Aan het monument zelf zit ook een stukje geschiedenis. Het is bekostigd uit de zgn. 'ondersteuningskas'. De gelden uit deze kas waren bijeengebracht om de nabestaanden van oorlogsslachtoffers financieel te onder steunen. Later zijn de uitbetaalde gelden terugbetaald en werden deze o.a. aange wend voor de oprichting van dit monument. Het is gemaakt van materiaal dat afkomstig is van de twee hardstenen straten van het Torenwachtershuis dat in de Oostdijk stond. Deze straten waren door de Wehr- macht opgebroken. Op 4 mei 1951 werd het monument officieel onthuld. Medio maart/april 1982 is er een gedenkplaat op aangebracht. Op deze plaat staan de namen vermeld van de oorlogsslachtoffers uit Ouddorp. Het unieke van de dodenherdenkingen met de schoolkinderen te Ouddorp is hierin gelegen, dat ieder jaar een andere naam van deze gedenkplaat in de herinnering geroe pen wordt. Aan de betreffende persoon wordt op de beide basisscholen extra aan dacht besteed door het kennis nemen van de omstandigheden waaronder en de plaats waar hij/zij overleden is. De betrokkenheid vanuit de gemeente met dit gebeuren is bij zonder groot. De burgemeester en andere bestuurlijke vertegenwoordigers van de gemeente Goedereede geven acte de pre sence, waarbij de burgemeester de verza melde schooljeugd alsmede de familieleden en belangstellenden toespreekt. Dit jaar wordt in het bijzonder stilgestaan bij Theodorus Franciscus Witte, onder zijn vroegere dorpsgenoten beter bekend als Door Witte. Het bijzondere van deze her denking is, dat de familie eigenlijk nooit een officieel doodsbericht van hem heeft ontvangen. De gegevens van zijn vermoe delijke dood door verdrinking berusten voomameUjk op het verslag van een mede- opvarende. Wie was Door Witte? Door werd geboren op 10 juli 1916. Hij was het negende kind in het vissersgezin van vader Jan Witte en moeder Maria Witte-Breen. Na Door werden nog vijf kin deren geboren. Jan Witte viste met de Oud dorp 23. Het is te begrijpen, dat, waar zoveel kindermonden gevuld moesten wor den, het niet altijd een vetpot was in huize Witte. Ze woonden aan de haven te Oud dorp. Door moest al vroeg mee naar zee om mee te helpen de kost te verdienen. Hij leerde daardoor het varensleven van jongsaf aan. Zo groeit Door op in de tijd tussen twee wereldoorlogen. Evenals zijn leeftijd genoten deelt hij in de voor- en tegenspoe den van het bestaan. Dan breekt de Tweede Wereldoorlog uit. Een tijd van kommer en kwel. Dit gaat ook het gezin van Jan Witte niet voorbij. Op 17 april 1944 overlijdt moeder Witte in het ziekenhuis te Dirks- land. Een hele slag voor het gezin, in het bijzonder voor vader Witte. De slagen hou den niet op. In de nacht van 23 op 24 november 1944 zorgt zoon Jan met twee andere Ouddorpse jongens, Arie Bakelaar en Dirk Tanis voor veel opschudding, voor al onder de Duitse bezetters. Ze zien in die nacht kans om met 14 Armeniërs in de Ouddorpse reddingsboot de "Maasvlakte" te ontsnappen en veilig het bevrijde Bra bant te bereiken. De volgende dag wordt vader Witte door de Duitsers meegenomen voor verhoor naar het gemeentehuis. Daar wordt hij bijna de hele dag vastgehouden. Hij kan echter naar eer en geweten verkla ren niets af te weten van het 'hoe en wan neer' van de ontsnapping van zijn zoon. Deze had bewust niets aan zijn vader en andere gezinsleden verteld. Wegens gebrek aan bewijs laten ze hem tenslotte weer naar huis gaan, vol zorg over de lotgenoten van zoon Jan. Dan breekt op 20 december 1944 de beruchte razzia op Goeree Overflakkee uit. Alle mannen van 17 - 40 jaar worden gesommeerd zich te melden. Wie het niet doet wordt bij ontdekking neergeschoten en bij niet-ontdekking voor hem een familie lid. Onder de vele Ouddorpers die deze dag en de volgende worden weggevoerd bevindt zich Door Witte en enkele van zijn broers. Vader Witte blijft met een hart vol verdriet en zorgen achter. In één jaar tijd onherroepelijk gescheiden van zijn vrouw en wie weet ook van een aantal van zijn kinderen. Zal hij ze nog levend terug zien? Met vele anderen wordt Door van Ouddorp naar Middelharnis getransporteerd. Van daar gaat het onder erbarmelijke omstan digheden naar Rotterdam, Amsterdam, Kampen om uiteindelijk in Hamburg te recht te komen. Vanwege zijn ervaring op schepen wordt hij tewerk gesteld op een groot koopvaardijschip, dat vluchtelingen, meest vrouwen en kinderen, vanuit Oost- Pruisen via de Oostzee naar Kopenhagen brengt. Dit als onderdeel van de omvang rijkste evacuering tot dan toe in de geschie denis. In de laatste maanden van de Tweede Wereldoorlog vluchtten enige miljoenen Duitse burgers en soldaten in barre kou van Oost Pruisen, Koerland en Pommeren naar het westen. Over vrijwel onbegaanbare wegen verliep hun tocht. Ze hadden één doel voor ogen: uit handen van de opruk kende Russen blijven. Eind januari 1945 werden de eerste schepen naar het oosten gestuurd om hen te halen. Al spoedig bleek evenwel dat er te weinig schepen beschik baar waren. Toch werden circa twee mil joen vluchtelingen over zee vervoerd. Wie denkt bij zulke berichten niet aan de huidige stroom vluchtelingen vanuit Joego slavië? In het boek "Blijvend Gedenken" van D. Hoogzand staat het relaas vermeld van de ondergang van de "Goya", het schip waar op Door Witte voer. Aangevuld met nadere gegevens luidt dit als volgt. Maandagmorgen 16 april 1945. Op het schiereiland Hela in de Dantziger Bocht drommen tienduizenden mensen samen. Het zijn vluchtelingen, meest oude mannen, vrouwen en kinderen, gewonden en solda ten. Het is een beeld dat vanaf januari 1945 in vrijwel alle havenplaatsen in het noorden van Polen te zien is. De verzamelde mensen hopen over zee weg te kunnen komen. Er zijn al verschillende transporten voor hen geweest. Het in- en ontschepen en de over tocht naar bijvoorbeeld Kopenhagen of andere steden in het westen is niet zonder gevaar. De Russen bestoken de schepen vanaf de wal, vanuit de lucht en vanuit zee. Er zijn dan ook bij deze zogenaamde "Aktion Rettung über See" een 80-tal sche pen verloren gegaan! Daaraan denken echter de wachtenden op de wal van Hela niet. Zij hebben maar een doel voor ogen: op een van de schepen zien te komen, die enkele honderden meters uit de wal voor anker Uggen. Vannacht zijn ze aangekomen. Het grootste schip heet de "Goya". Het ziet er bizar uit. Het is hele maal in camouflage-kleuren geschilderd. Wie het niet zou weten, denkt bij het zien van de "Goya" aan een aantal betonblok ken, die her en der over elkaar liggen. Onder de camouflage schuilt echter een voor die tijd uiterst modem en vooral snel vrachtschip. Gebouwd in Oslo, 1940 werd het januari 1942 door de Duitsers in beslag genomen en enigszins verbouwd om mee te helpen de glorie van het Deutsche Reich te vergroten. Met een snelheid van 18 zeemij len ontloopt het gemakkelijk de gevaarlijke vijandelijke U-boten. Nu is het schip inge zet voor transport van mensen, waar het duidelijk geen accommodatie voor heeft. Maar nood breekt wet! Onder de beman ningsleden bevinden zich waarschijnlijk drie Hollanders, die gedwongen arbeid ver richten, ver van huis en haard. Het zijn Chris Oostrum, ene Kuijt en Door Witte uit Ouddorp(!). De Ijevelhebber van het schip, kapitein Plünnecke weet wat hem te wachten staat bij Hela. Het schiereiland ligt voortdurend onder Russisch artillerievuur en de schepen in de haven en op de rede moeten de hele dag rekening houden met luchtaanvallen. Deze morgen om 07.05 uur vindt de eerste Russische aanval vanuit de lucht plaats. Uit het grauwe wolkendek schieten plotseling de Sowjet bommenwerpers tevoorschijn. Onmiddellijk begint het luchtafweer geschut te blaffen. Het is echter onbegon nen werk. In golven van 6 tot 9 vliegtuigen tegelijk vallen de Russen aan, dood en Ver derf zaaiend onder de duizende wachtenden en de honderden die in kleine scheepjes in de haven op weg zijn naar de grotere sche pen voor de kust. De taktiek is: eerst bom men afwerpen, vreselijke bommen, die bij het neerkomen op het wateroppervlak uit elkaar spatten en daarbij duizenden splin ters wegschieten over het water, die door hun geweldige vaart en kracht scheepswan den openscheuren en mensen doden. Daar na komen de vliegtuigen laag over het water scherend terug en bestoken met de boordmitrailleurs alles wat op en in het water beweegt. Dan volgt weer een bom bardement. Alles wat op de rede van Hela drijft is Russisch doel "Vernietiging" is het parool van de aanvaller: Totale ver nietiging van kinderen, vrouwen en man nen." Voor de Russische piloten zijn het allemaal slechts 'Hitlerhonden', die niet anders dan de dood verdienen. Als vliegen sterven de mensen: kinderen, moeders, grijsaards, gewonden, soldaten: allen ster ven in deze bommenhagel. De "Goya" komt er bij deze eerste aanval redeUjk gunstig af. Maar nauwelijks hebben de overlevenden van de eerste luchtaanval zich enigszins hersteld of daar stort om 08.30 uur zich een nieuwe bommenwer- Die letzte Fahrt der Goya endete am 16. April 1945 um 23.52 Uhr, acht Minuten vor Mittemacht. Zwei Torpedos, abgefeuert von dem sowjetischen Unterseeboot L 3, zerrissen das Schijf. Es sank innerhalb von sieben Minuten in ein 78 Meter tiefes Grab aufden Grund der Ostsee. (Zeichnung: Ostsee-Archiv Heinz Schön) OUDDORP - Woensdag 28 april a.s. zullen de leerlingen van groep 7 en 8 van de beide basisscholen alhier weer verzameld staan rond het oor logsmonument, dat zich bevindt op de hoek Dorpsweg/Hazersweg. Het is een beetje hun monument. Sinds 1987 hebben immers ieder jaar, rond de dodenherdenking van de gevallenen uit de Tweede Wereldoorlog, leerlingen uit de groepen 7 en 8 bij het monument plechtig een krans gelegd ter nagedachtenis voor hen, die vielen. De leerlingen uit groep 8 dragen met deze handeling als het ware de morele adoptie van het monument over aan de leerlingen van groep 7. Een en ander is destijds op initiatief van de Stichting Februari 1941 en in samenwerking met de Gemeente Goedereede van start gegaan. De Stichting Februari 1941 stelt zich ten doel het levend houden van de herinnering aan het verzet tijdens de bezetting door Nazi-Duitsland en de strijd die ter verkrijging van de bevrijding in binnen- en buitenland is geleverd. perseenheid vanuit de lucht op hen. De eer ste bommen vallen naast de "Goya". Bij de derde of vierde aanvalsgolf komt een bom op het schip terecht, vlak voor de brug. Het bovendek wordt voor een gedeelte openge reten. Kapitein Plünnecke stormt met een door bomscherven bloedend gezicht uit de stuurhut. Na tien minuten is de aanval voor- bij. De schade die de voltreffer op de "Goya" aangericht heeft, is groter dan eerst wordt aangenomen. Al gauw blijkt, dat op de conamandobrug bijna geen ruit meer heel is, verschillende stroomkabels zijn gebroken en wat het ergste is, het moderne instru ment om onderzeeboten tijdig te signaleren is volledig onklaar. Zo snel als de doodseskaders verschenen, zo snel zijn ze ook weer verdwenen. Op de rede van Hela blijft echter een onbeschrij felijke chaos achter: jammerende kinderen, snikkende moeders, biddende grijsaards, gewonden die om hulp roepen en... vele doden. Het lijkt wel of de bommen het signaal geweest zijn voor de stormloop op de sche pen. Er is geen houden meer aan. Met hon derden bestormen ze lichters, pramen, kot ters en andere boten, die hen aan boord van de voor de kust liggende "Goya" moeten brengen. Het schip torent hoog boven het bijna gladde water uit. Het is een trieste lading, die de "Goya" aan boord krijgt: lichamelijk en geestelijk gebroken mensen, op wiens gezicht de wanhoop en de doods angst van het overleefde bombardement nog te lezen is. Onophoudelijk ratelen de laadkranen, gewonden slepen zich aan boord of worden omhoog getakeld. Over de neergelaten valreep en de over boord han gende touwladders slepen de vluchtelingen zich met inspanning van hun laatste krach ten aan boord. In enkele uren tijds belanden zo duizenden aan boord, waaronder twee- a driehonderd gewonden. Het stinkt naar etter, van bloed doordrenkte verbanden en ongewassen mensen. Niemand stoort zich eraan. Er wordt geen scheepslijst met namen aangelegd. Er wordt alleen geteld, waarbij nog niet eens opgenomen worden, de velen, die als het ware illegaal, langs ankerkettingen en overboord hangende tou wen in het schip klimmen. De klok van de commandobrug wijst 14.30 uur aan als voor de derde keer op die dag Sowjetbonmienwerpers de haven en de rede van Hela aanvallen. De eerste formatie, bestaande uit 22 vliegtuigen concentreert zijn aanval allereerst op de haven van Hela, op de mensen die bezig zijn in boten, kot ters, pramen en andere kleine scheepjes te stappen, die hen naar de voor de kust lig gende "Goya" of een van de andere daar wachtende grotere schepen zullen brengen. Ook is de aanval gericht op de mensen die nog op de kade van de haven staan te wach ten. Dat zijn er nog duizenden: vrouwen, kinderen, grijsaards en ook soldaten, waar onder veel lichtgewonden. Ze staan daar als een muur, zij aan zij. Niemand doet ook maar een stap achteruit. Wie vooraan staat heeft immers de grootste kans om met een vaartuig de "Goya" te bereiken! Rechtop staat de mensenmuur op de kade. Dan vallen de bommen.... Dan vallen de mensen... de mensenmuur wankelt, stort ineen. Wat overblijft: muurresten.... Men senresten! In enkele seconden verstikt een zee van bloed en tranen de hoop van hon derden, die eindigt in een verschrikkelijk lijden en sterven. Na enige minuten van verlammende ontzet ting breekt paniek uit onder de overblijven- den. Mannen, soldaten stormen naar voren en springen in het koude water van de haven om desnoods zwemmend de op enkele honderden meters afstand liggende "Goya" te bereiken. In een mum van tijd zijn alle bootjes, pramen en kotters overvol en varen af naar de wachtende "Goya". Het water is volop in beroering van varende schepen en zwemmende mensen. De "Goya" wordt omringd door tientallen vaar tuigen, die om het hardst proberen langszij te komen om hun mensenlading af te leve ren. Dan stort zich de volgende formatie bom menwerpers vanuit de wolken uit en richt zich op de "Goya"! Bommen vallen in de wirwar van mensen en vaartuigen die de "Goya" omringen. De toestand, die hier door ontstaat is verschrikkelijk. Een kleine bom slaat een meter voor de brug door het dek van de "Goya" naar binnen en veroor zaakt brand in de timmermanswerkplaats, die zich daar bevindt. Met vereende krach ten wordt de brand geblust. De materiële schade bij deze aanval is geringer dan de schade die onder de mensen is aangericht. Om 18.00 uur meldt de officier, die met het inschepen belast is, aan de kapitein op de brug: "Wij hebben minstens 7000 mensen aan boord, na de 6000 waren we niet meer in staat om nauwkeurig te tellen, namen worden niet opgenomen, lijsten niet aange legd, slechts ieder weet voor zichzelf wie aanboord is!" Daar de "Goya" een vrachtschip is en geen passagiersschip, geeft dat bij het aan boord zijn van zo'n groot aantal mensen, waaron der gewonden en zwangere vrouwen, veel problemen: er zijn maar enkele toiletten, onvoldoende sanitaire ruimtes, enz. 7000 mensen: geen arts, slechts twee hulp verpleegsters, zwemvesten voor 3500 men sen, dus voor de helft van de mensen, red dingsmiddelen, zoals vletten en vlotten slechts voor 300, maximaal 400 mensen. Deze zijn bovendien nog extra vastgesjord en afgedekt. "Alleen God kan ons nog hel pen" zegt kapitein Plünnecke, terwijl hij voorzichtig de wond aan zijn kin betast, die door een bomsplinter veroorzaakt is. Om 18.10 uur geeft hij het bevel: "Valreep en touwladders inhalen.We varen weg. Ik kan niemand meer aan boord nemen!" Als de ankers gelicht worden en de "Goya" in beweging komt, is het schip nog omringd door tientallen volgeladen kleine vaartui gen. De "Goya" vaart weg zonder hen! Een eindje uit de kust wordt het konvooi gevormd. Het bestaat uit de "Goya" met 7000 mensen aan boord, de "Mercator" met 5500 mensen en de stoomboot "Kronen- fels" met 2500 mensen aan boord. Deze drie vrachtschepen worden beschermd door de mijnenvegers "M 256" en "M 328", als mede de tot sleepboot omgebouwde water tanker "Agiër" Alle zes schepen zitten tjokvol met mensen. Mocht er met een van de schepen wat gebeuren, dan is het eigen lijk onmogelijk om mensen van elkaar over te nemen! Om 19.00 uur precies vaart het konvooi weg met bestemming Kopenhagen. Hoe wel de "Goya" 18 knopen kan lopen, wordt afgesproken bij elkaar te blijven en niet harder te varen dan 11 knopen. Dat is na melijk de maximumsnelheid van de "Kro- nenfels". Het konvooi volgt in de vallende duisternis de kortste diepwaterroute. Daar loopt het weliswaar gevaar getorpedeerd te worden door duikboten; maar de kustwateren zijn evenmin veilig in verband met de aldaar voorkomende mijnenvelden. Er valt een gestage motregen, waardoor het zicht be perkt is. De zee lijkt ingeslapen en verla ten. Dat is echter maar schijn. Daar is kapitein Plünnecke op de "Goya" zich terdege van bewust. Gekweld door een al dagenlang durende koorts en gehinderd door de verwonding aan zijn kin, vraagt hij om 23.40 uur, dus enige tijd voor midder nacht, aan zijn officieren naar de positie van zijn schip. Als hij het antwoord hoort, schrikt hij. Hij herhaalt zachtjes voor zich uit: "Ongeveer 12 zeemijlen vanaf Stolpmünde.Weinigen aan boord, behal ve hij, weten dat op deze plaats 30 januari 1945 de "Wilhelm Gustloff' door een Sow jet U-boot getorpedeerd is en met meer dan 5000 mensen zonk en dat diezelfde Russi sche onderzeeër enkele dagen later, op 9 februari bijna op dezelfde plaats het gewondentransportschip "Steuben" met 3000 gewonden aan boord door twee tor pedo's in de grond boorde. Hier in 70 meter diep water liggen de "Gustloff" en de "Steuben" op de bodem van de zee en 8000 dode mensen! De ongerustheid van kapitein Plüimecke is niet ongegrond. Sinds uren ligt in deze omgeving van de Oostzee de Russische on derzeeër "L 3" op de loer en wacht op het konvooi, dat in de vroege avond het schier eiland Hela verlaten heeft. De "L 3" behoort tot de elite-onderzeeërs van de Sowjetvloot. De laatste aanval van de "L 3" op 31 januari 1945 was echter een misluk king geworden. Het betrof een aanval op de "Gap Arcona" een passagiersschip dat met 8000 mensen aan boord vanuil de haven van Gotenhafen was vertrokken. De afge vuurde torpedo's misten hun doel. Een tweede mislukking kan de conunandant van de "L 3", kapitein 3e klasse Vladimir Kon- ovalov, zich niet permitteren. Om 23.52 uur, acht minuten voor middernacht, krijgt hij de "Goya", het grootste schip van het konvooi in het vizier van zijn periscoop. Op hetzelfde ogenblik geeft hij het bevel: "Vuur!" Weinige ogenblikken later scheu ren twee torpedo's de scheepswanden van de "Goya" open. De eerste torpedo scheurt de wand van het voorschip over verschil lende meters open. De tweede torpedo treft midscheeps en vernietigt de Machinekamer. Twee zware explosies en hoge steekvlam men doorklieven de donkere nacht, gevolgd door rondvliegend hout, inventaris en licha men. Het gegil en geschreeuw van mensen in doodsnood weerklinkt mijlenver over de zee. In de ruimen ontstaat paniek onder degenen, die de explosies hebben overleefd. Zij zoeken naar familieleden en rennen naar de trappen om het binnenstromende water te ontvluchten. Tientallen springen over boord. Door het gedrang worden velen onder de voet gelopen en dood gedrukt. Ook bij de trappen naar het sloependek dringt men bijeen om te trachten in de sloe pen het schip te verlaten, maar omdat deze zijn vastgesjord en afgedekt duurt het veel te lang. Met een geweldig lawaai breekt het schip middendoor en zinkt met een sissend geluid in de diepte. In de korte tijd van Als het schip in de diepte verdwenen is, zet zich in het water voort, wat aan boord begon: de taaie worsteUng om lijfsbehoud. De hulpverlening door de begeleidende schepen komt slecht langzaam op gang. De duisternis en de motregen belemmeren het uitzicht. Meerdere drenkelingen worden meer dood dan levend aan boord getrok ken. Velen zijn bezweken, de geborgen lichamen stapelen zich op de schepen op. Om 08.00 uur in de morgen van 17 april liggen de schepen van het konvooi weer op koers naar het westen. Twee schepen ont breken: de "Goya", die nooit meer een zee bevaren zal en de stoomboot "Mercator", die met 5500 vluchtelingen aan boord direct na de voltreffer op de "Goya" het bevel van de commandant van het konvooi krijgt om met volle kracht en wisselende koersen naar Kopenhagen op te stomen om ook niet het doelwit van een Sowjetonder- zeeër te worden, 's Middags komen de overgebleven vier schepen aan op het eiland Rügen. Hier worden de gewonden bijeen verzameld en de doden aan land gebracht om te worden begraven. Terwijl de konvooischepen al op weg naar Rügen zijn, vinden Duitse snelboten aan het eind van de morgen nog enkele verkleumde drenkelingen op de plaats waar de "Goya" is gezonken. Voor hen komt 11 a 12 uren na de ramp nog redding. Hoewel de getal len van overlevenden in de diverse bericht gevingen verschillen, mag worden aange nomen, dat 334 mensen deze catastrofe hebben overleefd. 6666 mensen verloren het leven en vonden merendeels een graf in de golven. Voor het verschrikkelijke lijden en sterven van deze duizenden, meest vrou wen, kinderen en grijsaards werd Vladimir Konovalov, commandant van de Sowjet onderzeeër "L 3" onderscheiden met de hoogste Sowjet-onderscheiding die het Russische leger kende, hij werd "Held der Sowjet Unie". Voor hem waren de 7000 mensen op de "Goya" niet meer dan "Hit- leraanhangers", die de dood verdienden. Na de bevrijding van Nederland, 5 mei 1945 komen verschillende van de wegge voerden uit Ouddorp in groepjes op wagens weer terug. Vijf van de zes weggevoerde zonen van Jan Witte zijn weer terug mogen keren tot de hunnen. Wat een blij weerzien! Maar waar is Door? De zussen gaan telkens kijken als er weer nieuwe teruggekeerden in het dorp aankomen. Telkens keren ze ook weer teleurgesteld naar huis terug. Dat huis is trouwens niet meer het stenen huis op de haven. Dat is door de Duitsers afgebroken. In plaats daarvan is er een houten 'keet' opgetrokken onder aan de dijk, met hout dat door de Duitsers verschaft is. De deur van het houten huis moet 's nachts van vader Witte openblijven. Stel je voor dat Door eens plotseling zou komen, dan moet hij toch niet aan een gesloten deur komen! Zo gaan er maanden heen waarin de fami lie tussen hoop en vrees leeft. Totdat een zekere Kuijt uit Katwijk in Ouddorp ver schijnt. Hij vertelt uit eigen ervaring van de ramp met de "Goya". Hij is een van de laat ste drenkelingen die na 12 uren op het koude water van de Oostzee te hebben JX '■'l: «ea .25.&,*5 Heus rg ere ofmun. ;sste l la Has fe g r y- l HHïaïadstr. 5ö ^Vi4*- \C4-4x*»/<L Setr. "So^a" rLchten vcrsc.txedener 3es.~jtisj;;irsmi?lia'ler 1st das - - a-: lö.--^*? iQfcié« X34-p€Jotr3ffer bei Ie la. ia ferlstst f, /•j- li-te'l^" &'5i!atrose tocliST.aat ilU.&leKtr. Sryi .1.1:,.,'; Eraasir, Herbert iansQier, ï.llri,«iS «»iss,-5er, Frl*4ricft -^iMs&St Hichard tack»ir4, Eras* Traitaer, «-alter- 2'/» 12.1900 n'trnt.' 7. 1.189-5 *'«'''«^- g,. ?.I92l firm. 10. 2.1925 '-*#.é>Wl«^r 13. 2.132? «^J**. 5.12.1310-? #».^«.-^ff 2*.ia«19l9i ^'d'-it***f 13. è;W2ê:m-^\ J IP»' zeven minuten, 420 seconden(!) zinkt het schip naar de zeebodem, een 78 meter diep graf vormend voor duizenden en nog eens duizenden mensen. Op de het konvooi begeleidende mijnenve ger "M 256" noteert de dienstdoende offi cier van de wacht in het oorlogsscheeps journaal het volgende bericht: "Goya" zinkt om 24.00 uur op 55 graden, 13,5 minuten Noorderbreedte en 18 graden, 20 minuten Oosterlengte. Waterdiepte 78 meter. Met de redding van de schipbreuke lingen wordt begonnen. Achter dit bericht van een 20-tal woorden, dat in geen enkel Duits legerbericht ver meld, door geen enkele nieuwslezer ver spreid, door geen enkele krant afgedrukt en door geen enkele radiozender uitgezonden is, verbergt zich de grootste scheepvaartca tastrofe aller tijden. Militair in 28 woorden uitgedrukt! gedobberd, opgepikt is door de Duitse snel boten. Hij vertelt dat hij met Door verschil lende tochten op de "Goya" gemaakt heeft. In de nacht van 16 op 17 april 1945 is hij hem echter uit het oog verloren. De hoop verdwijnt, de harten rouwen om een gelief de zoon en broer. Door Witte was een van de zeer velen, die vielen door het geweld van de wrede Twee de Wereldoorlog. In hem gedenken wij hen allen en ons meeleven gaat uit naar de nabestaanden! Bronnen: "Blijvend Gedenken" - D. Hoogzand, uitg. Boeken Vroegindeweij, Middelhar nis "Ostsee '45. Menschen, Schiffe, Schik- sale" - Heinz Schon, Stuttgart 1983 "Schip vergaan....zevenduizend doden" - Siep Zeeman Jaarlijkse plechtigheid adoiitie oorlogsmonument te Ouddorp 2e van links: Theodorus F. Witte, 3e van links: Jan Witte K l/V"''^Tt*''*''*"**^^^'' y^iy*y*NiW(K^* is.ii. lijn. l.Cffz. 3.Cffj. Fu.& fens. 2l.'nï.8 rtar.s .ta 'e». ij, 1^5

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1999 | | pagina 7