Meerwerk restauratie Ouddorps kerktoren valt Goedereede zwaar Overdenking Automobielbedrijf Witvliet jubileert met show Koor- en Samenzang- avond uit de Heilige Schrift HET r^KEJKVENSTER Flakkeese Forddealer 75 jaar man' uit Yerseke Oranjevereniging Melissant Blik op kerk ^^y en samenleving Cj - Een nieuwe rage - Navolgen of nadoen - Niet zo simpel Het is een nieuwe rage geworden, en mis schien - want zo gaat dat met rages! - is ze alweer over haar hoogtepunt heen. Maar iemand vroeg me er m'n hcht nogeens over te laten schijnen. Nu ja, zóveel licht heb ik er ook niet in, maar ik zal proberen m'n ge dachten wat op een rijtje te krijgen. De bedoeld de rage met de letters: WWJD. Die staan voor de vraag: 'What would Jezus do?' (Wat zou Jezus doen?) Aan de taal is het al merkbaar, de rage is, zoals zoveel van dat soort dingen, overgewaaid uit de Ver enigde Staten en heeft in korte tijd de wereld van de jongeren, ook in ons land, veroverd. Jongens en meisjes dragen armbanden, ket tinkjes, en al dat soort attributen, met daarop de genoemde letters. Om er telkens, als een beslissing moet worden genomen, te worden geconfronteerd met de vraag: Wat zou de Heere Jezus, als Hij voor zo'n probleem stond, doen? Hoe zou Hij in zo'n geval han delen? Uiteraard is de achterUggende gedachte niet onbijbels. Wanneer we Christus mogen toe behoren en weten mogen van de vergeving der zonden, dan is er ook de begeerte naar de vernieuwing van ons leven. Dan gaan we anders denken, anders spreken en anders handelen. Kortom, we gaan het Beeld van Christus vertonen. De Bijbel noemt dat de heiUgmaking, zon der welke niemand de Heere zal zien. We vragen ons in allerlei situaties af: wat wilt Gij dat ik doen zal? We worden zoals Paulus zegt, het Beeld van Zijn Zoon gelijk vormig. Maar Christus navolgen is nog iets anders dan Christus nadoen. En ik kan het mis heb ben, maar in de bovengenoemde rage lijkt het toch meer op dat laatste. Aan de vraag wat Jezus zou doen gaat een andere vraag vooraf: wat dééd Jezus, en deed Hij het ook voor mij? Ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat deze vraag voor velen een gepasseerd station is. Men gaat er zonder meer vanuit dat men het eigendom van Christus is, men heeft z'n hart aan Hem gegeven en daarna kan men alles zelf. Men weet ook in iedere situatie hoe men handelen en wat men zeggen moet. Simpel gezegd: spreek met Hem en het komt in orde... En dat het zo simpel hgt in het leven van het geloof, dat wil er bij mij niet in. Het ligt niet altijd zo eenvoudig, wat we in bepaalde omstandigheden moeten doen. Zeker, we hebben de Bijbel als een lamp voor onze voet en een licht voor ons pad. Maar dat is niet een handboek, waarin we bladzijde zoveel even kunnen opslaan om de juiste beslissing te nemen. Dat is in vele gevallen een weg van aarzeling en twijfeling, en vooral van veel gebed. Dan krijgen we niet voor ieder geval een kant en klare oplossing aangereikt. Maar dan wordt het wel ons dagelijks gebed: 'O Zoon, maak ons Uw Beeld geüjk. Of het dan zo nodig is een kettinkje of een armbandje te dragen met de letters WWJD is voor mij de vraag. Of, üever gezegd, dat is voor mij geen vraag. Waarnemer 'Behoorlijk tegengevallen...', 'een hele slordige zaak', 'te gek!', 'er worden prak tijken gebezigd die niet plezierig voe len...'. Zomaar wat kreten uit Goerees vroedschap tijdens de laatstgehouden raadsvergadering aldaar. Het ging om het meerwerk bij de restauratie van de kerk toren van Ouddorp. Dit meerwerk zal iets meer dan een ton gaan kosten. En vooral de aanleiding waaróm de raad nu ineens met die meerkosten geconfronteerd wordt was teveel van het goede... 'Nu de steiger erbij staat is pas gebleken dat het metselwerk en het voegwerk aanzienUjk slechter zijn dan men aanvankelijk dacht. Ook blijkt nu in de ballustrade op de omloop veel houtrot te zitten en er is geconstateerd dat de houten wijzerplaten slecht zijn. Bovendien zou het wenselijk zijn om de haan, de bol en de punten van het torenkruis opnieuw te vergulden. En omdat de omloop waterdicht gemaakt moet worden met een loodafdekicing moet daar een looprooster worden aangebracht om beschadiging aan het lood te voorkomen', aldus het college. Vragen als 'waarom weten we dit nu pas?' en 'kon dat niet eerder worden bezien?' waren het refrein als reactie van de raad. Immers, eerst wordt - slechts vanaf de grond - 'de zaak opgenomen' en een offerte uitge bracht en vervolgens - pas als de steigers erbij staan - constateert men dat er veel meer werk gedaan moet worden! Het was voor mevrouw Tiggelaar een 'raadsel dat dit niet eerder beter bekeken had kunnen worden'. Ook de heer Van der Meer hamerde erop dat bij het opnemen van het karwei een hoog werker gebruikt had moeten worden in plaats van 'vanaf het maaiveld door een ver rekijker de zaak op te nemen'. 'Een slordige zaak' vindt hij het. 'Ik heb er dan ook veel moeite mee dat de gemeenschapsportemon nee opengetrokken moet worden omdat de deskundigen de zaak niet goed bekeken heb ben! Het lijkt erop dat hier praktijken wor den gebezigd die geen plezierig gevoel geven. Je krijgt 't gevoel dat men zich bedient van 'het zal in de raad wel eenvou digweg een hamerstuk worden, en als dat lukt zit er mooi een ton meer verdienste aan". Ook de heer Grin wis wees het college erop dat in de bouwwereld juist op meer werk een gunstige winstmarge zit... De heer Van Oosterom vond het 'te gek voor woor den: eerst wordt - op afstand - het werk opgenomen, dan wordt een offerte uitge bracht én dan pas wórdt ér nauwkeurig geke ken wat er gedaan moet worden!' En wet houder Lokker kon het alleen maar beamen: 'deze zaak is er één om lering uit te trekken. In de toekomst zullen we hier omzichtiger mee om moeten gaan'. De raad hield ook geen fijn gevoel over aan het achterwege blijven van een schriftelijke reactie op een brief die eind vorig jaar aan het gemeentebestuur werd gericht. Toen de betrokken briefschrijver begin april nog eens bij de gemeente aan de bel trok werd daarin alsnog voorzien. 'Excuses had zeker op z'n plaats geweest' vond de heer Van der Meer, terwijl de heer Grin wis memoreerde dat het niet eerste keer is dat betrokkene geen ant woord op z'n brief kreeg... De heer Noor- thoek zei teleurgesteld te zijn over deze gang van zaken en ook hij verwees naar meer gevallen van onbeantwoord gebleven brie ven. 'Zo kan het niet, zo mag het niet en zo hóeft het niet', zo benadrukte Noorthoek. Burgemeester Sinke gaf dan ook aan dat 'aanscherping en diepgaangder controle' in dezen inderdaad op zijn plaats is. Bij de behandeling van een wijziging van het Incassoreglement was het voorstel om het aantal termijnen voor de automatische incas so van de gemeentelijke belastingen uit te breiden van zes naar tien. Maar wat nu als men in één keer betaalt? Bij betaling ineens is het te doen gebruikelijk om een betalings korting te verlenen 'en die mis ik bij óns' merkte mevrouw Mastenbroek op, 'hoe zit dat?'. 'Nou, die hebben wij ook niet!', het m.m.v. mannenkoor Op D.V. vrijdag 28 mei 1999 hoopt Man nenkoor 'Ethan' uit Yerseke te zingen in de Nederlands Hervormde Kerk van Sommels- dijk. Aanvang 19.45 uur. Er zal een koUekte gehouden worden waar van de opbrengst bestemd is voor de aflos sing van de Gereformeerde Gemeente van Nieuwe Tonge. Ds. A. M. den Boer uit Dirksland hoopt deze avond de leiding te hebben. De toegang is gratis. Info: Fam. L. van Alphen, tel. (0187) 652024 of fam. P. H. Hobbel, tel. (0187) 652544. Hierbij willen wij iedereen die op welke manier dan ook geholpen heeft op Konin ginnedag, heel hartelijk bedanken! Mede door de inzet van al die help(st)ers is deze dag een groot succes geworden! Graag tot volgend jaar! Bestuur O. V. Melissant Drekking Oranjeverloting Melissant 9e prijs 1137; Se prijs 1492; 7e prijs 596; 6e prijs 135; 5e prijs 1138; 4e prijs 1110; 3e prijs 148; 2e prijs 1877; Ie prijs 918. Prijzen afhalen bij Erik Kleynenberg, Bachplantsoen 11, Dirksland, tel. 605125. wethouder Bakelaar laconiek weten. En dat was weer 'te kort door de bocht' voor Van der Meer. Hij wilde een normaal antwoord horen, maar dat had ie volgens Bakelaar net gehad... En wat betekent nu toch eigenlijk de uit spraak 'in principe'? De raad boog zich daarover toen in de vergadering de aanbeste dingsnota aan de orde kwam. Het voorstel van de commissie Openbare Werken was dat voor karweien die minder dan 10.000 zou den kosten de directeur gemeentewerken opdracht mag geven, voor klussen tussen de 10.000 en 50.000 zou de aanbestedings- vorm in overleg met de portefeuillehouder worden bepaald, waarbij - en dan komt het - 'in principe' verschillende offertes gevraagd moeten worden of meervoudig onderhands aanbesteed moet worden. Eventueel kunnen voor een aantal zaken, zoals straatwerk, gemalen, e.d. een uitzondering worden gemaakt. Maar wat moet je nu met dat 'in principe'? 'Is dat iets als een slag om de arm, dat je ervan uitgaat dat het zo of zo moet gebeuren, maar als het je beter uitkomt doe je het toch anders'?, zo rees de vraag. Maar nee, natuurlijk niet, legde wethouder Visser uit: 'als we zeggen 'in principe', dan heeft dat daadwerkelijk te maken met principe, met een principe-zaak. Je stelt jezelf als principe dat..., en dan is het geen zaak meer waar je lichtvoetig mee omgaat, waar je uit eindelijk nog allerlei kanten mee opkan!' Klip en klaar, duidelijk en helder. Burge meester Sinke toonde zich volkomen ver eend met deze omschrijving, zelf had hij het niet mooier kunnen zeggen. Aan het begin van de vergadering kreeg de raad er overigens een nieuw raadslid bij: voor de RPF volgde de heer A. van der Laan de onlangs vertrokken G. Moerkerk op. In enkele woorden schetste Van der Laan een bescheiden zelfbeeld. 'Het eerste jaar zal ik niet zo veel zeggen, maar wel veel luisteren. Hetzelfde elan en dezelfde bevlogenheid van mijn voorganger heb ik niet en ik zal ook niet alles even goed begrijpen, maar ik ver wacht van God de nodige kracht en wijs heid'. Burgemeester Sinke stelde Van der Laan echter gerust: 'wij begrijpen ook niet altijd alles'. Verscheidenheid (i Korinthe i2:4) Paulus spreekt over de verschillende gaven die door de Heilige Geest in het midden van de gemeente geschonken worden. De gelovigen in Korinthe hadden ontdekt dat er een grote verscheidenheid was van gaven: de één had meer gaven dan de ander, maar er was ook verschil in de gaven. De één had de gave van gezondma king, de ander de gave van de profetie en weer een ander de gave van het geloof. Blijkbaar was er nu binnen de gemeente verschil van mening gerezen over de wijze waarop de verschillende gaven gewaar deerd moesten worden. Zij, die heel opval lende gaven hadden, werden door een ieder gerespecteerd en soms zelfs bewonderd. Anderen, die meer verborgen gaven had den en niet zo op de voorgrond traden. waren veel minder in tel. Nu wil Paulus voor alles leren, dat de Heilige Geest de gaven verdeelt. Het is geen prestatie van ons als we bepaalde gaven hebben, en we kunnen ons daar niet op beroemen. Alle gaven komen van de Heilige Geest. Juist in de verdeling van de gaven door dezelfde Geest komt de eenheid in de ver scheidenheid naar voren. De gemeente van Christus is een eenheid, waarvan elk onder deel weer verschillend is. Maar ook elk onderdeel is nodig en doet de heerlijkheid van de gaven van de Heilige Geest afstra len. Juist in de christelijke gemeente zullen de leden op de juiste wijze moeten leren om te geven en te nemen. Het geven duidt er dan op dat elk lid de gave, die hij of zij heeft ontvangen, ook geeft, aanwendt tot nut en tot opbouw van de ander en van het geheel van de gemeente. Het nemen betekent, dat we aanvaarden dat de ander gaven heeft die we zelf niet hebben, en die net zo nodig zijn voor het geheel van de gemeente. Het bete kent ook dat we binnen de gemeente elkaar nodig hebben om werkelijk gemeente te kunnen zijn. Ook de gaven die in onze ogen misschien niet zoveel betekenen zijn nodig voor de opbouw van de gemeente. Binnen de gemeente gaan we in het geloof steeds weer verstaan dat wij de ander en zijn gaven nodig hebben voor het leven vanuit het geloof, maar ook dat de ander ons nodig heeft en dat we daarom in de gemeente en in de samenkomsten van de gemeente aanwezig behoren te zijn. Zo alleen, als we elkaar dienen met de gaven die wij ontvangen hebben, als we ons ook laten dienen met de gaven die anderen hebben ontvangen, zo alleen kan de ge meente groeien en opgebouwd worden in het geloof, tot eer van de Koning van de Kerk. Immers de Heilige Geest heeft bij al Zijn werk, ook bij het verdelen van de gaven over de leden van de gemeente, maar één doel, en dat is de verheerlijking van de Heere Jezus Christus. Dat verheerlijken van Jezus Christus dat mag geschieden door wat mensen kleine gaven noemen en door wat mensen grote gaven noemen. Er is dan ook niet de minste reden om de ene gave boven de andere te stellen. Elke gave is evenzeer nodig voor het geheel van de gemeente. Al wat de Hee re werkt en geeft zal juichen tot Zijn eer. Dirksland J. Willemsen Automobielbedrijf Witvliet in Mid- delharnis bestaat 75 jaar en behoort tot de oudste Forddealers van Neder land. Met de medewerkers is het jubi leum intern al gevierd. De directie wil ook naar buiten nog iets feestelijks doen, voor klanten en andere belang stellenden. Op 13, 14 en 15 mei is er een speciale jubileumshow van 'de Fordgarage' in Middelharnis, waar iedereen van harte welkom is. Directie In 1984 werden Aren Grootenboer, Jan van der Made en Kees Dirman gezamenlijk eige naar/directeur van Automobielbedrijf Wit vliet aan het Beneden Zandpad in Middel- hamis. In 1985 verhuisde het bedrijf naar de Koningin Julianaweg. Grootenboer neemt de boekhoudkundige kant van de zaak voor zijn rekening. Van der Made is de man van de verkoop en Ihrman gaat over de werkplaats. Gedrieën hebben zij met hun medewerkers een mijlpaal in de geschiedenis van Automobielbedrijf Wit vliet bereikt: 75 jaar Forddealer! Mede dankzij een trouwe klantenkring heeft het bedrijf dit jubileum kunnen bereiken. Directie en medewerkers hopen dat klanten en andere belangstellenden tijdens de jubi leumshowdagen even langs zullen komen. De rol van de werkplaats Op de jubileumshow presenteert Automo bielbedrijf Witvliet zich met een collectie fonkelnieuwe Fords en een aantrekkelijk assortiment occasions. Het is de taak van de werkplaats er voor te zorgen dat de auto's er mooi bij staan en goed blijven rijden. Als technisch directeur is Kees Ihrman chef van de werkplaats. "We zijn in totaal met vier monteurs" vertelt hij. "We hebben altijd de handen vol. Er komen in de werkplaats zo'n twintig auto's per dag. Het gaat daarbij om onderhoud en het klaarmaken van nieu we en gebruikte auto's. Nieuwe auto's moe ten schoon gemaakt en gecontroleerd wor den. Verder is het afhankelijk van wat de klant wil: trekhaak, spoilers, sportvelgen, telefoon, noem maar op. Gebruikte auto's krijgen een grote beurt, dikwijls in combina tie met een APK-keuring. Onze occasions zijn stuk voor stuk klassewagens en worden meestal geleverd met drie maanden Al- garantie. En ook hier geldt weer: Wat de klant verder wil. Vanwege ons jubileum geven we op de showdagen de gelegenheid voor uitzonderlijke kortingen op occasions". En dan het onderhoudswerk: "De klant wil goed en snel geholpen worden. Mensen kun nen hun auto niet meer missen tegenwoor dig. Daarom hebben we een aantal uitleen- wagens als service van de zaak". Extra service "Om nog meer service te bieden is de werk plaats ook op dinsdagavond en zaterdagoch tend open. Vorig jaar zijn we begonnen met 'Rapid Service'. Dat wil zeggen datje voor kleine reparaties zonder afspraak bij ons terecht kunt. Lekke band, lamp verwisselen, olie verversen, banden vernieuwen en rui tenwissers vervangen, dat soort dingen. Dat is niet merkgebonden. Ook als je niet in een Ford rijdt kun je daarvoor bij ons terecht, ledere klant is welkom". Kees Ihrman ervaart het contact met de klan ten als prettig. "Als een klant iets wil dat je zelf technisch niet verstandig vindt, dan moet je de moeite nemen om toe te lichten waarom het ene beter is dan het andere. Het is belangrijk dat klanten vertrouwen in je hebben. Toen ik als jong broekje chef van de werkplaats werd - ik was pas vierentwintig - heb ik ervaren, dat de klanten vertrouwen in je krijgen doordat er goed werk wordt gele verd". Monteur Inmiddels werkt Kees Ihrman al 22 jaar bij de Flakkeese Forddealer. "Vanaf mijn zeventiende. Ik was na de Technische School van plan om beroepsmilitair te wor den. In de proeftijd zag ik al in, dat mijn toe komst toch niet in het leger lag. Ik ben toen zelf werk gaan zoeken en bij Automobielbe drijf Witvliet aangenomen als leerlingmon- teur. Zo ben ik verder gegaan. Via avond cursussen heb ik allerlei diploma's gehaald, het laatste eenjaar of vier geleden. Ik kan wel zeggen dat ik altijd met plezier naar mijn werk ga. Anders zou ik er gehjk mee stoppen, zo'n type ben ik wel. Ik heb een goede samenwerking met mijn colle ga's. In de werkplaats probeer ik rekening te houden met de voorkeuren van de monteurs. De een werkt liever aan een groot karwei, de ander doet liever onderhoudsbeurten. Voor mezelf bestaat het werk nu globaal genomen voor de helft uit het monteursvak en voor de helft uit administratie". 'n Beetje getrouwd met Ford Aan hoeveel modellen en types van Ford heeft Kees Ihrman door de jaren heen gewerkt? "Heel wat. Vanaf de Ford Anglia, denk ik. Ik heb de Ford Fiesta zien komen en de ver nieuwingen daarvan meegemaakt. De auto's van nu zijn niet te vergelijken met die van 22 jaar geleden. Tussen die tijd en nu ligt echt een wereld van vooruitgang". Hoewel er vandaag de dag nauwelijks slech te auto's worden gemaakt, is Ford voor Kees Ihrman vanzelfsprekend. "Ford is een deel van je leven geworden. Je bent een beetje getrouwd met Ford. Afgezien daarvan moet gezegd worden: Voor de dealer is het prettig dat visie en begeleiding van de kant van de fabrikant bij Ford erg goed zijn. Daar is het merk heel sterk in. Ford heeft als autofabri kant 100 jaar ervaring en 75 jaai" in Neder land". Voor de Forddealer van Goeree-Over- flakkee is 1999 dus een dubbel jubileum jaar: 75 jaar Ford in Nederland en 75 jaar Automobielbedrijf Witvliet in Middel harnis. Hij observeerde ieder, die aan tafel zat. Gezond, sterk, vrolijk en vol le vensmoed, was zijn conclusie. Ze zijn gelukkig hier. Alleen Margareth. Zij was wat stil. Hij merkte hoe ze eens starend uit het raam naar buiten keek. Er was iets in haar ogen,wat hem niet beviel. Maar op datzelfde ogenblik begon ze hem te vragen naar Lacom- be, naar deze en die. Nu was ze helemaal niet stil; ze praatte druk. Een beetje tè druk, vond John. En in haar ogen bleef iets, wat hem niet bevallen kon. 's Avonds, nadat de anderen vertrokken waren, vroeg hij aan Ann en Clarence hoe het met Marga reth ging. "Die is altijd bang dat de berg op haar zal vallen", spotte Clarence. Ann vond dat Clarence er niet de draak mee steken moest. Zij vertelde dat Margareth een vreemde angst had voor de bergen. Na de geboorte van haar kindje was het een poos vrij goed gegaan. Als er grote drukte was, zoals onlangs bij het oogsten en nu bij het dorsen, vergat zij haar angst blijkbaar, en in gezelschap kon ze vrolijk zijn. Maar het kwam telkens weer terug en Ann maakte zich bezorgd hoe 't straks zou gaan als 't winter werd en zij alleen zou zitten in haar huisje met haar kind, dikwijls geïso leerd. "Wilt u niet eens met haar gaan praten, vader?" vroeg ze. Hij wilde dat wel doen. De volgende morgen wan delde hij naar George en Margareths huis en op die wandeling genoot hij. 't Had 's nachts gevroren, een nachtvorst, die het gewas geen schade meer kon doen, omdat dat veilig in de schuur zat, maar die het bos betoverd had. Gister was 't loof nog groen, zo dof en donkergroen, stoffig en rimpelig als lover zijn kan, wanneer de zomer oud geworden is. Doch nu, nadat de vorst de bomen aangeraakt had, was het woud plotseling vol diepe en warme kleuren met dominerend geel en rood. Toen hij van het smalle bospad op de open plek kwam, waar George en Mar gareths blokhut stond, bleef hij staan. Het was een simpel huis, van ongeschilde balken opgetrokken, maar in zijn bruine eenvoud lag het zo heerlijk tegen een achtergrond van bomen, welker geel en rood hier, in de volle zon, tot goud en bloed verhevigd waren, en onder het glinsterend wit van de met sneeuw en ijs bedekte berg, die hoog en breed boven het bos uitrees, scherp gesneden in een blauwe hemel. Een heerlijk landschap, dat een passende entourage vormde van wat John bij het huis zag. Op een bank terzijde van haar woning zat Margareth in de volle zon, haar kindje zogend. Zij zag hem niet. Ze keek een andere kant uit. John wachtte tot het kindje was gevoed. Toen kwam hij langzaam nader. Zij schrok, toen zij hem hoorde, keek schichtig op en maakte een beweging van in huis te willen vluch ten. Ze deed het niet. Voor opa John kon ze niet weglopen. Maar zij was zeer verlegen en vergat zelfs om hem uit te nodigen op de bank te komen zitten. Hij nam plaats, prees haar zoon ea deed of hij niet merkte dat ze schuw was. Ann was in het begin ook zo geweest als er bezoek kwam. De eenzaamheid maakte de jonge vrouwtjes zo. Bij Ann ging het nu al aardig over. Zo zou 't bij allen gaan, dacht hij, en dit te eerder naarmate het op de hill minder eenzaam werd. Nu het goed ging in de Bulkley vallei, zouden er wel gauw meer mensen komer. Alleen, hoe zat het met die angst van Margareth voor de berg, waar over Ann en Clarence spraken? Hij kon het zich niet voorstellen. De berg bekroonde het landschap. "Je woont hier mooi, Margareth", begon hij. Zij stemde het aarzelend toe. Hij praatte over haar huisje, overhel bos, wees op de mooie kleuren van de herfst. "Ja... ja...", stemde ze telkens toe. "En dan die witte reus daarachter'. Hij merkte dat ze huiverde en dït er een flits van angst trok door haar ogen. "Ja...", stemde ze even wel weer flauwtjes toe. "Of hou je niet van bergen?" vorste hij. Er was opnieuw die huiver en die flits. "De berg maakt mij zo bang", zei ze fluisterend. "Waarom?" vroeg John. "Hij staat heus stevig, hoor". "Ik weet het", gaf ze toe. "Mijn angst is dwaas. En toch... Hij is zo hoog en hij is zo koud. 't Beklemt me zo". "Ken je je Bijbel?" vroeg hij haar. "Zo'n beetje", zei ze, verwonderd om de zwaai, die hij aan het gesprek gaf. "Zijn grondslag, Zijn onwrikb're vastigheden, heeft God gelegd op bergen. Hem gewijd", haalde John uit een psalm aan. Margareth wiegde het kind op haar schoot. "Weet je wat die oude dichter ook zei, zus?" ging John voort. "Ik hef mijn ogen op naar de bergen, vanwaar mijn hulp komen zal. Hoor je dat, Marga reth? De hulp komt van de bergen. Jouw hulp komt ook van boven, kind. Daar woont God". Zij veegde een traan van haar wang. "Dank u", zei ze. "Ik zal mijn best doen om er bovenuit te komen". "En bidden, meiske, bidden helpt". Daarop zei John vriendelijke woordjes over haar hand, dat lachte uit zijn blauwe ogen en op haar schoot lag te trappelen met zijn gebruinde beentjes. En Margareth lachte ook. Zij dronken samen een kop koffie en zij liet hem haar huisje zien; ze praat te over haar man, die zo goed voor haar was, en over Ann en Jane, die zoveel voor haar deden, en ze zei dat ze alle reden had voor dankbaarheid. Toen hij wegging, zei ze nog eens: "Dank u, opa!" en daarop was er een grote warmte in haar stem. Eer hij het smalle bospad insloeg, draaide hij zich om en zwaaide met zijn stok naar Margareth, die voor haar huisje stond, en hem nawuifde, vrolijk en blij. Hij was voldaan over dit bezoek. Terug bij Ann en Clarence vond hij daar een half- bloed op hem wachten. Het was een zoon van Bar rett, uitgestuurd om hem te halen. De oude was opeens veel erger ziek geworden. Hij wilde graag dat John kwam. John reed met de jongen mee. Hij vond Barrett be nauwd en met veel pijn, en ook angstig, want hij voelde dat zijn leven op een eind liep en hij wist zo weinig van het land, waar hij nu heen ging, noch van de weg erheen. John moest hem helpen. John zei dat hij hem er niet brengen kon, maar Eén kon het wel en om de hulp te ontvangen van die Ene, moest je je aan Hem overgeven. Barrett wou daar niet aan. Hij moest wat doen; hij wou veel doen. "Dat kun je immers niet meer", zei John daarop. Dit maakte Barrett juist zo angstig. Hij kon niets meer. Hij was te laat. Dus ging het met hem ver keerd. "Maar overgeven kun je je nog wel. Dat heb je immers de laatste tijd geleerd". Zo was het. Hij kon al maanden niets meer; hij kon niet eens alleen eten en drinken; in alles moest hij zich door Mable laten helpen. "Zo moet je je nu ook aan Hem overgeven. Het is het enige wat je nog kunt hier op aarde, maar dat is ook genoeg". Zij praatten samen, John troostend, Barrett hees en hijgend. John bad met hem. Op het eind zei Barrett dat het nu vrede was met God. En daarna dat hij ook zo graag vergeving krijgen zou van Ann. "Die heb je", verzekerde John. Maar de zieke wou toch gaarne Ann nog spreken en als 't kon Clarence ook. (wordt vervolgd) - V r Technisch directeur Kees Ihrman, een beetje getrouwd met Ford

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1999 | | pagina 5