NIEUWS
uit de kerken
Teelt- en
bedrijfsbegeleiding
de juiste
taxatie...
Cursus dieren-E.H.B,0.
in Middelharnis
Bladz. 2
„EILANDEN NIEUWS^
VRIJDAG 19 FEBRUARI 1993
door drs. A. Wagner
Op school leer je, dat van 1665 tot 1667 de Tweede Engelse Oorlog woedde.
We weten, dat Michiel de Ruyter daarin een rol speelde, en dat hij naar
Chattam voer. De oorlog bestond uit een aantal schermutselingen tussen
oorlogsschepen. Daarbij zullen zonder twijfel slachtoffers gevallen zijn,
misschien wel 100, of 300. Bij het onderwijs in de Vaderlandse Geschiedenis
wordt dan lakoniek voorbijgegaan aan het feit, dat er zowel aan Neder
landse, als aan Engelse zijde, in dezelfde periode 100.000 tot 300.000
slachtoffers vielen aan de pest. Duizend maal zo veel. Blijkbaar vonden en
vinden de geschiedschrijvers alle ellende, alle kommer, pijn en verdriet
waarmee de pest gepaard ging niet vermeldenswaard. Onlosmakelijk horen
bij de verspreiding van pest: vlooien. Dit verhaal gaat over beiden.
De vlo
De ouderen onder ons hebben uit de
jaren van de tweede wereldoorlog nog
wel herinneringen aan vlooien. De
meesten van ons, vooral zij, die een kat
of een hond hebben, kunnen ook op
enige ervaring bogen. Zij weten, dat er
hondevlooien en kattevlooien bestaan.
Als je er wat dieper op ingaat, blijkt dat
de meeste zoogdieren een eigen vlo,
soms een aantal eigen vlooientypen
hebben. De meeste vlooien leven bij een
beperkt aantal onderling verwante gast
heren, en ze kunnen zich daarnaast tij
delijk behelpen met nog andere, maar ze
keren op de duur naar eigen gastheer
terug.
Er bestaat een mensevlo, een hondevlo,
kattevlo, egelvlooien, konijnevlo, moUe-
vlooien, rattevlo, muizevlo, huismus-
senvlo enz. Onderling zijn deze vlooien
te onderscheiden en te determineren; en
dan blijkt dat de natuur het allemaal
weer wat ingewikkelder maakt dan je
zou denken: Op dit moment zijn er zo'n
2400 typen bekend en beschreven. In de
Benelux een kleine 100.
Wat het volwassen stadium betreft leven
ze allen parasitair, ze zuigen bloed bij
warmbloedigen, 95% bij zoogdieren en
5% bij vogels.
Een vlo is een arthopode, een geleedpo-
tige, een insekt zonder vleugels. Hij is
zijdelings afgeplat en met hard mate
riaal gepantserd ('krachtig gescleroti-
seerd'). Hij kan een reusachtige druk
weerstaan, draagt enige beharing en
varieert in kleur van lichtgeel tot zwart.
Kan leven van één tot circa 18 maanden.
Vlooieëieren zijn parelwit tot zwart van
kleur. Een volwassen vlo poept korrel
tjes onder het eten (gedeeltelijk verteerd
bloed). De hondeliefhebbers kennen
deze korreltjes wel. Verder kan een vlo
maandenlang zonder eten, en hij kan
bijv. 1 jaar bevriezen overleven.
Hij is een goed-toegeruste bloedconsu-
ment, en hij leefde waarschijnlijk al bij
voorhistorische zoogdieren.
Anthonie van Leeuwenhoeck bestu
deerde de vlo met zijn primitieve micro
scoop, 'het vlooienglas'. Hij presteerde
het om met eenvoudige apparatuur aan
te tonen, dat vlooien tussen hun pantser-
schubjes zélf weer parasieten meedra
gen in de vorm van mijten.
Vlooien hebben opzienbarende eigen
schappen. Eén ervan is het springen. Ze
maken sprongen tot 150 maal hun
lichaamslengte (die is enige mm.) Om
een idee te geven: ze kunnen uit een
emmer springen. Het geheim van het
springen is gedeeltelijk ontsluierd. Bij
de aanzet van de achterpoten aan de
thorax vormt zich een bolletje 'Resiline'.
Dit bolletje komt door spieren onder
druk te staan. Resiline is een zeer elasti
sche stof. Het brengt een soort afvuur-
mechanisme teweeg, een soort explosie.
NED. HERV. KERK
Beroepen
te Giessendam-Neder-Hardinxveld (toez.)
P. van der Kraan te Bleskensgraaf.
Aangenomen
naar Boven-Hardinxveld C. M. Visser te
Achterberg; naar Werkhoven (part-time)
Prof. dr. W. Balke te 's-Graveland.
Bedankt
voor Sommelsdijk A. F. Kaars te Papen-
drecht; voor Katwijk aan Zee dr. C. A.
Tukker te Epe.
GEREF. KERKEN
Beroepen
te De Lier J. A. Schneider te Raamsdonk
ca.; te Den Helder (als geestelijk verzor
ger van Noorderhaven te Julianadorp)
drs. R. P. Groen te Ede (geestelijk ver
zorger van De Hartenberg), die dit
beroep heeft aangenomen.
Aangenomen
naar Delft (part-time) (als geestelijk ver
zorgster voor Psychiatrisch Centrum
Joris) K. E. van Huisstede, kandidaat
te Rotterdam.
Beroepbaarstelling
G. Wijnstok, Patrimoniumstraat 22,
8261 KP Kampen, tel. (05202) 1 82 60.
GEREF. KERKEN (Vrijgemaakt)
Beroepen
te Dronten R. de Graaf te Rouveen; te
Capelle aan den IJssel (3e pred. plaats)
en te Emmen (2e pred.plaats) Jt. Jansen
te Almelo.
De onderbenen zijn te fragiel, de sprong
geschiedt dan ook vanuit de bovenbe
nen. Bij onderzoek bleek de vlo wel
30.000 keer zonder stop te kunnen
springen.
Zijn lijf is bezet met haken en borstels,
zodat hij zich aan haar en bont kan vast
hechten, bv. tijdens een sprong.
De vlo geniet bekendheid in de variété
wereld. Alléén de mensenvlo kan men
met dressuur iets leren. Momenteel lij
ken die uit te sterven. Je kunt 3,- per
stuk krijgen, zo schaars zijn ze. Waar
schijnlijk komen ze sporadisch nog
voor bij de vos, de das en het wilde zwijn,
en misschien nog bij muis en hond. In
'La peste' (Albert Camus) wordt be
schreven, dat in 1911 en in 1929 in
Marokko pest voorkwam bij de mens,
overgebracht door ratten en mensen-
vlooien. (Pulex irritans, alléén de vrouw
tjes steken).
Als men momenteel een vlooieplaag in
huis heeft, wordt die meestal veroor
zaakt door kattevlooien (Ctenophali-
des felis).
Heerst ergens zulk een vlooieplaag, dan
moet je eigenlijk eerst nagaan welke
vlooien het zijn. Ze zijn uitstekend te
determineren. Gaat het om de honde- of
kattevlo, dan behandelt men wél de die
ren, maar niet de mensen.
Vlooien en andere insekten kunnen via
het bloed ziekten overbrengen. Bijv. de
slaapziekte door tse-tse vliegen; malaria
door muggen; voorts vlektyfus en myxo-
matose. De laatste door konijnevlooien.
De honde- en kattevlo is tussengastheer
van een lintworm (Dipylidium cani-
num) bij hond en kat.
De grootste faam heeft de vlo (en uit zijn
gelederen bepaalde typen) op zijn naam
als overbrenger van de pest. Alle door de
mens gevoerde oorlogen hebben samen
nog langena niet zoveel slachtoffers
geëist als de pest. Men schat dat aantal
voorzichtig op 200 miljpen
De pest
Pest is een acute infektie van de mens,
van wilde knaagdieren en hun ectopara-
sieten. Soms wordt de nadruk anders
gelegd: Pest is een besmettelijke ziekte
van ratten, die door vlooien op de mens
wordt overgebracht.
Reeds in de prehistorie kwam pest als
afschrikwekkende ziekte voor. Er be
staat geen andere ziekte waar zóveel
mensen aan ten offer vielen. Zelfs bv.
malaria moet het hier afleggen. Mede
door de pest zijn wereldrijken ontijdig
ten onder gegaan, bijv. het romeinse rijk
in de zesde eeuw.
Een epidemie duurde soms vele eeuwen:
van 1100 tot circa 1700 was er een heel
beruchte. In die tijd stierf één kwart van
de europese bevolking. Alleen al in Lon
den stierven in het jaar 1664, 70.000
in het doolhof van prijskaartjes
Makelaar Tamboer
Tel. (01870)8 3477
Aangenomen
naar Hattem voor het zendingswerk in
de Oekraïne M. Nap te Zeist.
CHR. GEREF KERKEN
Beroepen
te Barendrecht M. C. Tanis te Sliedrecht;
te Winschoten J. Plantinga te Gronin
gen; te Heerde R. van Beek te Veenen-
daal (Pniëlkerk).
Bedankt
voor Maarssen G. P. M. van der Linden
te Doesburg, te Doetinchem en te Nij
megen.
GEREF. GEMEENTEN
Beroepen
te Hilversum A. Moerkerken te Gouda;
te Ouddorp B. van der Heiden te
Hardinxveld-Giessendam; te Veenen-
daal C. Vogelaar te Franklin Lakes
(USA); te Sint Annaland C. A. van Die
ren te Stolwdjk; te Zwolle A. J. Gunst te
Tholen; te Zoetermeer J. J. van Eckeveld
te Zeist; te Boskoop B. van der Heiden te
Hardinxveld-Giessendam.
Bedankt
voor Fort Macleod (Canada) C. Harinck
te Oostkapelle.
mensen (één zesde van het aantal inwo
ners) aan de pest.
In de tweede helft van de 19de eeuw
begon een epidemie, die als de laatste
grote kan worden beschouwd. In het
jaar 1907 bezweken in het toenmalige
Brits Indië een miljoen mensen aan
pest. Nog in 1932 stierven er in Ned.
Indië 6500 pesüijders.
Eén der eerste meldingen over pest
komen we tegen in de bijbel: de gebeur
tenis vond plaats in de 12de eeuw vóór
Christus. Zie 1 Samuel 5 en 6. Daar
wordt een beeld gegeven van de builen
pest (bubonenpest). In dit verhaal leg
den de Filistijnen al verband tussen
knaagdieren en pest.
De overweldigende epidemie (ook wel
genoemd 'pandemic', vanwege de enor
me uitgebreidheid) die ik daarnet noem
de, durend van ongeveer 1100 tot 1700,
verspreidde zich in de 16de en 17de
eeuw catastrofaal over Europa. In tegen
stelling met wat men zou denken ver
loopt zulk een epidemie niet zoals bv. bij
cholera 'stormachtig', maar: langzaam.
Voor de bevolking is dat zo mogelijk nog
erger. Het blijft maar duren. De angst en
de ontreddering heerste alom. In Lon
den schreef iemand: „Eigenhandig be
groef ik mijn 5 kinderen" (1665). In
Canterbury stierven in één jaar drie keer
de aartsbisschop: elke opvolger erfde
niet alleen het ambt, maar ook de ziekte
van zijn voorganger. Hoe?? Dat wist
men niet. Overal loerde de dood. Een
gevolg was, dat de mensen wreed tegen
elkaar werden. Iedereen dacht: „Heden
gij, morgen ik". Vaak werden de doden
niet meer beweend, een ieder wachtte op
z'n eigen dood.
Boeren bleven dood op het land; er ont
stonden sociale verschuivingen, vaak
waren er geen werkers meer, bijv. in het
veld. De maatschappij veranderde er
door. Het feodale systeem wankelde,
want voor het eerst ontstonden loonon
derhandelingen door het nijperid tekort
aan arbeidskrachten.
Een etappe in de evolutie van de econo
mie. De economie gebaseerd op geld
kwam in zicht. Je zou kunnen zeggen:
Het eerste kenmerk van het kapitalisme
diende zich aan.
In alle regionen liet de pest diepe sporen
na. Het schilderij van Pieter Bruegel
'Triumph of Death' (Madrid) laat een
scala van beelden zien, die de ontredde
ring goed weergeeft. Ontreddering, deso
riëntatie en angst, want, men realisere
zich goed: de mensen begrepen er niets
van. Het maakt veel verschil of wij een
catastrofe, die ons treft kunnen verkla
ren, begrijpen, of niét. Vergelijk het eens
met aardbevingen, en vulkaanuitbar
stingen enz. Een bedreiging of een vij
and kun je alleen bestrijden, als je weet
hoe die in elkaar zit.
Natuurlijk zocht men wel naar oorza
ken, en naar zondebokken. Soms werd
de schuld aan zwervers gegeven. Vaak
wees men Joden aan als veroorzakers
van deze ramp. In midden Europa vie
len duizenden joden ten offer aan de
volkswoede. Ze zouden het water vergif
tigen. Vele duizenden zijn verbrand.
Buren zochten de oorzaak bij buren,
ouders bij kinderen, aldus de onderlinge
liefde en saamhorigheid te niet doende.
Tallozen beschouwden de pest als een
straf van God.
'Geleerden' spraken van een bepaalde
samenstand van Satumus, Jupiter en
Mars. Een veel gehoorde theorie was die
van de kwade dampen. Die kwade dam
pen werden ook bij gewone ziektegeval
len van stal gehaald, bij gebrek aan
beter. Want de medische kennis was,
zeker op het gebied van infektieziekten
hoogst primitief Vrijwel alle heel oude
boeken over bv. dierziekten schermen
met 'kwade dampen'. En eigenlijk kon
men daar helemaal niets mee...
Indirekt was er een klein lichtpuntje in
het verhaal van die dampen. Geneeshe
ren en verplegenden begonnen tegen die
dampen beschermende kleding, en mas
kers te dragen (zie oude prenten). Men
zal begrijpen dat dit tegen vlooien en
besmetting lang niet verkeerd was.
Een gericht onderzoek leverde tot onge
veer 100 jaar geleden niets op (als er al
onderzoek gedaan werd).
Dat iedereen onder de vlooien zat, dat
het krioelde van de ratten„ ook dode, dat
was niet anders. Dat hoorde gewoon
zo.
In 1894 stelde Alexandre Yersin namens
rinstitut Pasteur een onderzoek in te
Hongkong, waar de pest toen nogal
huishield. In die tijd vielen de grote ont
dekkingen op bakteriologisch gebied.
Denk aan Pasteur, Koch en Lister enz.
Dr. Yersin isoleerde uit de bubonen
(builen), dat zijn de sterk gezwollen
lymfklieren bij pestlijders, massa's iden
tieke bakteriën. Het zijn korte staafjes
met afgeronde einden. De pestverwek-
ker was ontdekt. Later is de bakterie
YERSINL\ PESTIS genoemd. Toch
had men nog helemaal geen idee hoe de
bakteriën overgebracht werden.
De eer van diè ontdekking komt toe aan
Dr. Paul Louis Simond (1898) ook een
fransman. Het viel hem op, dat in pest-
gebieden zo mogelijk nog meer ratten
voorkwamen dan elders. Ook dat er
zoveel dode ratten overal lagen. Wij
hebben daarvan geen idee.
Stel je voor: In die tijd was er geen vuil-
ophaal-dienst. Alles wat je kwijt wilde
mikte je gewoon op straat. Etensresten,
alle afval, ook alles wat rot en vies was.
Mest, dode dieren, urine, faecaliën enz.
Normaliter wemelde het letterlijk al van
de ratten. In een periode met pest was
dat nog veel erger. Talloos waren de rat
ten, ook de dode. Ook die werden op
straat gesmeten. Simond vond in één
besmet huis alleen al 75 dode ratten.
Toen (pas) kwam hij op het idee die rat
ten in het onderzoek te betrekken. Hij
vond dezelfde bakteriën, die Yersin
beschreven had. Het is de verdienste van
Simond geweest dat hij verband zocht
tussen het immense aantal vlooien bij
de dode ratten en de pest bij rat en
mens... De keten was gesloten.
Ratten
Er zijn een 100-tal ratten bekend. Om
het overzichtelijk te houden beperken
wij ons tot twee typen. Beide kunnen een
rol spelen bij het verspreiden van pest,
maar slechts bepaalde typen vlooien
brengen pest over. Dat betekent, dat het
gevaar bij het éne type rat veel groter is
dan bij het andere.
Wij hebben het over de bruine rat en
over de zwarte rat.
De bruine heet in het latijn: Mus decu-
manus, ook: rioolrat.
De zwarte heet in het latijn: Mus rattus,
ook wel: huisrat.
De laatste is de grote boosdoener. Deze
huisrat leeft graag dichtbij de mens, bijv.
in huis, bij 's mensen slaapplaats; in
bamboe, wanneer dat bij de konstruktie
gebruikt is. En op schepen, ook de
scheepsrat is de zwarte rat.
De bruine rat, of rioolrat hcmdt zich iets
meer op afstand, die woont meer bij
voedselopslagplaatsen.
Juist schepen hebben van oudsher de
pest verspreid. Behalve zijde, specerijen
enz. brachten de koopvaarders ook de
pest mee. Havens als Venetië, Marseille,
Londen en Amsterdam, en vele andere
hebben ettelijke uitbraken te verwerken
gekregen. Nog in 1930 telde men in Mar
seille 15 dodelijke pestgevallen.
Terecht is de rat in onze denkwereld ver
guisd, zeker ook de bruine rat. Het is de
rat die wij volop kennen, hij komt veel
voor, en geldt als erg schadelijk. Maar
dit dier speelt in het pestverhaal geen
grote rol. Hij is bruiner, en groter en ster
ker, en vruchtbaarder dan de zwarte
rat.
Men neemt aan, dat de bruine, de zware
verdreven heeft. Gelukkig leeft de brui
ne wat verder van de mens vandaan dan
de zwarte.
Globaal gaat de infektie aldus:
In een besmette rattenpopulatie brengt
het juiste type vlo de infektie over van rat
op rat. Dit is de meest voorkomende
overdracht. Ook in de vlo krijg je een
sterke vermeerdering van bakteriën.
Schieten er nu te weinig ratten over voor
de vlooien om aan de kost te komen, (de
ratten sterven ook aan de pest) dan
behelpen de vlooien zich met bloed van
bijv. een mens. Die mens krijgt dan de
pest. Let wel: niet iedere vlo kan het, en
niet elke vlo doet het. Er zijn allerlei
mogelijkheden en bijzonderheden. Een
gewone muizenvlo brengt wel de pest
over van muis op muis, maar niet op de
mens, omdat hij geen mensenbloed
lust.
Meerdere wilde knaagdieren zijn be
kend als bron voor een pestuitbraak.
Zoals gezegd is de zwarte rat het ge
vaarlijkst.
Bij de mens heb je 2 vormen van pest (de
3de, een huidvorm laten we rusten):
a. De Bubonenpest (builenpest) en
b. De Longpest.
De bubonenpest wordt overgebracht
dooreen besmette rattenvlo. Je krijgt een
haemorrhagische ontsteking van de
lymfklieren (met bloed erin dus). Veelal
geschiedt dit in de lies, omdat de vlooien
vaak aan de benen bijten. Ook kunnen
de builen in de oksels komen of aan de
hals, als daar door de vlo gestoken is. In
allerlei organen ontstaan necrose-haar-
den: Versterf van weefsel. Zo iemand
kan binnen 'n week dood zijn. Het
begint met koorts, rood belopen ogen,
hoofdpijn, gevolgd door braken, duize
ligheid, sufheid, en delireren. De patiënt
vertoont een bleek gelaat en heeft een
angstige gezichtsuitdrukking. Deze symp
tomen heb je bij sommige andere ziek
ten ook wel ongeveer, zodat in een streek
waar de pest hoogstzelden voorkomt,
men uiterst goed op zijn hoede dient te
zijn (dokters).
Stelt men namelijk de diagnose te laat,
dan is de overlevingskans kleiner gewor
den, dan in het begin van de ziekte. Dit
is te vergelijken met TBC bij ons. Oude
ervaren artsen trappen er niet in, maar
jonge nog wel eens.
Er zijn over de gehele wereld nog van die
pest-haarden over. Daar waar de ge
zondheidszorg nog niet zo geavanceerd
is, maar ook in bijvoorbeeld 13 staten
van de USA, en in Canada. Ook zijn er
nog haarden in Zuidelijk Afrika, Mans-
joeko, Argentinië en Zuid-Oost Azië.
Nog in 1986 registreerde de WHO
(World Health Organisation) 1003 ge
vallen wereldwijd. In werkelijkheid zijn
het er veel meer, want veel landen gene
ren zich ervoor en gebruiken dan een
andere naam voor de gekonstateerde
uitbraken.
Het ideale smetstof-reservoir (een be
langrijk begrip: smetstof-reservoir) vind
je bij de rat. Dat betekent, dat wanneer
men de zwarte rat echt kon uitroeien, er
geen pest meer zou bestaan. Toch zijn er
nóg een paar soorten wilde knaagdieren
waar soms de smetstof huist: eeldioom-
soorten in Califomië, marmotten, ham
sters.
De huisrat is de meest gevreesde, en dat
is te begrijpen, omdat de vlooien van
dode ratten op zoek gaan naar andere
gastheren. En we hebben gezien, dat de
huisrat zo dicht mogelijk bij de mens
leeft...
Landbouwproduktie-bedrijven kun
nen veel minder dan in het verleden
is gebeurd terugvallen op de over
heid voor technische en bedrijfseco
nomische begeleiding.
De toekomst van het agrarisch onderne
merschap wordt daarenboven steeds
meer beïnvloed door:
1. aanscherping milieu-beleid (bemes
ting, gewasbescherming).
2. verlaging prijzen (graanbeleid, over-
produktie suiker).
3. markt-prijzen van de vrije produkten
(aardappelen).
4. Mac-Sharry beleid.
Deze ontwikkelingen leiden tot een gro
tere behoefte aan een goede bedrijfsstra-
tegie om zo uw resultaten op de korte en
lange termijn te verzekeren.
J. P. Mast met vestigingen te Den Bom
mel, Oude Tonge en Fijnaart heeft dit
onderkend. Op basis van een samenwer
kingsverband met het onafhankelijke
Adviesbureau 'AGROCS', gevestigd te
Kloetinge biedt J. P. Mast het produkt
'Teelt- en Bedrijfsbegeleiding' aan de
Akkerbouwers in Zuid-West Neder
land aan.
Door het opstellen van een bouw- en
teeltplan en teelt- en bedrijfsbegeleiding
gedurende en na het groeiseizoen onder-
De ratten reizen met voedseltransporten
mee, evenals de vlooien. Als het moet,
kunnen deze maanden zonder bloed.
De builenpest verspreidt zich langs de
bloedbaan of langs de lymfbanen, bijv.
op weg naar de long: dan volgt longpest.
Dit stadium is uiterst gevaarlijk en voert
snel tot de dood. Begint de ziekte in de
long, dan heet het (primaire) longpest.
Dit is een uiterst kwalijke vorm, dus
zonder builen. Deze pest krijgt een
mens niet van vlooien of van een rat,
maar van een andere mens, door het
inademen van kleine partikeltjes die
door een longpest-patiënt uitgehoest
zijn.
De builenpest is van mens op mens wei
nig besmettelijk; je hebt er steeds de
nogal omslachtige methode voor nodig
van ziekte knaagdieren - vlooien - dode
knaagdieren - vlooien die op reis gaan -
mens. De longpest verspreidt zich snel;
die komt het meest voor in koude lan
den. Het feit dat de mensen in kleine,
weinig geventileerde ruimten leven speelt
hier een rol. Ze kruipen dicht op elkaar
voor de kou.
Elke pest-epidemi begint met een knaag
dierenplaag, en met pest onder die
knaagdieren. Opvallend is dat het bij
belverhaal, dat ik in het begin aan
haalde en dat de eerste geschreven
verslaggeving is die ik ken, al de link ver
meldt tussen knaagdieren en pest.
Tragisch is het, dat het tot 2 juni 1898,
dus 3000 jaar moest duren voor de bete
kenis van dit verband werd onderkend...
Behandeling (mits tijdig) van patiënten
met sulfa en een aantal antibiotica werkt
levensreddend. Zonder behandeling
sterft circa 75%. Er ontstaat een septi-
chaemie (totale aantasting en vergifti
ging van het bloed) en de dood volgt.
Op tijd behandeld kan men 96% gene
zen. Een heel verschil in herstel: 25, of:
96 van de 100.
De antibiotica zijn stremptomycine en
tetracycline (penicilline werkt niet).
Totale vernietiging van alle knaagdieren
in een besmette regio is ondoenlijk,
maar zelfs als het zou lukken: de vlooien
zoeken mensen. Ze kunnen maanden
lang vasten, en verspreiden zich over
een groot gebied, vinden dan weer
knaagdieren enz. Natuurlijk hebben
insekticiden hun nut, echter alleen
plaatselijk. Pest roei je zo maar niet uit,
niet als bv. pokken. Bij pokken is de
mens het natuurlijk smetstofreservoir;
bij pest de ongrijpbare knaagdieren.
En vaccinatie? Die heeft zin, het is een
enting met levende avirulente bakteriën.
Erg solide is de opgewekte weerstand
niet. Maar in de Vietnamoorlog maakte
het terdege verschil of je aldus ingeënt
was of niet.
Al is de pest niet uitroeibaar, ze is wel
beheersbaar. Daartoe moet je de infek-
tieketen aanvallen waar je maar kunt.
Bijv. de afstand rat/mens vergroten,
hygiëne (op straat), geen bamboe in hui
zen (in de bouw), controle in de zeeha
vens, rat-proof-schepen, beveiligde aan-
legtrossen (rattenschilden).
Er zijn in dit verband een paar overeen
komsten te Parijs gehouden: nu zijn er
internationale reglementen waaraan
schepen zich moeten houden. Komen er
zieke/dode ratten voor aan boord, dan
volgt uitgassen met een cyaangas (Cy-
clon B). Verdere maatregelen zijn lo
gisch: insekten/vlooien bestrijding,' in
sekticiden, onderwijs, voorlichting, stof
zuigen e.d.
Bij TEST'
wat losse opmerkingen
1. Onze taal is nog steeds met pest
besmet. Het woord pest, of afleidin
gen daarvan, wordt nog dagelijks
veelvuldig gehanteered: 'pesten', 'ver
pesten', 'er komt geen pest van
terecht', enz. De betekenis is uiterst
negatief. In veel plaatsen bestaat
nog een 'pesthuis', meer een verban-
De Nederiandse Vereniging tot Bescher
ming van Dieren, afd. Voome-Putten en
Goeree-Overflakkee is voornemens, bij
voldoende deelname een cursus Dieren
E.H.B.O.- en verzorging te organiseren
in Middelharnis.
De cursus omvat ongeveer 12 lessen en
wordt gegeven door Dierenarts Hom
stra van Dierenkliniek Goeree-Overilak-
kee te Sommelsdijk.
De lessen worden gegeven op maandag
avond en starten op 8 maart a.s. Aan
vang 20.00 uur.
Voor informatie en/of aanmeldingen
kunt u vóór 19 februari bellen met:
Jannie Nijssen, (01875) 18 20
Anton Huiteman, (01883) 1 05 73
steunt AGROCS akkerbouwbedrijven
optimaal.
Via de vestigingen van J. P. Mast te Den
Bommel, Oude Tonge en Fijnaart en via
de buitendienstmedewerkers is het mo
gelijk AGROCS in te schakelen voor
teelt- en bedrijfsbegeleiding in de akker
bouw.
J. P. Mast denkt dat het samenwerkings
verband met AGROCS een verdere stap
is om te komen tot een totaal-pakket
voor de landbouwer.
Voor informatie over de mogelijkheden
kan kontakt worden opgenomen met J.
P. Mast, tel. (01871) 20 66.
ningsoord dan een herstelhngsoord
vroeger.
In oude kerken (Naarden, Enkhui-
zen. Bergen) vind je ook tastbare
herinneringen. Men schuurde eeu
wen geleden slijpsel van pilaren,
deed dat in een zakje, en het dat
iemand op de borst dragen (dit
zou beschermen).
2. Voor pest bestonden legio namen:
pestilentie, zwarte dood of zwarte
pest n.a.v. (zwarte) huidbloedingen,
de hete ziekte of het hete ongemac,
(de koorts kon tot 40 a 42 graden
oplopen), de haestige ziekte of de
haestigheid, (vanwege het snelle
verloop) en 'de gave Gods' (middel
Gods om de mens te bekeren).
3. Andere heel erge ziekten werden
ook wel 'pest' genoemd. Een soort
ziekteverzamelwoord, het werd tot
een 'container'begrip.
4. De straat was vuilnisbelt, ook voor
cadavers, bloedbraaksel, etterver-
band e.d., maar vergeet vooral de
grachten niet.
5. Van elke Nederlander zijn wel een
aantal voorouders aan de pest ge
storven, in 1636 stierf 36% van de
Leidenaars, in 1655 overleed van
een man zijn vrouw en 7 van z'n 10
kinderen, tenslotte hijzelf; in 1664
lagen in de Buurkerk te Utrecht 200
onbegraven pestlijken.
Zowel van M.Hzn. Tromp, als van
Mich, de Ruyter is bekend dat een
kind stierf
6. Pest in de Diergeneeskunde is i.h.a.
een acute fatale ziekte, die niet door
bakteriën, maar door virus veroor
zaakt wordt: veepest, paardenpest,
varkenspest, hoenderpest, pseudo-
vogelpest, eendepest enz.
7. Voornaamste rattenvlo voor N.Ame
rika en Europa: Ceratophyllus fas-
ciatus, en voor de arme landen:
Zenopsylla cheopsis.
8. Pestratten veriaten hun nest, ze
komen op plaatsen waar ze anders
niet komen. De vlooien gaan ook
zwerven, nadat hun gastheer bezwe
ken is. Beide omstandigheden spe
len de verspreiding van pest in de
kaart.
9. Successievelijk werden alle (huis)-
dieren van schuld verdacht: mas
saal afgemaakt.
10. Roofdieren namen vaak pest (vlooi
en) over van hun slachtoffers.
11. De konijnenvlo kan zich alléén
voortplanten als het wijfje bloed
opneemt van een zwanger konijn:
Aldus is er ruim voldoende voedsel
voor de nieuwe horde vlooien...
12. Builenpest en huidpest zijn zoöno-
sen (besm. ziekten die wij van die
ren krijgen). Longpest niet (gaat van
mens op mens).
13. Nidicolen zijn parasieten bij dieren,
die als volwassen imago of als larve
in het nest of hol van zo'n dier
vóórkomen.
14. De 'voorkeur' van vlooien wordt
bepaald door geur, warmte, uitgea
demde CO2. Vrouwen hebben iets
meer aantrekkingskracht dan man
nen.
15. In 1987 deden zich in de USA (in
Arizona en N. Mexico) 12 gevallen
van pest voor, waarvan 2 dodelijk.
16. Een vlooien-imago blijft (in rustige
omgeving) in de cocon 'slapen'.
Denk aan een huis, waarvan de
bewoners met vakantie zijn. Trillin
gen van de omgeving door lopen e.d.
doet lOOen tot lOOOen tot leven
komen...
17. In één maaltijd kan een ylo wel 1000
bakteriën opnemen en verspreiden.
18. Een pestkeur was een verordening
van bv. de gemeente met de bedoe
ling de pest te bestrijden/te beteuge
len. Door gebrek aan kennis was dit
soort maatregelen vruchteloos.
19. Van de Xenopsylla cheopsis (zie 7) is
bekend, dat bij die vlo na de besmet
ting de oesophagus door honderden
vlooien verstopt raakt. Door honger
en dorst, die dan ontstaat, blijft de
vlo verwoed bijten...
VLOOIEN en PEST