Overdenking Albeda College Rijden in de mist BART] OPEN OCHTEND uit de Heilige Schrift EiüvnDEii-niEUVS HET .ÖJKVENSTER uQüaata uooa oc mnNscHiifi auciaaamEautfioRicT 'Van Vrouw tot Vrouw' Een liefelijke nodiging Wekelijks gasverbruik Abonneert U op Eilanden-Nieuws Daar leer je niet alleen VERVOLGVERHAAL de DrapMersleerling PAGINA 5 VRIJDAG 14 JANUARI 2000 Blik op kerk ^^y en samenleving Ij - Het Koninklijk Huis - De leugen regeert - Majesteitsschennis De laatste tijd erger ik me in toenemende rnate aan de manier waarop sommige media zich veroorloven hun mening te ventileren over het Koninklijk Huis, met name over Koningin Beatrix. Ik ga nu maar voorbij aan de zo langzamerhand ingeburgerde gewoon te haar aan te duiden als de Majesteit. Eén keer moet iemand dat voor het eerst gezegd of geschreven hebben, maar nu is het al gewoon geworden. Het vloekt niet alleen met het Nederlands, want Majesteit is een aan spreektitel en kan geen lidwoord krijgen, maar er zit ook iets denigrerends in. In tal van ingezonden stukken wordt ertegen geprotes teerd, maar dat schijnt weinig effect te sorte ren. Erger is dat journalisten blijkbaar niet alleen geen respect kunnen opbrengen voor de Koningin, maar ook de regels van de welge- voeglijkheid aan hun laars lappen. Ik denk aan de ontmoeting die er enige tijd geleden was tussen Hare Majesteit en prominente figuren uit de perswereld. Uitspraken die de Koningin daar informeel had gedaan stonden de andere dag zwart op wit in de kranten. Vooral het berucht geworden gezegde 'de leugen regeert' is haar nogal kwalijk geno men. De persmensen die daarover vielen moeten zichzelf maar eens onderzoeken of ze het er misschien naar gemaakt hebben... Want sommige kranten verlagen zichzelf, als het over leden van het Koninklijk Huis gaat, tot het niveau van de boulevardpers. Elsevier, toch door de jaren heen een fat soenlijk blad, lees ik de laatste tijd, wanneer het over het Koninklijk Huis gaat, met krom me tenen. In het nummer van 1 januari stond een artikeltje met kritiek op de Kersttoe spraak van de Koningin. Wij, aan de rechterkant van de Gereformeer de Gezindte, mogen soms denken of zeggen dat het Kerstevangelie in deze toespraken wel wat helderder uit de verf zou mogen komen, maar in ieder geval refereert de Koningin toch altijd nog aan de komst Van Christus in deze wereld. Dat laatste nu is Gerry van der List in het verkeerde keelgat geschoten. Volgens hem moest de Koningin beter besef fen dat we een multiculturele samenleving zijn, zodat de allochtonen geen boodschap hebben aan het Kerstevangelie, terwijl ook vele autochtonen niet meer geloven in de God van de Bijbel. Met andere woorden: de Koningin moest dat christelijke tintje er maar uitlaten... Nog erger maakt Pim Fortuyn het van tijd tot tijd. Hij is, zoals bekend is, een voorstander van de republiek, en geeft regelmatig in zijn column lucht aan die gevoelens. Maar in Els evier van 8 januari was het wel erg raak.De Koningin moet niet klagen over aantasting van haar privacy, want zij heeft er immers voor gekozen om een ambt te bekleden waar in ze in de schijnwerpers staat? Daarbij insi nueert hij dat zij in haar privé-leven weleens dingen gedaan zou hebben die niet door de beugel kunnen en waar zij dus geen pers bij nodig had. Om even de sfeer te laten proeven moge het slot van zijn artikel letterlijk volgen: "Die mevrouw in haar van rijkswege ver strekte paleizen, met haar luxueuze levensstijl en haar belastingvrijdom zal ons gaan onderwijzen over zoiets als soli dariteit. Geef zelf het goede voorbeeld, zou ik zeggen". Soms vraag je je af of dat nu allemaal zomaar kan. In de vorige eeuw hoefde je heel wat minder te zeggen of te schrijven om veroor deeld te worden wegens majesteitsschennis. Waarnemer Deze vraag- en antwoordrubriek staat geheel ten dienste van de lezer die er kostenloos gebruik van kan maken. Uw vragen op velerlei gebied kunt u stu ren aan: Redactie Eilanden-Nieuws, Postbus 8,3240 AA Middelharnis, met in de linkerbovenhoek 'Vragenrubriek' vermeld- De vragen worden door deskundigen beantwoord en zullen binnen enkele weken na de inzending compleet met antwoord in deze rubriek worden gepubliceerd. BUKFIEKHISTOaiE Enige tijd geleden kwam ik in het bezit van een ballets. Werden bakfietsen gemaakt door de plaatselijke smid of timmerman of door een fabrikant? Bestaat er nog docu mentatie Antwoord: Voor de oorlog kwam het inder daad voor dat een bakfiets door de plaatselij ke smid en dan vaak in samenwerking met een timmerman in elkaar werd gezet. Maar de meeste bakfietsen waren toch afkomstig van bekende fietsenfabrieken, om er een paar te noemen: Juncker, Gazelle, Maxwell en Magneet. Voor nadere documentatie kunt u terecht bij de secretaris van de Vereniging 'De Oude Fiets', de heer M. Bouwmans, Grotestraat 72, 5431 DLCuijk, tel. (0485) 314915. Als je na het overlijden je lichaam aan de wetenschap ter beschikking stelt, zijn daar dan kosten aan verbonden? Antwoord: Als u uw lichaam ter beschik king van de wetenschap wilt stellen dan kunt u een brief schrijven naar de directie van een Academisch Ziekenhuis, bijvoorbeeld te Groningen, Nijmegen, Utrecht of Leiden en meedelen dat u uw lichaam bij overlijden wilt afstaan ten dienste van de wetenschap. Van hen ontvangt u dan de benodigde for mulieren. Zij regelen o.a. de aangifte van overlijden en het transport van het lichaam, hier zijn voor u geen kosten aan verbonden. Op het moment dat wij dit schrijven hante ren een aantal universiteiten een aanmel- dingsstop, o.a. de Universiteit Utrecht. De reden hiervoor is dat de formulieren met betrekking tot de Wet op de Orgaandonatie veel mensen hebben geconfronteerd met de vraag wat te doen na het overlijden. Als gevolg hiervan is het aantal reacties die de universiteiten ontvingen dusdanig groot dat zij genoodzaakt waren de aanmeldingsstop in te stellen. Men zou het ongepast vinden als men meer aanmeldingen zou accepteren dan het aantal lichamen dat men in de toe komst nodig denkt te hebben. Zij zouden dan niet meer in staat zijn aan de beschik baarstelling een respectvolle invulling te geven. Eventueel kunt u zich tot het Labora torium voor Anatomie en Embryologie van de Universiteit van Leiden wenden, tel. (071) 5276660, waar nog wel nieuwe aan meldingen geaccepteerd worden, of met de vakgroep Functionele Anatomie, tel. (030) 2538337. Sinds de buren hun open haard hebben ver vangen door een allesbrander hebben wij last van rook en stank. Is de rook van een Doopsgez. Gemeente Ouddorp Op D.V. woensdag 19 januari a.s. hopen we weer een open ochtend voor vrouwen te hou den in de ontmoetingsruimte van het kerkge bouw van de Doopsgezinde Gemeente, Dorpstienden 3 te Ouddorp. Iedereen is van harte welkom! Onze gast- spreekster voor deze morgen is Tineke de Boer met het thema Groeien in gehoorzaam heid. Het programma begint om 9.30 uur en eindigt om ongeveer 11.00 uur. In de hal is een verkoping van handwerkartikelen, CD's en boeken. Na afloop van de open ochtend is er gele genheid om na te praten en om elkaar te 'ont moeten'. Heeft u kleine kinderen en kunt u voor hen geen opvang vinden, geen nood, er is kinderopvang aanwezig. Zegt het voort en neem ook uw vriendinnen, kennissen, fami lie, buren enz. mee. De kerngroep 'Van Vrouw tot Vrouw' allesbrander schadelijk, mag je letterlijk alles branden in een allesbrander? Is er een instantie die toezicht houdt? Antwoord: Wij ontvangen veel klachten over het branden van open haarden en alles- branders. Helaas denkt men vaak dat je in allesbranders letterlijk alles kunt verbran den. Dit misverstand wordt natuurlijk in de hand gewerkt door de benaming. De bena ming houtkachel ware beter geweest! Ook zijn de smalle schoorstenen van veel moder ne huizen niet op fel oplaaiende vuren van allerlei afval berekend. Plastics en ook geverfd hout en andere materialen brengen niet alleen schadelijke stoffen in het milieu, maar zorgen ook voor veel roetafzetting bin nen het rookkanaal. Wordt er van alles gestookt, dan kunnen zich daar diverse stof fen aan vasthechten en o.m. creosootvor- ming veroorzaken. Die kan al bij een tempe ratuur van 500 a 600 °C ontbranden, terwijl bij het stoken van hout al gauw zo'n 1000 °C bereikt kan worden. Als de schoorsteen dan niet meermalen per stookseizoen geveegd wordt, kan er al spoedig een fikse schoor steenbrand ontstaan. Er is voldoende geschikt brandhout in de handel in de vorm van tevoren goed gedroogd hout, dat bij een rustige verbranding veel minder last geeft dan de zelf gesprokkelde, vochtige takken en het oude hout van geverfde kasten en gelak te meubelen. Om de uitstoot van milieube lastende stoffen tot een minimum terug te brengen heeft de overheid een TNO-keuring verplicht gesteld. Sinds 1 juli 1997 mogen niet-gekeurde kachels niet meer worden ver kocht. U heeft dus last van buurmans alles brander, wij raden u aan om eerst met praten tot een oplossing zien te komen. U zou bij voorbeeld afspraken kunnen maken over de tijdstippen waarop gestookt wordt. Ook zou u kunnen voorstellen om de schoorsteen door middel van een pijp te verhogen. Hier mee kan worden bereikt dat minder rookgas sen uw woning bereiken. Woont u in een huurwoning dan kunt u het probleem ook voorleggen aan de verhuurder. Helpt dit alles niet dan kunt u contact opnemen met de dienst Bouw- en Woningtoezicht of de afde ling milieu van uw gemeente. In uitzonder lijke gevallen kan een gemeente via 'be stuursdwang' het gebruik van een allesbran der verbieden. siitEmEL Om kaas te maken wordt stremsel uit de kal- vermaag gebruikt. Nu dacht ik dat daarvoor het kalf geslacht moest worden. Een kaas handelaar vertelde mij echter dat het strem sel ook bij levende kalveren afgenomen kan worden. Is dit zo? Antwoord: Volgens het Voorlichtingsbu reau voor de Zuivel kan het stremsel helaas toch uitsluitend en alleen uit de lebmaag van het kalf verkregen worden na de slacht van het dier. Volgens hen is het ook niet zo dat het opgevangen kan worden bij het spontaan opbraken zoals u heeft gehoord. Indien u gevoelsmatig problemen heeft met deze methode van kaasbereiding, dan kunt u in reform- en biologisch-dynamische winkels en tegenwoordig ook in sommige super markten, vegetarische kaas kopen. In deze kaas gebruikt men plantaardig micro-bieel- stremsel. "O, alle gij dorstigen! komt tot de wateren. (Jesaja 55:1a) Welk een rijke nodiging die Jesaja, de Evan gelist van het Oude Verbond, in naam van de Heere, aan zijn volk mag doorgeven. Ze zit ten door eigen schuld als ballingen in Babel. In hun treurnis hebben zij de harpen aan de wilgen gehangen. Jesaja mag hen heenwij- zen naar de komende Messias en Verlosser, de Heere Jezus Christus. De nodiging gaat naar hen uit: "O, alle gij dorstigen! komt tot de wateren.God belooft hun dorst te les sen en hen te redden uit alle nood. En God vervult zijn beloften! Hij verlost hen uit de ballingschap in Babel. De gemeenschap met God, door Israël verbroken door hun afval van God, wordt hersteld. De Heilige Schrift gebruikt het woord 'dorst' om uit te drukken de behoefte aan iets, dat onmisbaar is om te kunnen leven. Ook is dorst lijden het treffend beeld van het brandend verlangen naar God, dat door de Heilige Geest in het hart wordt verwekt. Duidelijk is... het gaat in de nodiging van Jesaja om geestelijke zaken. "O, alle gij dorstigen! komt tot de wate ren..." Deze liefelijke nodiging is ruim. Naar alle dorstigen breidt de Heiland zijn armen uit. Ook naar hen "die hun geld uitwegen voor hetgeen geen brood is, en hun arbeid voor hetgeen niet verzadigen kan" (vers 2). Hier is het welmenend aanbod van Gods genade! De heilsaanbieding aan allen die het Evangelie horen. We hebben niet een voor waardelijk, we hebben een onvoorwaardelijk evangelie. De bekende prediker R. Erskine heeft daar over gezegd: "Beter geen evangelie dan een voorwaardelijk evangelie". God heeft geen lust in de dood van de zondaar. Daar doet Hij zelfs een eed op. (Ezechiël 33:11). En de gezanten van God bidden van Christuswege: "Laat u met God verzoenen". Niemand trek- ke de welgemeendheid van het Evangelie in twijfel. "O, alle gij dorstigen! komt tot de wate ren..." Dorstigen worden genodigd. Dat ligt voor de hand, want zonder dorst heb je geen behoef te om te drinken. Dorsten... dat doen we allemaal. De een dorst naar roem en eer, de ander naar rijkdom en luxe, naar verre reizen of naar allerlei genot, grof of verfijnd. Deze dorst is niet te lessen. Ze wordt niet blijvend bevredigd. Wat zei de kerkvader Augustinus ook weer? Dit: "Onrustig is ons hart, totdat het rust vindt in God". Hij zei het uit eigen bittere ervaring. En wie moet hem niet bijvallen? Er is maar één Bron die de dorst van de ziel kan lessen. Dat is de Heere Jezus Christus alleen. Nog gaat de roe ping door het Evangelie voort. Wordt u geno digd te komen tot de heilsfontein in Christus ontsloten. Afwijzing van deze nodiging heeft als uiter ste consequentie een eeuwig dorsten zonder enige verkwikking. Zoekt dan de Heere ter wijl Hij te vinden is, roept Hem aan, terwijl Hij nabij is (vers 6). Wie dorst naar God? Die meijs, die de wer kelijke nood van zijn leven leert kennen... zijn schuld voor God. Die door Woord en Geest aan de weet komt, dat hij God mist. Er komt een dorst naar vergeving van zijn grote schuld, door het verzoenend bloed van Chris tus. Een verlangen naar de genade van God. Om de Heere Jezus te mogen vinden en in Hem vrede met God. Naarmate de dorst naar God heviger wordt, neemt de dorst naar de wereld af. Dorstige pelgrims op weg naar het hemels Jeruzalem, u wordt genodigd. Komt tot de wateren, komt tot Christus. Komt en drinkt uit de Fontein van het levende water. Drin ken dat is volkomen afzien van onszelf en het alleen wagen met Christus in leven en ster ven. "O, alle gij dorstigen! komt tot de wate ren..." Komen... dat is getrokken worden door de liefde van God en geloven in de reddende liefde van de Heere Jezus Christus. Deze genade is verdiend door Hem, die dorstte aan het kruis van Golgotha en uitriep: "Mij dorst". Daar gaf Hij zijn ziel tot verzoening van de zonde. Daar werd het heil verworven en nu uitgedeeld om niet, "zonder geld en zonder prijs". In deze bedeling zal de dorst steeds blijven. We moeten steeds opnieuw drinken. Nim mermeer dorsten, het is weggelegd voor het leven na dit leven. Dan gaat in vervulling: "Zij zullen niet meer hongeren en zullen niet meer dorsten, en de zon zal op hen niet vallen, noch enige hitte. Want het Lam dat in het midden des troons zit, zal hen weiden, en zal hun een Leidsman zijn tot levende fonteinen der wateren..." (Openbaring 7:16, 17a). Lof zij dat Lam in eeuwigheid! B. H.H. van gezinnen in liet stool(selzoen 1999/2000 Geldend voor de provincie Zuid-Holland Verbruiken van 3-1 t/m 9-1-2000 Binnen het grote Albeda College is een zeer groot aanbod van beroepsopleidingen. Deze opleidingen vinden plaats op het gebied van Gezondheidszorg, Welzijn, Dienstverle ning, Voeding, Techniek, Educatie en Eco nomie. Oude Tonge is een locatie van het Albeda College waar verschillende opleidingen tot Sociaal Pedagogisch Werker (SPW) en een aantal economische opleidingen worden aangeboden. SPW De opleiding tot sociaal pedagogisch werker is het afgelopen schooljaar sterk veranderd. In tegenstelling tot de vorige jaren verzorgen wij op onze locatie bij voldoende aanmel ding een opleiding Helpende Welzijn op niveau 2. Daarnaast worden er opleidingen tot sociaal pedagogisch werker op niveau 3 en niveau 4 gegeven. De opleiding is een goede voorbereiding op het zelfstandig werken en het dragen van verantwoordelijkheid in instellingen of voorzieningen waar mensen wonen of ver blijven, extra hulp, ondersteuning of bege leiding nodig hebben. Niveau 3 duurt 3 jaar en is specifiek gericht op de kinderopvang, het basisonderwijs en assisterende in de gehandicaptenzorg. Niveau 4 duurt 4 jaar en richt zich op leerlingen die af willen studeren in de richting woonbegeleider en activiteiten begeleider. Gedurende de opleiding wordt er ongeveer 25% van de tijd besteed aan de beroepsprak tijkvorming (stage). Dit betekent dat de leer ling veel praktijkervaring opdoet om zich het vak zo goed mogelijk eigen te maken en na het behalen van het diploma als volwaar dige beroepskracht aan het werk kan. Daarnaast zijn er diverse doorstroommoge lijkheden naar het HBO. Economie Al jarenlang heeft de vestiging te Oude Ton ge een uitstekende naam op het gebied van economische en administratieve opleidin gen. De leerling kan hier kiezen voor een opleiding tot secretaresse, (bedrijfs-) admi nistratief medewerker, administrateur of commercieel medewerker banken en verze keringen. De keuze voor één van bovengenoemde stu dierichtingen wordt pas in de loop van het eerste leerjaar gemaakt. De opleidingsduur kan, afhankelijk van de vooropleiding en de gekozen studierichting, variëren van 2 tot 4 jaar. Gedurende de opleiding wordt 20% van de tijd besteed aan de zogenaamde beroeps praktijkvorming (stage), hetgeen betekent dat een leerling daadwerkelijk in een bedrijf of instelling functioneert. Dit is van groot belang omdat primair wordt opgeleid voor uitstroom naar de arbeidsmarkt die al vele jaren zeer gunstig is. Daarnaast biedt de opleiding een goede voorbereiding op diver se HBO-opleidingen. In deze tijd van het jaar kan het 's morgens mistig zijn. Autorijden in de mist levert extra risico's op, waar men zich dan ook terdege van bewust moet zijn. Het is allereerst van groot belang om rustig te rijden. Snel rijden heeft geen zin, want uw voorganger heeft zijn snelheid waarschijnlijk wel aangepast. Zet altijd bij mist en slecht zich de lichten aan, overdag minstens dimlicht en bij dichte mist en zware regen of sneeuwval mag u mistlichten voeren. Mistachterlicht voert u alleen bij mist en sneeuwval, wanneer het zicht minder is dan 50 meter, dus niet bij regen, 's Nachts kunt u ook groot licht voeren, wel moet u er op letten dat u mede-weggebruikers daardoor niet verblindt. Ook heel belangrijk zijn schone ruiten. Goed functionerende rui tenwissers kunnen u heel wat ongemakken besparen. Zet wanneer u instapt ook de achter ruitverwarming of airco aan, want tijdens het rijden is de kans groot dat de ruiten beslaan en er nog meer mist komt, maar dan in uw auto. J. Lens Itc^moi Eei^^kaal uitl^moeitijd van de Leidse Lakenindustrie -18- "Ja, en - voegde het manneke er snel aan toe - en dat er gisteravond bij de eerwaar de dominee Lucas, die al tien jaren op Loevestein is vastgehouden, een verbo den bijeenkomst is geweest van de remonstranten, en dat er giften en gaven zijn afgezonderd voor de gezinnen van de verbannenen, en dat mag ook niet. "Hoe weet ge dat? - vroeg de schout - Is het wel waar, opdat ik niet voor niets mijn mannen er heen zend? Want ge weet dat ze zouden lachen als het tevergeefs was en als de vogel weer ontvloog". "Ik heb hem er gisteravond zien binnengaan toen het geheel duister was geworden. Hij kwam met zijn vrouw, die nog altijd binnen de stad mag blijven, vrolijk en wel, van de samenkomst terug. En kort daarna ging zijn vrouw alleen heen naar haar woning. Ik heb haar laten nagaan door Gijs, mijn knechtje. "Is die jongen te vertrouwen, dat hij ons niets op de mouw speldt?" vroeg De Bondt nu. "Te vertrouwen als de beste, heer schout. Geen hond zou mij trouwer kunnen zijn dan hij het is". Even speelde er iets ongekends in die schijnbaar onnoze le ogen. Vooral toen hij bij het noemen van die 'hond' de schout schits zag opkijken, alsof hij wilde zien of Die- ricksen het wel zo onnozel bedoelde als hij het zei. Maar hij werd gerustgesteld. "En wie heeft verder de huizinge van Van Dueren in het oog gehouden, zodat wij zekerheid hebben dat Passchier ons weer niet ontsnapt?" "Ik heb de gehele nacht er de wacht bij gehouden, heer schout. Geen slaap heeft mijn oog geloken. En nu is Gijs er, en..." "Genoeg, genoeg!" hield de schout de verdere woorden vloed tegen. "We zullen ons haasten". Zijn hand greep naar een schellekoord, waaraan hij trok. De gewone deur ging open en de vertrouwdste van de schoutendienaars kwam binnen. "Maak u dadelijk gereed om met nog twee dienders en vier diefleiders te vergezellen. Maar spoedig. Het was nauwelijks negen uur in de morgen toen de schoutendienaars - dienders noemde het Leidse volk ze - uitrukten, goed bewapend. De tocht was niet ver. Schout de Bondt vergezelde hen zelf. Zijn gelaat stond nors en bitter. En de voorbijgangers waagden het ternauwernood te kijken wat er aan het handje was. Ze bleven liever op een afstand, want ze wisten dat schout de Bondt niemand ontzag. Daar ging de klopper op de deur van Van Dueren naar omlaag. Eindelijk werd opengedaan. Een kreet klonk; ontdaan, wit als een lijk, stond daar de al niet meer jonge dienst maagd tegenover de schout. "Breng me bij Passchier de Fijne, die hier is", beet de schout haar kort toe. "Ik zal mijn meester roepen; ik heb hier slechts te gehoor zamen en niet te gebieden", zei de maagd, die haar tegen woordigheid van geest weer had teruggekregen. "Zo, ge ontkent dus niet dat die kerkverderver hier is?" "Ik heb niet te ontkennen of te bekennen. Ik ga mijn meester roepen", herhaalde de dienstmaagd. "Ik ga met u mee!" antwoordde De Bondt. "Lammers, - gebood hij zijn trouwste diender - gij vergezelt me, en gij, mannen, - voegde hij de anderen toe - blijft op uw post en denkt aan uw taak!" En toen spoedden hij en Lammers zich het huis in. Vluch tig werden de benedenkamers doorzocht, die alle op de lange gang uitkwamen. Niets verdachts werd gevonden. Doch het was nog vroeg in de morgen en wellicht zou boven, in de slaapvertrekken, wat gevonden worden. Dus werd de tocht naar boven voortgezet. Maar hoe ook werd gezocht, van Passchier de Fijne was niets te ontdekken. Schout de Bondt was woedend. Zou de vogel hem ook nu weer ontvliegen? Of zou Diericksen hem wat voorge- praat hebben? Als deze hem niet willens en wetens bedroog, dan had hij zich niet behoorlijk gekweten van de bewaking van het huis. De heer van Dueren liet hem rustig begaan, gaf hem alle inlichtingen, die de heer schout verlangde. Zeker, de vorige avond waren wat bejaarde broeders en zusters uit de kringen der remonstranten samen geweest, die de voor hen moeilijke tocht naar Warmond niet meer konden ondernemen. Ze hadden zich verbonden de gezinnen der verbannenen te steunen. En.Passchier de Fijne was op de late avond gekomen en had ze bemoedigd. Maar daar was niets gebeurd wat het daglicht niet kon zien. Rustig verklaarde Van Dueren dat alles, en zijn vrouw stond er bij en bevestigde het. "En waar Passchier de Fijne was?" vroeg De Bondt, wat zachter gestemd nu hij tegenover deze oude mensen stond. "Niet meer in dit huis - antwoordde Van Dueren. - Hij is vertrokken". Of hij nog in de stad was? En of Van Dueren zeggen kon waar Passchier nu toefde? "En al zou ik het weten - was het rustige antwoord - dan zou de Schout toch niet verlangen dat ik verradersdien sten bewees; ik heb dat mijn ganse leven niet gedaan, en nu ik oud geworden ben, kan iemand als Schout de Bondt dat toch niet van me verlangen". "Maar ge weet toch, dat ik u op 's Graven steen kan laten gevangen zetten?" vroeg de schout gestreng. "Dat weet ik, - antwoordde Van Dueren - en dan zou er een onschuldige meer daar gezucht hebben. Eerst hebben de martelaren er gezeten, in de bloedige dagen van koning Filips en Alva. En daarna, heer schout, hebt ge er al velen doen zuchten in het Steen. Waarom doet ge dat toch? Waarom laat ge ons niet de vrijheid, die ge voor uzelf hebt?" "Ik ben geen godgeleerde - beet de schout hem af, die alleen uit eerbied voor de grijze haren van Van Dueren had gezwegen. - Ik laat dat aan de godgeleerden over, en volbreng alleen mijn plicht. Ik heb der stede keuren te handhaven, en ge weet dat ge geen buiten de stad geban- nene herberg of onderdak moogt verlenen, op poene van boete, en ook dat ge de gezinnen der gebannenen niet moogt steunen. En wat de zaak zelf aangaat - en nu kwam er in het harde gezicht van de schout een zachter trek en was er heilig vuur van overtuiging in zijn ogen - zoals ik al gezegd heb, past het mij niet daarover te twis ten. Maar ik wilde dat u de ogen geopend werden en dat ge ziet hoe ge de eer van de kerk, en de eer van Christus, Die alles volbracht heeft om niet, uit genade, met voeten treedt door op uw leeftijd nog mee te lopen in het gespan der vijanden". Nu zweeg ook Van Dueren. Nu stonden daar niet langer twee vijanden tegenover elkaar; nu stonden er daar twee, die beiden meenden de waarheid Gods op de rechte wij ze op te vatten, en die zonder bitterheid van hun geloof wilden rekenschap geven. "Overigens, heer schout, ben ik zelf tot uw beschikking. Ik wil u niet van uw plicht afhouden. Meent ge mij te moeten gevangennemen, ik ben tot uw beschikking". Bijna beschaamd stond de schout daar. Wat moest hij daarop antwoorden? "Indien zulks nodig is, zal ik u doen voorleiden. Blijf nu nog maar thuis, doch beloof me de stad niet te zullen ver laten". "Dat is een gemakkelijke belofte voor iemand van mijn leeftijd, heer schout. Ik beloof u dat graag. En doe te mij nen opzichte uw plicht. Verschoon mij niet om mijn ouderdoms wil. De enige verschoning, die zich laat wet tigen, ligt in de omstandigheid, dat mijn huisvrouw reeds zeer ver op haar dagen gekomen is, en dat ze de beroering niet licht te boven zou komen". Schout de Bondt vertrok, aanvankelijk in heel wat milder stemming dan waarin hij gekomen was. Zijn dienders en diefleiders liet hij weggaan. Natuurlijk stonden er mensen te kijken, die uitweken toen de schout te voorschijn kwam. De schout zag rond om zich. (wordt ven'olgd) oo.—V. Hï Normaal jaar- verbruik 500 600 700 800 900 1000 1100 1200 1300 1400 1500 1600 1700 1800 1900 2000 2200 2400 2600 2800 3000 3500 4000 4500 5000 5500 6000 6500 7000 7500 8000 8500 9000 9500 10000 Streef- verbruik m= 15 18 21 24 27 30 33 37 40 43 46 49 52 55 58 61 67 73 79 85 91 106 122 137 152 167 183 198 213 228 243 259 274 289 304 9 11 12 14 15 17 18 20 21 23 24 26 27 29 30 33 37 40 43 46 53 61 68 76 84 91 99 106 114 122 129 137 145 152 Totaal streef- verbruik 149 179 208 238 268 298 327 357 387 417 446 476 506 536 565 595 655 714 774 833 893 1042 1190 1339 1488 1637 1785 1934 2083 2232 2381 2529 2678 2827 2976 74 89 104 119 134 149 164 179 "193 208 223 238 253 268 283 298 327 357 387 417 446 521 595 670 744 818 893 967 1042 1116 1190 1265 1339 1413 1488 Afgelopen week lag de buitentemperatuur ruim boven het normale niveau. zie ook www.eneco.nl

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 2000 | | pagina 3