Overdenking uit de Heilige Schrift Open Dag Scouting Jan Joosten Alpha cursus in Sommelsdijk HET ^KIJKVENSTER Net zijn rijbewijs? Concert 'Canto dl Lode' te Rotterdam Veilig achter het bloed VERVOLGVERHAAL ■o,jJ' Ï>F 6aPER VLIEGENDE MIEREN van Lint autoschade UITmUIINEOOSIS GELE UINGEQi Blik op kerk ^->y en samenleving tj - Overheid en kerk - Raak geschoten - De verdeelde kerk Vorige week gooide Kardinaal Simonis een steen in de Hofvijver en nog steeds is het water nog niet tot rust gekomen. Volgens de leider van de Rooms Katholieke Kerk in Nederland is de scheiding van kerk en staat p.0 volledig doorgeschoten dat geloof en kerk voor de paarse regering geen enkele rol ineer spelen. Letterlijk: "De regering ziet ))urgers slechts als individu, maakt niet uit of ze geloven of niet. De kerk wordt daarmee volkomen gemarginaUseerd". Het was de kardinaal ook opgevallen dat in de Troonrede wel kunst en cultuur genoemd Worden als exponenten van de immateriële kant van het leven, maar godsdienst of levensbeschouwing niet. Simonis ziet dat als "een volstrekt consequent doorgevoerde secularisatie". Nog een citaat: "Alles wat enigszins riekt naar bovennatuur, naar open baring, naar godsgeloof, daar bemoeit men zich principieel niet mee. Dat sommige men sen zo gek zijn wel te geloven, moeten ze zelf weten, maar voor de regering lijken godsdienst en kerk niet te bestaan". Eeuwen lang waren de normen en waarden van het christendom algemeen aanvaard. Maar nu het christendom zoveel terrein heeft verloren zijn ook die normen en waarden weggeval len. Maar een volk kan ook niet zonder, van daar dat ze nu in Den Haag worden vastge steld. Als voorbeeld gaf Kardinaal Simonis dat de regering bij het openstellen van het huwelijk voor mensen van hetzelfde geslacht heeft uitgesproken wat een huwe lijk is en voor wie het bestemd is. We hebben uiteraard onze bedenkingen tegen Rome, maar ik denk dat Kardinaal Simonis hier de spijker op z'n kop heeft geslagen. Dat bleek al uit de vele, soms ver ontwaardigde reacties van paarse zijde.De regering, zo riep men in koor, staat zeker wel open voor de kerk, maar dat is iets anders dan dat zij doet wat de kerken graag zouden willen. Simonis wil terug naar het absolute gezag dat de kerk in het verleden had, maar die tijd is definitief voorbij. Van de zijde van D'66 - de partij die zich het meest sterkt maakt in het uitwissen van alle christelijke sporen - werd opgemerkt dat Simonis doet alsof de christelijke moraal de enige moraal is. Maar nu velen kerk en christendom de rug hebben toegekeerd is het een kwestie van democratie dat de meerderheid van de samenleving de normen en waarden bepaalt. De felle reacties maken wel duidelijk dat de kardinaal in de roos heeft geschoten en dat ons paarse kabinet zich op de teentjes getrapt voelt. De scriba van de SoW-kerken, dr. B. Plaisier, zei het met zoveel woorden: "Ter wijl de overheid allerlei maatschappelijke organisaties en belangengroepen raadpleegt, negeert zij de kerk als iets achterlijks. Voor het wezen en de bedoeling van de kerk is totaal geen oog meer". We kunnen het feit signaleren, en het is goed dat we het ook eens van die kant horen, maar ik denk niet dat er veel zal veranderen. We moeten er aan wennen dat de kerk(en) een minderheid vormen in onze samenleving. Een minderheid waarmee steeds minder gerekend wordt. Daar komt nog bij dat de regering ons de vraag zou kunnen voorleg gen wat de kerken eigenlijk zijn. Want in de kerken zelf wordt overprincipiële zaken zeer verschillend gedacht. Neem alleen het homohuwehjk. Voordat de regering het mogelijk maakte werden in de kerken reeds relaties van homo's en lesbo's ingezegend. Dan kun je als kerk al niet meer hard maken dat je op SchriftuurUjke gronden dergelijke verbintenissen verwerpt. Het is goed dat we als kerken in de politiek onze stem laten horen. Maar dan zal er in de kerken zelf wel een terugkeer moeten komen naar het Woord van God. Anders zal ons protest wei nig effect hebben. Waarnemer ►«o (v, -to>''^ cn,i )eze vraag- en antwoordrubriek staat geheel ten dienste van de lezer die er ^ostenloos gebruik van kan maken. Uw vragen op velerlei gebied kunt u stu- J-en aan: Redactie Eilanden-Nieuws, Postbus 8,3240 AA Middelharnis, met Jn de linkerbovenhoek 'Vragenrubriek' vermeld. De vragen worden door lleskundigen beantwoord en zullen binnen enkele weken na de inzending fcompleet met antwoord in deze rubriek worden gepubliceerd. in ons dorp heeft de apotheker nog een puderwets moriaanshoofd met wijd open piond boven zijn winkeldeur. Weet u wat 'io 'n 'gaper' te beduiden heeft en waarom dit }iet symbool van deze neringdoenden werd? I^ntwoord: Reeds in de 15e en 16e eeuw prijkte er, tussen vele andere uithangtekens, .yaak een gaper aan de gevel van de apothe- |cer of diens voorlopers: de toenmalige falchemist en de crudeman of crudener. Zijn |vinkel was namelijk eerst, zoals het Latijn- Ie woord 'apotheca' zegt, een voorraadka- |ner vol uitheemse producten. Hij bereidde daar poeders en zalfjes, maar verkocht ook Ruiker en 'koloniale waren' als koffie, thee fen de pas uit Amerika geïmporteerde tabak, en hij brouwde heilzame drankjes uit allerlei |cruiden. Gezien de vele uitheemse produc ten kozen de apothekers veelal exotische uit hangtekens, -borden of -beelden. Men zag in Df bij hun winkels wel eens vreemde planten ^f dieren uitgebeeld. Het hoofd van een Ara bier, Turk of Moriaan paste precies in deze sfeer, maar er zijn ook Europese gapers in iklederdracht of in uniform. Opvallend is de wijd open mond, soms met ver uitgestoken tong. Over de betekenis van deze gapers zijn e de historici nog altijd niet uitgepraat. Werd er werkelijk gegaapt en sloeg dat op de ver krijgbaarheid van een slaapdrankje? Stak een Zwarte Piet spottend zijn tong uit, of moest het een patiënt voorstellen die de dok ter of chirurgijn z'n tong laat zien? Zegt hij aaaa, of zou het een roepende figuur voor stellen? Bij enkele gapers lagen pillen op de tong, dan kon het een patiënt zijn. Anderen hielden een zwavelstokje tussen de kaken, mogelijk als middel tegen de pest. Zeker weten doen wij het niet, maar de relatie apo theker en patiënt ligt het meest voor de hand. Hoe verklaart u het, dat mieren in augustus opeens over vleugels beschikken en de rest van het jaar alleen kunnen lopen? Antwoord: In de zomermaanden ontwikke len zich pas vleugels bij de jonge mannetjes mieren en ook bij die vrouwtjes uit het nest die voorbestemd zijn om later koningin te worden. Op een warme dag, hier meestal in augustus, vhegen deze prinsen en prinsessen gelijktijdig uit voor hun zogenaamde brui- loftsvlucht. Spoedig na de paring sterven de mannetjes. De bevruchte wijfjes zoeken een veilig plekje voor hun nieuwe woning, ruk- Leen uw auto gerust aan uw zoon uit. Komen beide onbeschadigd terug, dan bent u zijn beste vriend. Indien uw auto toch een deukje oploopt kunt u terecht bij Van Lint Autoschade. Met de modernste apparatuur zetten we uw auto weer op het juiste spoor. Onze spuite- rij heeft een reputatie hoog te houden en we geven 2 jaar Focwa garantie op de uit de kreukels gehaalde autoschade. Sommelsdijk (0187)482292 Zierikzee (0111)414794 Z7 FOCWA GARANTIE BEn RIJ F Maakt het goed! De Reformatorisch Oratoriumvereniging 'Canto di Lode' uit Rotterdam organiseert op D.V. zaterdag 24 maart 2001 een concert in de Breepleinkerk te Rotterdam-Zuid. Dit concert staat in het teken van de lijdenstijd. Er zal een passiewerk worden gezongen van John Stainer, namelijk 'The Crucifixion'. Dit betreft een meditatie over gedeelten uit de lijdensgeschiedenis. Op indringende wij ze wordt hierin bezongen wie Christus is en wat Hij gedaan heeft voor de redding van zondaren. Organist Arjan Leistra, tenor Hans van Dijk en bas Martijn Sanders wer ken mee aan dit concert. Het geheel staat onder leiding van Rinus Verhage. U bent van harte welkom! Het concert in de Bree pleinkerk te Rotterdam begint om 20.00 uur. De toegangsprijs bedraagt f 15,-, kinderen tot 16 jaar gratis. Voor reservering en infor matie kunt u contact opnemen met mevrouw G. van Binsbergen, tel.: 078-6816142 of de heer F. Boeser, tel.: 079-3319033. ken zich daar zelf de vleugels uit en graven zich in om reeksen eieren te leggen. Uit de eerst leg komen de kleine en onvruchtbare 'werkster' die nooit vleugels krijgen maar de volgende generaties moeten opvoeden. Later ontwikkelen zich vrouwtjes tot 'solda ten' met krachtiger kaken en extra pantser. Uit grotere eieren ontstaan flink gebouwde prinsessen die vleugels krijgen. De veel later geboren mannetjes leven het kortst. De koninginnen kunnen 15 jaar eitjes blijven leggen, dankzij het zaad van één bruids- vlucht. Hoeveel vitamine C hebben normale mensen gemiddeld nodig? Antwoord: Voor gezonde volwassenen zal ca. 50 mg per dag voldoende zijn. Bij ziekte en ter voorkoming van bepaalde kwalen kan de arts een grotere dosis voorschrijven. Daarvoor bestaan pillen die bij tussenpozen kleine porties vitaminen C afgeven, want een grote hoeveelheid kan ons lichaam niet ineens opnemen. De nieren scheiden dan de overdosis gelijk af. U kunt dus geen voor raadje bunkeren. Af en toe een sinaasappel is ook beter dan een heleboel groenten en fruit bij één enkele maaltijd. Hoe krijg ik nicotinevlekken van mijn vin gertoppen? Antwoord: Door vaak wassen met zeepwa ter waarin u wat spiritus oplost. Wanneeer Ik het bloed zie, zal Ik u voorbijgaan. (Exodus 12:13b) In dit hoofdstuk vinden we de kinderen Israels aan de vooravond van hun vertrek uit Egypte waar ze lange jaren, ja eeuwen, zijn verdrukt geweest. Toen het juk ondrageUjk werd, begonnen ze tot de Heere te roepen over de zware dienst en toen zond Hij ver lossing. De Heere dacht aan het Verbond dat Hij gemaakt had met Abraham. Farao had niet willen horen naar de negen plagen, die gekomen waren. Nu zou de tiende plaag volgen, die vreselijker zou zijn dan alle voorgaande plagen. God eiste de dood van al de eerstgeborenen van mens en beest. Een verderfengel zou door Egypte gaan, die niets zou ontzien of men rijk was of arm. Maar de kinderen Israels zouden gespaard blijven, indien ze achter het bloed zouden schuilen, dat gestreken moest worden aan de posten van de deur en de bovendorpel. Het bloed was het teken dat de dood daar reeds geweest was, want een lam was daar geslacht. Het bloed draagt een pliaats bekle dend karakter. Het ziet op het sterven van Christus. De engel zou de huizen voorbij gaan wa£u hij het bloed vond. Israël moest dit doen om te leren, dat ze niet beter waren dan de Egyptenaars. Van nature zijn alle mensen schuldig voor God en dat maakt ons doodschuldig, maar door het bloed is er ver geving mogelijk. Het is niet voldoende dat er boven de deur stond: Hier woont een Israëüet. Het is ook niet genoeg dat we gedoopt zijn en in een uiterlijke betrekking met het Verbond der genade staan: Alleen het vergoten bloed van Christus zal uitkomst geven: "Wanneer Ik het bloed zie". Zulk een Paaslam werd aan een strenge keuring onderworpen. Het moest een volko men lam zijn, dus zonder gebrek. Dit wijst naar Christus, die heilig, onschuldig en onbesmet was door de zonde. Hij kon aan al de strenge eisen van Gods recht voldoen. Hij is de HeiUge, die uit de maagd Maria is geboren en Hij heeft Zijn hele leven geen kwaad gedaan. Het lam moest ook van het mannelijk geslacht zijn. Naar de scheppingsordinantie vertegenwoordigt de man ook de vrouw. Het is ook de gedachte dat de man sterker is dan de vrouw. Christus bezat alles om de zwak ken te sterken, de vermoeiden te dragen en de zieken te genezen. Hij is de man van smarte, die verzocht werd in krankheid. Hij is God en mens, die de schuld en straf van zijn volk kan dragen. De Israëlieten slachten het Paaslam dat eenjaar oud was; onder het jaar was het niet tot volle wasdam gekomen en boven het jaar was het een schaap. Een jaar is de volle levenskracht. Zo was Christus in de volle kracht van zijn leven toen Hij gekruisigd werd. Het lam werd drie dagen afgezonderd en de vierde dag werd het gedood tussen de twee avonden. Dat betekent tussen drie en zes uur in de middag, wat ook de tijd is geweest dat Christus is gestorven. Het Paaslam wees in al zijn eigenschap pen, die we genoemd hebben, naar Christus. De kinderen Israels moesten het bloed op vangen en aan de posten der deuren strijken. Dit was het teken voor de verderfengel. Het bloed wijst naar Christus. We zijn allen zon daren voor God, maar wanneer de Heere het bloed ziet, het bloed van Christus toegepast aan onze harten, dan gaat Hij voorbij: Wan neer Ik het bloed zie, zal Ik ulieden voorbij gaan. We vinden in het Paaslam een opeenstape ling van zaken, dat Israël van het dreigend gevaar redt, maar ook een beeld is van Chris tus. Wat vergeten we toch gemakkelijk dat ook wij in groot gevaar verkeren, want ieder ogenblik kan ook ons leven ten einde komen. Daar worden we toch steeds weer mee ge confronteerd. Wat baat het ons, dat Christus zijn bloed heeft vergoten voor de zonde, indien wij er niet in delen? Het predikt ons, dat onze bekering geen uitstel kan leiden. Er is maar één weg om behouden te worden, dat is door de verdienste van Christus. De Heere had al zovele waarschuwingen gezonden aan Farao en het volk, maar ze wil den niet luisteren. Die voorgaande plagen moesten dienen om de Egyptenaren te bewe gen tot berouw en verootmoediging voor de Heere, maar er was geen inkeer. Nu is de tiende plaag de oefening van het gericht over hen. Wie zou voor een rechtvaardig God kunnen bestaan? En toch zegt de Heere: "Wanneer Ik het bloed zie, zal Ik ulieden voorbij gaan". Wie zijn die ulieden? Dit waren de nakomeUngen van Abraham. Nu moet u niet denken, dat ze beter waren dan de Egyptenaars. Ga het maar eens na hoe ze gehandeld hebben in de woestijn. Zonder het bloed zal de verderfengel ook hun eerstgebo rene moeten doden. Deze prediking van Jezus Christus en die gekruisigd was niet alleen een ergernis in Paulus' dagen, maar dat vinden we ook van daag nog. Het geloof in Hem kunnen we alleen oefenen in de erkenning van onze doemschuld voor de Heere. Het is een aan stoot voor velen om daarover te spreken. Men wil niet horen van de ellende van de mens. We moeten Jezus kunnen aannemen, we moeten wat kunnen doen voor onze eigen zaligheid. Vrolijk en blij wil men door het leven gaan, want ik ben toch een Christen? Ze bouwen op een historische kennis aan wie strijd onbekend is. Bevinding is maar valse mystiek, zeggen ze dan. Maar wat moeten we met Christus doen als we onze zonde niet kennen? De Egypte naars gingen rustig slapen die nacht, maar voor de Israëlieten was het een vreselijke nacht, zodat ze geen ogenbhk durfden te sla pen. Is het niet hetzelfde met een bekeerde man of vrouw? Wanneer de Heere ons heeft getoond uit Zijn Wet wie we zijn en wie we moesten zijn, dan hebben we geen rust voor wij rust gevonden hebben achter het bloed van Christus. Zolang we dit niet kennen in ons leven is en blijft er onrust en strijd. Want er kan geen rust zijn buiten Christus. Het is waar, Gods leidingen zijn onder scheiden, maar allen leren hun zonden ken nen en bewenen, indien de Heere ons zalig makend bearbeidt door Zijn Geest. Dan gaan we alles proberen om onszelf te verlossen, maar dat wordt onmogelijk. Toch is er ont koming, omdat God van eeuwigheid verlos sing heeft bereid. Niet het natuurlijke Israël, maar alleen de kinderen der belofte zullen naar Gods welbehagen verlost worden. Dat welbehagen gaat door de hand van Christus gelukkig voort. Israels behoudenis door het bloed van het lam wijst ons heen naar Chris tus, het Lam Gods, dat de zonde der wereld wegneemt. Maar dat heeft een zware prijs gekost. De meest ontroerende openbaring van de toom Gods tegen de zonde vinden we op Golgotha, waar Christus moest sterven om de toom Gods te stillen. Het bloed aan de posten der deuren van Israels woningen wijst naar het bloed der verzoening, spreekt van Gods grondeloze barmhartigheid. God be vestigt zijn liefde jegens ons, dat Christus voor ons is gestorven, toen we nog zondaars waren. Hier gaan de schatten van Gods gena de open. Hier toont God zijn liefde tot een gevallen wereld, opdat we een schuilplaats zouden vinden tegen de gevaren. Tiendui zend kunnen vallen aan uw rechter- of lin kerhand, maar het zal tot hen niet genaken. Maar u begrijpt wel, dat het niet voldoen de is dat het Lam geslacht is, dat Christus gekmisigd is, maar we zullen dit zelf moeten beleven door de bediening van de Heilige Geest. Het is tot onze waarschuwing. Al zou Christus duizend maal gestorven zijn, het zou ons niet baten, indien het niet werd toe gepast aan ons hart. Christus heeft voorwer- pelijk de zaligheid verdiend, maar het moet ook onderwerpelijk worden toegepast, zal het wel zijn. Zo zei de Heere Jezus tot Petms: Indien Ik u niet was, zo hebt gij geen deel aan Mij. Laat u toch niet misleiden, dat bij de Hei lige Doop we gewassen zijn van onze zon den. Daarmee heeft de Heere wel gesproken in ons leven, maar een persoonlijke band met het bloed van Christus is nodig. De levend makende kracht door Woord en Geest is nodig voor ons. Wanneer de Heere het goede werk in ons begon, dan zal Hij ons zeker voorbijgaan, maar dat is enkel uit genade om de verdienste van Christus. Alleen door het geloof zullen we het kunnen verstaan. De dood van het Lam Gods is mijn leven. Hij is opgestaan, Hij heeft het uitgeroepen: Het is volbracht; en dat was waar, want de Vader heeft Hem opgewekt uit de dood, hetwelk betekent dat Hij het recht Gods had voldaan. Zo is het mogelijk dat onze zonden worden vergeven, want Christus was de plaatsbekle der van Zijn volk. De enige troost beiden in leven en sterven is, dat we mogen weten het eigendom van Christus te zijn. Dan begeren we niet meer met de wereld te leven: Mijn volk zal alleen wonen. Wat eertijds onze lust was, wordt tot een last en omgekeerd. De Heere geve alles schade en drek te achten om de uitnemend heid van Christus. Een dienaar van God, die in de gevangenis zat om de Naam des Hee- ren, tekende een kruis op de kale wand van zijn cel. Aan de voet van het kruis schreef hij DIEPTE. Bij de top van het krais: HOOGTE. En bij de zij-armen: BREEDTE. Wie kan de diepte, de hoogte en de breedte van Christus' offer uitdrakken. Wanneer Ik het bloed zie, dan zal Ik ulieden voorbijgaan. Dirksland Ds. A. M. den Boer In de maanden april en mei wordt in Sommelsdijk de Alpha cursus gehou den. Voor wie is deze cursus? Voor men sen die meer willen weten over het christelijk geloof. Voor mensen die pas christen zijn geworden. Voor mensen die hun geloof nog eens vanaf het begin willen doordenken. De Alpha cursus is ontstaan in een kerke lijke gemeente in Londen. Inmiddels wor den wereldwijd ongeveer 15.000 cursus sen gegeven. In het jaar 2000 volgden naar schatting 1,5 miljoen mensen een Alpha cursus. De Alpha cursus is een plaats waar geen enkele vraag als te simpel of als te bedreigend wordt gezien. ledere belang stellende is van harte welkom. Voor inlich tingen kunt u bellen naar tel.: 481676 of 486048. "Scouting, dat is niks voor mij", zul je mis schien wel denken. Wij willen je graag het tegendeel bewijzen. Op zaterdag 24 maart heb je de kans om te komen kijken wat Scouting nu eigenlijk echt inhoudt. Dan houdt Scouting Jan Joosten namelijk haar Open Dag. De Open Dag begint om 9.30 uur en is om 16.00 uur weer afgelopen. Wij willen jou hierbij hartelijk uitnodigen om bij ons een kijkje te komen nemen. Je kunt deelnemen aan een hele reeks van activitei ten. Zo kun je er achter komen hoe goed je bent in het koken van eten op een hout vuurtje en of je goed om kunt gaan met kaart en kompas. Je kunt ook een aantal nieuwe knopen leren en, als je dat leuk vindt, zelfs je eigen sleutelhanger knopen. Je ziet dan meteen wie er allemaal bij ons op Scouting zitten. Onze Open Dag houden we dit jaar op het terrein bij ons eigen club huis. Dat ligt tegen het terrein van de ijs baan aan. Om bij ons clubhuis te komen moet je dus eerst de parkeerplaats van de WFB over en dan langs het gebouw van de Ijsbaan. Als je komt is het verstandig kle ren aan te trekken die vuil mogen worden. Eten en drinken hoefje niet mee te nemen. Dat is gewoon op het terrein verkrijgbaar. Voor de eerste keer eten en drinken krijg je een tegoedbon. Daarna moet je per con sumptie I gulden betalen. Het lijkt ons ook heel gezeüig als je andere mensen mee neemt. Bijvoorbeeld je familie of een goe de vriend(in). Voor meer informatie kun je bellen met Carolien Lodder, tel.: 682393. Op de Open Dag zelf zijn wij op het club huis bereikbaar onder het nummer 06- 17058377. Weer een pauze. Toen de stem van Dries, kleiner en zonder een Éweem van gewichtig doenerij: "De heb het er naar gemaakt. Ik heb, jaren geleden, beloofd me te zullen onderwerpen aan de kerkelijke tucht als ik me kwam te misgaan. Dat is het! En als dominee het nou piet aan kan nemen. "Den Uyl, broeder.De Wit stond op, voelde evenwel, terwijl hij feijn hand uitstak, iets theatraals in zijn doen. Hier moest alles wel heel Éewoon blijven. Iemand, die zo gewoon over zijn bekering praat. Ze drakten elkaar de hand en meteen wilde Den Uyl de kamer weer uit gaan naar de anderen. Maar de dominee hield hem tegen. "Nog ^én ding. Als je nu berouw hebt, waar berouw, dan mag ik, als dienst- Jonecht van Jezus Christus. *'Laat dat nog wachten, dominee. De moet daarover denken!" Meer zei de boer niet. Maar dominee De Wit, die nu zo zachtjes aan zijn men gen begon te kennen, begreep dat de oude zondaar met zijn harde kop en zijn steile hals wist: "Ik heb nogal wat misdaan! Je kunt dat zo maar niet met een praatje goedmaken". "God weet, dat ik berouw heb", zei Dries nog en draaide zich meteen om. "We gaan naar de vrouwen, kijken of er koffie is". In de gang - alsof hem plots iets te binnen schoot - bleef hij staan, dacht even na en zei toen: "Daar heb ik nu zelf niet zoveel mee te melken. Maar dat van die jongen van nu, nu een paar jaar geleden, tegen Kerstmis.Hij keek de dominee aan. "Toen heeft de jongen niks misdaan. Die is toen weggelopen, toen de andere jongelui wat uitspookten met Coba!" Dominee De Wit streed even met zichzelf of hij het wel doen zou, maar zei toch: "Dat wisten we. Roelf heeft het verteld". "O!" Dries den Uyl gooide zijn hoofd naar achter. Zo, had de jongen het dus toch gezegd en wisten ze het al die tijd al op de pastorie. Hij hield de deur van de kamer open voor de dominee. De anderen zaten gezellig om de kachel, Coba ook. Er werd nog wat gepraat over de ziekte. Vrouw Johanna zei: "Als het de zienkingskoorsen mar nie bin. Daer bin in '98 meer dan zeventig mensen, alleen in Vorma, an ge storven". Lang kon het gesprek niet meer duren, want Machiel moest wel gaan inspannen om de dominee en Jan den Uyl thuis te brengen. En de diepste diepten konden toch niet worden bereikt, nu dominee daar zat met het touw aan zijn broek en in het veel te krappe jasje van Leen- dert, waar de armen te ver uitstaken. Toch had Dries het nog even met leedvermaak over de nieuwe dominee van de Grote Kerk. Nee, dat was werkelijk niks! Dominee De Wit remde dat. Probeerde Dries wat objectiever te doen oordelen. Maar dat baatte niet. Een dominee met een baard en met zulke wilde haren! Toch glinsterden de donkere ogen van Dries: "Ouwe Rens heeft z'n mannetje gevonden en dat meneertje Vaandrager ook. Ze hebben niet zóveel meer in de pap te brokkelen". Dries klapte met z'n vingers. Op de temgweg achter in het rijtuig van de Ruigen Hill zei 'neef Jan' dat hij toch maar voor spek en bonen mee was geweest. Maar hij was veel te blij, dat alles zo gegaan was om zich daaraan te ergeren. Domi nee De Wit had het zo goed naar z'n zin, dat hij zijn hoed afnam voor een der schuurpalen in de wei. "Bonjour, collega". 'Neef Jan' grinnikte. In de Boerenhemel werd 'neef Jan' afgezet voor zijn keurig huisje. Machiel reed Vorma door tot de pastorie in de Achterstraat, maar wil de niet mee naar binnen gaan. Het was al krap genoeg met de tijd om voor het donker thuis te komen. Dominee De Wit werd thuis door zijn vrouw en Mary met allerlei uit roepen van verbazing ontvangen. Hoe zag hij er uit. Mary gierde het uit. Maar moeder was emstiger en luisterde aandacht naar wat haar man vertelde. "Maar Henk", schrok ze, "en dan nu met de tyfus-epidemie en dan het vuile water, datje binnen gekregen hebt!" Mevrouw De Wit was voor haar huwelijk verpleegster geweest. "Dus dat is het dan toch?" vroeg dominee. Mevrouw knikte. "Dokter Verheul is bij me geweest. Ik moet aan het werk morgen!" Dominee keek emstig. "En dan de hygiënische toestanden hier!" Mevrouw De Wit gebaarde met haar handen; "Onmogelijk! Wat zal dat worden!" Dominee ging zich eerst verkleden, kwam spoedig normaal gekleed terug in de kamer, waar de avondboterhammen gereed stonden. Onder het eten vertelde mevrouw van het bezoek van dokter Verheul. Die zat er hevig mee. Hij kende de waanzinnige vrees van de mensen voor deze ziekte. Jaren geleden had in Vorma ook een tyfus-epidemie gewoed. En uit vrees voor besmetting waren de patiënten zo goed als aan hun lot overgelaten. Afschuwelijke tonelen hebben zich toen afgespeeld. Ook nu vreesde hij het ergste. Hij had natuurlijk heel dui delijke voorschriften gegeven. Tot vanmiddag vermoedde men slechts de aard van de ziekte. Nu waren de biljetten aangeplakt. "Bij Verhulst, waar de oudste zoon te bed ligt, is de dienstbode al vertrok ken", vertelde mevrouw. "Natuurhjk kan zuster Groen het werk niet af. Morgen begin ik". "Zo zo!" Dominee at zwijgend verder. Mary zei: "ik blijf thuis na tuurlijk!" "Ja ja!" Nog voor het einde van de maaltijd kwam iemand de dominee halen. De jongen van Verhulst was stervende. Jeanne liet Henk uit. Ze had hem warm ingestopt, zijn das zorgvuldig hoog tegen zijn kin getrokken en keek hem bezorgd na in de donkere straat. Ze huiverde. Vorma lag als een ontzetting om haar heen. Het donkere dorp, waar de ziekte heerste. Waar de kerken stonden en de vrome mensen vreesden voor de dood en weldra alles zouden ver geten uit angst voor het spook der ziekte. De stap van haar man klonk verder in de verlaten straat. HOOFDSTUK 15 RADELOOS STOND JoHANNA Deurlo in de kcuken van Mon Désir. Voorzichtig had, een moment geleden. Keesje van Ast z'n hoofd om de keukendeur gestoken, een pijp in z'n mond 'tegen de bacteriën', en hij had gezegd: "Klaar komt niet meer. Het huis is besmet!" Klaar, zijn dochter, diende als meid op het huis. Toen was hij weggegaan, snel, alsof hij vluchtte van de plek des doods. Nu wist Vorma het! Eindelijk! Het was tyfus. De biljetten werden overal aangeplakt. Ook op de deur van Mon Désir. Dokter Verheul had er bij de burgemeester op aangedrongen, dat er ervaren verpleegsters moesten komen uit de stad. En de mevrouw van de dominee uit de Achterstraat had haar verpleegsterskostuum vanjaren her aangetrokken en die hulp nu zuster Groen. Het was dus waar, wat de oudere mensen reeds gevreesd hadden: Tyfus! En Mon Désir was besmet. Heel dat grote, mooie huis, al de dingen. Johanna voelde iets zwaars in haar borst, toen Keesje de deur achter zich dichttrok: de dood woonde in het huis! Haar handen voelden klam aan. Ze had juist thee gezet en beschuiten gesmeerd en moest naar ouwe Rens, die in de kamer al wel op haar zou zitten wachten. En dan! Dan.moest ze naar Nan, die de ziekte had! Ze moest haar helpen en ze probeerde zich precies de voorschriften te herinneren die dokter Verheul gegeven had, hoe ze handelen moest met alles wat Nan slechts aangeraakt had. (wordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 2001 | | pagina 5