeds dezelfde hoeveelheden vangen, of
zelfs nog meer, is zijn sombere conclusie
moeilijk te begrijpen." Daarnaast constateer
de Geleijnse dat Dekker zijn conclusie voor
namelijk baseert op vangstgegevens van het
IJsselmeer, "en dat is inderdaad doodge-
vist".
"Dekker weet heel veel. Hij is onbetwist
baar dé specialist. Maar zelfs hij moet
erkennen dat er heel veel nog onbekend is.
Er zijn bijvoorbeeld onvoldoende statisti
sche gegevens. Die over het IJsselmeer zijn
al sumrnier, over de rest van Nederiand zijn
nóg minder gegevens voorhanden." Het
stoort Geleijnse bovendien dat Dekker
"geen enkele poging" heeft gedaan om zich
te verstaan met de palingvissers op het Gre
velingenmeer. "Dan had hij praktische
informatie van hen gekregen. Maar zij heb
ben hem hier nog nooit gezien. Dat is
betreurenswaardig."
Qpleijnse wijst beschuldigend naar Portugal
en Spanje. Daar wordt de glasaal in reus
achtige hoeveelheden gevangen. "Ze komt
er terecht in de paella of op broodjes, maar
het grootste deel gaat naar Aziatische
palingkwekerijen. Van die kwekerijen komt
geen paling terug in de natuur. Daarmee
halen zij de cyclus onderuit. Want als de
glasaal al in Zuid-Europa wordt weggevan
gen, krijg je in Nederiand geen jonge paling
meer. Dan houdt het een keer op."
De verslechtering van de aalstand is een
mondiaal probleem, "maar op de wereld
hebben we geen grip", weet Geleijnse. Daar
om moet Europa in eerste aanleg zichzelf
beschermen. Europawijd moeten er maatre
gelen worden genomen voor de glasaal-
vangst. Ook zouden de EU-lidstaten uniform
moeten besluiten dat "alle glasaal die in
Europa wordt gevangen, in Europa blijft, al
is het de vraag of dit wettelijk te realiseren
is". Maar nodig is het. "Want het zijn de
vele, grote palingkwekerijen in Azië, die
hebben geleid tot de exorbitante prijsstij
ging. Vijftien jaar geleden kostte een kilo
glasaal (2500 tot 3000 stuks) nog zo'n acht
tien gulden, nu is dat zo'n zevenhonderd
euro."
Geleijnse bepleit meer maatregelen om het
einde van de palingstand, dat door Dekker
wordt voorspeld in 2009, af te wenden.
Energiecentrales vermorzelen met hun
gemalen de palingen die de rivier aftrekken.
"Laat ze zodanige voorzieningen aanbren
gen dat de palingen niet meer in de schepra
deren kunnen belanden."
Herstel van de aalstand kan verder bereikt
worden door schieralen over de dijk te zet
ten. Geleijnse hierover: "Vroeger hadden we
op Schouwen-Duiveland en Goeree-Over-
flakkee uitwateringssluizen die lek waren.
De schieraal kon zo makkelijk wegzwem
men. Die sluizen zijn dusdanig verbeterd dat
dit niet meer kan. Palingen schijnen zelfs
over de dijk te kruipen; zó sterk is hun voort-
plantingsdrang, hoewel ik dat zelf nog nooit
heb gezien. Ons voorstel is: laat vissers
schieralen uit afgesloten binnenwateren en
uit polders over de dijk zetten, zodat ze naar
de paaigronden kunnen trekken. Maar com
penseer dat verlies met aanvullende inkom
sten uit Europese fondsen, of met tegemoet
komingen van milieuorganisaties. Laat ze
maar eens zien wat ze voor hun zorgen om
de paling over hebben."
Wat Nederland zeker niet moet doen, vol
gens Geleijnse, is alvast de 30-dagenrege
ling afschaffen. Minister Veerman van LNV
meldde in een toelichting op zijn besluit dat
Nederland daarmee "in feite vooruit loopt"
op maatregelen die de EU-lidstaten "naar
verwachting" volgend jaar nemen. Geleijn
se: "Daarmee nemen wij eenzijdig een
maatregel, terwijl we meer gebaat zijn bij
uniforme maatregelen van alle EU-hdsta-
ten. Zo worden we het braafste jongetje van
de klas. Waarom zouden wij het probleem
van de aalstand in het Grevelingenmeer
moeten tackelen, terwijl elders in de EU nog
niets gebeurt? Dat is het begin van het einde
voor de Nederlandse vissers. Ook onder
mijn je hiermee je onderhandelingspositie
in Brussel. Als je zelf al eenzijdig een maat
regelen treft, hoe wil je dan de andere lid
staten nog meekrijgen? Dat wordt a heli of a
job."
"Als inwoners van de gemeente Dirksland
de bedoeling hebben gehad om de gemeente
bij de jaarwisseling in het nieuws te brengen,
dan zijn ze in die opzet uitstekend geslaagd",
begon een cynische Stoop zijn relaas over de
gebeurtenissen in de doorgaans zo vredige
gemeente. "We staan er, om zo te zeggen,
gekleurd op."
In alle drie de kernen - Dirksland, Herkin
gen en Melissant - moesten 'vreugdevuren"
worden uitgemaakt. In totaal werden acht
aanhoudingen verricht wegens belediging
en/of openlijke geweldpleging. Twee artes-
tanten kwamen van buiten Dirksland. Een
negende onverlaat werd in de kraag gevat en
na een stevige berisping weer op vrije voeten
gesteld.
In de kern Dirksland, waar op de Spuikolk
een vergunning voor het stoken van schoon
hout gold, liep het uit de hand toen, ondanks
herhaalde waarschuwingen van toezichthou
ders, "enkele figuren het vreugdevuur meen
den te moeten verpesten door al vrij vroeg in
de nacht ongeveer twintig autobanden op het
vuur te gooien", aldus de eerste burger van
Dirksland. "We waren verplicht onszelf seri
eus te nemen en ook naar anderen toe duide
lijk te zijn: overtreding van de regels bete
kent ingrijpen. Dat is gebeurd. Om de veilig
heid van de brandweer te verzekeren, is
ondersteuning van politie en ME noodzake
lijk gebleken. Ik vind het spijtig dat het vuur
rond half twee moest worden uitgemaakt,
maar regels zijn regels. De overheid kan het
zich niet permitteren om een bewuste over
treding over haar kant te laten gaan."
In Herkingen moesten zelfs twee vuren wor
den gedoofd. Rond half zes was dat het geval
op de aangewezen stookplaats op de krui
sing van de Molendijk en de Kaaidijk, toen
ook daar autobanden - en huishoudelijk
afval - aan de vlammen werden toegevoegd.
Twee uur later maakte de brandweer een
eind aan een vreugdevuur bij de ingang van
de haven.
Mehssant was nog de rustigste kern. Stoop:
"Het nieuwjaarsfeest in Melissant heeft veel
belangstelling getrokken. Er zijn daar geen
vervelende incidenten gemeld, zodat gesteld
kan worden dat het opnieuw aan de ver
wachtingen heeft voldaan. Wel hebben we in
de loop van de nacht een vuur op het Plein
moeten laten uitmaken. Het was niet toege
staan en er waren autobanden en olie op
gegooid. Jammer, zeker ook omdat bij een
van de aanliggende panden ruiten werden
vernield."
De burgemeester rondde zijn relaas over oud
en nieuw af met de constatering, dat het een
onrustige nacht was, "waarvan sommigen
schijnen te vinden dat dit normaal is..." Hij
sprak zijn waardering uit voor de langdurige
inzet van de brandweer en de medewerkers
van de afdeling gemeentewerken. "Vooral
de laatsten zijn op nieuwjaarsdag nog uren
bezig geweest om alle rotzooi op te ruimen."
Vervolgens blikte Stoop terug op 2004,
waarbij hij onder andere de opening van
twee nieuwe basisscholen, de start van peu
terspeelzaal 'Pinkeltje' in Herkingen, de
positieve beslissing om een streekarchief te
realiseren en het woningbehoeftenonder-
zoek als mijlpalen presenteerde. Ook noem
de hij de kerkelijke verwikkelingen, die
"diepe sporen" trokken door eilandelijke
"gemeenschappen".
Voor het nieuwe jaar staan verschillende
onderwerpen op de gemeentelijke agenda.
De burgemeester stipte onder meer "de
gemeenschappelijke agenda voor Goeree-
Overflakkee" aan, de "dringend noodzake
lijke verbouwing van het gemeentehuis", de
nieuwe locatie van de Cl000. de uitbreiding
van het bedrijventerrein Watertoren,
woningbouw in de kernen Herkingen en
Mehssant en de herbestemming van de hui
dige locatie van de Cl000 plus de plek van
het binnenkort te slopen Startblok. "We zul
len nog een forse financiële taakstelling
moeten invullen om een financieel gezond
meerjarenperspectief te bereiken. Dit zal
heel ingewikkeld zijn en ingrijpende beslis
singen vergen, met name voor de periode na
dit kalenderjaar." Voor verenigingen en
instellingen had de burgemeester de bood
schap dat ze het na 2006 "met minder (sub
sidie, red.) zullen moeten doen".
Tot slot liet Stoop enkele gedachten los op
het thema respect en vertrouwen. "Volgens
mij hangen respect en vertrouwen nauw met
elkaar samen. Om onderiing vertrouwen te
scheppen is wederzijds respect nodig. Om
respect tot uitdrukking te kunnen brengen is
een bepaalde mate van vertrouwen noodza
kelijk", aldus de burgemeester. "Ik begrijp
best dat respect en vertrouwen niet zullen
gaan inhouden dat we allemaal ongeveer
hetzelfde denken en daarnaar handelen. Ik
begrijp evenzeer dat een overtuiging of prin
cipe van de een haaks kan staan op die van
de ander. Echter, een samenleving waarin
respect en vertrouwen gaan ontbreken, loopt
het risico te verworden tot een losse verza-
mehng eigen koninkrijkjes, waarin ieder
voor zich doet wat goed is in eigen ogen."
Stoop verklaarde zijn opmerkingen ook van
toepassing op de verhouding tussen overheid
en burger. "Respect voor ieders rol en ver
antwoordelijkheid en vertrouwen in de wijze
waarop rollen en verantwoordelijkheden
worden ingevuld. De burger moet kunnen
rekenen op een rechtvaardige en consequent
en consistent handelende overheid, zodat dit
handelen respect met zich meebrengt. Zodat
de burger vertrouwen heeft in het handelen
van de overheid. Het is voor de overheid een
voortdurende opdracht respect en vertrou
wen te verdienen."
Maar, vervolgde de eerste burger van Dirks
land, "ook de keerzijde is van betekenis: de
overheid moet ervan uitgaan dat burgers
aanspreekbaar zijn op regels en voorschrif
ten." Waarmee hij weer terug was bij zijn
schets van de nacht, die ervoor zorgde dat
Dirksland het nieuws haalde.
Ten slotte heeft de gemeente Dirksland bijna
8.300 euro overgemaakt op gironummer 555
voor hulp aan de slachtoffers van de zeebe
ving in Azië. In de laatste week van 2004,
vlak na de natuurramp, besloot het college
van Burgemeester en Wethouders 1 euro per
inwoner te doneren, zo maakte burgemeester
ook bekend. Hij noemde de zeebeving een
ramp van ongekende omvang, die niet te
bevatten is. De burgemeester vergeleek de
situatie rond de Indische Oceaan met de
financiële perikelen in eigen land. "De
Nederlandse gemeenten zijn in 2004 getrof
fen door omvangrijke bezuinigingen en dat
zal in 2005 en volgende jaren niet anders
zijn. Onze noden worden echter heel betrek
kelijk wanneer we de gevolgen van de ramp
in Indonesië, India, Sri Lanka, Thailand en
enkele landen op het Afrikaanse vasteland
op ons laten inwerken. Het is daarom niet
meer dan onze maatschappelijke plicht om
naar vermogen de helpende hand te bieden."
De bezoekers van de nieuwjaarsreceptie
konden hun betrokkenheid tonen via een in
het gemeentehuis geplaatste collectebus.
Het lijkt alsof er in onze regio steeds meer famihes komen waar door de geboorte van een
nazaat vier geslachten op rij ontstaan. Ditmaal bij de familie Noteboom. Sinds de geboorte
van NeUieke Troost op 13 december, telt ook deze familie vier geslachten in vrouwelijke lijn.
En voorzover kan worden nagegaan komen ook de doopnamen Wilhelmina en Petronella in
de 19e eeuw in de opeenvolgende generaties voor. Op de foto van links naar rechts- Petro
nella Noteboom-Voorthuijzen (oma van Nellieke), in 1955 te Vlaardingen geboren en woon
achtig m Sommelsdijk; mevrouw Wilhelmina Voorthuijzen-De Neef (overgrootmoeder van
Nellieke), in 1929 in Vlaardingen geboren en thans in Nieuw-Beijeriand woonachtig- Petro
nella Troost (Nellieke), in 2004 te Dirksland geboren; en haar moeder Wilhelmina (Willy)
Troost-Noteboom, in 1981 te Dirksland geboren en in Sommelsdijk woonachtig