NIEUWS uit de kerken Teelt- en bedrijfsbegeleiding de juiste taxatie... Cursus dieren-E.H.B,0. in Middelharnis Bladz. 2 „EILANDEN NIEUWS^ VRIJDAG 19 FEBRUARI 1993 door drs. A. Wagner Op school leer je, dat van 1665 tot 1667 de Tweede Engelse Oorlog woedde. We weten, dat Michiel de Ruyter daarin een rol speelde, en dat hij naar Chattam voer. De oorlog bestond uit een aantal schermutselingen tussen oorlogsschepen. Daarbij zullen zonder twijfel slachtoffers gevallen zijn, misschien wel 100, of 300. Bij het onderwijs in de Vaderlandse Geschiedenis wordt dan lakoniek voorbijgegaan aan het feit, dat er zowel aan Neder landse, als aan Engelse zijde, in dezelfde periode 100.000 tot 300.000 slachtoffers vielen aan de pest. Duizend maal zo veel. Blijkbaar vonden en vinden de geschiedschrijvers alle ellende, alle kommer, pijn en verdriet waarmee de pest gepaard ging niet vermeldenswaard. Onlosmakelijk horen bij de verspreiding van pest: vlooien. Dit verhaal gaat over beiden. De vlo De ouderen onder ons hebben uit de jaren van de tweede wereldoorlog nog wel herinneringen aan vlooien. De meesten van ons, vooral zij, die een kat of een hond hebben, kunnen ook op enige ervaring bogen. Zij weten, dat er hondevlooien en kattevlooien bestaan. Als je er wat dieper op ingaat, blijkt dat de meeste zoogdieren een eigen vlo, soms een aantal eigen vlooientypen hebben. De meeste vlooien leven bij een beperkt aantal onderling verwante gast heren, en ze kunnen zich daarnaast tij delijk behelpen met nog andere, maar ze keren op de duur naar eigen gastheer terug. Er bestaat een mensevlo, een hondevlo, kattevlo, egelvlooien, konijnevlo, moUe- vlooien, rattevlo, muizevlo, huismus- senvlo enz. Onderling zijn deze vlooien te onderscheiden en te determineren; en dan blijkt dat de natuur het allemaal weer wat ingewikkelder maakt dan je zou denken: Op dit moment zijn er zo'n 2400 typen bekend en beschreven. In de Benelux een kleine 100. Wat het volwassen stadium betreft leven ze allen parasitair, ze zuigen bloed bij warmbloedigen, 95% bij zoogdieren en 5% bij vogels. Een vlo is een arthopode, een geleedpo- tige, een insekt zonder vleugels. Hij is zijdelings afgeplat en met hard mate riaal gepantserd ('krachtig gescleroti- seerd'). Hij kan een reusachtige druk weerstaan, draagt enige beharing en varieert in kleur van lichtgeel tot zwart. Kan leven van één tot circa 18 maanden. Vlooieëieren zijn parelwit tot zwart van kleur. Een volwassen vlo poept korrel tjes onder het eten (gedeeltelijk verteerd bloed). De hondeliefhebbers kennen deze korreltjes wel. Verder kan een vlo maandenlang zonder eten, en hij kan bijv. 1 jaar bevriezen overleven. Hij is een goed-toegeruste bloedconsu- ment, en hij leefde waarschijnlijk al bij voorhistorische zoogdieren. Anthonie van Leeuwenhoeck bestu deerde de vlo met zijn primitieve micro scoop, 'het vlooienglas'. Hij presteerde het om met eenvoudige apparatuur aan te tonen, dat vlooien tussen hun pantser- schubjes zélf weer parasieten meedra gen in de vorm van mijten. Vlooien hebben opzienbarende eigen schappen. Eén ervan is het springen. Ze maken sprongen tot 150 maal hun lichaamslengte (die is enige mm.) Om een idee te geven: ze kunnen uit een emmer springen. Het geheim van het springen is gedeeltelijk ontsluierd. Bij de aanzet van de achterpoten aan de thorax vormt zich een bolletje 'Resiline'. Dit bolletje komt door spieren onder druk te staan. Resiline is een zeer elasti sche stof. Het brengt een soort afvuur- mechanisme teweeg, een soort explosie. NED. HERV. KERK Beroepen te Giessendam-Neder-Hardinxveld (toez.) P. van der Kraan te Bleskensgraaf. Aangenomen naar Boven-Hardinxveld C. M. Visser te Achterberg; naar Werkhoven (part-time) Prof. dr. W. Balke te 's-Graveland. Bedankt voor Sommelsdijk A. F. Kaars te Papen- drecht; voor Katwijk aan Zee dr. C. A. Tukker te Epe. GEREF. KERKEN Beroepen te De Lier J. A. Schneider te Raamsdonk ca.; te Den Helder (als geestelijk verzor ger van Noorderhaven te Julianadorp) drs. R. P. Groen te Ede (geestelijk ver zorger van De Hartenberg), die dit beroep heeft aangenomen. Aangenomen naar Delft (part-time) (als geestelijk ver zorgster voor Psychiatrisch Centrum Joris) K. E. van Huisstede, kandidaat te Rotterdam. Beroepbaarstelling G. Wijnstok, Patrimoniumstraat 22, 8261 KP Kampen, tel. (05202) 1 82 60. GEREF. KERKEN (Vrijgemaakt) Beroepen te Dronten R. de Graaf te Rouveen; te Capelle aan den IJssel (3e pred. plaats) en te Emmen (2e pred.plaats) Jt. Jansen te Almelo. De onderbenen zijn te fragiel, de sprong geschiedt dan ook vanuit de bovenbe nen. Bij onderzoek bleek de vlo wel 30.000 keer zonder stop te kunnen springen. Zijn lijf is bezet met haken en borstels, zodat hij zich aan haar en bont kan vast hechten, bv. tijdens een sprong. De vlo geniet bekendheid in de variété wereld. Alléén de mensenvlo kan men met dressuur iets leren. Momenteel lij ken die uit te sterven. Je kunt 3,- per stuk krijgen, zo schaars zijn ze. Waar schijnlijk komen ze sporadisch nog voor bij de vos, de das en het wilde zwijn, en misschien nog bij muis en hond. In 'La peste' (Albert Camus) wordt be schreven, dat in 1911 en in 1929 in Marokko pest voorkwam bij de mens, overgebracht door ratten en mensen- vlooien. (Pulex irritans, alléén de vrouw tjes steken). Als men momenteel een vlooieplaag in huis heeft, wordt die meestal veroor zaakt door kattevlooien (Ctenophali- des felis). Heerst ergens zulk een vlooieplaag, dan moet je eigenlijk eerst nagaan welke vlooien het zijn. Ze zijn uitstekend te determineren. Gaat het om de honde- of kattevlo, dan behandelt men wél de die ren, maar niet de mensen. Vlooien en andere insekten kunnen via het bloed ziekten overbrengen. Bijv. de slaapziekte door tse-tse vliegen; malaria door muggen; voorts vlektyfus en myxo- matose. De laatste door konijnevlooien. De honde- en kattevlo is tussengastheer van een lintworm (Dipylidium cani- num) bij hond en kat. De grootste faam heeft de vlo (en uit zijn gelederen bepaalde typen) op zijn naam als overbrenger van de pest. Alle door de mens gevoerde oorlogen hebben samen nog langena niet zoveel slachtoffers geëist als de pest. Men schat dat aantal voorzichtig op 200 miljpen De pest Pest is een acute infektie van de mens, van wilde knaagdieren en hun ectopara- sieten. Soms wordt de nadruk anders gelegd: Pest is een besmettelijke ziekte van ratten, die door vlooien op de mens wordt overgebracht. Reeds in de prehistorie kwam pest als afschrikwekkende ziekte voor. Er be staat geen andere ziekte waar zóveel mensen aan ten offer vielen. Zelfs bv. malaria moet het hier afleggen. Mede door de pest zijn wereldrijken ontijdig ten onder gegaan, bijv. het romeinse rijk in de zesde eeuw. Een epidemie duurde soms vele eeuwen: van 1100 tot circa 1700 was er een heel beruchte. In die tijd stierf één kwart van de europese bevolking. Alleen al in Lon den stierven in het jaar 1664, 70.000 in het doolhof van prijskaartjes Makelaar Tamboer Tel. (01870)8 3477 Aangenomen naar Hattem voor het zendingswerk in de Oekraïne M. Nap te Zeist. CHR. GEREF KERKEN Beroepen te Barendrecht M. C. Tanis te Sliedrecht; te Winschoten J. Plantinga te Gronin gen; te Heerde R. van Beek te Veenen- daal (Pniëlkerk). Bedankt voor Maarssen G. P. M. van der Linden te Doesburg, te Doetinchem en te Nij megen. GEREF. GEMEENTEN Beroepen te Hilversum A. Moerkerken te Gouda; te Ouddorp B. van der Heiden te Hardinxveld-Giessendam; te Veenen- daal C. Vogelaar te Franklin Lakes (USA); te Sint Annaland C. A. van Die ren te Stolwdjk; te Zwolle A. J. Gunst te Tholen; te Zoetermeer J. J. van Eckeveld te Zeist; te Boskoop B. van der Heiden te Hardinxveld-Giessendam. Bedankt voor Fort Macleod (Canada) C. Harinck te Oostkapelle. mensen (één zesde van het aantal inwo ners) aan de pest. In de tweede helft van de 19de eeuw begon een epidemie, die als de laatste grote kan worden beschouwd. In het jaar 1907 bezweken in het toenmalige Brits Indië een miljoen mensen aan pest. Nog in 1932 stierven er in Ned. Indië 6500 pesüijders. Eén der eerste meldingen over pest komen we tegen in de bijbel: de gebeur tenis vond plaats in de 12de eeuw vóór Christus. Zie 1 Samuel 5 en 6. Daar wordt een beeld gegeven van de builen pest (bubonenpest). In dit verhaal leg den de Filistijnen al verband tussen knaagdieren en pest. De overweldigende epidemie (ook wel genoemd 'pandemic', vanwege de enor me uitgebreidheid) die ik daarnet noem de, durend van ongeveer 1100 tot 1700, verspreidde zich in de 16de en 17de eeuw catastrofaal over Europa. In tegen stelling met wat men zou denken ver loopt zulk een epidemie niet zoals bv. bij cholera 'stormachtig', maar: langzaam. Voor de bevolking is dat zo mogelijk nog erger. Het blijft maar duren. De angst en de ontreddering heerste alom. In Lon den schreef iemand: „Eigenhandig be groef ik mijn 5 kinderen" (1665). In Canterbury stierven in één jaar drie keer de aartsbisschop: elke opvolger erfde niet alleen het ambt, maar ook de ziekte van zijn voorganger. Hoe?? Dat wist men niet. Overal loerde de dood. Een gevolg was, dat de mensen wreed tegen elkaar werden. Iedereen dacht: „Heden gij, morgen ik". Vaak werden de doden niet meer beweend, een ieder wachtte op z'n eigen dood. Boeren bleven dood op het land; er ont stonden sociale verschuivingen, vaak waren er geen werkers meer, bijv. in het veld. De maatschappij veranderde er door. Het feodale systeem wankelde, want voor het eerst ontstonden loonon derhandelingen door het nijperid tekort aan arbeidskrachten. Een etappe in de evolutie van de econo mie. De economie gebaseerd op geld kwam in zicht. Je zou kunnen zeggen: Het eerste kenmerk van het kapitalisme diende zich aan. In alle regionen liet de pest diepe sporen na. Het schilderij van Pieter Bruegel 'Triumph of Death' (Madrid) laat een scala van beelden zien, die de ontredde ring goed weergeeft. Ontreddering, deso riëntatie en angst, want, men realisere zich goed: de mensen begrepen er niets van. Het maakt veel verschil of wij een catastrofe, die ons treft kunnen verkla ren, begrijpen, of niét. Vergelijk het eens met aardbevingen, en vulkaanuitbar stingen enz. Een bedreiging of een vij and kun je alleen bestrijden, als je weet hoe die in elkaar zit. Natuurlijk zocht men wel naar oorza ken, en naar zondebokken. Soms werd de schuld aan zwervers gegeven. Vaak wees men Joden aan als veroorzakers van deze ramp. In midden Europa vie len duizenden joden ten offer aan de volkswoede. Ze zouden het water vergif tigen. Vele duizenden zijn verbrand. Buren zochten de oorzaak bij buren, ouders bij kinderen, aldus de onderlinge liefde en saamhorigheid te niet doende. Tallozen beschouwden de pest als een straf van God. 'Geleerden' spraken van een bepaalde samenstand van Satumus, Jupiter en Mars. Een veel gehoorde theorie was die van de kwade dampen. Die kwade dam pen werden ook bij gewone ziektegeval len van stal gehaald, bij gebrek aan beter. Want de medische kennis was, zeker op het gebied van infektieziekten hoogst primitief Vrijwel alle heel oude boeken over bv. dierziekten schermen met 'kwade dampen'. En eigenlijk kon men daar helemaal niets mee... Indirekt was er een klein lichtpuntje in het verhaal van die dampen. Geneeshe ren en verplegenden begonnen tegen die dampen beschermende kleding, en mas kers te dragen (zie oude prenten). Men zal begrijpen dat dit tegen vlooien en besmetting lang niet verkeerd was. Een gericht onderzoek leverde tot onge veer 100 jaar geleden niets op (als er al onderzoek gedaan werd). Dat iedereen onder de vlooien zat, dat het krioelde van de ratten„ ook dode, dat was niet anders. Dat hoorde gewoon zo. In 1894 stelde Alexandre Yersin namens rinstitut Pasteur een onderzoek in te Hongkong, waar de pest toen nogal huishield. In die tijd vielen de grote ont dekkingen op bakteriologisch gebied. Denk aan Pasteur, Koch en Lister enz. Dr. Yersin isoleerde uit de bubonen (builen), dat zijn de sterk gezwollen lymfklieren bij pestlijders, massa's iden tieke bakteriën. Het zijn korte staafjes met afgeronde einden. De pestverwek- ker was ontdekt. Later is de bakterie YERSINL\ PESTIS genoemd. Toch had men nog helemaal geen idee hoe de bakteriën overgebracht werden. De eer van diè ontdekking komt toe aan Dr. Paul Louis Simond (1898) ook een fransman. Het viel hem op, dat in pest- gebieden zo mogelijk nog meer ratten voorkwamen dan elders. Ook dat er zoveel dode ratten overal lagen. Wij hebben daarvan geen idee. Stel je voor: In die tijd was er geen vuil- ophaal-dienst. Alles wat je kwijt wilde mikte je gewoon op straat. Etensresten, alle afval, ook alles wat rot en vies was. Mest, dode dieren, urine, faecaliën enz. Normaliter wemelde het letterlijk al van de ratten. In een periode met pest was dat nog veel erger. Talloos waren de rat ten, ook de dode. Ook die werden op straat gesmeten. Simond vond in één besmet huis alleen al 75 dode ratten. Toen (pas) kwam hij op het idee die rat ten in het onderzoek te betrekken. Hij vond dezelfde bakteriën, die Yersin beschreven had. Het is de verdienste van Simond geweest dat hij verband zocht tussen het immense aantal vlooien bij de dode ratten en de pest bij rat en mens... De keten was gesloten. Ratten Er zijn een 100-tal ratten bekend. Om het overzichtelijk te houden beperken wij ons tot twee typen. Beide kunnen een rol spelen bij het verspreiden van pest, maar slechts bepaalde typen vlooien brengen pest over. Dat betekent, dat het gevaar bij het éne type rat veel groter is dan bij het andere. Wij hebben het over de bruine rat en over de zwarte rat. De bruine heet in het latijn: Mus decu- manus, ook: rioolrat. De zwarte heet in het latijn: Mus rattus, ook wel: huisrat. De laatste is de grote boosdoener. Deze huisrat leeft graag dichtbij de mens, bijv. in huis, bij 's mensen slaapplaats; in bamboe, wanneer dat bij de konstruktie gebruikt is. En op schepen, ook de scheepsrat is de zwarte rat. De bruine rat, of rioolrat hcmdt zich iets meer op afstand, die woont meer bij voedselopslagplaatsen. Juist schepen hebben van oudsher de pest verspreid. Behalve zijde, specerijen enz. brachten de koopvaarders ook de pest mee. Havens als Venetië, Marseille, Londen en Amsterdam, en vele andere hebben ettelijke uitbraken te verwerken gekregen. Nog in 1930 telde men in Mar seille 15 dodelijke pestgevallen. Terecht is de rat in onze denkwereld ver guisd, zeker ook de bruine rat. Het is de rat die wij volop kennen, hij komt veel voor, en geldt als erg schadelijk. Maar dit dier speelt in het pestverhaal geen grote rol. Hij is bruiner, en groter en ster ker, en vruchtbaarder dan de zwarte rat. Men neemt aan, dat de bruine, de zware verdreven heeft. Gelukkig leeft de brui ne wat verder van de mens vandaan dan de zwarte. Globaal gaat de infektie aldus: In een besmette rattenpopulatie brengt het juiste type vlo de infektie over van rat op rat. Dit is de meest voorkomende overdracht. Ook in de vlo krijg je een sterke vermeerdering van bakteriën. Schieten er nu te weinig ratten over voor de vlooien om aan de kost te komen, (de ratten sterven ook aan de pest) dan behelpen de vlooien zich met bloed van bijv. een mens. Die mens krijgt dan de pest. Let wel: niet iedere vlo kan het, en niet elke vlo doet het. Er zijn allerlei mogelijkheden en bijzonderheden. Een gewone muizenvlo brengt wel de pest over van muis op muis, maar niet op de mens, omdat hij geen mensenbloed lust. Meerdere wilde knaagdieren zijn be kend als bron voor een pestuitbraak. Zoals gezegd is de zwarte rat het ge vaarlijkst. Bij de mens heb je 2 vormen van pest (de 3de, een huidvorm laten we rusten): a. De Bubonenpest (builenpest) en b. De Longpest. De bubonenpest wordt overgebracht dooreen besmette rattenvlo. Je krijgt een haemorrhagische ontsteking van de lymfklieren (met bloed erin dus). Veelal geschiedt dit in de lies, omdat de vlooien vaak aan de benen bijten. Ook kunnen de builen in de oksels komen of aan de hals, als daar door de vlo gestoken is. In allerlei organen ontstaan necrose-haar- den: Versterf van weefsel. Zo iemand kan binnen 'n week dood zijn. Het begint met koorts, rood belopen ogen, hoofdpijn, gevolgd door braken, duize ligheid, sufheid, en delireren. De patiënt vertoont een bleek gelaat en heeft een angstige gezichtsuitdrukking. Deze symp tomen heb je bij sommige andere ziek ten ook wel ongeveer, zodat in een streek waar de pest hoogstzelden voorkomt, men uiterst goed op zijn hoede dient te zijn (dokters). Stelt men namelijk de diagnose te laat, dan is de overlevingskans kleiner gewor den, dan in het begin van de ziekte. Dit is te vergelijken met TBC bij ons. Oude ervaren artsen trappen er niet in, maar jonge nog wel eens. Er zijn over de gehele wereld nog van die pest-haarden over. Daar waar de ge zondheidszorg nog niet zo geavanceerd is, maar ook in bijvoorbeeld 13 staten van de USA, en in Canada. Ook zijn er nog haarden in Zuidelijk Afrika, Mans- joeko, Argentinië en Zuid-Oost Azië. Nog in 1986 registreerde de WHO (World Health Organisation) 1003 ge vallen wereldwijd. In werkelijkheid zijn het er veel meer, want veel landen gene ren zich ervoor en gebruiken dan een andere naam voor de gekonstateerde uitbraken. Het ideale smetstof-reservoir (een be langrijk begrip: smetstof-reservoir) vind je bij de rat. Dat betekent, dat wanneer men de zwarte rat echt kon uitroeien, er geen pest meer zou bestaan. Toch zijn er nóg een paar soorten wilde knaagdieren waar soms de smetstof huist: eeldioom- soorten in Califomië, marmotten, ham sters. De huisrat is de meest gevreesde, en dat is te begrijpen, omdat de vlooien van dode ratten op zoek gaan naar andere gastheren. En we hebben gezien, dat de huisrat zo dicht mogelijk bij de mens leeft... Landbouwproduktie-bedrijven kun nen veel minder dan in het verleden is gebeurd terugvallen op de over heid voor technische en bedrijfseco nomische begeleiding. De toekomst van het agrarisch onderne merschap wordt daarenboven steeds meer beïnvloed door: 1. aanscherping milieu-beleid (bemes ting, gewasbescherming). 2. verlaging prijzen (graanbeleid, over- produktie suiker). 3. markt-prijzen van de vrije produkten (aardappelen). 4. Mac-Sharry beleid. Deze ontwikkelingen leiden tot een gro tere behoefte aan een goede bedrijfsstra- tegie om zo uw resultaten op de korte en lange termijn te verzekeren. J. P. Mast met vestigingen te Den Bom mel, Oude Tonge en Fijnaart heeft dit onderkend. Op basis van een samenwer kingsverband met het onafhankelijke Adviesbureau 'AGROCS', gevestigd te Kloetinge biedt J. P. Mast het produkt 'Teelt- en Bedrijfsbegeleiding' aan de Akkerbouwers in Zuid-West Neder land aan. Door het opstellen van een bouw- en teeltplan en teelt- en bedrijfsbegeleiding gedurende en na het groeiseizoen onder- De ratten reizen met voedseltransporten mee, evenals de vlooien. Als het moet, kunnen deze maanden zonder bloed. De builenpest verspreidt zich langs de bloedbaan of langs de lymfbanen, bijv. op weg naar de long: dan volgt longpest. Dit stadium is uiterst gevaarlijk en voert snel tot de dood. Begint de ziekte in de long, dan heet het (primaire) longpest. Dit is een uiterst kwalijke vorm, dus zonder builen. Deze pest krijgt een mens niet van vlooien of van een rat, maar van een andere mens, door het inademen van kleine partikeltjes die door een longpest-patiënt uitgehoest zijn. De builenpest is van mens op mens wei nig besmettelijk; je hebt er steeds de nogal omslachtige methode voor nodig van ziekte knaagdieren - vlooien - dode knaagdieren - vlooien die op reis gaan - mens. De longpest verspreidt zich snel; die komt het meest voor in koude lan den. Het feit dat de mensen in kleine, weinig geventileerde ruimten leven speelt hier een rol. Ze kruipen dicht op elkaar voor de kou. Elke pest-epidemi begint met een knaag dierenplaag, en met pest onder die knaagdieren. Opvallend is dat het bij belverhaal, dat ik in het begin aan haalde en dat de eerste geschreven verslaggeving is die ik ken, al de link ver meldt tussen knaagdieren en pest. Tragisch is het, dat het tot 2 juni 1898, dus 3000 jaar moest duren voor de bete kenis van dit verband werd onderkend... Behandeling (mits tijdig) van patiënten met sulfa en een aantal antibiotica werkt levensreddend. Zonder behandeling sterft circa 75%. Er ontstaat een septi- chaemie (totale aantasting en vergifti ging van het bloed) en de dood volgt. Op tijd behandeld kan men 96% gene zen. Een heel verschil in herstel: 25, of: 96 van de 100. De antibiotica zijn stremptomycine en tetracycline (penicilline werkt niet). Totale vernietiging van alle knaagdieren in een besmette regio is ondoenlijk, maar zelfs als het zou lukken: de vlooien zoeken mensen. Ze kunnen maanden lang vasten, en verspreiden zich over een groot gebied, vinden dan weer knaagdieren enz. Natuurlijk hebben insekticiden hun nut, echter alleen plaatselijk. Pest roei je zo maar niet uit, niet als bv. pokken. Bij pokken is de mens het natuurlijk smetstofreservoir; bij pest de ongrijpbare knaagdieren. En vaccinatie? Die heeft zin, het is een enting met levende avirulente bakteriën. Erg solide is de opgewekte weerstand niet. Maar in de Vietnamoorlog maakte het terdege verschil of je aldus ingeënt was of niet. Al is de pest niet uitroeibaar, ze is wel beheersbaar. Daartoe moet je de infek- tieketen aanvallen waar je maar kunt. Bijv. de afstand rat/mens vergroten, hygiëne (op straat), geen bamboe in hui zen (in de bouw), controle in de zeeha vens, rat-proof-schepen, beveiligde aan- legtrossen (rattenschilden). Er zijn in dit verband een paar overeen komsten te Parijs gehouden: nu zijn er internationale reglementen waaraan schepen zich moeten houden. Komen er zieke/dode ratten voor aan boord, dan volgt uitgassen met een cyaangas (Cy- clon B). Verdere maatregelen zijn lo gisch: insekten/vlooien bestrijding,' in sekticiden, onderwijs, voorlichting, stof zuigen e.d. Bij TEST' wat losse opmerkingen 1. Onze taal is nog steeds met pest besmet. Het woord pest, of afleidin gen daarvan, wordt nog dagelijks veelvuldig gehanteered: 'pesten', 'ver pesten', 'er komt geen pest van terecht', enz. De betekenis is uiterst negatief. In veel plaatsen bestaat nog een 'pesthuis', meer een verban- De Nederiandse Vereniging tot Bescher ming van Dieren, afd. Voome-Putten en Goeree-Overflakkee is voornemens, bij voldoende deelname een cursus Dieren E.H.B.O.- en verzorging te organiseren in Middelharnis. De cursus omvat ongeveer 12 lessen en wordt gegeven door Dierenarts Hom stra van Dierenkliniek Goeree-Overilak- kee te Sommelsdijk. De lessen worden gegeven op maandag avond en starten op 8 maart a.s. Aan vang 20.00 uur. Voor informatie en/of aanmeldingen kunt u vóór 19 februari bellen met: Jannie Nijssen, (01875) 18 20 Anton Huiteman, (01883) 1 05 73 steunt AGROCS akkerbouwbedrijven optimaal. Via de vestigingen van J. P. Mast te Den Bommel, Oude Tonge en Fijnaart en via de buitendienstmedewerkers is het mo gelijk AGROCS in te schakelen voor teelt- en bedrijfsbegeleiding in de akker bouw. J. P. Mast denkt dat het samenwerkings verband met AGROCS een verdere stap is om te komen tot een totaal-pakket voor de landbouwer. Voor informatie over de mogelijkheden kan kontakt worden opgenomen met J. P. Mast, tel. (01871) 20 66. ningsoord dan een herstelhngsoord vroeger. In oude kerken (Naarden, Enkhui- zen. Bergen) vind je ook tastbare herinneringen. Men schuurde eeu wen geleden slijpsel van pilaren, deed dat in een zakje, en het dat iemand op de borst dragen (dit zou beschermen). 2. Voor pest bestonden legio namen: pestilentie, zwarte dood of zwarte pest n.a.v. (zwarte) huidbloedingen, de hete ziekte of het hete ongemac, (de koorts kon tot 40 a 42 graden oplopen), de haestige ziekte of de haestigheid, (vanwege het snelle verloop) en 'de gave Gods' (middel Gods om de mens te bekeren). 3. Andere heel erge ziekten werden ook wel 'pest' genoemd. Een soort ziekteverzamelwoord, het werd tot een 'container'begrip. 4. De straat was vuilnisbelt, ook voor cadavers, bloedbraaksel, etterver- band e.d., maar vergeet vooral de grachten niet. 5. Van elke Nederlander zijn wel een aantal voorouders aan de pest ge storven, in 1636 stierf 36% van de Leidenaars, in 1655 overleed van een man zijn vrouw en 7 van z'n 10 kinderen, tenslotte hijzelf; in 1664 lagen in de Buurkerk te Utrecht 200 onbegraven pestlijken. Zowel van M.Hzn. Tromp, als van Mich, de Ruyter is bekend dat een kind stierf 6. Pest in de Diergeneeskunde is i.h.a. een acute fatale ziekte, die niet door bakteriën, maar door virus veroor zaakt wordt: veepest, paardenpest, varkenspest, hoenderpest, pseudo- vogelpest, eendepest enz. 7. Voornaamste rattenvlo voor N.Ame rika en Europa: Ceratophyllus fas- ciatus, en voor de arme landen: Zenopsylla cheopsis. 8. Pestratten veriaten hun nest, ze komen op plaatsen waar ze anders niet komen. De vlooien gaan ook zwerven, nadat hun gastheer bezwe ken is. Beide omstandigheden spe len de verspreiding van pest in de kaart. 9. Successievelijk werden alle (huis)- dieren van schuld verdacht: mas saal afgemaakt. 10. Roofdieren namen vaak pest (vlooi en) over van hun slachtoffers. 11. De konijnenvlo kan zich alléén voortplanten als het wijfje bloed opneemt van een zwanger konijn: Aldus is er ruim voldoende voedsel voor de nieuwe horde vlooien... 12. Builenpest en huidpest zijn zoöno- sen (besm. ziekten die wij van die ren krijgen). Longpest niet (gaat van mens op mens). 13. Nidicolen zijn parasieten bij dieren, die als volwassen imago of als larve in het nest of hol van zo'n dier vóórkomen. 14. De 'voorkeur' van vlooien wordt bepaald door geur, warmte, uitgea demde CO2. Vrouwen hebben iets meer aantrekkingskracht dan man nen. 15. In 1987 deden zich in de USA (in Arizona en N. Mexico) 12 gevallen van pest voor, waarvan 2 dodelijk. 16. Een vlooien-imago blijft (in rustige omgeving) in de cocon 'slapen'. Denk aan een huis, waarvan de bewoners met vakantie zijn. Trillin gen van de omgeving door lopen e.d. doet lOOen tot lOOOen tot leven komen... 17. In één maaltijd kan een ylo wel 1000 bakteriën opnemen en verspreiden. 18. Een pestkeur was een verordening van bv. de gemeente met de bedoe ling de pest te bestrijden/te beteuge len. Door gebrek aan kennis was dit soort maatregelen vruchteloos. 19. Van de Xenopsylla cheopsis (zie 7) is bekend, dat bij die vlo na de besmet ting de oesophagus door honderden vlooien verstopt raakt. Door honger en dorst, die dan ontstaat, blijft de vlo verwoed bijten... VLOOIEN en PEST

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1993 | | pagina 10