'Ons Huis' Herkingen ontvangt gift van CNV Overdenking uit de Heilige Schrift Reumapatiëntenvereniging Goeree Overflal(l(ee e.o. Erasmuskwartet in Witte Kerkje Vierpolders EIÜVriDEII-niEUWS PAGINA 5 VRIJDAG 12 MEI 2000 Ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan van de hout- en bouwbond CNV schonk deze belangenorganisatie woensdagavond 2.500 aan verenigingsgebouw 'Ons Huis' in Herkingen. De Hout- en Bouwbond CNV is bij uitstek een vakorganisatie die is geworteld in de plaatselijke afdelingen. Vanouds dragen de afdelingen in belangrijke mate bij aan het vakbondswerk en ook nu is dat nog het geval. De bond 'vindt de afdelingen zo belangrijk, dat ze een belangrijke rol spelen tijdens haar eeuwfeest. Het bondsbestuur heeft voor elke afdeling een bedrag van ƒ2.500 beschikbaar gesteld. De afdeling kon dit bedrag ter plaatse besteden aan een cadeau voor de gemeenschap. Daarmee wil men uitdrukken dat de Hout- en Bouwbond CNV een bond is die volop in de plaatselijke gemeenschap staat. De plaatselijke afdehng heeft er voor geko zen om een gift te schenken aan 'Ons Huis' in Herkingen, die uiteraard dankbaar in ont vangst werd genomen. Gelijktijdig werd in 'Ons Huis' een bord onthuld met daarop de namen van bedrijven, e.d., die de laatste jaren geld hebben ge schonken ten gunste van het verenigingsge bouw. Het bord werd onthuld door leden van de plaatselijke afdeling van Hout- en Bouw bond CNV. Deze vraag- en antwoordrubriek staat geheel ten dienste van de lezer die er kostenloos gebruik van kan maken. Uw vragen op velerlei gebied kunt u stu ren aan: Redactie Eilanden-Nieuws, Postbus 8, 3240 AA Middelharnis, met in de linkerbovenhoek 'Vragenrubriek' vermeld. De vragen worden door deskundigen beantwoord en zullen binnen enkele weken na de inzending compleet met antwoord in deze rubriek worden gepubliceerd. mEKNUMMERING Op kalenders geeft men tegenwoordig de weken nummers, en die lopen soms van 1 t/m 53. Ik tel zelf 52 weken als ik bij 1 januari begin. Wat is nu echt de eerste week van januari? Antwoord: De verdeling van het jaar in weken danken wij aan het Oude Testament, dat door de eerste Christenen van de Joden is overgenomen. Die kenden een rustperiode (de sabbat) en die begon bij de zonsonder gang van hun zesde dag en eindigde tegen de avond van hun zevende dag op grond van Genesis 2:3. Geen enkel ander volk had een tijdrekening van 7 dagen. De weken zijn pas bij de opkomst van het christendom aan de Romeinse kalender van Julius Caesar toege voegd. Alle andere tijdrekeningen gingen uit van de omlooptijden van zon en maan en kenden daardoor uitsluitend jaren, maanden en dagen. Met 52 weken maken we ook het jaar niet vol. Er blijven dan ongeveer één en een kwart dag over. Het bedrijfsleven kan bovendien geen maandcijfers vergelijken met onze maanden van ongelijke lengte en nu eens 4, dan weer 5 vrije weekends. Daar om wordt al tientallen jaren voor de statistie ken eenjaar van 13 perioden in plaats van 12 maanden gebruikt. Doordat in die perioden telkens hetzelfde aantal van 4 weken met 4 zaterdagen en 4 zondagen voorkomt, kan men nu in elke tabel of statistiek de bedrijfs resultaten of andere cijfers vergelijken, zon der dat er extra berekeningen nodig zijn om de getallen vergelijkbaar te maken. Dat 13- periodenjaar begint echter niet altijd precies op 1 januari, maar de eerste week daarvan is meestal die kalenderweek waarin 1 januari valt. Na de 52ste week blijven daardoor vaak enige decemberdagen over die in de eerste week van het volgende jaar vallen. Zijn het veel werkdagen, dan kunnen die een 53ste week vormen. Zo begon 1999 laat in de week, op een vrijdag en daarom kwam er in 1998 met 28 t/m 31 december een 53ste week bij. De eerste week van 2000 is nu die van 3 t/m 9 januari en 27 t/m 31 december 1999 kan weer de 52ste week worden. Deze nummering is dus niet nieuw, maar we zien haar de laatste 10 a 20 jaar op steeds meer kalenders aangegeven. n H06E CONIFEREN Mijn buurman heeft op een halve meter van de erfgrens coniferen gepoot. Deze zijn nu zo hoog dat ze de zon wegnemen van mijn groentetuin. Zijn er ook wettelijke normen gesteld wat betreft de hoogte? Antwoord: In het nieuwe Burgerlijk Wet boek, art. 42, boek 5, wordt gesteld dat het niet geoorloofd is heggen of heesters op de Nieuwe japonnen Knippakketten Enorme collectie bruidsstoffen Op maandag 22 mei a.s. organiseert de reumapatiëntenvereniging een voorlich tingsavond over de botziekte van Paget. Als spreker komt Ir. W. Blom, voorlich ter van de Nederlandse Vereniging van Paget patiënten, die hierover het nodige weet te vertellen. Het bestuur nodigt leden én belangstel lenden uit deze avond bij te wonen. Plaats: Paviljoen ziekenhuis Dirksland. Aanvang: 19.30 uur. scheidslijn te hebben, tenzij u met uw buur man overeengekomen bent om de heggen of heesters op de scheidslijn te plaatsen. In dat geval is er sprake van een gemeenschappe lijke erfafscheiding. Over de hoogte van heesters en coniferen wordt nu in de wet gezegd, dat men zich niet kan verzetten tegen de aanwezigheid van heesters of heg gen die niet hoger zijn dan een 'scheids muur' van twee meter hoogte tussen de erven. Buurmans coniferen zijn nu volgens uw schrijven 1,90 meter hoog. Daar is nu dus niets aan te doen. Overschrijden zij de twee meter, dan is het verstandig om eerst in goed overleg met uw buurman te proberen om tot een oplossing van het probleem te komen. Bedenk daarbij dat advocaten tegenwoordig erg duur zijn, dat een goede buur beter is dan een verre rechter en dat u beter tegen zo'n groene haag kurit aankijken dan tegen een houten schutting of stenen muur die als 'scheidsmuur' door elk der naburen mag worden opgetrokken. Waar u zich dus niet tegen verzetten kunt. 6001 EN iCmP: HEI VEttiCHIL Wat is het verschil tussen een boot en een schip? Men zegt dat de lengte bepalende zou zijn, is dat zo? Antwoord: Een echt wezenlijk verschil is er niet. Met beide woorden werd dan ook oor spronkelijk een uitgeholde boomstam bedoeld. Het Middelnederlandse 'boot' ver toont een samenhang met beitel en bijten. 'Schip' komt van het eveneens Middelne derlandse 'schep' of 'scip'. Hier is een samenhang met snijden of houwen. In het spraakgebruik wordt met boot een vaartuig bedoeld en met schip een vaartuig van vrij aanzienüjke afmetingen. De lengte speelt, zoals u stelt, dus wel degelijk een rol! Gebedswerk van lange adem Ik heb den HEERE lang ver wacht; en Hij heeft Zich tot mij geneigd, en mijn geroep gehoord. (Psalm 40:2) De mond vol lof Wachten duurt soms lang. Weleens erg lang. Hoe heerlijk en groot is het als de uitkomst is: niet tevergeefs gewacht! De gelovige keek reikhalzend uit? Des te roemrijker is zijn geloofstaal wanneer hij in twee Middelaarshanden is en ziet! De Psalmdichter van de veertigste Psalm heft er zogezegd het nieuwe lied over aan. Hij heeft de mond vol van Hem Die nabij kwam. Die nabij was. Zijn hart is vol van die ene Naam: HEERE. Zijn mond loopt er van over. Die de HEERE verwachten Wachtenis een inspannende bezigheid. Onrust kenmerkt wachten. Verlangend uit zien en roepen. De HEERE heeft een wachtend volk, vroe ger en nu. Lang geleden en heden. Hij schept een wachtende schare. Let wel: geen af wachtende, maar een verwachtende. Daar staat het Oude Testament vol van. Het Nieu we Testament blijft daarbij niet achter. De Kerk leeft in hoogstaande en blijde verwach ting. Zo Hij vertoeft, verbeidt Hem. Ver wacht Hem. De uitkijkpost van de gebeds- en binnenkamer niet verlaten. Gewis, Hij zal komen. Die de HEERE verwachten, zullen de kracht vernieuwen. Wachten opde HEERE. Dat wil dus naar het tekstwoord zeggen: Hem verwachten. Dan is er de overtuiging dat Hij komt. Omdat Hij met de verwachting ook de ver vulling schenkt. De Geest en de bruid zeg gen: kom. De Geest houdt de Kerk scherp. Achter de voorzanger aan David, de voorzanger, zingt. Hij is ook voor ganger. Geestrijk. Een voorganger en voor zanger die navolging en instemming ver dient. De Heilige Geest blaast de wachtende schare moed in. David getuigt en de Heilige Geest verzekert met klem om vooral maar te blijven verwachten. Want die op de HEERE vertrouwen, zullen niet beschaamd worden. Want die de HEERE verwachten, zullen de kracht vernieuwen. Blijven verwachten, ook al duurt het lang. Blijven verwachten, ook al schijnt een dag soms een jaar. Blijven verwachten, omdat alleen de HEERE verzadigen kan. Blijven verwachten, omdat het de vervulling dubbel en dwars waard is. Blijven verwachten, want Hij neigde het oor tot mij. Hij hoorde mijn geroep. Het roepen en verwachten loont dus de moeite. In de grootste moeite U zit in het midden van uw zonden en ellen den. Een putdiepe verzuchting uit het Avondmaalsformulier is u op uw leven geschreven: ik lig midden in de dood. Nie mand kan uitkomst geven. Niemand kan raad geven. Niemand kan troosten. Handen omhoog. Uitgestoken gebedshanden. Lege handen van een drenkeling die in de modder dreigt weg te zinken en te zakken. Geen afwachtende houding. Daar is de nood te groot voor. U verwacht de HEERE. Als David verwachten: ik riep. Want dat staat er bij: Hij heeft mijn geroep gehoord. In de benardheid en benauwdheid roept David. In de grootste moeite moed ver zameld, in alle zwakheid gebedskracht ver zameld: het geroep omhoog. De Geest der gebeden leidt hogerop. Tot Jakobs God om hulp. Het geroep reikt tot in de troon, waar de Hoorder der gebeden Zijn oor neigt en op Zijn tijd Zijn inspraak doet horen. Een uit spraak naar uw hart: Gods vrijspraak. Eén Hulpbron Ja, overtuigd van zonde, gerechtigheid en oordeel, overtuigd dat u Christus heeft gekruisigd, kan het voor de hulp maar één kant op. Alleen de HEERE kan uitkomst geven! Alleen bij die ene Held bij Wie Hij hulp besteld heeft. In de diepte is er maar één Levensbron. Wanneer het echt door hèt dal en de schaduw van de dood gaat, is er slechts één Fontein des levens. De God Die slaat om te verbinden, slaat één kant uit. Waarbij het niet een dubbeltje op z'n kant is. Neen, inte gendeel zelfs, alle tegenstemmen ten spijt: maar de HEERE zal uitkomst geven, Hij zal het geven aan Hem die er op wacht. In het midden van de ellenden: ik blijf de HEERE verwachten, mijn ziel wacht onge stoord, ik hoop in al mijn klachten op Zijn onfeilbaar woord. Onfeilbaar! Zijn woord! Dat is geweldig groot om aan Zijn lippen te hangen. Gezegende lippen. Vast hopen op Zijn onfeilbaar woord. Hij zal verhoren. Hij zal gewis komen. Zo Hij ver toeft, verbeidt Hem. Wachtwoord De heb de HEERE lang verwacht en Hij heeft Zich tot mij geneigd en mijn geroep gehoord. Een woord van David. Een woord voor wachtende zielen. Een wachtwoord voor de uitziende wachters, voor de roepsters. Een wachtwoord Uit komst verzekerd, birmenkomst gegaran deerd. Het kan lang duren. David schrijft het er bij: lang verwacht. De HEERE kwam niet op commando af en de de HEERE koos niet Davids tijd. Neen, het duurde voor David lang. De HEERE van de uitkomst het wel enige tijd op Zich wachten, maar Hij heeft tóch Zijn oor geneigd en het geroep gehoord. Iemand wacht al lang. U wacht misschien al zo lang. Broeder, zuster, u kunt uw geroep toch niet staken? Als u het probeert, begint het in uw binnenste te koken. Nou dan, aan houden in het geroep en u zult op Gods tijd merken, dat Christus al vóór u riep en dat de Zoon van God al heeft verzoend eer u er om vroeg en dat Jezus uw schuld betaalde voor dat u de rekening gepresenteerd kreeg. Eer u in hechtenis werd genomen - gewis de wach ters en wachtsters bemerken het - heeft de Heere Jezus Christus de bevrijding gewerkt. Zou God geen recht doen Lang wachten? In uw ellenden en zonden? Zou God geen recht doen a£in Zijn uitverko renen die dag en nacht tot Hem roepen, hoe wel Hij lankmoedig is over hen? (Lukas 18) Deze tekst uit Lukas geeft ook meteen aan dat ieder die zijn of haar mond houdt en het recht (beter: het oiu-echt) in eigen hand houdt, niet ter redding gevonden zal worden. Geloof en ongeloof onderscheidt zich juist op het 'hartgrondige' punt van het roepen. Daarom mag het gebed wel zijn: 'Heere, leer ons bidden.' U zegt het: 'En nu, wat verwacht ik, o HEE RE! Mijn hoop, die is op U.' Van de HEERE is veel te verwachten. Ja, de Heere Zelf is te verwachten. Christus verwachten. De bid dende Hogepriester. In Zijn Naam zal de Vader horen. Maar dan ook alleen in Zijn Naam. Om Christus' wil neigt de Vader het oor héél, héél diep. Daarom getuigt de Geest met David: lang wachten loont de moeite, want de uitkomst is boven verwachting. Als je Hem maar eens zult zien! Boven bidden en denken! Opmerkelijke volgorde WonderHjke volgorde eigenlijk in deze tekst. De verwachting staat voorop in de tekst: ik heb de HEERE lang verwacht. Kennehjk stille verwachting, maar wel h£irtstochtelijke verwachting en hartgrondig uitzien. Dan volgt het horende oor van God: en Hij heeft Zich tot mij geneigd. De HEERE legt Zijn oor al heel laag te luister. En zie, léés: dan, tenslotte staat er het geroep. De zeg toch niet te veel wanneer ik zeg dat de HEERE Zijn oor te luister legt om geroep te horen? Ik hoor een profeet fluisteren: 'Ik weet de gedachten die De over U denk, spreekt de HEERE, gedachten des vredes en niet des kwaads, dat De u geve het einde en de verwachting Dan zult gij Mij aanroepen en heengaan en tot Mij bidden en De zal naar u horen!' Kort gezegd: het oor van de HEERE is niet doof maar luistert scherp naar het geroep van de Zijnen, Hij wacht op Zijn gebed om de verwachting te vervullen. Zijn gedachten Ja, 't is een werkelijkheid: over de HEERE raakt de Kerk nooit uitgedacht (vers 6). Pau- lus spreekt de taal des Geestes: uitzinnig Gode. Ontdekkend: ik dacht er niet aan om Hem aan te roepen! Verootmoedigend: Gij hebt andere gedach ten waardoor ik tot andere gedachten kom. 'HEERE, ik roep U aan in al mijn noden!' Stille verwachtinggeroep Christus Jezus: al wat gij bidden zult in Mijn Naam! 'Heere, Gij hebt mij verwachting gegeven.' Kom tot andere gedachten heil verwachten, zoals wachters naar de morgen uitzien. Laat u in de verwachting van Hem niet meer van Gods gedachten afbrengen: volhard in het verwachten ziende op de uit komst (Hebreen 11)! Het genadeloon, de voorgestelde vreugde, de definitieve uitkomst gaat ook nog eens een keer alle verwachting te boven. J. W. van Estrik De eerstvolgende avondmuziek in het Witte Kerkje van Vierpolders zal worden verzorgd door het Eras muskwartet, bestaande uit Lucia Arends (fluit en altfluit), Karin Bijl (fluit), Lucie van Oortmerssen (fluit) en Martine van der Spek (fluit en piccolo). De avondmuziek is op zaterdag 27 mei, aanvang 20.00 uur en de kerk is open om 19.30 uur. Lucia Arends (fluit en altfluit) studeerde fluit aan het Rotterdams Conservatorium bij Ruud Maas en behaalde cum laude haar solistendiploma. Zij speelde in diverse orkesten, waaronder het Rotterdams Phil- harmonisch Orkest, en maakte jarenlang deel uit van Ensemble Nieuw-Werk. Hier mee trad Lucia Arends op in binnen- en buitenland en maakte veel radio-opnamen. Karin Bijl (fluit) studeerde aan het Rotter dams Conservatorium bij Hubert Bahrwa- der en Raymond Delnoye. Na haar studie volgde zij diverse cursussen, in het buiten- lahd bij onder andere Jean Pierre Rampal en Aurèle Nicolet. Nadat zij een aantal jaren actief geweest is in diverse orkesten, is Karin Bijl op dit moment docente aan het Rotterdams Conservatorium en houdt zich voornamelijk bezig met kamermu ziek. Lucie van Oortmerssen (fluit) studeerde fluit aan het Rotterdams Conservatorium bij Raymond Delnoye. In 1978 behaalde zij haar onderwijsakte B en twee jaar later haar diploma solospel. Zij maakte enkele jaren deel uit van het Nationaal Jeugdor- kest. Regelmatig treedt ze solistisch op in verschillende kamermuziekensembles Lucie van Oortmerssen vormt met Albert Moerman een fluit/klavecimbel en fluit/orgelduo. Zij is docente aan de Vrije academie Westvest te Delft. Martine van der Spek (fluit en piccolo) studeerde aan het Sweelinck Conservato rium in Amsterdam bij Joost Tromp en behaalde daar de diploma's docerend- en uitvoerend musicus. Zij volgde Master- classes bij Trevor Mye en William Bennet. Naast het spelen in orkesten houdt Marti ne van der Spek zich nu vooral bezig met kamermuziek. Op het programma staan werken van Wil liam Bird, Georg Philipp Telemann, Euge ne WaUeiers, Antonin Dvorak, Gabriel Fauré, Roupen Shakarian en Mare Bertho- mieu. U kunt de concerten met extra informatie ook nalezen op de Homepage van de Con certcommissie Dorpskerk Vierpolders, http://www.homepages.hetnet.nl/~tele- mann/index .html Del deels met kaarsen verlichte kerk is open om 19.30 uur en de toegangsprijs is min. 5,- (meer mag ook) en een vrijwil lige bijdrage voor koffie of thee in de pau ze. Reserveren kunt u bij het secretariaat. Bas Rijkeboer in Brielle, tel. 0181- 410055, e-mail: bas.rijkeboer@mee- spierson.com. De boer had nog meer reden tot ergernis in verband met het plotse linge vertrek van de wees. Op de hoeve scheen iedereen zijn partij te kiezen. Zijn vrouw, anders altijd even zacht en volgzaam, was onge woon kort en stug, en Hanneke ging stil haar weg. 't Scheen de boer toe, alsof ze hem ontweek; en toen hij gisteren tegen Gerrit Gravels zo terloops had gezegd, dat, als de jongen niet gauw terugkwam, een dagloner zijn plaats moest innemen om te dorsen, had Gerrit Gravels koeltjes opgemerkt: "Dan zullen we maar dadelijk iemand gaan opzoeken, want Frank Lindorp komt niet terug, dat kan ik je wel ver zekeren, boer Willem". "'t Kan zijn, datje 't weet, jij was altijd nogal vertrouwd met die stijf- kop, maar weet je wel, dat ik het in mijn macht heb om hem door de veldwachter weer naar hier te laten brengen?" "Ik geloof graag, datje als voogd dit doen kunt, maar nog veel zeker der weet ik, dat je daar geen plezier van zou hebben. Werken zou de jongen toch geen slag en zeker hep hij opnieuw weg". "Ben ik dan zó slecht voor de jongen geweest, Gerrit?" vroeg de boer, met nauw ver holen verbittering. De bouwknecht haalde de brede schouders op en zei dan kalm: "Dat staat niet aan mij te beoordelen, baas Willem, doch als je ploegpaar den 's avonds terugkeren uit het bouwland, dan zie ik vaak, datje ze een vriendelijk woordje geeft en op de hals klopt. Al deed echter Frank Lindorp nog zo zijn best, nooit heb ik gezien, dat je voor hèm een vriendelijk woord over had, en daarom kan ik mij begrijpen, dat de jongen, wiens hart trok naar de zee, het leven hier op de Guilerhof ondraaglijk vond". "Dus je gelooft, dat ik in mijn verplichtingen als voogd te kort ben geschoten?" De boer kookte inwendig van drift maar zijn stem klonk bedaard en koud, toen hij deze vraag deed. Maar nu fronste de knecht zijn borstelige wenkbrauwen en zei: "Je vader zou in deze zaak geen mensen naar hun mening gevraagd heb ben, boer Van Gullen. Die zou zichzélf hebben afgevraagd: Kan ik voor God getuigen, dat ik een vader geweest ben voor de arme wees, die aan mijn zorg werd toevertrouwd? Vraagje dat óók af, want voor Hem zul je je eens te verantwoorden hebben". Zonder een enkel woord meer te zeggen, keerde de boer Gravels de mg toe en liep de staldeur binnen, doch dit onderhoud met zijn bouw- knecht had zijn ergernis nog aanmerkelijk doen toenemen. -Ook de derde dag kwam Frank niet terug op de Guilerhof, doch wèl kwam een bode van de schout van Elburg met een brief en de vraag of Van Guilen zo goed wilde zijn, het stuk te willen tekenen in zijn kwaliteit van voogd over Frank Lindorp. De inhoud kwam hierop neer, dat Frank Lindorp wilde monsteren als lichtmatroos op de bark 'Het Zuiderkruis' met bestemming naar de Molukken, waarvoor echter de toestemming van de wettelijke voogd nodig was. Het stormde in het gemoed van de trotse boer en zijn eerste opwelling was, botweg te weigeren het stuk te tekenen, doch bij even nadenken schrok hij terug voor de moeilijkheden, welke hij zich door die wei gering op de hals zou halen. Zonder een enkel woord te spreken, zet te hij zijn handtekening. 't Was Frank Lindorp in Elburg boven verwachting meegelopen, in de eerste plaats, doordat hij bij zijn aankomst Geert Abels dadelijk aantrof, en hem bereid vond, om de behulpzame hand te bieden. De eigenaar van Franks ouderlijke woning was tevens bezitter van de nog voor zijn rekening varende brik Het Zuiderkruis, en dit vaartuig lag thans in een der havens van Rotterdam, omdat het te Elburg niet gemakkehjk kon binnenvallen door het vele ijs in de Zuiderzee. Geert Abels wist, dat Het Zuiderkruis op vertrek lag naar de Moluk ken, doch of de bemanning reeds voltallig was, kon hij niet zeggen. De oude schipper Van Diggel, bewoner van het schippershuis, had in zijn jeugd reeds met de grootvader van Frank Lindorp op hetzelfde schip gevaren. Tegen de avond ging Geert Abels met Frank naar het schippershuis en een ogenblik later stond hij tegenover de oude stugge zeeman. "Wat heb jij aan de hand. Abels, en wat moet er met die jongen?" zo klonk de zware stem van schipper Van Diggel; en toen hij bij deze niet zeer vriendelijke begroeting de jongste van de bezoekers aan keek, voegde hij er onmiddeüijk bij: "Jij bent zeker een jongen van stuurman Lindorp?" "Jawel mijnheer, Ue ben de enige zoon van Herbert Lindorp", luidde het antwoord. "En wat is er nu, Abels, wat heb je op je hart?" vroeg Van Diggel ver der. Zo kort mogelijk deelde de visser de oude zeeman het doel van zijn komst mee en toen hij uitgesproken was, keerde Van Diggel zich tot Frank en zei: "Dus jij wou het zeegat uit, jongen? Weetje wel, dat het leven aan boord van een schip voor een jonge gast, die nooit gevaren heeft, vaak een hard en een zuur leven is?" "Dat moet toch iedere zeeman doorgemaakt hebben, mijnheer! Waar om zou ik daar dan voor terugschrikken, alle Lindorps waren zeelui en ik wil óók naar zee. Och, mijnheer Van Diggel, u hebt mijn vader gekend, en Geert heeft mij verteld, dat u al met mijn grootvader geva ren hebt, help mij aan een plaatsje op een vaartuig - ik wil en kan geen boer worden". De eerlijke, blauwe ogen van de jongen keken smekend naar het bar se gelaat van de oude gezagvoerder, en deze bromde: "'t Is waar, men maakt van een zeehondenjong nu eenmaal geen paar- denveulen", en op geheel andere toon voegde hij erbij: "Nou jongen, als je dan met kracht en geweld varen wilt, dan zul je varen, en zo waar ik leef, het doet mij oude zeerob goed, dat een jonge gast van 't echte ras hunkert naar de vrije lucht op de grote zoute plas. Het Zui derkruis heeft al wel zijn bemanning voltallig, maar ik zal je een brief meegeven voor de schipper en die zal jou wel een plaatsje aan boord bezorgen; doch denk er om, Lindorp, dat schipper Stossema de mak- kehjkste niet is. Maar als je goed wilt, is hij de man, die een echt zee man van je maken zal. Het kan echter nog wel een dag of tien duren, voor Het Zuiderkruis het zeegat uitvaart; het schip is nog slechts gedeeltelijk beladen, en nu zal het maar het beste zijn voor jou om zo lang mogelijk in Elburg te blijven, dan heb ik gelegenheid om voor je uitrusting te laten zorgen; ik wil niet hebben, dat een kleinzoon van Frank Lindorp als een boerenknecht aan boord van Het Zuiderkruis komt". Een blos van vreugde kleurde thans de wangen van de jongen. "Jij zult wel niet al te ruim in je logies zitten. Abels, dus kan dit jong- mens beter bij mij blijven zolang hij nog aan wal is, dan dat jij hem aan boord neem; wat denk je daarvan. Abels?" Geert had er niet veel tegen in te brengen. Hij vroeg alleen nog: "Zou de schipper van Het Zuiderkruis er geen kwaad bij kunnen, als hij een minderjarige jongen zonder toestemming van zijn voogd meeneemt op zijn schip?" Enigszins onwillig haalde de aangesprokene de schouders op en zei dan na kort beraad: "Dat maak ik wel met de schout in orde". Acht dagen bleef Frank in het schippershuis, en toen hij naar Rotter dam vertrok, was hij gekleed in keurige zeemanskleding en voorzien van een goed gevulde plunjezak. Hij had in die acht dagen het hart gewonnen van de oude zeeman, die met een bejaarde huishoudster zijn leven sleet in het schippershuis, waar hij in zijn jeugd zo menige goede dag had doorgebracht met Frank Lindorp, de grootvader van de jongen. "Denk er aan, Frank", zo zei hij bij het afscheid tot de jonge varens- gast, "dat het schippershuis voortaan je tehuis is en aan wal, als je, zo God wil, behouden thuisvaart". (wordt vervolgd) Overhandiging van de cheque van Jan Tuinstra bruidsmode i n a 2411 AE Bodegraven 0172-613751 Zuiddijk 16 3244 AZ Nieuwe Tonge 0187-652134 Om u zo goed mogelijk te kunnen helpen werken wij alleen op afspraak

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 2000 | | pagina 5