EIÜVtlDEtl-niEUWS Overdenking (H uit de Heilige Schrift 11 oktober in EO-familiedag Jaarbeurs Utrecht HET ,^IJKVENSTER Publicatie van 'De Motte' over Industrieel Erfgoed 'Genadedauw' 2e Blad VRIJDAG 26 SEPTEMBER 1997 No. 6640 Blik op kerk -j? en samenleving ij - Boek over Beatrix - Ook een mens - Als warme broodjes Nog geen drie weken na de schokkende dood van Prinses Diana, waarbij de rol van de roddelpers uitvoerig besproken en bekritiseerd is, verschijnt in ons eigen land een boek over Koningin Beatrix. Van de hand van Fred Lammers, die door z'n eigen krant - hij is journalist bij Trouw - wordt aangeduid als royalty- watcher. Die krant vond de verschijning van dit product kennelijk zo belangrijk dat het op de morgen van woensdag 18 september voorpaginanieuws was, met als kop: 'Beatrix vond Diana hysterisch'. Op pagina 9 gaat het verhaal nog verder, onder de opzienbarende mededeling: 'Beatrix heeft menselijke trekjes'. Dat ook koningen en koninginnen mensen zijn, wie niets menselijks vreemd is, is blijkbaar nieuws! Hoe het ook zij, de Story-, Privé- en Weekendlezers kunnen voorlopig hun hart ophalen. De nieuwste pennevrucht van Fred Lammers vergunt hen een doorkijkje achter de deuren van de palei zen Noordeinde en Huis Ten Bosch. We weten nu althans dat we in Nederland een driftige koningin hebben, die scheld kanonnades kan houden tegen personeel dat z'n taak niet goed uitvoert. En de viering van Koninginnedag begint haar en de hele koninklijke familie zoetjesaan de keel uit te hangen. Het is zelfs beledi gend voor vorstelijke personen, altijd maar weer getuige te moeten zijn van koekhappen en zakkenlopen. Eén ding snap ik toch eigenlijk niet zo goed. Wanneer Koningin Beatrix de per soonlijkheid is zoals Fred Lammers die beschrijft - en dat ze er niet de vrouw naar is om zich iets te laten opdringen, dat kan iedere Nederlander wel weten - dan is het mij een raadsel waarom zij er ooit aan begonnen is. Want zij heeft de traditie van het défilé op Soestdijk af geschaft om op twee plaatsen in Neder land haar verjaardag te vieren. En wan neer dat achteraf niet mocht bevallen, wat let haar om er een punt achter te zet ten? Ik heb het boek van Fred Lammers niet gekocht, ik zal het ook niet kopen en lezen. Maar dat het als de bekende warme broodjes over de toonbank zal gaan, daar kunnen we wel zeker van zijn. Reeds op de dag van de verschijning waren de meeste boekhandels binnen een paar uur door de voorraad heen, en ze hadden toch echt niet te weinig exempla ren ingeslagen. Voor de radio werd een koper geïnter viewd. De verslaggever vroeg hem waar om hij het boek kocht. Wel, hij was een republikein en wilde de monarchie af geschaft zien. En hij verwachtte dat zijn afkeer van het Koninklijk Huis door het lezen van het boek bevestigd zou wor den. En - vroeg de verslaggever - als het nu allemaal eens gebaseerd is op roddel? Maar dat deed er niet toe. Het doel hei ligde de middelen. Een president die het niet goed doet kun je naar huis sturen, maar aan een dynastie zit je vast. Dat is niet meer van deze tijd. Het is gelukkig dat het slechts een kleine minderheid is die er zo over denkt. Daar om moest ook de grote meerderheid, die liefde heeft voor het Oranjehuis, zo'n boek ongelezen laten. Waarnemer De meest bekende en in het oog springende sporen van onze water leiding zijn niet de pompstations, want die liggen vaak achteraf ergens in de duinen, maar natuur lijk de watertorens. Deze torens waren nodig om een continue druk op het waterleidingnet te houden. Zij deden bovendien dienst als op slag van een reservevoorraad drinkwater. De eerste Nederlandse watertoren verrees in 1856 in Den Helder. Sindsdien zijn er ruim 260 watertorens gebouwd, waarvan twee op Goeree-Overflakkee. In 1971 werd in Eindhoven de laatste watertoren van ons land gebouwd. Inmiddels hebben vele watertorens hun eigenlijke functie verloren. Watertoren te Zuidzijde Met de komst van de drinkwaterleiding op het eiland, was ook een watertoren noodzakelijk. Deze werd gebouwd te Zuidzijde. De toren is hoofdzakelijk ver vaardigd van gewapend beton met een bekleding van baksteen. In de toren zijn twee reservoirs aangebracht, elk met een inhoud van bijna 200 m3, waardoor het mogelijk was om zonder de toren uit te schakelen, de reservoirs om beurten schoon te maken. De bodem van de reservoirs ligt op 28.70 meter boven het maaiveld, terwijl de bovenkant van het dak op ongeveer 44 meter hoogte ligt. De toren was afgedekt met een koperen koepel. De fundering bestaat uit 260 palen met een gemiddelde lengte van 16 meter. Indien tijdens de pompuren meer water in het buizennet werd gepompt, dan door de verbruikers werd afgeno men, ging het overschot zolang in de watertoren, totdat deze geheel gevuld was en de pompen automatisch tot stil stand kwamen. Gedurende de tijd, dat de pompen stilstonden, geschiedde de watervoorziening uitsluitend uit de toren. In de jaren zestig werd in de watertoren een opjager geplaatst, zodat het reservoir elke nacht kon worden gevuld. Dit was nodig om de watervoorziening voor Oostflakkee wat geleidelijker te laten verlopen. Omdat in het oosten van het eiland veel tuinders waren gevestigd, die water gebruikten, kwam het steeds regel matiger voor, dat de watertoren reeds 's middags al leeg was en de druk te laag werd. De toren te Zuidzijde toont grote over eenkomsten met de watertoren te Utrecht-Overvecht. De Utrechtse toren - in Amsterdamse Schoolstijl - was ook een achtkantige toren, maar deze was iets hoger: 49 meter. Dit was een ontwerp van J.L. Pateer (adviseur Mabeg). Wie de architect van de Flakkeese toren is, is niet helemaal duidelijk, maar het is wel een ontwerp van de Mabeg. De watertoren werd buiten bedrijf gesteld en het waterleidingsbedrijf ver kocht de toren aan een pariculier. Inmid dels is de toren ingericht tot woning. Een stuk industrieel erfgoed is veilig gesteld door het een passende herbestemming te geven. Watertoren Sommelsdijk-Dirksland Door de overweldigende belangstelling voor de drinkwaterleiding, moest men na de ingebruikneming sneller dan voorzien overgaan tot uitbreiding van de water- winwerken in de duinen bij Ouddorp. In 1939 kwamen er een tvveede open kanaal en acht putten voor diepe waterwinning bij. Nabij Dirksland - toen nog het grondgebied van de gemeente Sommels- dijk - werd eind 1939 een aanvang geno men met de bouw van een nieuwe water toren. Door de strenge winter moesten de werkzaamheden langdurig worden onderbroken. Met het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog ontstonden opnieuw vertragingen, waardoor eerst in de loop van 1941 de toren in bedrijf kon worden genomen. Ir. J. Gerben ontwierp de toren in Delftse Schoolstijl. Een eigen watertorenarchitectuur bestond niet. De architecten van deze toch wel zeer beeld bepalende torens volgden meestal de heersende trends in de architectuurwe reld en/of hun 'eigen' stijl. Deze toren lijkt totaal niet op z'n oudere broer te Zuidzijde. Toch zijn beide torens gebouwd in opdracht van dezelfde Stich ting, onder toezicht van dezelfde maat schappij (Mabeg) en verschillen zij slechts zo'n vijfjaren. Niet alleen qua uiterlijk verschillen ze nogal, ook de inhoud van de nieuwe toren (575 m3) is aanzienlijk groter. En dan de hoogte. Met z'n ruim 63 meter was de watertoren tussen Sommelsdijk en Dirksland lange tijd de hoogste van Nederland, totdat aan het eind van de jaren vijftig in Emmel- oord de zogenaamde 'Poldertoren' (65 meter) verrees. Net zoals de 'Poldertoren' te Emmeloord in het vlakke, jonge landschap een baken is, is ook de watertoren, daar in het cen trum van Goeree-Overflakkee een her kenningspunt voor velen. Het eigenaar dige 'hoedje' - de torenspits - was voor de bekende schrijver Nescio reden om de toren 'De Chinees' te noemen. Het leek „Ik zal Israël zijn als de dauw. (Hosea 14:6a) In deze belofte ligt een heenwijzing naar het tere werk van Gods Geest in het hart van zondige mensen. Een belofte voor een volk vol ongerech tigheid en afgoderij. Zo immers tekent Hosea dat volk van zijn dagen. En al we dan vragen waarom de Heere dan toch nog bemoeienis met hen wil hebben, dan lezen we in vers 5: „Ik zal hen vrijwillig liefhebben", óf zoals onze tekst het zegt: „Ik zal Israël zijn als de dauw". En zie daarin ligt nu ook die vrije ontfer ming en goedheid van de Heere verklaard, want zoals de dauw vrij van de hemel valt zo valt ook Gods genade vrij. De ene nacht valt hij als een milde regen neer en de andere nacht is hij niet te vin den. De ene akker wordt heerlijk leven wekkend bedauwd en een andere laat hij dor en dodig liggen. De Heere vraagt niet naar waardigheid of verdiensten van mensen, maar Hij ont fermt Zich die hij wil en zo leert de Heere Zijn volk die heerlijke waarheid verstaan; dat het niet is desgenen die loopt noch die wil, maar des ontfermenden Gods. En daarom plaatst het; „De zal Israël zijn als de dauw" u en mij er helemaal buiten. Alleen de zoen- en kruisverdiensten van Christus komen in aanmerking, waarin het welbehagen van God gelukkiglijk voort gaat. Alleen op grond van de verdiensten van Christus wordt een zondaar of zondares aangezien, vrijgesproken en onderhouden. De dauw vormt zich ook in de nacht. Dat wil zeggen; Neemt onze wijsheid een einde en worden wij dwaas voor God, wordt het aan onze kant vanwege onze zonden een eeuwig omkomen onder Gods recht; zie dan valt de dauw des Heeren. Hij laat de Zijnen niet omkomen, die hon geren en dorsten naar de gerechtigheid. „Ik zal Israël zijn als de dauw", die ge woonlijk valt in de zoele zomernachten, dan brengt Hij leven, frisheid en verkwik king op het dorre, naar water smachtende land en hoe meer nu die dauw des Geestes ingaat in een dorstig hart hoe nederiger en ootmoediger ze wordt en hoe lager ge dachten u van uzelf heeft, hoe hoger ge dachten u zult krijgen van de Heere en hoe meer u Hem nodig heeft. En wie zo nu wel eens door genade van die levend makende dauw van de Heilige Geest geproefd heeft, die ziet er des te be geriger naar uit om weer en meer met deze dauw begiftigd te worden. En waar die dauw telkens weer valt, daar geeft de Heere u telkens ook weer nieuwe kracht, nieuwe genade en nieuw geloof. Hij geeft u dan telkens weer nieuw manna. De Heere onderhoudt de Zijnen als de dauw. Hoe kan het land in de frisse dauw ook geuren en schitteren. Welk een pracht van een vernieuwd leven kan het geven. De vorige avond lag alles na een hete zonnige dag er verdord en slap bij. De planten schenen op hun wortels te verdorren. Maar na een nacht van flinke dauw is dat zelfde landschap als vernieuwd. Maar nog veel heerlijker is de vernieuwing welke ontstaat als de dauw des Geestes een dor en doods hart komt te verkwikken. Want o, hoe kan de zonde weer scheiding ma ken tussen de Heere en uw ziel. Hoe kun nen hoogmoed en eigengerechtigheid en allerlei vleselijke begeerten een ziel weer van de Heere aftrekken. Wat kan het le ven dan dor en dodig zijn. En wie kan daaruit verlossen? Nee geen menselijke kracht, al zou u dagenlang, ja uw leven lang, in uzelf zoeken naar een beetje dauw, u zult het daar niet vinden. Dan zeg ik u; Heengevlucht tot Hem Die het belooft: ,,Ik zal Israël zijn als de dauw". Het leven ligt buiten onszelf in de Heere Jezus Christus en de Geest neemt het uit Hem en geeft het aan een dorstig volk. En als Hij komt als de dauw dan wordt erva ren: „O, God Gij hebt Uw erfenis gesterkt als zij mat geworden was". Zo was het bij zen Maria Magdalena en Thomas, niemand kon hun dorstige zielen bedauwen dan de Heere alleen. Ik zal. De dauw verlangt stilte, want na een storm achtige nacht vindt u haar niet. Ook het geestelijk leven vraagt stilte, de binnenkamer wordt opgezocht om de Heere te ontmoeten en dan is het: „Mijn ziel is immers stil tot God van Hem wacht ik een heilrijk lot. O, wat een teer beeld als we in de vroege ochtendzon de dauwdruppels zien fonke len op het spinneweb, op de bomen en mosplantjes, ja zelfs op de kleinste gras sprietjes! Wat vertroostend als ze dan zien dat het geringe niet wordt overgeslagen, ook geestelijk, door Hem, Die is als de dauw. Het nietigste blaadje krijgt te buigen onder Gods gunstrijke genade en het ono- gelijke takje wordt nog verheerlijkt door de dauwdruppel. Maar de dauw legt zich ondertussen ook op hekken en ijzeren paaltjes en... het doet hen geen nut! O, vreselijk zoveel weldaden uit Gods Hand te ontvangen en u leeft er hard en verhard langsheen. Waaraan bent u dan gelijk? Aan levende planten, die door ge nade de dauw gretig indrinken of aan dorre stukken hout en ijzer? Acht zegt u: U moet eens weten hoe dor het van binnen bij mij is. Waar dan heen? Luister dan wat de Heere bij monde van Hosea ons laat horen: Ik zal Israël zijn als de dauw! Ouddorp R.V. hem wel aardig om de toren de voorzien van de lange hangsnor... Het had overigens weinig gescheeld, of de toren was in de Tweede Wereldoorlog verwoest. Niet door beschietingen, maar door sabotage van de Duitsers. Zij had den zo'n 400 kilo springstof aangebracht in de acht buiten- en vier binnenkolom- men, waarop het reservoir rust. Het lag in de planning om op 4 mei 1945 de toren op te blazen, maar dat gebeurde gelukkig niet, waarna men op 7 mei de springstof kon verwijderen. Inmiddels is ook deze watertoren (sinds 1987) buiten gebruik gesteld. De toren is thans eigen dom van de gemeente Dirksland. Tot op dit moment is het nog niet duidelijk, welke bestemming 'De Chinees' zal gaan krijgen Met belangstelling volgen we de ontwikkelingen. Jan Both - bestuurslid van 'De Motte' De Evangelische Omroep houdt op 11 oktober de jaarlijkse EO-Fami- liedag in de Jaarbeurshallen in Utrecht. De EO verwacht dat onge veer 23.000 volwassenen en 7.000 kinderen de dag zullen bezoeken. Voor de kinderen is een apart kin- derfeest georganiseerd. De volwas senen wonen een programma bij met veel koor- en samenzang, ver schillende toespraken en een Met- terdaad-actie. De dag begint om 10.00 uur en duurt tot 16.00 uur. De toegang is gratis. Koor- en samenzang nemen een grote plaats in op de EO-familiedag. Bezoe kers kunnen luisteren naar grote samen gestelde mannen- en jongenskoren, ver schillende gemengde koren en een samengesteld kinderkoor. De leiding van de samenzang ligt in handen van Jan Quintus Zwart. Diverse muzikanten ver lenen hun medewerking. Op de familie dag wordt ieder jaar actie gevoerd door EO-Metterdaad voor een goed doel. Dit jaar wil Metterdaad geld inzamelen voor het bijbelvertaalwerk in de staat Yakutia, in Oost-Siberië. Een deel van het Nieu we Testament is reeds vertaald en kan worden uitgegeven. Voor het vertalen van het overige deel hebben de vertalers nog ongeveer twee jaar nodig. Het kinderfeest is alleen toegankelijk voor kinderen die zich van te voren hebben opgegeven via telefoonnumer (0318) 622336. De kinderen worden ver deeld in twee leeftijdsgroepen: een groep van 4-7 jaar en een groep van 8-11 jaar. Autobedrijf Jan van Dijk Harry en Fredy Nijhof zullen optreden voor de jongste kinderen met het pro gramma Simon en ZO. De oudere kinde ren krijgen een voorstelling van poppen speler Aad Peters. De kinderen zuilenbo vendien zo'n 4000 zelgetekende ansicht kaarten versturen naar de president van Brazilië. Met deze actie, die uitgaat van de christelijke mensenrechtenorganisatie Jubilee, willen ze de president wijzen op de rechten van het kind. Het thema van de dag is ontieend aan het bekende bijbelhoofdstuk over de liefde, 1 Korinthe 13. De sprekers zullen ieder een aspect behandelen. Achtereenvol gens komen de liefde tot de Heere Jezus, tot de medemensen dichtbij huis en tot de 'anonieme' naaste aan de orde. De sprekers zullen een appèl doen op de aanwezigen om zich vanuit hun liefde tot God toe te wijden aanhun medemensen. De EO organiseert de familiedag voor de 26e keer. De EO hoopt dat de familiedag niet alleen de band tussen de achterban van de EO versterkt, maar ook bijdraagt aan een grotere eenheid van christenen onderling. Bovendien wil de EO op deze dag zijn doelstelling kracht bijzetten door de aanwezigen op te roepen ook in het dagelijks leven uit te komen voor hun christen-zijn. -61- Hij ging opnieuw tegenover Smalbil zit ten. „En nu?" vroeg hij. „Dacht je, dat je het in Zwolle zou vinden? Ik heb eens tegen je gezegd, dat de grootste overwin ning van de mens er een op zichzelf is. Maar jij wilt vluchten, Smalbil, voor je zelf en voor anderen! Dat je zó laf was, had ik niet van je gedacht, beste man. Smalbil keek hem even aan. Laf?" vroeg hij. Toen dwaalde zijn blik weer weg. „Ja!" zei Titus. „Laf!" Je wilt me toch niet vertellen, dat jij niet in staat bent, meer van je zaak te maken dan Hendrik Mants? Maar je bent bang geworden, en nu wil je er tussenuit! Of is het toch waar, dat je tegen elke vooruitgang bent?" „Ik tegen vooruitgang?" „Ja! Draai er niet omheen, Smalbil! Je bent steeds een verklaarde vijand van de Maatschappij ge weest! Je hebt beweerd, dat de Maatschappij hier zedeloosheid zou brengen en ellende! Maar kijk nu om je heen en wees eerlijk! Je zult dan moeten toegeven, dat je ongelijk hebt gekregen! Het dorp is er hard op vooruitgegaan; alleen jij niet, omdat je niet wilt!" Hij slingerde hem de woorden in het gezicht, hoewel het hem zelf pijn deed, maar hij wist, dat een zweepslag nu het beste was. „IK ben er heel vast van overtuigd, dat je dit allemaal zelf wel inziet, maar je wilt het niet toegeven! Je bent bang, dat je je gezicht zult verliezen, als je nu voor het forum treedt en er eerlijk voor uitkomt, dat je je hebt vergist, en dat je op een verschrikkelijke manier hebt gefaald! Je weet dat al heel lang, mar het eigen ik was jou zó heilig, dat je door moest gaan op de manier, waarop je bent begonnen... En toen nam je je toevlucht tot leugens en laster praat! En wat rest je nu? Een vlucht! Je laat je dorp in de steek en je jachthut, omdat je geen kracht genoeg in jezelf hebt, om je eigen ik te overwinnen!" Titus zweeg. Hij voelde zich ellendig bij de aan blik van de man tegenover zich. Smalbil zat nu ge heel ineengedoken, en zijn handen lagen ver krampt voor hem op het tafelblad. Zijn vingers be wogen, en de nagels krasten over het hout. Zijn mond hing halfopen, en zijn kin bibberde. En Titus vroeg zich af, wat Hogeboom zou zeggen, als hij hem nu had gehoord. Hij zou vermoedelijk goed keurend knikken, maar er zijn spijt over uitspre ken, dat hij geen echte zweep had gebruikt inplaats van zijn tong... Hij stond op en ging opnieuw achter de manufac- turier staan, met zijn handen op diens schouders. „Smalbil", zei hij, heel zacht nu, „een van de een voudigste zielen in onze gemeente, heeft eens tegen mij gezegd, dat het bepaald een wonder was, zoals God de aarde heeft gemaakt. „Alles", zei zij, ,,wal wij maar nodig hebben, dominee, geeft de aarde! Aan de oppervlakte de gewassen, en er bin nenin allerlei andere stoffen!" En nu vraag ik jou, niet als predikant zonder meer, maar als een vriend, die het goed met je meent, of je je gedach ten nog eens wilt laten gaan over de gelijkenis van de Talenten". Hij schudde hem zacht heen en weer. „Ik hoef jou die toch niet meer te vertellen, nietwaar?" Hij liet de man los en trok zijn jas aan. Daarna liep hij naar de deur en opende die, om te vertrekken, maar op de drempel draaide hij zich nog eenmaal om. „Denk eens goed na, over de onnutte dienst knecht, Smalbil", zei hij. Toen trok hij de deur achter zich dicht. Een goed halfuur later kwam Smalbil thuis. Hij ar riveerde bijna tegelijk met Hendrik Mants, die hem luidruchtig en joviaal begroette. „Is je dochter er niet?" vroeg hij met een grijns, terwijl hij Smal bil op de schouder sloeg. „Nee!" zei de manufacturier kort. „Hierin maar!" En hij opende de deur van de zijkamer naast de winkel... ...Een uur nadien kwamen ze weer te voorschijn. Het gezicht van Hendrik Mants was rood en opge wonden. Dat van Smalbil stond weifelend. „Je weet het dus!" zei Hendrik. „Ik geef je nog tijd tot morgen vroeg. Man, bedenk wat je doet! Gooi deze kans niet weg!" „Ga nu maar!", zei Smalbil. Hij duwde de ander bijna naar buiten... Toontje stond met Martha op de weg voor de her berg. Zwaantje stond op de stoep onder de linden. Zij had hem geroepen, om even naar Martha's fietslamp te kijken, die het plotseling niet bleek te doen. Toontje had het in een oogwenk voor elkaar gemaakt. Het snoer bleek van de dynamo te zijn losgeraakt. „Doe het maar voorzichtig aan", zei Toontje. Het regende niet meer, maar het was nog steeds erg mistig. Toen het meisje opstapte, naderde van de andere kant een auto. De lichten doemden plotseling op uit de mist en kwamen snel nader. Ze Wciren eens klaps vlakbij. Martha gaf een gil, terwijl zij rakelings voor de Renault langs schoot. Hij miste haar op een haar, maar voor Toontje was het te laat. Hij werd gegre pen door het rechtervoorspatbord en meegesleu- terd. Ruim twintig meter verder kwam de auto met een klap tegen een boom tot stilstand. Op de langgerekte kreet van Zwaantje renden een paar mensen uit de gelagkamer. Ze vonden haar op de stoep, met het gezicht op de stenen. Zij was volkomen buiten kennis. Een der mannen holde naar de auto. De neus was totaal ingedrukt, en Hendrik Mants zat beklemd tussen het stuurwiel en de rugleuning van de bank. Hij moest op slag dood geweest zijn. Toontje lag aan de voorzijde tegen het rechterwiel. Zijn kleren waren aan flarden gereten, en dokter Hogeboom, die even later arriveerde, verbleekte, toen hij de gapende buikwonde zag. Hij richtte zich op en wenkte Paul Breukers, die, evenals vele anderen, op het geluid van de klap naar buiten was gekomen. „Snel!" zei hij. „Bel het ziekenhuis in Westeroord op en zeg, dat ze de ambulance sturen en minstens twee zusters. Vertel ze verder, dat ze dokter Bruyns moeten waarschuwen; dat is de beste chirurg hier. Ik móet hem hebben! Begre pen?" Paul rende al weg. Hogeboom greep Piet Zorgdra ger bij de arm. „Ga naar de pastorie", zei hij, „en vraag of de dominee direct met zijn vrouw hier wil komen. Snel!" Hij bukte zich weer over Toontje en was druk bezig met klemmen en verband. „Geen tijd!" zei hij nijdig, toen men hem vertelde, dat ook Martha Smalbil bewusteloos de herberg binnengedragen was. „Straks misschien! Deze man bloedt dood als we niet vlug zijn!" Titus en Edith baanden zich een weg door de om standers. Titus gaf een kreet, toen hij Toontje zag. Edith knielde naast de dokter neer. „Kan ik hier helpen?" „Hier is weinig te doen, voorlopig. Ik heb liever dat u naar de herberg gaat en Zwaantje en Martha helpt. Als u mij nodig hebt, hoor ik het wel! Maar ik blijf liever hier. „Natuurlijk!" zei Edith, met een blik op de wond. Zij sprong snel op. „Ga je mee, Titus?" De ambulance was er binnen een kwartier, on danks de mist. Hogeboom gromde van voldoening. DE BETERE WONINGINRICHTING SINDS 1920 Zandpad 36 Middelhamis Tel. (0187)482784 Uit de hoo^e Watertoren Zuidzijde kort na de bouw Watertoren Dirksland: 'De Chinees' OFFICIEEL DEALER Brielle Slagveld 19 Tel. (0181)413777 Spijkenisse Kelvinweg 13 Tel. (0181)624900 Honda-öealer voor de Z-Hollandse eilanden (wordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1997 | | pagina 5