EIÜVtlDEtl-niEUWS
Overdenking
(H
uit de
Heilige Schrift
11 oktober in
EO-familiedag
Jaarbeurs Utrecht
HET
,^IJKVENSTER
Publicatie van 'De Motte' over Industrieel Erfgoed
'Genadedauw'
2e Blad
VRIJDAG 26 SEPTEMBER 1997
No. 6640
Blik op kerk -j?
en samenleving ij
- Boek over Beatrix
- Ook een mens
- Als warme broodjes
Nog geen drie weken na de schokkende
dood van Prinses Diana, waarbij de rol
van de roddelpers uitvoerig besproken en
bekritiseerd is, verschijnt in ons eigen
land een boek over Koningin Beatrix.
Van de hand van Fred Lammers, die
door z'n eigen krant - hij is journalist bij
Trouw - wordt aangeduid als royalty-
watcher. Die krant vond de verschijning
van dit product kennelijk zo belangrijk
dat het op de morgen van woensdag 18
september voorpaginanieuws was, met
als kop: 'Beatrix vond Diana hysterisch'.
Op pagina 9 gaat het verhaal nog verder,
onder de opzienbarende mededeling:
'Beatrix heeft menselijke trekjes'. Dat
ook koningen en koninginnen mensen
zijn, wie niets menselijks vreemd is, is
blijkbaar nieuws!
Hoe het ook zij, de Story-, Privé- en
Weekendlezers kunnen voorlopig hun
hart ophalen. De nieuwste pennevrucht
van Fred Lammers vergunt hen een
doorkijkje achter de deuren van de palei
zen Noordeinde en Huis Ten Bosch. We
weten nu althans dat we in Nederland
een driftige koningin hebben, die scheld
kanonnades kan houden tegen personeel
dat z'n taak niet goed uitvoert. En de
viering van Koninginnedag begint haar
en de hele koninklijke familie zoetjesaan
de keel uit te hangen. Het is zelfs beledi
gend voor vorstelijke personen, altijd
maar weer getuige te moeten zijn van
koekhappen en zakkenlopen.
Eén ding snap ik toch eigenlijk niet zo
goed. Wanneer Koningin Beatrix de per
soonlijkheid is zoals Fred Lammers die
beschrijft - en dat ze er niet de vrouw
naar is om zich iets te laten opdringen,
dat kan iedere Nederlander wel weten -
dan is het mij een raadsel waarom zij er
ooit aan begonnen is. Want zij heeft de
traditie van het défilé op Soestdijk af
geschaft om op twee plaatsen in Neder
land haar verjaardag te vieren. En wan
neer dat achteraf niet mocht bevallen,
wat let haar om er een punt achter te zet
ten?
Ik heb het boek van Fred Lammers niet
gekocht, ik zal het ook niet kopen en
lezen. Maar dat het als de bekende
warme broodjes over de toonbank zal
gaan, daar kunnen we wel zeker van zijn.
Reeds op de dag van de verschijning
waren de meeste boekhandels binnen een
paar uur door de voorraad heen, en ze
hadden toch echt niet te weinig exempla
ren ingeslagen.
Voor de radio werd een koper geïnter
viewd. De verslaggever vroeg hem waar
om hij het boek kocht. Wel, hij was een
republikein en wilde de monarchie af
geschaft zien. En hij verwachtte dat zijn
afkeer van het Koninklijk Huis door het
lezen van het boek bevestigd zou wor
den. En - vroeg de verslaggever - als het
nu allemaal eens gebaseerd is op roddel?
Maar dat deed er niet toe. Het doel hei
ligde de middelen. Een president die het
niet goed doet kun je naar huis sturen,
maar aan een dynastie zit je vast. Dat is
niet meer van deze tijd.
Het is gelukkig dat het slechts een kleine
minderheid is die er zo over denkt. Daar
om moest ook de grote meerderheid, die
liefde heeft voor het Oranjehuis, zo'n
boek ongelezen laten.
Waarnemer
De meest bekende en in het oog
springende sporen van onze water
leiding zijn niet de pompstations,
want die liggen vaak achteraf
ergens in de duinen, maar natuur
lijk de watertorens. Deze torens
waren nodig om een continue druk
op het waterleidingnet te houden.
Zij deden bovendien dienst als op
slag van een reservevoorraad
drinkwater. De eerste Nederlandse
watertoren verrees in 1856 in Den
Helder. Sindsdien zijn er ruim 260
watertorens gebouwd, waarvan
twee op Goeree-Overflakkee. In
1971 werd in Eindhoven de laatste
watertoren van ons land gebouwd.
Inmiddels hebben vele watertorens
hun eigenlijke functie verloren.
Watertoren te Zuidzijde
Met de komst van de drinkwaterleiding
op het eiland, was ook een watertoren
noodzakelijk. Deze werd gebouwd te
Zuidzijde. De toren is hoofdzakelijk ver
vaardigd van gewapend beton met een
bekleding van baksteen. In de toren zijn
twee reservoirs aangebracht, elk met een
inhoud van bijna 200 m3, waardoor het
mogelijk was om zonder de toren uit te
schakelen, de reservoirs om beurten
schoon te maken. De bodem van de
reservoirs ligt op 28.70 meter boven het
maaiveld, terwijl de bovenkant van het
dak op ongeveer 44 meter hoogte ligt.
De toren was afgedekt met een koperen
koepel. De fundering bestaat uit 260
palen met een gemiddelde lengte van 16
meter. Indien tijdens de pompuren meer
water in het buizennet werd gepompt,
dan door de verbruikers werd afgeno
men, ging het overschot zolang in de
watertoren, totdat deze geheel gevuld
was en de pompen automatisch tot stil
stand kwamen. Gedurende de tijd, dat de
pompen stilstonden, geschiedde de
watervoorziening uitsluitend uit de toren.
In de jaren zestig werd in de watertoren
een opjager geplaatst, zodat het reservoir
elke nacht kon worden gevuld. Dit was
nodig om de watervoorziening voor
Oostflakkee wat geleidelijker te laten
verlopen. Omdat in het oosten van het
eiland veel tuinders waren gevestigd, die
water gebruikten, kwam het steeds regel
matiger voor, dat de watertoren reeds 's
middags al leeg was en de druk te laag
werd.
De toren te Zuidzijde toont grote over
eenkomsten met de watertoren te
Utrecht-Overvecht. De Utrechtse toren -
in Amsterdamse Schoolstijl - was ook
een achtkantige toren, maar deze was iets
hoger: 49 meter. Dit was een ontwerp
van J.L. Pateer (adviseur Mabeg). Wie
de architect van de Flakkeese toren is, is
niet helemaal duidelijk, maar het is wel
een ontwerp van de Mabeg.
De watertoren werd buiten bedrijf
gesteld en het waterleidingsbedrijf ver
kocht de toren aan een pariculier. Inmid
dels is de toren ingericht tot woning. Een
stuk industrieel erfgoed is veilig gesteld
door het een passende herbestemming te
geven.
Watertoren
Sommelsdijk-Dirksland
Door de overweldigende belangstelling
voor de drinkwaterleiding, moest men na
de ingebruikneming sneller dan voorzien
overgaan tot uitbreiding van de water-
winwerken in de duinen bij Ouddorp. In
1939 kwamen er een tvveede open kanaal
en acht putten voor diepe waterwinning
bij. Nabij Dirksland - toen nog het
grondgebied van de gemeente Sommels-
dijk - werd eind 1939 een aanvang geno
men met de bouw van een nieuwe water
toren. Door de strenge winter moesten de
werkzaamheden langdurig worden
onderbroken. Met het uitbreken van de
Tweede Wereldoorlog ontstonden
opnieuw vertragingen, waardoor eerst in
de loop van 1941 de toren in bedrijf kon
worden genomen. Ir. J. Gerben ontwierp
de toren in Delftse Schoolstijl. Een eigen
watertorenarchitectuur bestond niet. De
architecten van deze toch wel zeer beeld
bepalende torens volgden meestal de
heersende trends in de architectuurwe
reld en/of hun 'eigen' stijl. Deze toren
lijkt totaal niet op z'n oudere broer te
Zuidzijde. Toch zijn beide torens
gebouwd in opdracht van dezelfde Stich
ting, onder toezicht van dezelfde maat
schappij (Mabeg) en verschillen zij
slechts zo'n vijfjaren. Niet alleen qua
uiterlijk verschillen ze nogal, ook de
inhoud van de nieuwe toren (575 m3) is
aanzienlijk groter. En dan de hoogte.
Met z'n ruim 63 meter was de watertoren
tussen Sommelsdijk en Dirksland lange
tijd de hoogste van Nederland, totdat aan
het eind van de jaren vijftig in Emmel-
oord de zogenaamde 'Poldertoren' (65
meter) verrees.
Net zoals de 'Poldertoren' te Emmeloord
in het vlakke, jonge landschap een baken
is, is ook de watertoren, daar in het cen
trum van Goeree-Overflakkee een her
kenningspunt voor velen. Het eigenaar
dige 'hoedje' - de torenspits - was voor
de bekende schrijver Nescio reden om de
toren 'De Chinees' te noemen. Het leek
„Ik zal Israël zijn als de dauw.
(Hosea 14:6a)
In deze belofte ligt een heenwijzing naar
het tere werk van Gods Geest in het hart
van zondige mensen.
Een belofte voor een volk vol ongerech
tigheid en afgoderij. Zo immers tekent
Hosea dat volk van zijn dagen.
En al we dan vragen waarom de Heere
dan toch nog bemoeienis met hen wil
hebben, dan lezen we in vers 5: „Ik zal
hen vrijwillig liefhebben", óf zoals onze
tekst het zegt: „Ik zal Israël zijn als de
dauw".
En zie daarin ligt nu ook die vrije ontfer
ming en goedheid van de Heere verklaard,
want zoals de dauw vrij van de hemel valt
zo valt ook Gods genade vrij.
De ene nacht valt hij als een milde regen
neer en de andere nacht is hij niet te vin
den. De ene akker wordt heerlijk leven
wekkend bedauwd en een andere laat hij
dor en dodig liggen.
De Heere vraagt niet naar waardigheid of
verdiensten van mensen, maar Hij ont
fermt Zich die hij wil en zo leert de Heere
Zijn volk die heerlijke waarheid verstaan;
dat het niet is desgenen die loopt noch die
wil, maar des ontfermenden Gods.
En daarom plaatst het; „De zal Israël zijn als
de dauw" u en mij er helemaal buiten.
Alleen de zoen- en kruisverdiensten van
Christus komen in aanmerking, waarin het
welbehagen van God gelukkiglijk voort
gaat. Alleen op grond van de verdiensten
van Christus wordt een zondaar of zondares
aangezien, vrijgesproken en onderhouden.
De dauw vormt zich ook in de nacht. Dat
wil zeggen; Neemt onze wijsheid een
einde en worden wij dwaas voor God,
wordt het aan onze kant vanwege onze
zonden een eeuwig omkomen onder Gods
recht; zie dan valt de dauw des Heeren.
Hij laat de Zijnen niet omkomen, die hon
geren en dorsten naar de gerechtigheid.
„Ik zal Israël zijn als de dauw", die ge
woonlijk valt in de zoele zomernachten,
dan brengt Hij leven, frisheid en verkwik
king op het dorre, naar water smachtende
land en hoe meer nu die dauw des Geestes
ingaat in een dorstig hart hoe nederiger en
ootmoediger ze wordt en hoe lager ge
dachten u van uzelf heeft, hoe hoger ge
dachten u zult krijgen van de Heere en
hoe meer u Hem nodig heeft.
En wie zo nu wel eens door genade van
die levend makende dauw van de Heilige
Geest geproefd heeft, die ziet er des te be
geriger naar uit om weer en meer met
deze dauw begiftigd te worden.
En waar die dauw telkens weer valt, daar
geeft de Heere u telkens ook weer nieuwe
kracht, nieuwe genade en nieuw geloof.
Hij geeft u dan telkens weer nieuw
manna.
De Heere onderhoudt de Zijnen als de
dauw.
Hoe kan het land in de frisse dauw ook
geuren en schitteren. Welk een pracht van
een vernieuwd leven kan het geven. De
vorige avond lag alles na een hete zonnige
dag er verdord en slap bij. De planten
schenen op hun wortels te verdorren.
Maar na een nacht van flinke dauw is dat
zelfde landschap als vernieuwd. Maar nog
veel heerlijker is de vernieuwing welke
ontstaat als de dauw des Geestes een dor
en doods hart komt te verkwikken. Want
o, hoe kan de zonde weer scheiding ma
ken tussen de Heere en uw ziel. Hoe kun
nen hoogmoed en eigengerechtigheid en
allerlei vleselijke begeerten een ziel weer
van de Heere aftrekken. Wat kan het le
ven dan dor en dodig zijn. En wie kan
daaruit verlossen? Nee geen menselijke
kracht, al zou u dagenlang, ja uw leven
lang, in uzelf zoeken naar een beetje
dauw, u zult het daar niet vinden.
Dan zeg ik u; Heengevlucht tot Hem Die
het belooft: ,,Ik zal Israël zijn als de
dauw".
Het leven ligt buiten onszelf in de Heere
Jezus Christus en de Geest neemt het uit
Hem en geeft het aan een dorstig volk. En
als Hij komt als de dauw dan wordt erva
ren: „O, God Gij hebt Uw erfenis gesterkt
als zij mat geworden was".
Zo was het bij zen Maria Magdalena en
Thomas, niemand kon hun dorstige zielen
bedauwen dan de Heere alleen. Ik zal.
De dauw verlangt stilte, want na een storm
achtige nacht vindt u haar niet.
Ook het geestelijk leven vraagt stilte, de
binnenkamer wordt opgezocht om de
Heere te ontmoeten en dan is het: „Mijn
ziel is immers stil tot God van Hem wacht
ik een heilrijk lot.
O, wat een teer beeld als we in de vroege
ochtendzon de dauwdruppels zien fonke
len op het spinneweb, op de bomen en
mosplantjes, ja zelfs op de kleinste gras
sprietjes!
Wat vertroostend als ze dan zien dat het
geringe niet wordt overgeslagen, ook
geestelijk, door Hem, Die is als de dauw.
Het nietigste blaadje krijgt te buigen
onder Gods gunstrijke genade en het ono-
gelijke takje wordt nog verheerlijkt door
de dauwdruppel.
Maar de dauw legt zich ondertussen ook
op hekken en ijzeren paaltjes en... het
doet hen geen nut!
O, vreselijk zoveel weldaden uit Gods
Hand te ontvangen en u leeft er hard en
verhard langsheen. Waaraan bent u dan
gelijk? Aan levende planten, die door ge
nade de dauw gretig indrinken of aan
dorre stukken hout en ijzer?
Acht zegt u: U moet eens weten hoe dor
het van binnen bij mij is.
Waar dan heen? Luister dan wat de Heere
bij monde van Hosea ons laat horen: Ik
zal Israël zijn als de dauw!
Ouddorp
R.V.
hem wel aardig om de toren de voorzien
van de lange hangsnor...
Het had overigens weinig gescheeld, of
de toren was in de Tweede Wereldoorlog
verwoest. Niet door beschietingen, maar
door sabotage van de Duitsers. Zij had
den zo'n 400 kilo springstof aangebracht
in de acht buiten- en vier binnenkolom-
men, waarop het reservoir rust. Het lag
in de planning om op 4 mei 1945 de
toren op te blazen, maar dat gebeurde
gelukkig niet, waarna men op 7 mei de
springstof kon verwijderen. Inmiddels is
ook deze watertoren (sinds 1987) buiten
gebruik gesteld. De toren is thans eigen
dom van de gemeente Dirksland. Tot op
dit moment is het nog niet duidelijk,
welke bestemming 'De Chinees' zal
gaan krijgen Met belangstelling volgen
we de ontwikkelingen.
Jan Both - bestuurslid van 'De Motte'
De Evangelische Omroep houdt op
11 oktober de jaarlijkse EO-Fami-
liedag in de Jaarbeurshallen in
Utrecht. De EO verwacht dat onge
veer 23.000 volwassenen en 7.000
kinderen de dag zullen bezoeken.
Voor de kinderen is een apart kin-
derfeest georganiseerd. De volwas
senen wonen een programma bij
met veel koor- en samenzang, ver
schillende toespraken en een Met-
terdaad-actie. De dag begint om
10.00 uur en duurt tot 16.00 uur.
De toegang is gratis.
Koor- en samenzang nemen een grote
plaats in op de EO-familiedag. Bezoe
kers kunnen luisteren naar grote samen
gestelde mannen- en jongenskoren, ver
schillende gemengde koren en een
samengesteld kinderkoor. De leiding van
de samenzang ligt in handen van Jan
Quintus Zwart. Diverse muzikanten ver
lenen hun medewerking. Op de familie
dag wordt ieder jaar actie gevoerd door
EO-Metterdaad voor een goed doel. Dit
jaar wil Metterdaad geld inzamelen voor
het bijbelvertaalwerk in de staat Yakutia,
in Oost-Siberië. Een deel van het Nieu
we Testament is reeds vertaald en kan
worden uitgegeven. Voor het vertalen
van het overige deel hebben de vertalers
nog ongeveer twee jaar nodig.
Het kinderfeest is alleen toegankelijk
voor kinderen die zich van te voren
hebben opgegeven via telefoonnumer
(0318) 622336. De kinderen worden ver
deeld in twee leeftijdsgroepen: een groep
van 4-7 jaar en een groep van 8-11 jaar.
Autobedrijf Jan van Dijk
Harry en Fredy Nijhof zullen optreden
voor de jongste kinderen met het pro
gramma Simon en ZO. De oudere kinde
ren krijgen een voorstelling van poppen
speler Aad Peters. De kinderen zuilenbo
vendien zo'n 4000 zelgetekende ansicht
kaarten versturen naar de president van
Brazilië. Met deze actie, die uitgaat van
de christelijke mensenrechtenorganisatie
Jubilee, willen ze de president wijzen op
de rechten van het kind.
Het thema van de dag is ontieend aan het
bekende bijbelhoofdstuk over de liefde,
1 Korinthe 13. De sprekers zullen ieder
een aspect behandelen. Achtereenvol
gens komen de liefde tot de Heere Jezus,
tot de medemensen dichtbij huis en tot
de 'anonieme' naaste aan de orde. De
sprekers zullen een appèl doen op de
aanwezigen om zich vanuit hun liefde tot
God toe te wijden aanhun medemensen.
De EO organiseert de familiedag voor de
26e keer. De EO hoopt dat de familiedag
niet alleen de band tussen de achterban
van de EO versterkt, maar ook bijdraagt
aan een grotere eenheid van christenen
onderling. Bovendien wil de EO op deze
dag zijn doelstelling kracht bijzetten
door de aanwezigen op te roepen ook in
het dagelijks leven uit te komen voor
hun christen-zijn.
-61-
Hij ging opnieuw tegenover Smalbil zit
ten. „En nu?" vroeg hij. „Dacht je, dat je
het in Zwolle zou vinden? Ik heb eens
tegen je gezegd, dat de grootste overwin
ning van de mens er een op zichzelf is.
Maar jij wilt vluchten, Smalbil, voor je
zelf en voor anderen! Dat je zó laf was,
had ik niet van je gedacht, beste man.
Smalbil keek hem even aan. Laf?" vroeg
hij. Toen dwaalde zijn blik weer weg. „Ja!" zei
Titus. „Laf!" Je wilt me toch niet vertellen, dat jij
niet in staat bent, meer van je zaak te maken dan
Hendrik Mants? Maar je bent bang geworden, en
nu wil je er tussenuit! Of is het toch waar, dat je
tegen elke vooruitgang bent?"
„Ik tegen vooruitgang?"
„Ja! Draai er niet omheen, Smalbil! Je bent steeds
een verklaarde vijand van de Maatschappij ge
weest! Je hebt beweerd, dat de Maatschappij hier
zedeloosheid zou brengen en ellende! Maar kijk
nu om je heen en wees eerlijk! Je zult dan moeten
toegeven, dat je ongelijk hebt gekregen! Het dorp
is er hard op vooruitgegaan; alleen jij niet, omdat
je niet wilt!" Hij slingerde hem de woorden in het
gezicht, hoewel het hem zelf pijn deed, maar hij
wist, dat een zweepslag nu het beste was. „IK ben
er heel vast van overtuigd, dat je dit allemaal zelf
wel inziet, maar je wilt het niet toegeven! Je bent
bang, dat je je gezicht zult verliezen, als je nu voor
het forum treedt en er eerlijk voor uitkomt, dat je
je hebt vergist, en dat je op een verschrikkelijke
manier hebt gefaald! Je weet dat al heel lang, mar
het eigen ik was jou zó heilig, dat je door moest
gaan op de manier, waarop je bent begonnen...
En toen nam je je toevlucht tot leugens en laster
praat! En wat rest je nu? Een vlucht! Je laat je
dorp in de steek en je jachthut, omdat je geen
kracht genoeg in jezelf hebt, om je eigen ik te
overwinnen!"
Titus zweeg. Hij voelde zich ellendig bij de aan
blik van de man tegenover zich. Smalbil zat nu ge
heel ineengedoken, en zijn handen lagen ver
krampt voor hem op het tafelblad. Zijn vingers be
wogen, en de nagels krasten over het hout. Zijn
mond hing halfopen, en zijn kin bibberde. En Titus
vroeg zich af, wat Hogeboom zou zeggen, als hij
hem nu had gehoord. Hij zou vermoedelijk goed
keurend knikken, maar er zijn spijt over uitspre
ken, dat hij geen echte zweep had gebruikt inplaats
van zijn tong...
Hij stond op en ging opnieuw achter de manufac-
turier staan, met zijn handen op diens schouders.
„Smalbil", zei hij, heel zacht nu, „een van de een
voudigste zielen in onze gemeente, heeft eens
tegen mij gezegd, dat het bepaald een wonder was,
zoals God de aarde heeft gemaakt. „Alles", zei zij,
,,wal wij maar nodig hebben, dominee, geeft de
aarde! Aan de oppervlakte de gewassen, en er bin
nenin allerlei andere stoffen!" En nu vraag ik jou,
niet als predikant zonder meer, maar als een
vriend, die het goed met je meent, of je je gedach
ten nog eens wilt laten gaan over de gelijkenis van
de Talenten". Hij schudde hem zacht heen en
weer. „Ik hoef jou die toch niet meer te vertellen,
nietwaar?"
Hij liet de man los en trok zijn jas aan. Daarna liep
hij naar de deur en opende die, om te vertrekken,
maar op de drempel draaide hij zich nog eenmaal
om. „Denk eens goed na, over de onnutte dienst
knecht, Smalbil", zei hij. Toen trok hij de deur
achter zich dicht.
Een goed halfuur later kwam Smalbil thuis. Hij ar
riveerde bijna tegelijk met Hendrik Mants, die
hem luidruchtig en joviaal begroette. „Is je dochter
er niet?" vroeg hij met een grijns, terwijl hij Smal
bil op de schouder sloeg.
„Nee!" zei de manufacturier kort. „Hierin maar!"
En hij opende de deur van de zijkamer naast de
winkel...
...Een uur nadien kwamen ze weer te voorschijn.
Het gezicht van Hendrik Mants was rood en opge
wonden. Dat van Smalbil stond weifelend.
„Je weet het dus!" zei Hendrik. „Ik geef je nog tijd
tot morgen vroeg. Man, bedenk wat je doet! Gooi
deze kans niet weg!"
„Ga nu maar!", zei Smalbil. Hij duwde de ander
bijna naar buiten...
Toontje stond met Martha op de weg voor de her
berg. Zwaantje stond op de stoep onder de linden.
Zij had hem geroepen, om even naar Martha's
fietslamp te kijken, die het plotseling niet bleek te
doen. Toontje had het in een oogwenk voor elkaar
gemaakt. Het snoer bleek van de dynamo te zijn
losgeraakt.
„Doe het maar voorzichtig aan", zei Toontje. Het
regende niet meer, maar het was nog steeds erg
mistig.
Toen het meisje opstapte, naderde van de andere
kant een auto. De lichten doemden plotseling op
uit de mist en kwamen snel nader. Ze Wciren eens
klaps vlakbij.
Martha gaf een gil, terwijl zij rakelings voor de
Renault langs schoot. Hij miste haar op een haar,
maar voor Toontje was het te laat. Hij werd gegre
pen door het rechtervoorspatbord en meegesleu-
terd. Ruim twintig meter verder kwam de auto met
een klap tegen een boom tot stilstand.
Op de langgerekte kreet van Zwaantje renden een
paar mensen uit de gelagkamer. Ze vonden haar op
de stoep, met het gezicht op de stenen. Zij was
volkomen buiten kennis.
Een der mannen holde naar de auto. De neus was
totaal ingedrukt, en Hendrik Mants zat beklemd
tussen het stuurwiel en de rugleuning van de bank.
Hij moest op slag dood geweest zijn.
Toontje lag aan de voorzijde tegen het rechterwiel.
Zijn kleren waren aan flarden gereten, en dokter
Hogeboom, die even later arriveerde, verbleekte,
toen hij de gapende buikwonde zag. Hij richtte
zich op en wenkte Paul Breukers, die, evenals vele
anderen, op het geluid van de klap naar buiten was
gekomen. „Snel!" zei hij. „Bel het ziekenhuis in
Westeroord op en zeg, dat ze de ambulance sturen
en minstens twee zusters. Vertel ze verder, dat ze
dokter Bruyns moeten waarschuwen; dat is de
beste chirurg hier. Ik móet hem hebben! Begre
pen?"
Paul rende al weg. Hogeboom greep Piet Zorgdra
ger bij de arm. „Ga naar de pastorie", zei hij, „en
vraag of de dominee direct met zijn vrouw hier wil
komen. Snel!"
Hij bukte zich weer over Toontje en was druk
bezig met klemmen en verband. „Geen tijd!" zei
hij nijdig, toen men hem vertelde, dat ook Martha
Smalbil bewusteloos de herberg binnengedragen
was. „Straks misschien! Deze man bloedt dood als
we niet vlug zijn!"
Titus en Edith baanden zich een weg door de om
standers. Titus gaf een kreet, toen hij Toontje zag.
Edith knielde naast de dokter neer. „Kan ik hier
helpen?"
„Hier is weinig te doen, voorlopig. Ik heb liever
dat u naar de herberg gaat en Zwaantje en Martha
helpt. Als u mij nodig hebt, hoor ik het wel! Maar
ik blijf liever hier.
„Natuurlijk!" zei Edith, met een blik op de wond.
Zij sprong snel op.
„Ga je mee, Titus?"
De ambulance was er binnen een kwartier, on
danks de mist. Hogeboom gromde van voldoening.
DE BETERE WONINGINRICHTING SINDS 1920
Zandpad 36 Middelhamis Tel. (0187)482784
Uit de hoo^e
Watertoren Zuidzijde kort na de bouw
Watertoren Dirksland: 'De Chinees'
OFFICIEEL DEALER
Brielle
Slagveld 19
Tel. (0181)413777
Spijkenisse
Kelvinweg 13
Tel. (0181)624900
Honda-öealer voor de Z-Hollandse eilanden
(wordt vervolgd)