EIIAIIDEII-IIIEUWS Overdenking Veel belangstelling voor Rabo-publikatie Cijfers Trends Deo Cantemus in Strijen uit de Heilige Schrift BÏ3 Bejaardenmiddag CVB de juiste taxatie... Makelaar Tamboer Tweeërlei beginsel (i) nattT mm nao viaaa iv of Gütmi VERVOLGVERHAAL 2e Blad VRIJDAG 13 OKTOBER 1995 No. 6443 Tijdens een druk bezochte bijeen komst in het Grevelingenrestau- rant werd een feestelijk tintje gege ven aan het verschijnen van de brochure Cijfers Trends 1995- 1996. Cijfers Trends is een jaar lijkse publikatie over de economi sche ontwikkelingen in 75 bran ches in het midden- en kleinbedrijf (MKB). De presentatie was een gezamenlijk initiatief van de Rabo- banken op Goeree-Overflakkee, Schouwen-Duiveland en Tholen. In zijn openingswoord zei de dagvoorzit ter, de heer Coremans van de Rabobank Middeliiarnis, dat de oplage van dit ge zaghebbende boekwerk inmiddels is ge stegen tot 120.000 exemplaren en dat hiervan in toenemende mate gebruik wordt gemaakt door accountants en on dernemers. De heer Coremans verzekerde zijn ge hoor dat de Rabobank van oudsher nauw betrokken is bij ondernemers in het MKB. Van de 525.000 bedrijven bedrij ven in Nederland behoort verreweg het grootste gedeelte tot het MKB, dat in 1994 goed was voor een gezamenlijke omzet van 630 miljard gulden. Dat de Rabobank zich in de markt wil onderscheiden toont zij door het ontbre ken van valuteringsregels en het aanbie den van steeds nieuwe en efficiëntere bankdiensten. Als een van de weinige banken beschikt de Rabobank over de zogenaamde triple A-status. Daarmee is zij in staat haar financieringsmiddelen gunstiger in te kopen. De voordelen hier van komen rechtstreeks ten goede aan haar cliënten. De heer Koehorst, sectorhoofd financie ringen van Rabobank Nederland toonde daarna een aantal ontwikkelingen in sek toren zoals de industrie, de bouw en de non-food. Per saldo zijn de vooruitzich ten voor het MKB in 1996 positief. Wel konstateerde de heer Koehorst de opmars van het grootbedrijf als een blijvende be dreiging voor de kleine zelfstandige. Aan het begin van de lezing over 'de fi nanciële levensloop van een bedrijf' merkte de heer Koehorst op dat een Ne derlands bedrijf gemiddeld 16,3 jaar oud is. Ieder bedrijf zit in een bepaalde le venscyclus, waarin 4 fasen worden on derscheiden; de start, doorgroei, vol wassen- en herorièntatiefase. De start fase is het moeilijkst en duurt maximaal 3 jaar. Tijdens deze fase struikelen de meeste ondernemers. In 1994 hebben zich 55.000 startende bedrijven aange meld, waarvan er helaas inmiddels weer een groot aantal ter ziele zijn gegaan. De heer Koehorst benadrukte ook de fi- nancieringsproblematiek gedurende de verschillende fasen. Ongetwijfeld is die bij startende bedrijven het grootst en worden daar ook veelal door banken de meeste risico's gelopen. Een bedrijf in zijn volwassenfase heeft zijn bestaans recht al ruimschoots bewezen en vormt dan ook een gewilde groep voor ban kiers. Tijdens de discussie vroeg een van de aanwezigen zich af hoe 500.000 werklo zen aan de slag kunnen. De heer Koe horst merkte op dat hier sprake is van een struktureel probleem. Wat te denken van de lage lonen landen in het Verre Oosten die ons zwaar beconcurreren. Verontrustend noemde de heer Koehorst in dit verband het nieuws dat Philips een belangrijk deel van zijn staf wil over plaatsen naar Singapore. Het Nederlandse bedrijfsleven is overi gens bijzonder dynamisch en zal het ac cent naast kostenbeheersing vooral moe ten leggen op kwaliteitsverbetering. Een andere vragensteller informeerde naar de toenemende kosten voor het milieu. De heer Koehorst deelde mee dat dit on vermijdelijke investeringen zijn en dat de bedrijfsvoering, hoe moeilijk ook, erop gericht moet zijn hieraan mee te werken. Ook biedt deze ontwikkeling goede perspektieven voor het bedrijfsle ven dat zich richt op de milieutechnolo gie. Ondanks het streven om de milieu regels uiteindelijk integraal door te voe ren, bespeurde de heer Koehorst overi gens nog wel voldoende tolerantie bij de overheid. Een transportondernemer vond het maar niks dat er zoveel eigen rijders komen. Ze worden door banken makke lijk op het paard geholpen en bedreigen tegelijk de positie van de grote(re) ver voerders. De heer Koehorst erkende dat de toetredingsdrempel hierbij laag is en dat de winsten in deze sektor al jaren zwaar onder druk staan. Hij pleitte voor meer eenheid in de branche. Er moeten afspraken worden gemaakt tussen de overheid en de branche-organisaties, wat overigens wel haaks staat op de deregu- leringspolitiek van het huidige kabinet. De heer Coremans benadrukte in zijn slotwoord dat de Rabobank vooral een partner wil zijn voor haar leden en cliën ten. Dat geldt met name ook als het bedrijf in woelig vaarwater terecht is ge komen. Dan draagt de bank bij uitstek haar coöperatieve opdracht uit door lang achter haar leden te blijven staan en uiterste pogingen doet om samen naar perspektieven te zoeken. Na afloop was er ruim voldoende gele genheid om, onder het genot van een lunchpakket, zakelijk kontakten uit te wisselen. MIDDELHARNIS/SOMMELSDIJK De CVB afdeling Middelharnis-Som- melsdijk nodigt u weer hartelijk uit op woensdagmiddag 18 oktober, om 14.30 uur in 'De Hoeksteen'. De heer T. R. Rietveld uit Stellendam heeft dan als onderwerp 'Het gebed'. Heeft u vervoer nodig, dan kunt u bellen naar mevr. Beket, tel. 48 28 11 in het doolhof van prijskaartjes Tel. (0187)48 3477 Op zaterdag 14 oktober zal het bekende koor 'Deo Cantemus' uit Rotterdam een concert geven in de eeuwenoude Strij- ense dorpskerk. Het koor is onder leiding van de vermaarde dirigent Arie Pronk uitgegroeid tot één van de grootste koren in ons land. Heel bekend zijn de kerstconcerten van uit de Doelen die elk jaar ook op de T.V. worden uitgezonden. Hoog in het vaan del van dit koor staat het 'eenvoudig christelijke lied'. Na het plotseling overlijden van Arie Pronk is de leiding van dit koor over genomen door Cor de Haan. Cor de Haan, woonachtig in Strijen is in de Hoeksche Waard geen onbekende meer in de omgeving. Als dirigent, organist en pianist werkt hij veelvuldig mee aan op tredens in en buiten de Hoeksche Waard. Het majestueuze orgel wordt bespeeld door Adri Poortviiet, eveneens een 'be kende Hoeksche waarder'. Adri Poort- vliet is naast dirigent van een aantal ko ren ook een bezield organist. Het orgel van de Lambertuskerk heeft met name zijn hart veroverd. Het programma voor zaterdag 14 okto ber bevat naast een aantal 'bekende' lie deren van wijlen Arie Pronk, zoals: 'Heer geef ons de Kracht', 'Eens zal de dag vol Glorie zijn' en 'Heer in de He mel, zie ons aan' ook wat andere, iets minder bekende liederen. Bovendien is er volop ruimte voor samenzang inge ruimd. De avond begint om 20.00 uur, de kerk is vanaf 19.30 uur open. De toe gangsprijs is slechts 5,00 p.p. En zij zagen hem van verre; en eer hij tot hen naderde, sloegen zij tegen hem een listige raad, om hem te dodere. (Genesis 37:18) U kent ongetwijfeld de geschiedenis. Als Jacob in het land Kanaan is teruggekeerd met zijn twaalf zonen, dan leven en wonen zij daarin als vreemdelingen. De kudden groeien en de zonen hebben daarover de zorg. Jozef, nog bij vader thuis, wordt erop uitgestuurd om naar de welstand te vragen. Hij wordt, als hij bij de broers komt, door blikken van vijand schap en nijd begroet. Hij is de meester dromer, die zijn dromen had verteld. Van die schoven op de akker, die hij met zijn broers bond en waarbij hun schoven zich voor de zijne bogen. Of van die nacht, waarin hij stond, waarin elf sterren met de zon en met de maan zich voor hem bogen. Heel nauw aan zijn vader verbon den, met een teerheid van ziel voor de waarheid, is hij van kindsbeen af aan een voorwerp van vijandschap. Het vuur van die vijandschap laaide hoog op sinds zij hoorden van zijn dromen. Die 'krans' hangt om zijn hoofd, hij is daardoor van de anderen onderscheiden. Ze zullen hem dan ook doden om te zien wat er van die dromen zal worden. Hoe dan ook moet hij weg. Dan zal het weer vrede zijn in het aartsvaderlijk huis. Hier ontwaren we twee beginselen, aan elkaar tegengesteld als licht en duister nis. Aan de ene kant het samenspannen tegen de Heere, Die Zijn eigen weg gaat. Die ene lichtstraal van de hemel, die al tijd weer hun zijn en wezen prikkelt en in Jozef voor hen staat. Die moet weg. Toch is er aan de andere kant het geheimvolle licht van de openbaring en het welbehagen des Heeren. Hier spreekt het Woord van God ons toe in die tegen stelling van menselijke overleggingen en Goddelijke genade, geestelijke roeping. Goddelijke waarheid. En die waarheid komt. ons tegemoet in heel het Woord van God. Altijd weer, zo zegt de apostel, staat die uit het vlees geboren is tegen hem die uit de Geest geboren is. Altijd weer staat de vleselijke overlegging te gen Goddelijke genade. U zult er daarom acht op geven in het Woord des Heeren, hoezeer het Gods licht en waarheid dragend leven be dreigd wordt door allerlei vleselijk over leg. U voelt wel wat voor Ruben (nee, niet aan het leven slaan, maar in de kuil). U voelt wel wat voor Juda (komt, laat ons hem verkopen en onze hand zij niet aan hem). Dit geslacht is nog niet uitge storven. Daar zijn altijd mensen geweest die zochten er een mouw aan te passen zon der te breken of tegen te staan. Zonder smaad of hoon op zich te laten komen. Het zo veel geprezen geschipper, de al dan niet kerkelijk geijkte diplomatie. Aanpassen en met elkaar in overeen stemming brengen, zodat er toch een gleuf bleef voor de waarheid en een uit weg voor het geval dat. Maar David moest vluchten voor Saul, de tiran. Geen spelonk bood hem veiligheid, omdat hij de harp des Heeren droeg. Omdat hij door God verkoren was, de man naar Gods hart. Intussen bogen ze allemaal voor Saul. En Jcrcmia ging bij de belege ring van Jeruzalem de kuil in. En natuur lijk hebben er wel stemmen gepleit, sprak deze of gene een goed woord, maar hij is opgeofferd, de drager van Gods Woord. En in de volheid van de tijd? Dan wordt de gelijkenis gehoord en vervuld. En ten laatste zond hij tot hen zijn zoon, zeg gende: Zij zullen mijn zoon ontzien. Maar de landlieden, de zoon ziende, zei den onder elkander: Deze is de erfge naam (zie, daar komt de meesterdromer), komt, laat ons hem doden en zijn erfenis aan ons behouden. Het is hoe dan ook beter dat één mens sterft en niet het hele volk verloren gaat. Ja, dat zegt de hoge priester, één van de bouwlieden. En er zullen er ongetwijfeld geweest zijn, die anders hebben gesproken. Maar Christus, Hij wordt verworpen. De steen, die door God ten hoofd des hoeks was gelegd. Wie eraan ontdekt werd, weet ervan. Hoe diep de vijandschap tegen de Chris tus zit. Tot en met in mijn eigen hart. Dat het alleen maar genade is, wanneer er een ander beginsel gevonden wordt. Ik in een levend geloof Gods aangezicht zie in Hem, de Christus Gods. Gesmaad, ge hoond, gedood. Om zo het zuivere licht van de waarheid op te vangen in de bange donkerheid van de ziel en van het leven. Om te zoeken het bedekken van de schuld. Om afgezonderd te zijn in deze wereld en Gode toegewijd te leven bij het licht van Zijn Woord. Zo komt door middel van deze regels het appèl tot u die dit leest. Zoekt God en Jezus Christus, Die Hij gezonden heeft. Zoekt het Woord. Zoekt de Heilige Geest. Zalig, wie aan de Christus Gods niet wordt geërgerd. Wie achter Hem wil komen, die verloochene zichzelf en neme zijn kruis en volge Hem. KtK i< Deze vraag- en antwoord-rubriek staat geheel ten dienste van de lezer die er kosteloos gebruik van kan maken. Uw vragen op velerlei gebied kunt u sturen aan: Redactie Eilanden-Nieuws, Postbus 8, 3240 AA Middelharnis, met in de linkerbovenhoek 'Vragen-rubriek' vermeld. De vragen worden door deskundigen beantwoord en zullen binnen enkele weken na de inzending compleet met antwoord in deze rubriek worden gepubliceerd. Een specialist schreef mij na hartonder- zoek Kinidine-durettes voor. Wat voor hartkwaal heb ik dan? Antwoord: Dan hebt u waarschijnlijk geen hartkwaal. Kinidine wordt vaker voorgeschreven als er eens een enkele onregelmatige slag werd beluisterd, maar die kan ook zijn veroorzaakt door een beweging van het middenrif, of een stof die toevallig door uw gal, uw lever of een ander orgaan in uw bloed wordt ge bracht. Dat moet een internist uitmaken. Het woord durette slaat op de omhulling van de werkzame stof. Het betreft dan een huls die ineens moet worden inge slikt, maar die - onder invloed van het maagzuur - de medicijn, geleidelijk doet afscheiden, zodat het hart zo lang moge lijk door de kinidine wordt gestimuleerd. Die omhulling wordt later onverteerd en ongemerkt geloosd. U weet zo veel, kunt u mij nu eens uitleg gen waar de ruimte van het heelal er gens eindigt? Daar moet toch een grens aan zijn? Antwoord: Die vraag is al vaak aan de astronomen gesteld. Prof. Albert Eind- stein (1879-1955) placht dan te antwoor den: „Het Heelal eindigt daar waar geen stof meer is en geen krachten meer wer ken". En als iemand doorvroeg: „Waar is dat dan?", zei hij wel eens: „Daar is het absolute niets en het heeft geen zin te twisten of dit bestaat of niet bestaat, want min nul is gelijk aan plus nul". Wij kunnen u dus niet de weg wijzen naar het einde. Trouwens, als er een grens is aan het heelal, ligt die toch zó ver weg, dat u er tijdens uw leven nooit kunt komen. Zelfs niet met een flitstrein, een lichts traal of een laser-raket. mUV^GOMUWïttGi... Hierbij een tatoeageplaatje van de kauwgom. Veel kinderen lopen er mee op de arm. Nou heb ik horen zeggen dat het heel slecht is, want de stof zou direkt in de bloedbanen komen. In Rotterdam zou het al verboden zijn. Is dat waar of niet waar? Antwoord: In tegenstelling tot de échte tatoeage, waarbij onoplosbare kleurstof fen na een bewerking met naalden of an dere scherpe instrumenten in de mense lijke huid worden gebracht, zijn de plak- plaatjes die bij deze door u bedoelde kauwgom worden verkocht en in uw brief zijn ingesloten, volgens onze me disch adviseur volmaakt onschuldig. De inkt van deze plaatjes komt op de buiten kant van de huid terecht, en beslist niet in een bloedbaan. De kleurstof is ook eenvoudig af te wassen. Ze is vergelijk baar met balpcninkt waarmee sommigen op de huid aantekeningen maken. Derge lijke plakplaatjes bestaan al lange tijd en zijn niet verboden. fiFFftf iWG imo Broeden er wel eens vogels op IJsland? Antwoord: Op de lijst Uslandse broed- vogels staan 76 verschillende soorten vermeld, zoals de aalscholver, de alk, ganzen, sneeuwhoenders, strandlopers, zeezwaluwen, de ijsduiker, 14 soorten eenden en 9 soorten meeuwen. De be langrijkste 'broeder' daar is de papegaai duiker met zijn prachtig gekleurde sna vel, waarmee hij de gevangen visjes eerst sorteert voor hij ze verorbert of aan zijn jongen voert. Verder komen er op IJs land ook veel vogels uit Noord-Amerika en Azië voor. De broedmaand is juni. Anders dan menigeen denkt kent IJsland een aangenaam zomerklimaat. Waar komt de meisjesnaam Maud eigen lijk vandaan? Antwoord: Oorspronkelijk is Maud aan het Oudfrans ontleend, maar het werd in Engeland een afkorting en zo een soort koosnaampje voor meisjes die Mathilde heten (hetgeen bij de germanen 'machti ge strijdster' betekende). Ook jonge dochters met de naam Magdalena wor den in Groot-Brittannië wel eens als Maud aangesproken of geroepen, maar hun roepnaam hoort het niet te zijn, want zij luisteren daar al naar Maggie en dgl. verkortingen. iiOLi'CHaaTiCRi; UEfumoT u Bestaan er ook rolschaatsclubs? Antwoord: Ja. Adressen verstrekt de Ned. Rolschaatsbond, Uitingstraat 23, 5331 EH Kerkdriel of Postbus 3222, 2280 GE Rijswijk, tel. (0418) 63 10 68. Ml LE67 EIEREN Onze kat verliest af en toe van deze klei ne witte stipjes, zoals ingesloten in bij gaand metalen doosje. Zijn dat vlooie- eieren? Antwoord: Had gekund, maar deze witte eitjes komen van de tropische worm Thelanoida strantha G. Katten hebben vaak wormen, waarvan ze de eieren via de anus verliezen. U moet dus oppassen en uw poesen beslist niet op ta fels, aanrecht, kinderstoel of bedden laten zitten, want dan kunnen u en uw kinderen ook last van dgl. wormen krij gen. U kunt van die parasieten afkomen door bij de dierenarts of - winkel tablet jes te halen voor een jaarlijkse wormen- kuur, geschikt voor de leeftijd van uw kat(ten). -24- De mooiste ogenblikken waren voor hem, wanneer zij hem uitnodigde haar 's avonds voor te lezen uit de boeken van H. J. van Lummel, die getiteld waren: 'De smidsgezel', 'De Bijlhouwer', en 'De Hopmansvrouw van Utrecht'. Het was op één van die avonden dat Mota weer bij het oude vrouwtje binnen- glipte. „Br-r-r-r", zegt hij, „het is maar guur buiten, oma!" „Ja hè? Ik hoor de wind zo suizen in de schoorsteen. Warm je maar lekker'. November deed zijn intrede met de gure vlagen uit het noord westen. De bomen staan nu bladerloos en van al hun luister ontdaan. De berken waren de eersten die hun pakje van zich wierpen en toen volgden de lariks en de wilgen. De eiken hielden nog stijf hun bladeren vast, maar ze zouden het ook eens afleggen tegen de koude van de hertst. Op de tafel ligt de oude kwarto-statenbijbel. Mota weet, dat oma daar voor zichzelf hardop uit voorleest. Niet alleen op de gezette tijden, 's mor gens, 's middags en 's avonds, maar ook wel eens als zij een bijzondere tekst zoekt. Want oma Pet was heeft een zeldzame lust om Gods Woord te bestuderen. Het is voor haar een ware schatkamer. De Bijbel ligt open bij Jesaja 53. Een bladwijzer ligt op de ene helft. Het is een bedrukt stuk papier. „Mag ik dat vers eens lezen, dat daar op staat, oma?" „Ja zeker! Maar lees het dan hardop voor, dan hoor ik het ook nog eens weer, mijn jongen!" Ze reikt het Mota aan. Dan leest hij langzaam de twee koupletten voor. Hij weet, dat oma het graag zo wil. Bij 't opslaan van het Boek der boeken, Prent sterv'ling diep in uw gemoed. Dat, wie dit Woord wil onderzoeken. Het als Gods Woord omhelzen moet. Geen enkel weten kan u baten. Geen vluchtig lezen hier volstaan. Alle eigen wijsheid moet verlaten. Een ander oog u opengaan. Voordat g'u dan begeeft tot lezen. Val need'rig uwe God te voet. Opdat Hij u nabij moog' wezen met Zijn gena, zo groot als goed. Begeer Zijn Geest, die beste zegen; Vraag een ootmoedig, leerzaam hart. Zo komt de Heiland Zelf u tegen. Met al Zijn heil bij vreugd' en smart! „Ja, ik herinner mij het nog. Maar het is nuttig dat wij er telkens bij bepaald worden". „Als de meester de verhalen uit de Bijbel vertelt, begrijp ik ze goed, maar als ik moeder er uit hoor vooriezen, dan lang niet altijd", zegt Mota. „Dat is te verstaan. De meester vertelt in zijn eigen woorden de geschiedenis en dan aangepast aan de bevatting van het kind". „De Bijbel is niet een boek zoals andere boeken, hè oma?" „Neen, zeker niet. De Bijbel is een Goddelijk Boek. Het is de baas over ons leven en denken. Door de woorden van de Bijbel spreekt de Heere tot ons. Het is geen kleine zaak om de Bijbel te lezen. We kunnen eruit vernemen wie wij zijn en wie God is. En dat is nodig. En daar is men ook niet te jong voor, want de Heere zegt Zelf, dat uit de mond der jonge kinderen Hij Zijn lof heeft toe bereid. Denk maar aan Samuel, aan Obadja, aan Timotheüs en zovele anderen". Mota komt bij de tafel zitten. Hij is nu heerlijk warm geworden. Hij legt het blaadje op zijn oude plaats. „Ja, de Bijbel is een heilig boek vergeleken bij de andere boeken. Een gewoon boek kun je laten lig gen, en als je geen zin hebt om te lezen, doe je er geen kwaad mee. Maar met de Bijbel staat het anders. Daar is een opdracht om de Bijbel te lezen en die staat geschreven in de Bijbel zelf. „Onder zoekt de Schriften, want gij meent in dezelve het eeuwige leven te hebben, en die. zijn het, die van Mij getuigen". Een huis zonder Bijbel is als een huis zonder licht. Een huis zonder Bijbel, een mens zonder God. Oma Petwas weet daarvan. Zij spreekt met de man, die aan de deur komt om boenders te verko pen, van de Heere Jezus, dat het geen leven is zon der Hem! Het is haar dan aan zien, dat zij zelf Hem heeft ontmoet in haar leven. Zij is verrukt over de goedheid Gods, dat Hij elke dag opnieuw Zijn handen uitbreidt naar een weerstrevig mens. Om te schenken en te geven, om te verlichten en te genezen. Ook met Mota praat zij graag over de dingen van het geloof. Zij heeft de laatste keer nog geprobeerd hem uit te leggen hoe het geloof de hand is, die al Gods gaven ontvangt en geniet. Zij was toen bezig met het lezen van het elfde hoofdstuk van de brief aan de Hebreen. Het geloof heft alle levensvragen op, omdat het de Heere vertrouwt. Dan vindt de ziel, onze geest en ons verlangen, alles in de Heere en Zijn Christus. Zij weet heel goed dat als er nooit met de kinderen en jonge mensen over deze dingen gesproken wordt, het ook geen wonder is, dat ze later zoveel niet begrijpen kunnen en er vreemd tegenover staan. Er staat ook in het Woord: „Leer de jongen de eerste beginselen naar de eis van zijn weg, en als hij ouder geworden zal zijn, zal hij daarvan niet afwijken". Het is ook het lieflijke, waarmee oma Petwas de dingen bespreekt, dat Mota graag doet luisteren. Ze heeft de geschiedenis gelezen van de Moor man, die op weg was van Jeruzalem terug naar het land der Moren. Hij heeft misschien wel gelezen van het bezoek dat eens de koningin van Scheba aan koning Salomo bracht en dus ook geweten heeft van de heerlijkheid van de God van Israël. De Moorman was een man van aanzien; hij ver zorgde de financiën aan het hof van de koning der Moren. Zij wordt genoemd de Candacè, dat is een zelfde titel als de farao van Egypte. Het is boeiend er over na te denken. Deze voorname heer wist, dat al zijn glorie in dit leven in het sterven niet kon baten. Hij was wel rijk naar de wereld, maar in zijn hart was een leegte gekomen, die de Heere alleen kon vervullen. In Jeruzalem was de laatste jaren veel gebeurd. Er was daar een volk opge staan dat de Christus, Die in de Schriften van het oude verbond was voorzegd, aan hun medemensen verkondigde. Hij had ze gehoord, eenvoudige en ongeleerde mensen, die met heel veel vuur spraken van Hem, Waarvan de profeet Jesaja had gespro ken in het 53ste hoofdstuk van zijn boek. De Moorman, daardoor opgewekt, had zo'n rol van de profeet gekocht en nu op zijn reis naar huis, met een hart vol verlangen naar licht in deze dingen, las hij in het heilig geschrift. En de Heerè, Die alle dingen regeert en weet al de gedachten van het mensenhart, zond Zijn engel tot Zijn knecht Filippus met de boodschap: „Sta op, en ga heen naar het zuiden op de weg, die van Je-ruzalem afdaalt naar Gaza, welke woest is". Oma Petwas houdt even stil, als om te bedenken, waar de Heere haar gevonden heeft. Dat was ook op een plaats waar het woest was en een huilende duisternis. „De Heere vindt Zijn kinderen in woeste plaatsen, in een wildernis van zonde", gaat ze verder. „Wat is dat, een wildernis van zonde, oma?" ,,Ja, dat is ons van nature vreemd". „Wij weten niet wat een wildernis van zonde is, totdat de Heere het ons laat zien. Een mens is blind voor zijn zonde. O ja, hij geeft wel toe dat hij een zondaar is, maar hij weet niet dat zonde voor God een vreselijk iets is. En wat het is, tegen de heilige God gezondigd te hebben. Toen David er achter gekomen was, riep hij uit: „Waar zal ik heengaan voor Uw Geest en waar zal ik heenvlie- den voor Uw aangezicht?" Maar ondertussen kroop hij in de benauwd-heid zijns geestes naar de Heere toe. Dat was oneindig gelukkig. Want daar door vond hij een genadig en barmhartig God". Nu is het Mota duidelijk. Ja, die wildernis van zonde, dat is daar waar een mens buiten de Heere leeft. „En als het vrede is, hè oma, dan is het alles goed...!" „Ja, jongen, dan is alles goed, omdat God zo goed is! Dan, als de Heere overkom, heeft ons hart vrede met alles. Vrede met de dieren van het veld en vrede met de bomen van het woud. Waar de vrede is, is het lieflijk, maar waar de zonde is, daar is het de wildernis! Maar laten we nog even verder nadenken over de Moorman. Het was inderdaad een eenzame weg waar Filippus wandelde. Hè, wat was daar? Voorbij gindse struiken stond een renwagen stil. Filippus liep er naar toe, maar wat hoorde hij? Er werd gelezen. Het waren bekende klanken en nog bekender woorden! Hoor! Hij is als een schaap ter slachdng geleid... en gelijk een lam dat stemmeloos is voor die die het scheert, alzo doet Hij Zijn mond niet open. In Zijn verne dering is Zijn oordeel weggenomen; en wie zal Zijn geslacht verhalen? Want Zijn leven wordt van de aarde weggenomen... In het hart van Filippus jubelt het: Dat is van de Heere Jezus Christus! En meteen dat hij zijn blijdschap voelt aangroeien, is er een stem van de Heilige Geest in zijn hart, die zegt: „Verklaart het hem maar".„Broeder, mag ik vragen: Verstaat u hetgeen u leest?" De Moorman kijkt verbaasd op. „Was dat eens waar! Maar ik begrijp het niet en hoe zou ik kunnen, zo er niet iemand is, die mij nader zou willen onderrichten? Zou u. (wordt vervolgd) NVM ^AKELMR

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1995 | | pagina 5