iMeliööant
|IV
W. J. de Wit
Van Harberden
MARKT KOOI
Jaap Nagtegaal
wensen u Prettige Kerstdagen
en een
Gelukkig Nieuwjaar
goede Kerstdagen
gelukkig nieuwjaar
Ph. Melissant
M. Mijnders Zn. b.v.
A. van der Mast
Fam. D. Breen
EI1AI1DB1-I1IE1JW5
Interieurverzorging
^oede 'Kerstdagen
voorspoedig 2000
Loonbedrijf
Hans Vogelaar
Mechanisatiebedrijf
Wij wensen u
goede JCerstdagen
en een voorspoedig 2000 toe.
fam. W. J. de Wit
Bakkerij
gezegende Kerstdagen
voorspoedig 2000
Jk J Voorstraat 213248 BL Melissant
0^)g^r.:^ Tel/fax (0187) 60 14 28
^"e exit» Q^ medewerksters
eengeCuf<i/<^e "Kerst
gezegend nieuwjaar
toegewenst
Prettige Kerstdagen
gefu/<i/qg nieuwjaar
IPretdge %ev6tdagen
Qelukkig 'Nieiuajaar
PAGINA 34
WOENSDAG 22 DECEMBER 1999
19 december 1944
Op zekere dag. de 19e december, kwamen er
zekere personen mij waarschuwen dat er een
razzia op komst was. Mannen van 17 tot 40
jaar werden weggevoerd naar Duitsland om
daar elders werkzaamheden te venichten. Ik
had met mijn buurman afgesproken dat we
ons niet zouden laten pakken, 's Nachts heb
ben we bij elkaar geslapen in niet al te
gemakkelijke houding. We hadden voor dat
we gingen slapen een oefening gehouden
door het dakraam en alles achter door de tuin
doorkruist om in het donker een beetje het
pad te leren kennen.
20 december 1944
De nacht was goed verlopen, wel schrokken
we telkens wakker, het zat bij ons niet zui
ver. Toen ik buiten kwam hoorde ik het al.
een man in zijn hoofd geschoten, gelukkig
een schampschot en het hele dorp was afge
zet. Wij hadden direct de schrik te pakken.
We dachten: "dat is te laat". We hebben ons
gewassen, aangekleed, de gummilaarzen
aangedaan en met haast de vrouwen wat
brood in laten pakken voor een dag, een zak
gepakt en alles erin gedaan. Het was erg mis
tig en dat beviel ons best. We zijn op handen
en voeten tussen de wachten door geslopen,
dat viel niet mee maar eindelijk konden we
toch wat vrijer ademhalen. De eerste de bes
te sloot die wij oversprongen vielen de
broodzakken door een gat in de sloot. Het
brood hadden de vrouwen in een boodschap
pentas gepakt: ze waren immers zo zenuw
achtig dat ze geen broodzak konden vinden.
Het brood en de kaas dreven door de sloot en
ook een theezeefje, dat hadden ze in de haast
erbij gedaan. Het natte brood weer in de zak
gedaan en ook het theezeefje, later hebben
we het zeefje nooit meer terug gezien. Toen
zijn we gaan zwerven door de polder.
We waren niet alleen, we zagen overal men
sen rondsluipen, of moffen, dat wisten we
niet, dus liepen we maar overal voor weg.
We zijn bij een boer aangeland, toen waren
we met z"n drieën. Die kerel was voor ons
weggeki'open in de sloot, hij dacht dat we
moffen waren. Hij was tot zijn middel nat.
Tegen de boer hebben we van onze veronge
lukte boterhammen verteld en hij was dan
ook direct bereid om voor ons wat boter
hammen met worst te halen bij zijn vrouw.
We hebben veel gepraat. Daar wisten ze te
vertellen: alle mannen van 17 tot 40 jaar
moesten om tien uur bij het leger zijn en de
overige in huis. Dat waren wij niet van plan,
dus zijn we weer gaan zwerven, van de ene
boer naar de andere, om inlichtingen. Er
zouden niet veel mensen zich melden, hoor
de je alom
Toen het donker was zijn we naar huis geslo
pen, want we voelden er weinig voor om de
nacht in de polder door te brengen en we
wilden ook weten hoe vrouw en kinderen het
maakten en hoe die er over dachten. Bij een
goede vriend van ons hebben we middagpot
gegeten en de vrouw gaf nog een paar lekke
re pannenkoeken mee, voor het geval dat wij
niet thuis konden komen. Wij hadden daar
lekker gegeten, maar het was wel een beetje
zout. Daarna zijn we naar huis geslopen,
weer tussen de wachten door. Het was noa
mistig dus we kwamen er ongedeerd aan na
toch nog twee keer te zijn weggekropen in
varkenshokken. De viezigheid zat aan onze
broeken. De vrouwen waren blij maar durf
den ons niet in huis te laten omdat ze nog
geen huiszoeking hadden gehad en ze stuur
den ons dan ook met voor 2 dagen brood en
een stuk gebraden haas de polder weer in.
Toen hebben we een eindje verder bij een
goede bekende van mijn vriend geslapen.
Daar waren de moffen al wezen zoeken.
Eerst nog een lekker bord bonensoep gege
ten en toen naar bed, met ons goed aan
natuurlijk. Van vermoeidheid hebben we
goed geslapen, maar onze kostbaas was de
hele nacht wakker geweest, die kon geen
oog dicht doen.
21 december 1944
Hij was niet voor niets benauwd. Majoor
Horn was niet voor de poes. Onze kostbaas
was dan ook vroeg op om ons te wekken. We
zijn vroeg de polder weer in geslopen met
een schop om ons in de dijk in te graven. Die
schop hadden we meegenomen van onder
een hoopje stro om hem later weer terug te
brengen. Maar we zijn eerst een hol in een
klamp hooi gaan maken om daar de nacht
door te brengen als het nodig was.
Tien uur werd het tweede bevel afgekon
digd, dat was griezelig, iedere tiende man
die ze zouden vinden na de melding werd
doodgeschoten en de anderen kwamen in
een concentratiekamp en je huis zouden ze
afbranden. Voor dat bevel zwichtten dan ook
haast allen. Dat alles kwamen we gauw te
weten van de vaders en vrouwen die hun
kinderen kwamen opzoeken. Tot zes uur 's
avonds konden wij ons melden. We zijn dan
ook met de anderen gelijk mee naar huis
gelopen, maar niet met het plan om ons aan
te geven, aan die vernielers en plunderaars.
We zouden de kop eraan wagen als ze ten
minste vrouw en kinderen met mst lieten.
Onze vrouwen waren overstuur op een hevi
ge manier en wensten dan ook dat we ons
zelf zouden aanmelden. Toch sta je dan in
twijfel als ze telkens zeggen: "Het komt ver
keerd uit. ga je melden." Maar ons besluit
was genomen en we hielden ons daar aan.
Mijn koffer heb ik gepakt, net of ik van plan
was me te melden, voor de buren en familie.
Een zak heb ik ook gepakt voor mijn eigen
lijke doel. Nog een broer van mijn buurman
was er op komen dagen, die was al een jaar
ondergedoken, dus die was zeker niet van
plan zich over te geven, en zo waren we met
z'n drieën. Gewapend met 2 schoppen, voor
een week brood en een paar klompen in de
zak, een pond tabak, veel lucifers, zo zijn we
de polder in getrokken met z'n drieën. De
wachten zijn we veilig doorgekomen, maar
de burgers die lichtten ons bij met een
zaklantaarn. Ze wilden weten wie wij waren,
maar kregen geen kans, daar wij achter de
slootkant kropen tot ze weg waren. De eerste
de beste boer moest eraan geloven, voor de
man 2 zakken die wij de vorige dag hadden
zien liggen. En toen naar de dijk om onszelf
in te graven.
Het was slecht weer, het regende een beetje.
Daar aangekomen zijn we direct aan het
werk gegaan. Twee graven en één op de dijk
op wacht. Het was er buitengewoon stil.
maar toch waagden we niets daar er teveel
op het spel stond. Ze zijn tot alles in staat!
De vorige nacht hadden ze 2 onderduikers
gepakt op Sas en een soldaat moest ze naar
het dorp brengen, maar halverwege hebben
ze hem overvallen, zijn wapens afgenomen
en de dappere jongens hebben de benen
genomen. Maar de boer waar ze gevonden
waren was niet goed af. Ze hebben de paar
den en beesten weggehaald en de schuur en
het huis in brand gestoken. De vrouw mocht
enkel haar goed er uithalen. Dus alles bij
elkaar was het niet leuk om er zo tussenuit te
knijpen. We hebben 2 uur gegraven, om de
beurt op wacht gestaan. Het waren gaten van
een halve meter in het vierkant en dan van
binnen uitgehold tot er een man goed in kon.
Voor de opening hadden we een plank bij
ons die ervoor gemaakt was om er wat gras
zoden op te binden, maar het lukte niet. De
dijk was er nog niet zo lang en was nog wat
losjes, dus het stuikte alsmaar in. Onder het
werk moesten we dikwijls wegkruipen,
omdat er een auto door de polder reed met
een zoeklicht dat ze overal heen draaiden.
Eindelijk waren de gaten klaar, drie in getal,
een meter van elkaar. We waren overtuigd
dat geen mens ons zou vinden, of ze moesten
boven op ons lopen.
Onder al die bedrijven door was het elf uur
geworden en we moesten dan ook een
geschikte plaats op gaan zoeken om te gaan
slapen. Niet ver daar vandaan stond een
schuur. Daar wisten we de sleutel van te han
gen. Er stonden 3 paarden en een koe; een
reuze slaapgelegenheid, maar we vonden het
niet veilig en zochten wat anders op, al was
het dan ook buiten. Aan die schuur stond een
hok gebouwd van pakken zaadstro. Het zat
tot boven aan vol met kaf. Daar konden wij
ons net in wringen, dus een goede plaats om
te overnachten. Eerst nog een zak kaf in onze
hollen gebracht en toen gaan slapen, met om
de beurt een uur op wacht. We waren dood
op en sliepen dan ook gauw in. Over ons
hoofd hadden wij een zak en ons lichaam lag
een halve meter onder het kaf. Maar ja, 2 uur
was zo gauw om voor onze wachttijd. Toen
ik op wacht stond, mijn vrienden sliepen rus
tig, hoorde ik wat in een klamp stro dicht bij
ons. Ik maakte mijn maats gauw wakker,
maar ze hadden geen zin en ik besloot om
dan zelf maar eens op inspectie uit te gaan.
Het was een pak van mijn hart toen ik merk
te dat het een haas was die uit het stro kwam.
Je bent helemaal niet rustig als je zoiets gaat
beginnen.
Eén van mijn vrienden ging de zaak nog
eens bedriegen en draaide het horloge drie
kwartier vooruit toen hij op wacht stond. Ik
was zo weer aan de beurt. Verder verliep de
nacht rustig.
22 december 1944
s Morgens om half zeven hadden wij onze
slaapplaats verlaten om ons die dag in de
dijk te gaan begraven. Daar aangekomen
viel het ons niet mee. De plankjes weiren ner
gens te vinden en de gaten waren helemaal
ingestort, dus we konden weer opnieuw
beginnen met graven. Het kaf lag er hele
maal onder en de plankjes waren nu veel te
klein en we moesten wat anders verzinnen.
In de sloot voor de man een bos riet geplukt
en een arm hooi om daar weer boven te
gooien en het was weer voor elkaar. Daarna
werd het hoog tijd dat we onder het riet
kropen, want het werd al licht en de mensen
gingen al rijden. In het begin ging het goed,
maar op de dag werd het steeds kouder. We
konden als we zachtjes deden met elkaar
praten, want in de schaduw konden we ze
een tien meter van ons vandaan aan zien
komen. We bleven van alles wat er op het
dorp afspeelde op de hoogte, want alles wat
de mensen zeiden konden we goed horen, 's
Middags kwamen er 2 boeren met een
wagen om suikerbietenlof net over de sloot,
maar ze zagen ons niet. Dus de moffen zou
den ons daar ook niet vinden. En de boeren
wisten alle bijzonderheden, daar het een paar
goede praatjesmakers waren. Dus wij waren
goed op de hoogte.
We hadden nog meer maatregelen verwacht,
maar die bleven gelukkig uit. Eten deden we
maar als we zin hadden. We hadden niets
dan brood, daar deden we maar een hap van,
zo van de homp. Ik had wel een flesje vlees
bij me, maar wilde dat graag houden tot we
bij elkaar konden, maar dat hinderde niet
want we konden wel een paar dagen wat
minder eten. De dag verliep verder goed.
Van de kou heb ik nog niet gesproken, maar
dat was vreselijk de hele dag. We waren dan
ook blij dat het donker begon te worden en
we hebben wel 10 keer gezegd: "Waar zijn
we aan begonnen". We hebben die dag wel
10 keer gewaterd van de kou. Daar hadden
we een gaatje voor gemaakt dat het zo naar
buiten liep. Eindelijk zouden we het wagen,
we konden niet langer meer in het gat blij
ven. Eenmaal uit het gat konden we niet
meer lopen, de knieën weigerden dienst, die
hadden de hele dag in één houding gelegen.
Het duurde wel 10 minuten voordat we over
de sloot konden stappen. Toen zo vlug
mogelijk naar ons nachtverblijf. Eerst nog
een poosje naar achter bij de paarden, maar
daar was het nog koud. Eén van ons kreeg
daar haast nog een klap toen hij in het don
ker een paardebil te pakken had. Dus daar
maar vlug weggegaan en naar het kaf. Daar
hebben we nog een paar happen brood gege
ten en toen zijn we gaan slapen, pal tegen
elkaar, nog dieper in het kaf als de vorige
nacht en nog een zak meer over onze hoof
den. Over wacht houden dachten we niet
meer en we sliepen dan ook meteen, tot de
volgende morgen zeven uur toe.
23 december 1944
We hadden geen tijd om te eten, We moes
ten zo gauw mogelijk naar de gaten, om daar
weer kou te gaan lijden. Het was nog kouder
geworden. Met een bos stro bij ons en nog
een paar zakken gingen we weer naar de
gaten en hebben ze weer wat dieper gegra
ven. Wat riet en wat gras geplukt en er weer
in. Ik was er benauwd van. We hebben daar
gezeten: op de bos stro, een zak over mijn
schouder en mijn benen in een zak gestoken
en een over mijn hoofd. Ik durfde het dag
licht niet te aanschouwen daar ik de warmte
van mijn adem in mijn sombere woning wil
de houden. Die dag ging het heel wat beter
als de vorige.
Eindelijk was het dan zover dat we weer naar
onze dierbaar geworden woning konden ver
trekken. Driehonderd meter van de gaten
Prettige Kerstdagen
en een
gelukkig nieuwjaar
Familie v. d. Mast
wenst familie, vrienden en clientèle
en een
Nieuwevveg 6
MELISSANT
stond een huisje met de ramen naar ons toe.
Dus wij konden ons niet buiten wagen voor
dat wij dat huisje niet meer konden zien.
Toen de paardenstal weer in en achter de koe
voor het eerst lekker zitten eten. Het flesje
met vlees en vet hebben we opengemaakt en
een kaarslantaarn aangestoken. Een emmer
met water voor de koe bestemd hebben we
half leeggedronken. Twee paarden waren er
niet. Daar was de knecht nog mee weg, ver
moedelijk voor de Wehrmacht aan het rij
den. De kaars hebben we opgestookt. We
waren van plan om 's nachts naar huis te
sluipen, maar het was helderlichte maan dus
durfden we niet. Als we naar huis waren
gegaan dan hadden we een nieuwe kaars
mee kunnen nemen. Toen zijn we maar gaan
slapen, totdat de vader van de jongens ons
allen bij onze naam kwam roepen: "Zijn jul
lie daar".
24 december 1944
We werden met schrik wakker; die stem
kenden wij goed. De paarden waren ook
thuis gekomen 's nachts, maar daar hadden
wij niets van gehoord. De vader van de jon
gen had de vorige dag alles afgezocht, maar
had ons niet kunnen vinden. Eindelijk, hij
wou het al opgeven, had hij ons gevonden.
Hij was dan ook blij, maar wij nog meer,
daar hij ons kwam melden dat wij wel naar
huis konden gaan. De troepen die de mensen
wegvoerden waren weg en alles was rustig.
Dus wij hebben onze zak gepakt en gingen
op weg naar huis.
Naar mijn eigen huis durfde ik niet, daar ik
kinderen had van drie en vijfjaar, en die zou
den je verraden. Dus gingen we naar een
huis aan de andere kant van het dorp. Met
veel omwegen overal over het land, want er
waren veel huizen gevorderd door de Duit
sers. Die moesten we allemaal mislopen.
Eindelijk, het was al licht geworden, slopen
we net als een paar dieven achter ons de
plaats bestemming binnen. Mijn pet had ik
tot over mijn oren getrokken om niet her
kend te worden, maar het was zondag, dus
de mensen sliepen langer uit als anders. Ze
wachtten met ongeduld op ons, we waren
immers zo lang weggebleven. De vader was
weer gaan kijken waar wij bleven. Ze had
den voor ons een lekkere pan erwtensoep
gekookt. Dat smaakte heerlijk. We hadden
in 3 dagen geen warm eten gehad. Toen we
gegeten hadden werd ons onze kamer gewe
zen waar wij deze dag door zouden brengen.
Drie stoven met vuur stonden ons daar te
wachten. Zo konden we het dan ook goed
uithouden. En een dorst dat we hadden. Er
stond een melkkan bij ons die dan ook zo
leeg was.
Eén uur, een heerlijk maal gegeten met soep
vooraf. De middag zouden we bij de anderen
doorbrengen in de gezellige kamer, maar het
duurde niet lang of wij moesten de benen
weer nemen naar boven. Ondertussen was
mijn vrouw gewaarschuwd en ze zou dan
tussen licht en donker even aan komen
lopen, 's Avonds hebben ze ons nummer van
de persoonsbewijzen opgenomen om voor
ons een ausweis aan te vragen. Verder de
avond bij de carbidlamp gezeten en vroeg
onder de wol. We hebben onrustige nacht
gehad, er sliep op onze kamer een kind van
een jaar, van een van mijn vrienden, die
heeft de halve nacht geschreeuwd. Wij heb
ben om de beurt voor kindermeid gespeeld;
een poosje wandelen op de kamer met de
kleine. Eindelijk kwam haar opoe haar dan
25 december 1944
Om zes uur werden wij gewekt. We moesten
weer naar een ander oord, daar vonden ze het
veiliger. We zouden de kerstdagen bij een
boer doorbrengen, die kon ons goed gebrui
ken daar zijn knechts allen weggevoerd
waren en er nog één ziek was. Na nog een
boterham met een ei, dat je ook niet iedere
dag meer tegenkwam, zijn we op pad
gegaan. We hadden weer een hele vracht: de
man 2 dekens, een paar klompen en een bus
om ons brood in te bewaren. We waren gauw
op de plaats van bestemming.
De boer stond al op ons te wachten en we
konden dan ook gauw aan de slag, nadat we
onze spullen een voorlopige plaats gegeven
hadden. Ik had een paar nieuwe schoenen
aan die ik verwisselde voor mijn klompen,
want ik had een paar blaren op mijn hiel
gelopen als een oud kwartje. We hadden
twintig beesten te verzorgen, twaalf paarden
en nog wat jonge paarden en beesten. Er
waren ook nog vier koeien om te melken. De
boer had het gauw door en liet het werk dan
ook gauw aan ons over. Half één werden we
geroepen, het maal was voor ons klaar. Een
zitplaats gemaakt van stro achter de koeien,
een emmer voor tafel, zo zaten we rond onze
middagpot heen. Aardappelen met witlof
gestampt met een lekker stukje spek erbij.
Na het eten beesten voeren, uitmesten en
alles wat daarbij hoort. Toen zijn we begon
nen met een hol te maken van stro waarin we
moesten slapen en ook overdag in moesten
kruipen als het nodig was. Twee voer stro
hebben we verwerkt tot we diep genoeg
waren om een soort bedstee te bouwen,
zodat we met z'n drieën goed naast elkaar
konden liggen. We hebben tot de nok toe
naar boven gebouwd en onderin een gang
van vijf meter lang, vijftig centimeter breed
en vijftig centimeter hoog. Als de laatste
man erin was, dan kon deze een pak stro
intrekken en niemand die het hol kon zien. Bc
was dan ook niet bang dat de moffen ons
zouden vinden. In het hol kwam net een
lichtpan uit, die tevens ook diende voor licht
op de dag. Onze aanvoerder was er dan ook
goed over te spreken.
Wij wensen u Prettige feestdagen
en een voorspoeólg 2000
Oosterweg 1
3248 LJ MELISSANT
Tel. (0187)60 37 73
dankt alle cliënten
voor de goede samenwerking
in het afgelopen jaar.
wenst klanten, vrienden en bekenden
en een
JuHanaweg 49 MELISSANT
7T7T®.
ech-te bakken
Voorstraat 15 - 3248 BL Melissant
Tel. (0187)60 12 26
en medewerk(st)ers
wensen u
en een
Administratiekantoor
wenst clientèle, familie, vrienden
en bekenden
Gezegende Kerstdagen
en een voorspoedig nieuwjaar
Ons kantoor is gesloten van 24 december
t/m 3 januari
3248 AS Melissant, Marijkelaan 27
Familie, vrienden en kennissen
en een
Secr. Rooystraat 3
MELISSANT
Transportbedrijf
wenst alle clientèle, familie en bekenden
en een
Nieuweweg 31, telefoon (0187) 6014 09
MELISSANT
wenst familie, vrienden
en bekenden
en een
Binnenweg 36, MELISSANT
Telefoon (0187) 60 19 00
Het relaas van een onderduiker
Struijk