'We moeten leren leven met die rups'
Mark van Putten blijft
schaakkampioenschap G-O leiden
Tastbare herinneringen
in Normandië en Zeeland
EiiAnDEn-niEuws
Voorjaarsverkoping
zendingsver.
'De hand aan de Ploeg'
Maurice Jansen, 'beestjesexpert' van de Plantenziektenkundige Dienst
in Wageningen:
De bastaardsatijnrups heerst in de duinen op de Kop van Goeree. De toe
ristische industrie zal er ongetwijfeld hinder van ondervinden, anders
zeker de badgasten wel. De brandhaartjes van het beestje kunnen bij
gevoelige mensen ondraaglijke jeuk veroorzaken en ontsteking van de
ogen en de slijmvliezen. Vorige week openbaarde Eilanden-Nieuws het
bestaan van de rupsenplaag. Gemeld werd dat de gemeente Goedereede,
het waterschap Goeree-Overflakkee en Natuurmonumenten vooralsnog
niet meer kunnen doen dan de recreanten attenderen op de rups en de
mogelijke gezondheidsrisico's. Bij de ingangen van duinpaden worden
ijzeren bordjes geplaatst met een indringende, waarschuwende tekst. Pas
in de winter volgen ingrijpender maatregelen: de winternesten ('spin
sels') van de bastaardsatijnrups, die tot 300 kleine rupsjes kunnen her
bergen, worden weggeknipt. Maar hoe kon de rups ineens zo explosief
aanwezig zijn in het duingebied bij Ouddorp? Hoe is effectief te voorko
men dat zij volgend jaar verder oprukken? Zijn er dan geen natuurlijke
vijanden? Komt de rups elders in Nederland ook zo massaal voor of
alleen op Goeree-Overflakkee? Eilanden-Nieuws raadpleegde de Plan
tenziektenkundige Dienst in Wageningen, in deze de meest aangewezen
instantie. Een achtergrondverhaal over de eigenaardigheden van een
uiterst irritant mormel.
Al eeuwen
Kratertjes
Arbeidsintensief
Blindheid
Recreatiecentrum 'De Staver' te Som-
melsdijk was het decor voor de 4e ron
de van het schaakkampioenschap
Goeree-Overflakkee 2004. Nu we over
de helft van het toernooi zijn, is voor
de toppers een kwestie van aanhaken
of afliaken. Het toernooi duurt 7 ron
den, dus een misstap is bijna fataah Er
stonden weer enkele topduels op het
programma. Mark van Putten, de
koploper, moest het opnemen tegen
Ronald Sparreboom. Jacques Hen-
nekes speelde tegen Jaap Santifort, en
Michael van der Waal tegen Willem-
Jan Tanis. Maar het zou de andere
deelnemers tekort doen als alleen
naar de bovenkant van de ranglijst
werd gekeken. Zoals een wedstrijdlei
der als eens zei: "Zonder verliezers
zijn er geen winnaars".
-
-
-
-
-
-
-
In Museum Watersnood 1953:
OUWERKERK - Op 6 juni, D-day, is
het zestig jaar geleden dat er een begin
is gemaakt met de landing van de
geallieerden in Normandië, van de
bevrijding van Europa. Nadat de eer
ste troepen geland waren hebben in de
dagen daarna Caissons een rol
gespeeld in het aanleggen van de
havens, van bijzonder belang voor de
bevoorrading van de troepen. Hon
derd zeven en veertig van deze kolos
sen, samen met ander materiaal, zorg
den voor een beschutting tegen de
golfslag van de Atlantische Oceaan,
die het lossen bemoeilijkte. In ruim
een half jaar waren deze caissons op
werven en docks in Zuid-Engeland tot
in de monding van de Thames
gebouwd.
PAGINA 6
VRIJDAG 28 MEI 2004
Gert van Engelen
Hoe toevallig: Maurice Jansen is afkomstig
uit het Deltagebied. Hij is geboren in Hulst
en was zes jaar leraar biologie op Pontes
Scholen Gemeenschap (voorheen RSG Prof.
Zeeman) in Zierikzee, onderwijl wonend in
Zonnemaire. Van zijn 'hobby', zoals hij het
zelf noemt, heeft hij inmiddels zijn beroep
gemaakt: Maurice Jansen is entomologisch
taxonomiseh specialist bij de Plantenziek
tenkundige Dienst (PD) in Wageningen, een
gezaghebbend, maar tamelijk onbekend
agentschap van het ministerie van LNV. In
gewoon Nederlands is Jansen zeg maar een
beestjesexpert.
Dagelijks worden in Nederland planten en
bloemen geïmporteerd: potplanten, perk-
planten, snijbloemen, bomen, struiken en
bonsais. Het is de taak van de Plantenziek
tenkundige Dienst te voorkomen dat mét al
dat groen niet ook insecten, aaltjes, virussen,
bacteriën en schimmels binnensluipen.
Medewerkers van de buitendienst, zetelend
in elf kantoren in bijvoorbeeld Aalsmeer,
Lisse, Boskoop en Poeldijk, voeren daartoe
inspecties uit. In het zogeheten fytosanitair
handboek staat verordonneerd waarnaar
gekeken en wat bemonsterd moet worden.
Treffen de inspecteurs tussen of op het plan-
tenmateriaal 'verdachte' beestjes aan, dan
worden die in potjes en buisjes, gestoken in
dozen, enveloppen of grote pakketten, naar
de PD gestuurd. Op de diagnostische afde
lingen daar worden de inzendingen onder
zocht. '"Wij", zegt Jansen, "determineren de
beestjes, we brengen ze op naam. En daarna
bepalen wij op basis van internationale wet
en regelgeving of er al dan niet maatregelen
moeten worden genomen." Prominent staat
op zijn bureau het instrument waarmee Jan
sen zijn werk doet: een stereomicroscoop.
Ook over rupsen is bij de Plantenziekten-
kundige Dienst veel kennis voorhanden. Dat
spreekt nogal voor zich, zegt Jansen. "Rup
sen zijn het larvale stadium van vlinders. Ze
leven van planten. Dat maakt alle vlinder-
soorten interessant voor onze dienst. Want
afhankelijk van de soort kunnen zij in poten
tie planten aantasten." Om Eilanden-Nieuws
ter wille te kunnen zijn, heeft Jansen zich
voorbereid. Om hem heen liggen opgeslagen
boeken met feiten over de bastaardsatijn
rups, de bron van fysiek ongemak op Goe
ree-Overflakkee.
De bastaardsatijnrups bestrijkt niet de hele
wereld. Zijn verspreidingsgebied beperkt
zich grotendeels tot Europa. Om preciezer te
zijn: de grenzen lopen van (alléén) Zuid-
Engeland tot Zuid-Zweden, tot Midden-
Azië, tot Libanon en Marokko. In Nederland
komt de vlinder al eeuwen voor, althans: hij
wordt al beschreven in de eerste publicatie
over vlinders, en die dateert van de 18de
eeuw. Maar zijn aanwezigheid concentreer
de zich tot voor enkele jaren geleden in de
duinstreken en in de provincies Noord-Bra-
bant en Limburg.
Op Goeree-Overflakkee viel de bastaardsa
tijnrups twintig jaar terug alleen op de Brou-
wersdam waar te nemen, en dan nog in
geringe mate. Vhegende vlinders hebben de
populatie in Nederland de laatste jaren sterk
vanuit het zuiden uitgebreid, en ook dat rijmt
met de ontwikkelingen op Goeree-Overflak
kee: twee, drie jaar geleden bleek de rups
plots opgerukt tot de duinen bij Ouddorp,
kilometers oostelijker.
Volgens Maurice Jansen is de bastaardsa
tijnrups geen bijzondere vlinder, althans niet
in de zin van zeldzaam. "Het is wel een soort
die in grote aantallen kan voorkomen. Dat
valt in de winter op door de wintemesten in
de duindoorn; je ziet overal die kenmerken
de spinsels. En in het voorjaar zie je ze door
de duinen en over de duinpaden kruipen, op
zoek naar voedsel. Als vlinder zie je ze over
dag juist weer niet. Het zijn nachtvlinders."
Js de bastaardsatijnvlinder een vervelend
mormel of valt er ook ademloos van te genie
ten?
"Misschien wel beide", vindt Jansen. "Als
mensen afdoende beschermd zouden zijn
tegen de brandbaren van deze vlinder, zou
den zij ze misschien adembenemend kunnen
vinden. Het is moeilijk om aan een ander te
vertellen waarom iets mooi is. Dat is een
kwestie van oog hebben voor." Maar
schadelijk is de bastaardsatijnvlinder onloo
chenbaar, om twee redenen. Hij legt eerst uit
dat de rupsen zich voor voedsel niet eenken-
nig tonen. Ze doen zich te goed aan een lan
ge reeks (loof)bomen en struiken: de popu
lier, haagbeuk, hazelaar, berk, eik, iep, spi
rea, appel- en perenbomen, meidoom,
braam, pimpernel, rozen, kersen, rode bes.
aardbei, duindoorn, veldesdoorn, sleedoorn,
vogelkers, kornoelje en es.
"De rups kan grote schade aan planten ver
oorzaken. Ze eten ze helemaal kaal, en daar
door zouden die planten kunnen afsterven, al
heb ik dat bij deze soort eigenlijk nooit mee
gemaakt. Iepen of eiken kunnen gerust een
keer ontbladerd worden; dat kunnen ze heb
ben." De tweede reden waarop de rups
schadelijk is, zijn die beruchte brandbaren.
"De bastaardsatijnrups", licht Jansen toe,
"maakt enkele vervellingen door. Tijdens
die vervelling ondergaan ze een complete
gedaanteverwisseling. De oude huid met
brandbaren wordt afgestroopt en vervangen
door een nieuwe. Die 'oude' brandbaren zijn
eigenlijk een soort stiletto's met een punt,
die de neiging hebben steeds verder in de
huid te dringen door de aanwezigheid van
weerhaakjes. Daardoor ontstaan kleine
beschadigingen. Bovendien zit er een gif in
dat vrijkomt na het binnendringen in de
huid. Dat geeft een effect zoals bij brandne
tels. Die haren gaan in de lucht zweven.
Mensen die een rups aanraken of die haren
inademen, kunnen daar behoorlijk last van
krijgen.
"Maar de mate waarin ze er last van hebben,
verschilt enorm. Gevoelige mensen krijgen
een allergische reactie. Ontsteking aan de
ogen, ontsteking van de slijmvliezen, huidir
ritatie die gepaard gaat met een hevige jeuk,
in de vorm van met vocht gevulde blaasjes.
En dat kan wel veertien dagen aanhouden.
Anderen krijgen geen problemen. Zelf heb
ik er gelukkig weinig last van."
Minstens zo irritant is hun massale aanwezig
heid. In de koude maanden, van begin oktober
tot begin april, blijven de jonge rupsen in en
bij de spinsels. Ze overwinteren. Bij zonnig
weer zonnen ze op het nest, "s nachts keren zij
terug in het nest. "Begin april komen ze te
voorschijn. Ze verlaten het nest en laten het
voor wat het is. Ze gaan de hort op. Het zijn
nu volwassen rupsen, zo'n 35 millemeter
langs, met lange, goudbruine haren. Je her
kent ze door de twee oranjerode kratertjes op
het negende en tiende segment, met witte,
dunne onderbroken zijlijnen op de rugzijde."
Een massale migratie ontstaat, die duurt tot
bijna eind juli, en die slipgevaar kan opleve
ren. "Ze gaan op zoek naar voedsel en dan
kom je ze letterlijk overal tegen." Dit is de
periode waarvoor op Goeree-Overflakkee
wordt gewaarschuwd: Blijf uit de buurt van
die beestjes. Hierna worden de rupsen pop
pen. Ze spinnen een cocon tussen wat blade
ren, en daaruit verschijnen tussen eind juni
en half augustus witte vlinders, met een
spanwijdte van 35 millimeter. In die tijd
paren de vlinders. De eitjes, die worden
afgezet aan de onderkant van duindoombla-
deren, komen na tien dagen uit. Die eihoop
wordt bedekt door de bruine achterlij f sha-
ren. Daarna begint de cyclus opnieuw.
Gerard van den Nieuwendijk, opzichter kust
van het waterschap Goeree-Overflakkee,
vertelde dat de rupsenplaag het waterschap
heeft overvallen. Hij kon niet verklaren
waarom de rups zo explosief was gegroeid.
Kunt u de oorzaak aangeven
"Niet zomaar", reageert lansen. "Het is
meestal een combinatie van oorzaken. Maar
wat zeker meespeelt is of je de spinsels
regelmatig wegknipt. Daarmee kun je de
grootte van de populatie be'invloeden. Vroe
ger was het in Nederland de gewoonte om de
spinsels te verwijderen; ik heb de indruk dat
dit minder is geworden. Tja, en dan geef je
een grote hoeveelheid rupjes de kans om
volwassen te worden."
(Hoe handelde het waterschap de afgelopen
jaren? Werd er stevig geknipt of met mate?
Gerard van den Nieuwendijk, om een reactie
gevraagd: "In voorgaande jaren zijn op klei
ne schaal de spinsels zoveel mogelijk weg-
geknipt. In die jaren is er dan ook in het
betreffende duingebied nog nooit een derge
lijke hoeveelheid rupsen waargenomen. Het
is voor het eerst dat nu overlast wordt gecon
stateerd. Wel zagen we afgelopen winter dat
er veel meer spinsels waren dan in voor
gaande jaren. Dit zal dus rigoureuzer moeten
worden aangepakt,")
Spinsels wegknippen, zegt Maurice Jansen,
is in natuurgebieden "de enige methode om,
zonder het gebruik van gif, de rupsenpopula
tie in toom te houden". "Maar dan moet je
knippen in de winterperiode, tussen novem
ber en maart. Begin je pas in april, dan ben je
te laat. Dan zijn ze al uit de nesten vertroï:-
ken." Knippen heeft één overheersend
nadeel," vervolgt hij. "Het is vreselijk
arbeidsintensief. Het is een enorme opgave
om die nesten te verwijderen. Duindooms-
truiken kunnen wel twintig meter breed zijn;
ga daar maar eens doorheen. Je moet met
lange stokken werken. Maar dan nog: je bent
lang bezig. Je kunt nooit kilometer duin op
die manier afwerken. Het kan wel, maar dan
kost het enorm veel geld."
Duindoomstruiken zijn vrijwel ondoor
dringbaar. En er hangen duizenden spinsels
in. Het waterschap heeft ervoor gekozen ze
desondanks weg te knippen. Is dat verstan
dig?
"Het is zeker verstandig, maar ook bijna
ondoenlijk. Hopeloos bijna. Ik wens ze veel
succes."
De andere optie was een sproeivliegtuigje
inzetten. Daar is vanaf gezien,
lansen: "Welk middel hadden ze dan willen
gebruiken? Daar ben ik wel heel benieuwd
naar. Eén van de middelen is Dirailin. Dat
beïnvloedt de vervelling van de rups. Maar
wat je voor de ene soort doet, doe je ook
voor de andere. Je doodt dus misschien vlin
ders die wel zeldzaam zijn. Bovendien is
sproeien niet toegelaten in natuurgebieden."
Heeft de bastaardsatijnrups een natuurlijke
vijand?
"In z'n algemeenheid kan gezegd worden
dat rupsen door aaltjes, schimmels, bacteriën
en andere insecten zoals sluipwespen en
kevers kunnen worden aangevallen. De
meeste vogels houden niet van harige rup
sen, alleen de koekoek juist weer wel."
Vogels hebben op de Kop van Goeree in
ieder geval de plaag niet kunnen voorkomen.
En het wegknippen van de spinsels is niet
alleen moeizaam, maar moet nog aanvan
gen. Eigenlijk, besluit Maurice Jansen, moe
ten badgasten de aanwezigheid van de bas
taardsatijnrups maar voor lief nemen. "We
moeten leren leven met die rups. De bas
taardsatijnrups is een heel oud probleem, dat
nog vele malen zal terugkomen. Het kan best
zijn dat de overlast volgend jaar alweer wat
minder is. Want de natuurlijke gang van
zaken is dat er altijd een golfbeweging zit in
de populatie. Dat heeft niets met menselijk
ingrijpen van doen, vermoedelijk heeft dat
een combinatie van oorzaken, waaronder de
aanwezigheid van parasieten en klimaats of
weersfactoren."
Hij wijst erop dat vooral voor ogen moet
worden gehouden dat de lichamelijke over
last van de bastaardsatijnrups 'minder dra
matisch' is dan bij de eikenprocessierups,
die ook oprukt, vanuit Oost-Brabant, maar
die een reëel probleem voor de gezondheid
kan betekenen: koorts, blindheid en duize
ligheid. "Van de bastaardsatijnrups hebben
alleen gevoelige mensen behoorlijke hinder,
en die kunnen afwegen of ze deze zomer wel
de duinen ingaan. Maar van de eikenproces
sierups krijgt bijna iedereen lichamelijke
problemen."
Cruciaal is volgens Jansen doeltreffende
voorlichting aan het pubUek, althans bij de
aanwezigheid van grote populaties. "De bas
taardsatijnrups is altijd in de duinen te vin
den, ook in jaren dat men nauwelijks een
wintemest vindt. Maar is er massale aanwe
zigheid: attendeer de recreanten erop; dat is
heel belangrijk. Schakel dan alle regionale
en lokale media in, zelfs TV-Rijnmond. Alle
beetjes helpen. Nee, de nationale pers hoeft
niet te worden ingeseind. Want dan lijkt het
weer alsof de bastaardsatijnrups overal
heerst, en dat is niet zo. Ik was afgelopen
weekeinde op 't Zwin: niets aan de hand. Bij
nationale publiciteit wordt de overlast al
gauw overtrokken. De overlast is altijd
hooguit een lokaal probleem, meer niet."
Een laatste suggestie van Jansen is: open een
loket. "Zodat mensen die vragen hebben,
daar naar toe kunnen."
toren van Ouddorp.
In deze rubriek kunnen lezers hun zegje doen of
reageren op hetgeen ze In dit blad gelezen hebben.
Inzendingen mogen geen grotere omvang hebben dan
ca. 400 woorden. De redactie behoudt zich het recht
mor om ingezonden tekst in te korten of niet te plaat
sen. Tevens draagt de redactie geen verantwoorde
lijkheid voor de inhoud van wat lezers schrijven.
Geachte Redactie,
Jongstleden vrijdag stond in uw krant een
artikel, geschreven door Prof. Dr. W.H.
Velema: "Een geschenk voor hospice
'Kuria'". Met veel genoegen heb ik daar
kennis van genomen. Zeker over de waarde
ring die de schrijver uitspreekt voor de inzet
van de vrouwen van een niet nader genoemd
kerkverband. Toch vind ik dat ik niet kan
nalaten om hierop te reageren.
In Dirksland, op Goeree-Overflakkee,
bestaat nu reeds 6 jaar Roparun-hospice
Calando. Al die tijd hebben de bevolking,
het bedrijfsleven, het verenigingsleven en de
kerken ervoor gezorgd dat Calando kon blij
ven bestaan. Als die steun, moreel en finan
cieel, er niet geweest was, dan waren de deu
ren van Calando dicht gegaan. Ik wil daarom
graag, als vervolg op het artikel, mijn waar
dering uitspreken over alles dat gedaan is om
het werk in Calando mogelijk te maken.
Daarbij wil ik ook graag de inzet van de vrij
willigers noemen. Elke dag wordt er door
meerdere vrijwilligers belangeloos mini
maal 16 uur inzet geleverd, samen met de
dienstdoende verpleegkundige. Daarnaast
zijn er mensen die voor transport, de tuin, de
klusjes en de PR zorgen. Kortom, er is
zoveel wat genoemd kan worden waar
zoveel mensen hun bijdrage aan leveren. En
dan hebben we het nog niet gehad over alle
kaarten, die gemaakt worden, verkopingen,
markten en zangavonden, die georganiseerd
worden en de duizenden kilometers, die
gelopen of gefietst worden..., alles met het
doel een financiële bijdrage voor Calando.
Het artikel "Een geschenk voor hospice
'Kuria'" staat onder de rubriek ETHIEK?!
Ik voel me MOREEL verplicht om in de
regionale pers daarop te reageren. Omdat
hospice Kuria een collega-instelling is en de
directeur, mevrouw C. van Tol, één van mijn
beste vriendinnen is, heb ik eerst overleg
met haar gehad over de inhoud van mijn
reactie.
Mijn gevoelen dat ik naar de bevolking van
Goeree-Overflakkee graag mijn erkentelijk
heid uit wil spreken voor alles wat zij doet
voor Calando herkende zij. Het wil niet zeg
gen dat ik het niet eens was met de inhoud
van het artikel van de heer Velema, rriaar dat
ik het niet zo gepast vond dat de redactie dit
in ons streekblad plaatst. Diverse keren is er
aandacht geschonken aan de activiteiten die
door Calando zijn en worden georganiseerd.
Nu lijkt het alsof het heel bijzonder is (en
eigenlijk is het dat ook) wat er in Kuria
gebeurt en wat vrouwen er voor doen. Mis
schien zijn wij als nuchtere Flakkeënaars
gewend om deze dingen gewoon te vinden.
Pas als anderen zoiets kenmerken als bijzon
der, sta je erbij stil dat onze bevolking ook
zoiets doet. Dan pas waardeer je opnieuw de
vanzelfsprekendheid waarmee alle inwoners
van Goere-Overflakkee hun betrokkenheid
tonen.
Vanuit Calando vinden wij alles wat U doet
niet vanzelfsprekend. Daarom geldt voor
iedereen die zich erbij betroHcen weet:
Flakkee, bedankt!
Janneke Koningswoud-ten Hove
Dirksland
Eén van de spelers die ieder jaar meedoet
zonder zelf kans te maken op een hoge posi
tie is Bart Loosjes. Hij is een goede clubspe-
ler die nog verder kan groeien omdat hij nog
jong is. Eerder dit toernooi verloor hij echter
al tweemaal binnen een half uur spelen. Dat
is een kwestie van snel spelen, zonder ook
goed te kijken naar de bedoeling van de zet
ten van zijn tegenstander. Hem werd dan
ook moed ingesproken voor de aanvang van
deze 4e ronde: "Bart, doe het rustig aan", en
"Bart, niet proberen om voor half negen
thuis te zijn". En...: het werkte! Bart was
één van de laatste spelers die nog bezig was.
Pas in het verre eindspel werd hij overrom
peld. Schaken is soms een kwestie van de
juiste instelling, dat bleek ook nu maar weer.
Bart, volgende week wordt een overwinning
van je verwacht!
Terug naar de top. Mark van Putten had een
klein voordeel met wit, wat hij steeds meer
uitbouwde. Lijdzaam moest zijn opponent
toezien hoe Mark gewonnen kwam te staan.
Hiermee behoudt Mark de 100% score en
doet hij aanspraak op de titel Kampioen van
Goeree-Overflakkee 2004. Zijn concurtentie
komt o.a. van Jacques Hennekes, die het met
de witte kleur mocht opnemen tegen Jaap
Santifort uit Goedereede. En Jacques speel
de goed. Zijn tegenstander. Jaap, had de keu
ze om steeds meer achteruit te gaan met zijn
stukken óf een 'alles of niets aanval' te lan
ceren. Hij koos voor het laatste. Met een
dame. toren en paard belaagde hij de vijan
delijke koning. En met succes, Jacques
moest secuur verdedigen om niet direct
groot materiaal te veriiezen. Dit was zuur
voor hem omdat hij een volle toren voor
stond. Die toren had Jaap geofferd voor zijn
aanval. Jacques kreeg het steeds moeilijker
en tijdens een bezoek aan het toilet werd hij
onderweg hoofdschuddend aangekeken...
Men gaf geen cent meer voor hem. Jaap
kreeg het voor elkaar om het punt naar zich
toe te trekken. Hij maakte het mooi af door
met een pion te promoveren tot dame en een
zet later een nog mooiere zet te produceren,
wat de tegenstander hem de hand deed rei
ken.
De laatste partij van die avond ging tussen
Michael van der Waal en Willem-Jan Tanis,
ook uit Goedereede. Deze woonplaats wordt
speciaal genoemd omdat dit mooie stadje
een echt schaakbolwerk aan het worden is;
steeds meer schaaktalent is hier te vinden!
Willem-Jan en Michael speelden scherp
spel.
Eigenlijk is de enige manier om de partij te
beslissen de tijd. ledere speler krijgt name
lijk anderhalf uur bedenktijd per partij. Na
het behalen van 35 zetten krijgt een speler
eenmalig nog 15 minuten bedenktijd erbij.
Dus een partij die om acht uur begint, kan tot
maximaal half twaalf duren; dan is de
bedenktijd van de spelers op. Degene die als
eerste zijn tijd verbruikt (de vlag valt), heeft
automatisch verioren. De zetten werden
steeds sneller gezet, dit onder druk van de
klok. Het getik klonk steeds luider. Alle kij
kers volgden immers ademloos het spekta
kel: wie z'n vlag zou als eerste vallen? Wil
lem-Jan had nog twee minuten en Michael
nog één schamele minuut. Wat nu? Er werd
snel gezet zonder goed op te letten. Willem-
Jan deed door de spanning zelfs een verbo
den zet. Hij werd hierop gewezen omdat
deze zet onreglementair is. Willem-Ian raak
te zo van zijn apropos dat hij pardoes opgaf.
Doorspelen had hem waarschijnlijk nog de
winst gebracht, omdat zijn tegenstander eer
der door zijn tijd zou zijn geweest. Onder
staand de uitslagen.
Bord Witspeler - Zwartspeler
1
Mark van Putten
Ronald Sparrebooni
1-0
2
Jacques Hennekes
Jaap Santifort
0-1
3
Michael van der Waal
WiUem-Jan Tams
1-0
4
Lcndert van den Ouden
Martin Verohne
remise
5
WilkoBreen„,
Reraon Huysmans
1 -0
6
Cees f?an den Nieuwendijk
Maart van der Waal
rennse
7
Joost Boeter
Cees Smit
1-0
8
Frans Troost
Leon Struik
remise
9
Gert-Jan Zonneveld
Berend-Jan Bruggeman
remise
10
Jan van Genderen
Cees Bakelaar
remise
11
Marinus Bom
Louis Bengsch
1-0
12
Henk van Gils
Jan Velzijden
0-1
13
Bart Loosjes
Reinier van der Wende
0-1
14
Jan-Leendert Minnaar
Cesar van Prooyen
0-1
15
Hans Becker
Wim van der Staay
I -0
16
Mark Lagendijk
Leen Neleman
0-1
17
Jos Bosch
Daniel Mulder
1-0
18
Jan de Haan
Koert Wijnands
remise
De stand aan kop na 4 ronden is:
1. Mark van Putten, 4 punten; 2. Michael van der Waal, 3,5 punt; 3. Jaap Santifort, 3,5 punt;
4. Martin Verolme, 3 punt; 5. Wilko Breen, 3 punt.
Twintig duizend man hebben deze klus
geklaard. Op 7 juni arriveerden de eerste
caissons als onderdeel van de Mulberty B,
de haven bij Arromanches, die werd inge
richt door de Engelsen, enkele dagen later
volgde Mulberty A in de Amerikaanse zone
bij het, na een zware strijd veroverde, Oma-
ha-beach. Niet alleen caissons, maar ook een
vijftig tal schepen werd afgezonken om de
landingsschepen te beschermen tegen de
golfslag.
Op 18 juni werd door een storm veel schade
aangericht, maar de havens bleven tot in
oktober dienst doen. Toen waren er genoeg
havens en haventjes beschikbaar om de aan
voer van materiaal en manschappen goed te
laten verlopen.
Na D-day is men verder gegaan met het bou
wen van caissons om ze eventueel beschik
baar te hebben voor een landing bij Oosten
de, als de haven van Antwerpen niet of
teveel beschadigd in handen zou vallen. Dit
bleek niet nodig zodat deze caissons over
bleven, afgezonken voor de Engelse kust.
Na het beëindigen van de oorlog kwamen ze
alsnog van pas.
Voor de eerste maal werden ze gebruikt voor
het herstel van de door de geallieerden
gebombardeerde dijken van Walcheren.
Onder andere bij Westkapelle en Vlissingen
(fort Rammekens en de NoUedijk) werd het
dichten geklaard dank zij de caissons. Later
werden ook caissons gebruikt bij het afslui
ten van de Brielse Maas en de Braakman.
Tenslotte konden in 1953 dankzij de Phoe
nix caissons de grootste dijkgaten worden
gesloten. In Kruiningen (1 stuks), de Schelp-
hoek (1 St.) en tenslotte in Ouwerkerk (4
stuks) zorgden de grootste van het type
Phoenix AX 60 x 20 x 20) dat ook deze
gaten werden gedicht. Honderden in Neder
land gemaakte kleinere caissons, al dan niet
gekoppeld tot grotere eenheden, waren
gebruikt bij andere dichtingen of ter onder
steuning van deze grote caissons.
Het Museum Watersnood 1953, gevestigd in
één van de vier sluitingscaissons in het laat
ste dijkgat van Ouwerkerk, zal, ter herden
king van D-day op komend weekend éénma
lig de vierde caisson openstellen voor
bezoek. Men is dan in de gelegenheid om
een volkomen leeg caisson, slechts gevuld
met het zand gebruikt bij het afzinken, te
bekijken.
Tevens wordt een videofilm vertoond van
het afzinken van de caissons in Frankrijk tij
dens de landing van de geallieerden en zal
door middel van een aantal foto's de
geschiedenis van de caissons worden
getoond van de constructie in Engeland tot
de laatste in Ouwerkerk.
Daarnaast zal elk uur iemand met de bezoe-
HERKINGEN
D.V. zaterdag 5 juni hopen wij onze voor
jaarsverkoping te houden. Onze welbekende
artikelen worden u weer aangeboden, o.a.
beeren-ondergoed, aanbieding van Ten
Gate, Stoffenkraam, creaveertje, zelfge
maakte en gebakken spullen, nieuwe en
tweedehands boeken, speelgoed, zelfge
maakte kaarten, kaas, noten, fruit en de
asperges en de pizza's van Van der Velde
zijn dan bij ons te koop. Ook zullen er kin
derspelletjes gedaan worden met.prijsjes!
De verkoop is van 10 tot 3 uur, en wordt bin
nen en buiten gehouden, Onderlangs 6.
Wij nodigen u allen weer van harte uit.
kers door de caisson lopen en een toelichting
geven.
Het museum is voor deze gelegenheid voor
een gereduceerde prijs te bezoeken: 1,50
voor volwassenen, kinderen tot twaalf jaar
gratis. Verder zal het door het museum uit
gegeven boek 'Phoenix-caissons, Drijvende
kolossen voor vrede en veiligheid' verkrijg
baar zijn voor de speciale prijs van 10,00.
U vindt het Museum Watersnood 1953 aan
de Weg van de Buitenlandse Pers 5, even
buiten Ouwerkerk. Het museum is van 1
apnl tot 1 november 's middags van 13.00-
17.00 uur geopend en is rolstoeltoegankelijk
(rolstoelen zijn ook beschikbaar). Voor de
kinderen is er een speurtocht door het muse
um. De normale toegangsprijzen bedragen
3,- voor volwassenen, 1,50 voor kinde
ren van 6 t/m 12 jaar en gratis voor kinderen
tot 6 jaar. Entreeprijzen voor groepen (alleen
op afspraak) bedragen 2,50 voor volwasse
nen en 1,25 voor kinderen. Het museum is
niet bereikbaar met het openbaar vervoer.
Voor meer informatie kunt u bellen naar
0111-644382, mailen naar:
watersnood@zeelandnet.nl of kijken op
websitewww.museaschouwenduiveland.nl.