EIIAI1DEI1-I1IEUW5 Overdenking Rommelmarkt in De Samaritaan Ëcamen perikelen uit de Heilige Schrift De Kwade Hoek verkennen Cursus een eigen bedrijf beginnen Qfl Sasruiters op concours in merkkleding j HETI ,KIJKVENSTER Dirkslands Mannenkoor de juiste taxatie- Makelaar Tamboer f De Heere roept 2e Blad VRIJDAG 18 AUGUSTUS 1995 No. 6427 Blouses pullovers t-shirts Blik op kerk "^P en samenleving ij - Twee atoombon^hnen - De onafhankelijkheid van Indonesië Bij hen die het meegemaakt hebben komt het dezer dagen allemaal weer bo ven: de atoombommen op Hirosjima en Nagasaki, en - kort daarop - de onafhan kelijkheidsverklaring van Indonesië. Ik kan me nog herinneren hoe vrijwel iedereen met ontzetting vervuld was. Na tuurlijk, de televisie was er nog niet, en lang niet iedereen beschikte over een ra diotoestel, we waren aangewezen op de krant, die zo kort na de oorlog nog slechts in beperkte oplagen verscheen. Maar langzamerhand drong het toch door welk een verschrikking die éne bom op een Japanse stad had aangericht. En toch was vrijwel iedereen ervan over tuigd dat de Amerikaanse president Tru man geen andere keuze had gehad om het land van de rijzende zon op de knieën te krijgen. Toen na de bom op Hirosjima de capitu latie van Japan nög uitbleef, werd drie dagen later, op 9 augustus. Nagasaki door de tweede bom getroffen. De vraag was, en die is ook dezer dagen opnieuw gesteld, of dat niet erg prematuur was. Of Amerika aan de Japanse keizer niet een tè korte bedenktijd had gegeven. Maar we bevonden ons aan het begin van de koude oorlog, en Truman durfde tegenover Stalin geen risico's meer te nemen, uit vrees dat deze de Russische invloedssfeer in het Verre Oosten zou uitbreiden. En inderdaad, Japan besloot tot een onvoorwaardelijke capitulatie en dat betekende het einde van de Tweede We reldoorlog. Het was maar een week na deze ver schrikkelijke berichten toen ons uit Indo nesië het nieuws bereikte dat Soekarno de onafhankelijkheid had uitgeroepen. De Nederlandse regering had de Indone sische roep om zelfstandigheid kennelijk niet zo serieus genomen en daarmee stonden we voor het voldongen feit. Maar iedereen was het erover eens: dat mochten we niet op ons laten zitten, want op deze manier zou 'ons Indië' worden uitgeleverd aan het communis me. Het zou de hedendaagse politieke com mentatoren tot eer strekken wanneer ze eens probeerden zich in de situatie van toen te verplaatsen, en niet de zaak te be kijken vanuit onze situatie. Want dat laatste gebeurt vrijwel dagelijks. Men maakt de regering van toen het verwijt dat ze onze militairen naar Indië heeft gestuurd om daar te doen wat de Duitsers nog zo kort daarvoor met ons hadden gedaan. En men doet z'n best om de Nederlanders in Indië allerlei wreed heden in de schoenen te schuiven, alsof de Indonesiërs nog zulke lieverdjes wa ren... Bij dat alles wordt totaal uit het oog ver loren dat 'onze jongens' vrijwel onvoor bereid op Indië werden losgelaten. Jongemannen van het platteland, meestal rond de twintig jaar oud, die in vele ge vallen nooit verder hadden gekeken dan de grenzen van hun dorp, werden van het ene moment op het andere in de rimboe neergezet om te vechten tegen een vijand die ze nooit hadden gezien, en tegenover wie ze moesten zien hun eigen leven te redden. Dat daarbij ontsporingen hebben plaats gehad, wie zal het tegenspreken? In elke oorlog gebeuren zulke wreedheden. Maar dan wel van twee kanten! Het is daarom hoogst-onbillijk, en een slag in het gezicht van de veteranen, die nu allemaal de 70 jaar gepasseerd zijn, om dat alles nog eens breed uit te meten. Velen van hen hebben het al moeilijk genoeg met het feit dat Hare Majesteit juist in deze maand een bezoek aan Indo nesië brengt. Waarnemer P.S. Waarschijnlijk zal inzake de evolu tieleer als verplichte examenstof - waarover ik vorige week schreef - de soep minder heet gegeten wor den dan opgediend. Het is althans, zoals later bleek, de vraag of er een kamermeerderheid voor te vinden zal zijn. Het is niet bepaald de juiste tijd om nu grote schoonmaak te houden, maar we wijzen u toch graag op de grote rommel markt die gehouden wordt tijdens de ba zar in De Samaritaan op vrijdag 29 en zaterdag 30 september. De grote rommelmarkt trekt elk jaar dui zenden bezoekers die kunnen kiezen uit een zaal vol kleine en grote spullen, van een bloemenvaasje tot kleurentelevisie, van kinderspeelgoed tot gereedschap. Naast de rommelmarkt is er tijdens de bazar altijd een grote boekenmarkt. Sta pels boeken, romannetjes, kinderboeken, studieboeken etc. Deze rommelmarktspullen en boeken worden elk jaar gebracht bij De Samari taan. Ook nu wil de organisatie weer een oproep doen voor deze spullen. Komt u in huis nog iets tegen waar u niets mee doet of 'dat er al zo lang staat' dan kunt u dit afgeven bij de receptie van het ver pleeghuis De Samaritaan, Kon. Juliana- weg 59 in Sommelsdijk. Zijn de spullen te groot of is er helemaal geen vervoer, belt u dan (01870) 88200. Op D.V. zaterdag 26 augustus hervat het koor zijn tweewekelijkse repetitie-avon- 'den. We vragen alle leden ook het ko mende seizoen de avonden trouw te be zoeken. Tevens maken we van de gelegenheid gebruik om alle eventuele toekomstige leden uit te nodigen. Bezoek gerust eens vrijblijvend één van onze repetitie-avon den. We oefenen op zaterdagavond van 5.45 tot 7.45 uur (tweewekelijks) in het ver enigingsgebouw naast de kerk van de Geref. Gemeente te Dirksland. in het doolhof van prijskaartjes Tel. (01870) 8 34 77 Ingezonden: (II) Wat men gelooft, of niet gelooft, dat is de vraag niet. Het gaat erom, dat ieder mens, jong en oud, kennis neemt van de verschillende godsdiensten, wetenschap pelijke theorieën en filosofieën. De ellende begint pas, als men denkt, dat de overtuiging die men zelf heeft, de enig juiste is. Voorbeelden genoeg in de Algemene en Nederlandse geschiedenis. Ik hoef alleen het twaalfjarig bestand in de tachtigjarige oorlog te noemen. Dat was iets waar ik me op school maar niet in kon verplaatsen. Hebben we een adempauze in een lang durige ooriog, gaan we ruzie maken, wie wat moet geloven en waarom! Laten we dus Joegoslavië er buiten hou den, want er zijn gedurende de menselij ke ontwikkeling genoeg oorlogen ge voerd. ledere partij met God aan zijn zijde! Na zisme, kolonialisme, apartheid, inquisitie enz. enz. Ik zou zo graag willen, dat iedereen ken nis neemt van allerlei geestelijke stro mingen en wetenschappelijke theorieën en daar voor zichzelf of als groep, de waarden uithaalt, die overeenkomen met zijn of haar levensovertuiging. Daar hoeft men toch niet bang voor te zijn? Daarom vind ik het van belang dat er op het schriftelijk examen vragen worden gesteld. Iedereen weet nl. wat niet wordt ge vraagd, wordt niet geleerd! P.S. Aardse ruimte is beperkt. Geestelijke ruimte is oneindig. Nelly van der Maas-v an der Heijden- Dirksland 'i Zaterdag 12 augustus jongstleden namen de Sasruiters uit Dirksland deel aan het Veronica concours wat in samenwerking werd georganiseerd met de Landelijke Rijvereniging Scheldestad uit Vlissin- gen. Door onder andere het zeer warme weer, de harde grond en de vele vliegen, kwa men veel combinaties niet goed of niet voldoende uit de verf. De uitslagen luiden als volgt: M-dressuur: Esther Bogerman met Bastion144 pnt. Liesbeth de Jong met Isha146 pnt. Z-dressuur: Tjarda van der Wal met Handsom178 pnt. (3e prijs) De volgende wedstrijd is 26 augustus op het Dirkslandse Sas. Iedereen die een paard of pony ter beschikking heeft kan hier aan deelnemen in zowel dressuur als springen. Tot ziens. ,X>e Heere nu had totAbram gezegd: „Ga gij uit uw land en uit uw maag schap en uit uws vaders huis naar het land, dat Ik u wijzen zal" (Genesis 12 vers 1) Abram wie was hij? Waar had hij het aan verdiend dat de Heere tot hem kwam en hem riep? Was het omdat hij zo'n goed mens was? Om op deze vragen het ant woord te vinden slaan we Gods Woord open en hier lezen we dat Abram een na komeling was van Sem, een zoon van Noach. Na de zondvloed ging de Heere met Noach en de zijnen verder. Maar wat bleek, dat ook na de zondvloed de mens op geen enkele wijze verbeterd was. Het gedichtsel van 's mensen hart bleef boos en verkeerd. In plaats dat het nieuwe ge slacht van Noach na alles wat er gebeurd was de Heere gehoorzaamde, week het weer heel snel van de Heere af. Het was al weer zo ver gekomen dat in het huis van Terah, Abram's vader, vreemde go den werden gediend. Jozua zegt hiervan in zijn afscheidsrede tot Israël: „Alzo zegt de Heere de God Israels: 'Over gene zijde der rivier hebben uw vaders van ouds gewoond, namelijk Terah, de vader van Abraham en de vader van Nahor en zij hebben andere goden gediend" (Jozua 24:2). Als de Heere ook toen niet, zo kort na de zondvloed, tussenbeide gekomen was, dan zou de Heere weer door het gehele menselijke geslacht vergeten zijn ge weest. Maar daarom haalt Hij er één uit, met wie Hij grote dingen voor heeft. Het is Abram. Zijn naam betekent: „Ver heven vader". En wie zijn verheven Vader is dat zal later blijken en dan zal zijn naam veranderd worden in Abra ham, dat is: vader der menigte. De Heere riep Abram uit zijn land en uit zijns vaders huis om te gaan naar een vreemd land, een land dat God hem wijzen zal. Met deze man gaat de Heere opnieuw beginnen. Abram wordt door de Heere geroepen, opdat hij en zijn nakomelingen afgezonderd zouden worden van alle andere volken. Het volk uit Abram voortgekomen zal de Heere toebehoren. Dit volk zal Hem dienen en uit dit volk zal de Messias geboren worden. En als Hij gekomen zal zijn dan zal Gods heil weer tot alle volkeren der aarde uitgaan. Abram woonde in Ur der Chaldeeën. Daar werden de afgoden gediend, daar werd met name de maangod Sin aange beden. Ook Abram zal in zijn jonge jaren deze afgod gediend hebben. Maar dan vindt er iets geweldigs plaats. De Heere roept Abram. Hij gaat tot hem spreken. Wat een wonder van Gods opzoekende zondaarsliefde. Abram zoekt de Heere niet, maar de Heere zoekt hem. Het gaat allemaal van Hem uit. Niet Abram begint, nee de Heere begint. Dat is nu het grote wonder van Gods liefde. Dat Hij Zich ontfermt over het verlorene, het weggedrevene. Abram had verdiend dat God in Zijn toorn tot hem ging spreken. Maar in plaats hiervan mag hij horen van Gods genade, dat Hij Zich laat vinden door degenen die Hem eerst niet zochten. Zo is het nog. Wij hebben het niet ver diend dat de Heere tot ons spreekt. Wij zijn immers allen van Hem afgeweken. In zonde ontvangen en geboren. Het streelt ons niet dit te horen. Ons hart ver zet zich ertegen. Maar het is nodig om door de Heilige Geest aan ons zelf ont dekt te worden, om in die weg te ontdek ken hoe groot Gods genade in Christus is. De roeping van een zondaar ook van daag, is een machtig wonder van God. Het zegt ons dat de Heilige God nog met zulke zondaren als wij zijn, van doen wil hebben. Waar die roepstem wordt ge hoord, niet alleen met het oor, maar bo venal met het hart, daar gaan mensen hun afgoden verlaten; hun zondige leven vaarwel zeggen. Zo nam de Heere ook redenen uit Zichzelf om tot Abram te spreken. Er lag in Abram niet iets dat aanspraak maakte op Gods genade. Maar zo vraagt hier iemand: „Wist Abram Wie de Heere was?" Ging hij zo maar een onbekende volgen? Nee dat niet, de Heere had Zich eerst aan hem bekend gemaakt: Wie Hij is en Wie Hij voor Abram wilde zijn. „De God der heerlijk heid verscheen aan onze vader Abram nog zijnde in Mesopotanië", zo sprak Stefanus van Abram's roeping in Hande lingen 7. Abram wist dat hij op God aan kon. Hier wil de Heere ook ons van overtuigen, door middel van Zijn Geest. Gods Woord, daar kun je van op aan, daar kun je staat op maken. Dit is nu het geloof dat Gods Geest werkt door de verkondi ging van het Evangelie, dat je je hele maal gaat verlaten op Gods Woord. Dat zien we nu zo duidelijk bij de roe ping van Abram. De Heere had zijn hart bewerkt, zodat hij gehoor gaf aan Zijn roepstem. Hebt u Gods roepstem al ge hoord? Hij roept u op tot geloof en beke ring, dat doet Hij door middel van de prediking. Wat is het daarom een voor recht, dat we Gods Woord zondag aan zondag mogen horen. Niemand van ons kan zeggen: „ik heb het niet geweten". De Heere laat ons nog horen van Zijn ge nade in Christus. De God der heerlijk heid verscheen aan Abram. Maar zo ver schijnt Hij ook nog aan ons. Wij hebben niet te doen met een zwijgend God, maar met een roepend God. Als Gods Geest uw hart hier voor opent, dan horen we de Heere roepen, net zoals Abram dat hoor de en dan gebeurt er ook wat, dan zet het ons in beweging, dan kunnen we het niet meer vinden op de wegen die we eerst gingen, de wegen van God af. Dan blijft er maar één weg over, de weg die de Heere ons wijst, de weg naar Hem toe. Gods Geest werkt onweerstandelijk, dat wil zeggen, die is niet te weerstaan. Dan wordt de Heere ons te sterk. Hebt u zo de roepstem des Heeren al eens gehoord in de prediking van het Evangelie of laat u zich nog leiden door de roepstemmen van de wereld? En wat roepen die: „Laat ons eten, laat ons drinken en laat ons vrolijk zijn, want morgen sterven wij". Maar als u zich door deze roepstemmen zult blijven laten leiden, dan zult u voor eeuwig omkomen. Daarom, het is een ernstige levensvraag of u de roepstem van de Heere al ter harte hebt genomen. Dat u Hem hoorde spreken van de gena de die er is in Zijn Zoon Jezus Christus. Dat u Christus Zelf hoorde spreken: „Er is alleen redding doorMij, want Mijn bloed dat Ik gestort heb op Golgotha, dat reinigt van alle zonde. We moeten Christus als onze Zaligmaker ontmoet hebben, wil het straks wel zijn voor de eeuwigheid. De Heilige Geest wil u tot Hem leiden. Daarom hoort Gods stem. Welmenend nodigt Hij u tot Hem te komen. Gelukkig de mens die zijn verzet leerde opgeven. Dan komt er een vluchten tot die verkondigde en aangeboden Christus. Hij kan en wil zondaren zalig maken. Wie in Hem gelooft, die heeft het eeuwi ge leven en dan zingen zij in God ver blijd van 's Heeren wegen: „Hij trok mij uit en bracht m'in ruimer wegen. Want Hij had lust aan mij. Zijn knecht, gekregen" Sommelsdijk G. Mulder Buiten de dijken en de duinen ligt op Goeree natuurgebied Kwade Hoek. Bij extra hoog water zoekt het zeewater er zijn weg. Daarom groeien er veel zout- minnende planten. Wie een kijkje wil nemen kan in augustus nog mee met de wekelijkse excursies. Iedereen is wel kom. Omdat het terrein heel kwetsbaar is, is het bezoekersaantal gelimiteerd. Om zelf op pad te gaan moet je lid zijn van Vereniging Natuurmonumenten. Kaartje kopen Mensen die mee willen met een excursie moeten van te voren een kaartje kopen bij VVV Ouddorp. Er zijn nog excursies op iedere dinsdagavond in augustus om 19.00 uur. De excursies worden begeleid door gid sen van het IVN. Het vertrekpunt is de parkeerplaats aan de Oostdijkseweg tus sen Havenhoofd en Ouddorp (aan de kant van Havenhoofd). Dynamisch buiten de Deltawerken De zee heeft veel invloed op het terrein. Bij extra hoog water lopen grote delen Zelfstandig ondernemer worden? Maar dan wel verantwoord! Voor hen die het voornemen hebben om een eigen onderneming te beginnen en dit idee al in een basisplan hebben uitge- onder water. Op het brede strand kun je zien hoe zich honderden nieuwe duintjes vormen. Bij storm veranderen ze vaak van vorm of worden ze volledig wegge spoeld door het zeewater. Achter de dui nen liggen strandvlaktes en prachtig be groeide duinvalleien. Op een deel van het terrein grazen koeien. Ze houden de begroeiing kort, waardoor er hier veel bijzondere soorten planten kunnen blij ven voorkomen. Zoet en zout Ook de verschillen in 'zoet en zout' in de bodem zorgen voor een rijke plantenwe reld. Melkkruid, zeekraal en lamsoor houden juist van zoute bodems, duinvi ooltje, geel walstro en nachtsilene heb ben net zo lief geen zout. werkt, wordt er een praktijkgerichte cur sus georganiseerd, waarin een groot aan tal facetten van het ondernemerschap uit gebreid worden behandeld. Het eigen plan neemt tijdens de cursus een centrale plaats in. De deelnemers gaan hun plan nen uitbouwen totdat het 'af' is. Daarbij worden ze natuurlijk begeleid en krijgen de nodige adviezen aangereikt. Na af loop van de cursus hebben ze dan een kompleet plan op papier staan, zodat ge fundeerd de beslissing genomen kan worden: voer ik dit plan uit, of zie ik van dit plan af? Die beslissing moeten de deelnemers zelf nemen. De cursus is bestemd voor startende on dernemers met een omlijnd onderne mingsplan. De cursus vindt plaats op 16 en 30 sep tember, 7, 14 en 28 oktober, 11 novem ber 1995 van 10.00 tot 16.00 uur in een hotelaccomodatie in of rondom Dor drecht en wordt in samenwerking met de Kamer van Koophandel georganiseerd. Uiterste inschrijfdatum is 1 september 1995. Nadere informatie kan worden verkregen bij de heer J. P. F. C. van den Ameele van het IMK Zuidwest-Nederland, tele foon (078) 337249. De boerin hield de sauspan naar haar op geheven. En deze zei: „Het is goed!" Daarna gaf ze het paard de sporen en reed in draf naar de ruiterstoet. Je begrijpt Mota, hoe gauw of vrouw Ha vikhorst de juspan weer op tafel had staan". „Zou dat allemaal wel waar zijn, oom Arnold?" „Als dit het ergste maar geweest was, zouden de geschiedboeken niet zo vol met nare dingen staan. Toen de verhoudingen anders werden, was er van de eigenaars veel goeds te beleven. Hoeveel dor pen floreerden niet door de mildheid en de organi satie van de landheer?" „Maar dit was toch wel een beetje gortig, is het niet?" „Ja, wat dacht je! Maar die juffrouw zal wel een 'pekel' geweest zijn. Dit was zeker een uitzonde ring". Arnold rende het bouwval af en liep met Mota langs de bosrand verder. „Weet je zo ongeveer waar we zijn?" „Ja oom Arnold, wij lopen er zo heen". Toen ze een eindje verder gewandeld waren, kwa men ze bij een hoge houtwal. „Nu schieten we op. „Ja", lachte Arnold, „ik zie hem!" Ze kwamen bij een enorme mierenhoop. Duizen den mieren waren in koortstempo aan het werk. „Mag ik de schotel even vasthouden?" vroeg oom Arnold. Hij lachte. Nu zou het gebeuren. Hij liep ermee naar de mierenhoop en schepte pardoes de kop eraf. „Ik zie ze al", roept Mota. „Wat een grote zijn het!" In het midden van de wriemelende massa lagen de eieren voor het opscheppen. Arnold schepte diep in de hoop, honderden miereneieren kwamen er mee. Maar vanzelf ook veel mieren. En die moch ten wel thuis blijven. Hij zette de schotel enkele passen van de mieren hoop vandaan en tikte met zijn mes tegen de rand. Telkens vielen de mieren naar beneden. Toen er bijna geen mier meer bij de eieren te bekennen was, haalde Arnold een blauwe zakdoek uit zijn kiel. „Hier", zegt hij, „spreid hem even uit op de grond". Mota doet het. Dan kiept oom Arnold de blikken schaal boven de zakdoek om. „Zo daar heb je al een aardige portie". „Ja oom, dat is zo. Maar er zitten mij nog te veel mieren bij". „Laat maar even liggen. Ze lopen wel weg. Dan gaan we nu nog wat anders proberen". Oom Arnold liep met de schaal weer naar de mie renhoop. Onderwijl vatte hij een dood stukje hout van de grond, legde daar de schaal ondersteboven op en zei: „Deze vangst komt morgen pas". „Wat gaat er dan gebeuren, oom Arnold?" „Onder die schaal brengen de mieren de rest van de eieren. Die kun je dan morgen meteen opschep pen". „Dat is handig". „Zeker, dat is het!" Arnold loopt naar de zakdoek, haalt de vier uitein den bij elkaar en zegt: „Voor jullie de eieren weer wegsleept, neem ik ze mee. Ga je mee naar je moeder, Mota?" „Ja, ik ga mee. Sjonge, wat zijn die mieren bedrij vig!" „Zeker, daar kunnen een heleboel mensen van leren". „Vooral zij, die een beetje lui zijn", lachte Mota. Als ze wat voortgewandeld zijn, zegt Arnold: „Je moeder zal wel denken: waar blijven de heren? Nu, we staan er aan te komen". Zo nu en dan kriebelt er wat aan zijn pols. Dan is er een mier bezig, toch maar een goed heenkomen te zoeken. „Ga weg, rooie", bromt Arnold dan en geeft hem een tik met de vinger. Onderwijl zijn zijn gedachten bij Klaartje, de moe der van Mota, de weduwe van zijn gestorven neef Andries. Hij heeft haar glimlach gezien. Ze is anders ge worden. Het donkere floers boven haar ogen is weggetrokken. Zal ze nu voortaan voor hem gaan leven? Hij herinnert zich als de dag van gisteren, dat hij en Andries vrienden waren; gezworen ka meraden. Maar toen kwam Klaartje in het leven van Andries en meteen was het gedaan met hun vriendschap. Dat was wel een bittere pil voor hem geweest en toch eigenlijk ook niet nodig. Maar het was zo en naar zijn gevoel was hij zijn vriend toen kwijtgeraakt. „Jouw vader was een neef van mij, dat weet je, hè Mota?" „Ja oom, dat weet ik". „Maar hij was ook zijn vriend. We waren altijd samen. Totdat jouw moeder in zijn leven kwam. Toen was het net of ik niet meer voor hem be stond". „Dat is raar!" „Als ik toen ook maar een meisje gehad had, dan zou ik het niet zo gevoeld hebben. Maar nu bleef ik zonder vriend achter en dus alleen". „Ik kan dat begrijpen oom. Hoe oud was je toen?" „Ik was toen twee-en-twintig jaar". „En waaromzag je toen ook niet naar een meisje om? Dan was je toch niet meer alleen geweest". „Dat kan ik je gauw vertellen, Mota. Er was er geen, die mijn weg kruiste". „Nu ook nog niet. Oom Arnold stond stil. Hij begreep Mota en een lichte glimlach speelde om zijn mond. „Jou snaak, die je bent! Heb je iets aan je moeder gemerkt?" „O ja, allang!" „Hoe zo?" „Moeder had voorheen altijd een stil verdriet en de meeste avonden gingen wij naar de zee, om aan vader te denken. Maar al een hele tijd is dat veran derd. Ze praat ook vaak over jou en dat deed ze vroeger nooit". „Dan gaat vanavond de kogel door de kerk". „Hoe bedoel je dat, oom?" „Ik wil weten of je moeder van mij houdt. Want ik"* heb ook veel over haar gedacht. Dat is dan zo. Dat gaat zo, als je om de twintig bent en ook als je om de dertig bent. „Hoe oud ben je dan nu, als ik vragen mag, oom Arnold?" „Al vijf-en-dertig!" „Al vijf-en-dertig, oom!" „Maar hoe zou jij het vinden als ik met je moeder trouwde?" „Eerst had ik het er niet op begrepen, maar sinds ik weet dat moeder aan jou denkt, heb ik er niets op tegen. Dat begrijp je wel. Ik zou het zelfs fijn vinden. Al wat moeder graag wil, wil ik ook". Oom Arnold zei een poosje niets. Hij was blij, dat de jongen alles zo gewoon en vriendelijk opvatte. „Mota, het is niet goed wanneer een mens altijd verdriet heeft. We mogen de doden wel herden ken, maar ons daarna tot de levenden richten. Ik hield heel veel van mijn oude moeder, maar toen de Heere haar oproep om voor Hem te verschij nen, hebben wij het dode omhulsel waarin zij ge leefd had, begraven. (wordt vervolgd) INVM,

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1995 | | pagina 5