EllAIIDEII-niEUWS
Uit de Historie
Ouddorp
Overdenking
Samenzangavond in Herv. kerk te Sommelsdijk
uit de
Heilige Schrift
Werk in uitvoering
VERLOREN
STRUD
Hoopvol verder
(2e serie, nr. 4)
IV. De Christelijke School
Aantekening
V. Christelijk
verenigingsleven
Aantekening
VI. Wat van de geschiedenis
van Land en Volk
hier in Ouddorp gebeurde
De ideale oplossing voor ieder
een die met een dubbel kijk-
probleem te kampen heeft.
Brilleglazen met een komforta-
bel breed leesdeel dat geleide
lijk en zonder zichtbare
overgang verloopt naar de
sterkte die u nodig heeft om
ook in de verte goed te kunnen
zien. Maak eens een afspraak
en wij vertellen u alles over
goed zien op iedere afstand
met één en dezelfde bril.
WCENT/?^
Zandpad 56 Middelharnis
Tel. 01870-3437
hypotheek Qj]
op maat...
Makelaar Tamboer
Texaco servicestation JaC. de Gast
01877-1122 -^
Carwash Centrum
VERVOLGVERHAAL
- 2 -
2e Blad
VRIJDAG 24 MEI 1991
No. 6001
22 maart 1884 werd een oud schoolge
bouw aangekocht voor 16,60.
Aan dit oude schoolgebouw is een merk
waardige historie verbonden.
Op den 2den April 1856 strandden op de
Ouddorpsche kust 61 exemplaren 'Dol
fijnen', welke bestudeerd werden door
Prof. Dr. J. van der Hoeven uit Leiden.
Bij die gelegenheid heeft men ongeveer
350 van deze dieren in zee geteld. De
heer Jac. Ruigentuin schoot op de groote
dieren, waardoor hij stranding van
meerdere exemplaren voorkwam. De
visschen werden met behulp van paar
den verder op het strand gesleept. De
opbrengst van de uit de 'Dolfijnen'
bereide en verkochte traan leverde het
geld, dat besteed werd, om de school te
kunnen bouwen. (E.N.)
Ds. Johan Louis Tichelaar, 1882-1889,
opende 7 februari 1885 de Chr. School.
Ds. Doornveld neemt op zich, als sep
tember 1899 de kas van de schoolvereni
ging in zorgelijke staat verkeert, bij de
een of ander honderd gulden voor de
school te lenen. Eerder dat jaar had hij
al een kachel aan de school geschon
ken.
Op 1 november 1900 bedankt hij wegens
vertrek naar Andel als lid van de school
vereniging, maar belooft tot wederop
zegging jaarlijks 10,- aan de school te
schenken. Hij wordt door ds. Rössing
hartelijk bedankt voor zijn bereidwillig
heid en liefde betoond aan de school,
(aldus dhr. Nelis).
In 1887 koliekten gehouden in Geref
Kerk te Paterson die ca. ƒ180,- op
brachten.
Naar Paterson waren veel Flakkeeë-
naars, waaronder Ouddorpers geëmi
greerd.
Over de Ouddorpse Chr. School ver
schenen 2 Jubileumboekjes, die het
waard zijn te lezen.
19 februari 1927 werd de J.V. 'Daniël'
opgericht. Aantal leden 25.
Na één jaar was dit teruggezakt tot 14.
Ook daarna schommelde het ledental
nog eens: 1942: 29 leden; 1979: 37. Op dit
moment 19 leden.
1946 steunde de J.V. de oprichting van
de zondagsschool en van de meisjes
vereniging.
1981 werd de J.V. (jongelingsvereniging)
een Jeugdvereniging, waardoor ook
dames volwaardig lid konden worden.
Bij het jubileum werd de vereniging
gefeliciteerd namens de Mannenvereni-
ging. Vrouwenvereniging, Knapenver-
eniging en Meisjesvereniging.
De vergadering werd gesloten door ds.
W. J. op 't Hof Hij wees erop, dat het leek
alsof de geschiedenis zich herhaalde: de
kerkeraad, die bij de oprichting huiverig
stond tegenover de JV had opnieuw
niets van zich laten horen. Toch was hij
van mening, dat tussen de kerkeraad en
de JV een goede relatie behoort te
bestaan. Na deze woroden sloot de
dominee deze goedbezochte herden
kingsbijeenkomst met gebed. (E.N. 24-3-
1987).
In het jubileumverslag lezen we dat de
J.V. ook meewerkte aan de oprichting
van de BLO-school te Middelharnis.
Met een Geref. J.V. maakte ik kennis in
mijn jongelingsjaren en herinner me
nog vriend Padmos en Spee.
In de 'Maas- en Scheldebode van 1900
stond het volgende Plaatselijk Bericht:
OUDDORP - De N.H. Chr. Jongedoch-
tersvereniging heeft zooals in vorige
jaren wederom van haren arbeid doen
blijken door p.m. 100 stuks kleeding-
stukken uit te reiken en op andere
manier hare weldadigheid uit te oefe
nen.
Zij wordt in ieders belangstelling aanbe
volen om in staat gesteld te worden
haren arbeid voort te zetten.
Wederom geven zult gij misschien zeg
gen: Och ja. In een gemeente die jaar
lijks minstens ƒ25.000 (zegge vijf en
twintig duizend gulden) sterken drank
verbruikt, zal men toch niet tevergeefs
komen vragen?
„Voor de Ouddorpse Volksuniversiteit
spraken Mr. Hilterman en Ds. T. Poot,
Ned. Herv. Predikant van Middelharnis
(E.N. 24-2-1961).
In de eerste Flakkeese Almanak 1977-
1978 worden alle toen aanwezige vereni
gingen te Ouddorp opgesomd. Op pag.
74 staat daar: Volksuniversiteit 'Aka-
demei'.
De Romeinen bouwden hun nederzet
tingen in de Ouden Oostdijk en tegen
over de Oude Stee aan de Oudelandse-
weg (C. J. Hameeteman. EN 30-9-1988).
Dr. Verseput schreef:
Reeds in de Romeinse tijd bestond er te
Ouddorp een nederzetting. Deze heeft
zich zeker 20 km. verder dan nu in zee
bevonden. Het is dus thans onmogelijk
vondsten ter plaatse te doen. Het hui
dige duinlandschap is nog jong. In de
Middeleeuwen vielen er meer gebieden
droog. (Opbouw mei 1947).
In het jaarverslag 1973 van 'de Motte'
wordt de konH'isie getrokken dat waar
zich Romeinen vestigden ook andere
inheemse volksstammen woonden. De
Romeinen hadden weinig belangstel
ling voor onbewoonde gebieden, of ze
moesten van groot strategisch belang
zijn. Ze haddenb mensen nodig die voor
hen konden werken en die voor de voed
selvoorziening zorgden. Goeree-Over-
flakkee schijnt in die tijd - aldus het
verslag - grensgebied te zijn geweest van
verschillende volksstammen. Tijdens de
overwinningen van de Romeinse keizer
Caesar (54-50 v. Chr.), was het grootste
deel van Goeree-Overfiakkee waar
schijnlijk gebied van de Menapii, terwijl
het oostelijk deel van het gebied wat nu
Overflakkee is. tot het domein van de
Eburones behoorde (E.N.).
De Noormannen landden ook op Oud
dorpse grond.
In de tijd van de Hoekse en Kabel
jauwse twisten, moest Goedereede
vele belegeringen doorstaan en alle
keren dat die afgeslagen werden,
koelde de belegeraar zijn woede op
het nabijgelegen Ouddorp (C. J. Ha
meeteman, EN). (wordt vervolgd)
J. L. Struik
kritisch selekteren
NVM,
MAKELAAR I
Tel. 01870-3477
Enige tijd geleden besloot de raad van
de gemeente Middelharnis de kruising
Langeweg/Rottenburgseweg in Middel
harnis te rekonstrueren. Uit de plaatse
lijke pers heeft u kunnen vernemen dat
hierop een mini-rotonde wordt aange
legd. Inmiddels is dit plan gereed om te
worden uitgevoerd.
De voorbereidende werkzaamheden
zullen aanvangen op maandag 27 mei
aanstaande. Vanaf deze datum tot 8 juli
1991 zal het wegverkeer niet op de
gebruikelijke wijze van de kruising
gebruik kunnen maken. In eerste in
stantie zullen de toevoerwegen aan de
nieuw te maken situatie worden aange
past. Hierdoor zal enig oponthoud in de
verkeersafdoening ontstaan.
In week 28 (van 8 tot en met 13 juli) ten
slotte zal de kruising volledig voor het
wegverkeer worden afgesloten. In deze
week zal de rotonde zelf worden aange
legd. De werkzaamheden worden echter
zo uitgevoerd, dat het bestemmingsver
keer mogelijk blijft.
De overlast welke de werkzaamheden
met zich brengen, kunt u zelf voorko
men door het kruispunt in de komende
periode zoveel mogelijk te vermijden.
Daartoe adviseren wij u gebruik te
maken van de aangegeven omleidings
route.
KORTEWEEGJE 41-45
POSTBUS 23
3247 ZG DIRKSUNO
,.En de hoop beschaamt niet".
(Romeinen 5:5)
„Hoop doet leven" is een bekend ge
zegde.
„Moed verloren alles verloren" is pre
cies het tegenovergestelde maar zegt in
wezen hetzelfde.
Zoals zoveel uitspraken zijn ook deze
gezegden erg algemeen. Ze kunnen
zeker niet zonder meer naast de woor
den van de apostel Paulus in Romeinen
5 gelegd worden. Die gezegden bieden
immers geen wezenlijke garanties voor
wat er werkelijk te gebeuren staat: Hoe
veel hoop is op teleurstelling uitgelopen,
maar toen Paulus en Silas in de gevan
genis zaten en er menselijkerwijs niets
goeds meer te verwachten viel zongen ze
toch Gode ter eer. Menig ernstig zieke
leeft nog van de hoop op herstel en, al
nemen zijn krachten dagelijks af, men
probeert die hoop toch vaak nog te voe
den, al misleidt men daardoor de ster
vende.
Hoop heeft alleen recht van bestaan en
is dan zinvol als ze op goede gronden
rust. En dat doet de hoop waarvan Pau
lus in dit hoofdstuk spreekt: Ze bloeit op
uit het geloof dat vrede met God geeft
door de Heere Jezus Christus. Geloof
dat beproefd en gelouterd is door lijden
en ervaringen van het leven, door vol
harding in de dagelijkse strijd en het
zien daarbij op de overste Leidsman en
Voleinder des geloofs.
Er is dan ook een nauwe verbinding met
de voorafgaande verzen, waarin Paulus
daarover spreekt, door het kleine woord
je 'en' van de tekst hierboven. Dat
woordje kan dus niet alleen niet gemist
worden maar het wijst ons ook de enige
weg naar de hoop, die niet beschaamt
noch teleurgesteld laat uitkomen, 't Is
dan ook de vraag of de hoop, die koes
tert in allerlei omstandigheden van uw
leven, inderdaad rust in het volbrachte
werk van Gods Zoon: Een vraag om mee
tot uzelf in te keren!
Paulus spreekt ook niet van 'hoop
beschaamt niet' maar van dé; hoop:
Weer zo'n klein, gemakkelijk over het
hoofd gezien woordje, maar toch van
doorslag gevende betekenis. Het wijst op
het unieke, geheel enige karakter van de
hoop waarvan Paulus spreekt en die niet
teleursteld: Er is geen hoop of verwach
ting die met de christelijke hoop vergele
ken kan worden. Ze verduurt alle tegen
spoed en kruis; ze schenkt rust in een
onrustig bestaan; ze maakt sterk in aan
vechting en bestrijding; ze is het hcht in
de donkerste tunnel die een mens door
moet; ze geeft moed en krachten als wij
aan het eind zijn en geen uitkomst
zien.
Hoe dat kan? Waarom Paulus zó van de
hoop van een christen spreken kan?
Wanneer zijn we daar zo zeker van?
De apostel Paulus laat ons niet in het
onzekere: Hij vervolgt met de woorden
„omdat de liefde Gods in onze harten
uitgestort is door de Heilige Geest Die
ons gegeven is". Ik mag het ook met
andere woorden zeggen: Wanneer het
pinksteren in ons leven geworden is
doordat de Heilige Geest het verlos
singswerk van Gods Zoon tot het hoog
ste goed voor ons hart gemaakt heeft en
in Hem al ons heil gevonden is! Of: wan
neer het liefdevolle werk van de Heere
Jezus Christus niet meer buiten onze
gezichtskring valt, maar juist is gaan
leven voor ons als noodzakelijk en alles
vervullend; meer nog ook allesbeheer
send en dragend. Dan heeft onze hoop
recht van bestaan.
Het verlossingswerk van Christus, door
de Heilige Geest levend in het hart, is de
grond en het vaste fundament voor de
nimmer teleurstellende hoop van het
geloof: Gered te worden van de toeko
mende toorn Gods in het gericht ten
laatste dage om in te gaan in de rust die
er overblijft voor het volk van God.
U hebt er God om gevraagd maar geen
antwoord gekregen? U vindt dat de hoop
op Gods ontferming vergeefse hoop is?
Hij heeft u ongetroost gelaten? Maar
vergis u niet: U krijgt geen antwoord
alsof het loon was op goede werken,
direkt uitbetaald! Neen, het geschiedt
alleen als vervulling van Gods belofte
zoals de discipelen de Heilige Geest op
de pinksterdag ontvingen: Op Gods tijd
eB op Gods wijze! „Zo Hij dan vertoeft,
verbeidt Hem; Hij zal gewis komen",
want „Die het beloofd heeft is getrouw"
en die het van Hem verwacht zal niet
beschaamd worden: De volkomen ver
lossing zal u niet ontgaan! Hier geeft Hij
er reeds een voorsmaak van als Hij niet
met u handelt naar uw zonden maar
genadig en barmhartig vrede geeft en
rust voor uw ziel. Ook uitkomst biedt als
u niet meer verder kunt en een weg waar
langs uw voet kan gaan. Ja, u moogt veel
van Hem verwachten en wat kan Hij van
u verwachten? Staat Hij reeds lang tever
geefs op u te wachten? Sloeg u Zijn roep
stem in de wind en moet Hij ook van u
zeggen: „Ik heb u zoals een hen haar
kiekens bijeenvergadert, bijeen willen
vergaderen en gij hebt niet gewild"?
Nog is het het tijdperk van de hoop, van
wachten en uitzien en... ook de Heere
ziet nog uit naar u zoals de vader van de
verloren zoon in de gelijkenis. Hij zegt:
„Maak mij één van Uw huurlingen",
maar zie op wat die vader deed en hoop
Op dezelfde genade, want die hoop
beschaamt niet. Hoopvol kunt u weer
verder, luisterend naar Zijn stem!
W. H. van K.
Zaterdag 1 juni a.s. verzorgt het Hervormde gemengde koor 'Jeduthun' een (samen-)zangavond. De avond begint om
20.00 uur in de Nederlands Hervormde kerk te Sommelsdijk en staat onder leiding van Mar van der Veer. De
toegang is gratis.
Naast 'Jeduthun' zullen het 'Prins Mauritskoor' en de sopraan Willy Feytel-Bach hun medewerking verlenen. De laatste
heeft een zangstudie aan het conservatorium gevolgd.
Het 'Prins Mauritskoor' heeft inmiddels heel wat bekendheid verworven. Naast een aantal optredens in binnen- en bui
tenland (Engeland en Hongarije) heeft het koor ook een cd op zijn naam staan ('Van dirre dom deyne'). Dit jongerenkoor
heeft zijn sporen ruimschoots verdiend. Hetzelfde geldt voor 'Jeduthun'. Naast tal van optredens is dit koor ook op
muziekkassettes te beluisteren.
Verdere muzikale medewerking verleent Katolin Agoston. Zij komt uit Transsylvanië (Roemenië) en heeft aan het conser
vatorium in Budapest gestudeerd. Zij zal deze avond vioolmuziek ten gehore brengen. Orgelspel zal Bart-Jaap de Bakker
verzorgen. Hij is een aankomend jong talent. Mar van der Veer is dirigent.
Op deze avond wordt ook een meditatie gehouden, en wel door ds. W. H. van Kooten. Deze zal ook de opening en de slui
ting van de zangavond verzorgen.
A.5.E68E8EEN
Is er een goede oogst, dan kan hij reke
nen op een goede omzet. Valt de hooi-
oogst tegen, zodat de boeren 's winters
duur veevoeder moeten kopen, dan
daalt zijn omzet met snelle sprongen.
De rest van de gemeenteraadsleden zat
op het land. Alles moet immers wijken
voor de belangrijkste periode van het jaar: de
hooibouw.
Van der Zande doet zelf niet mee aan de hooi
bouw, ook al zou hij het dolgraag nog doen. Hij is
er echter wel altijd bij en komt nog steeds onder
de invloed van het grote gebeuren. Hij leeft er in
mee, alsof hij nog in zijn volle kracht was. Neen,
hij voelt wel dat dit geen waar is. Hij is niet meer
in zijn volle kracht. De eens zo sterke boer zou het
werk onmogelijk meer kunnen doen. Drie jaar
geleden is hij ernstig ziek geweest, zo zelfs dat het
er op ging lijken dat hij afscheid zou moeten
nemen van dit leven. Langzaam maar zeker was
hij opgeknapt, maar met zijn kracht was het
gedaan. De dokter had hem eerlijk en betrekke
lijk openhartig verteld, dat hij zicli voortaan rus
tig moet houden en dat hij beslist geen zwaar
werk meer mag doen. Hoe moeilijk het voor de
boer ook was, hij moest het advies van de dokter
opvolgen, dat had hij goed begrepen en hij heeft
dit tot nu toe zo trouw mogelij k gedaan, uitzonde
ringen daargelaten.
Het had hem heel wat gekost, om op deze minder
prettige wijze de leiding van de boerderij over te
moeten dragen aan zijn zoon Adriaan, een flinke
jonge boer. Maar al kan hij niet meer werken,
toch regelt de boer nog veel dingen. Uiteindelij kis
hij nog de baas en als het een of ander hem niet
zint, dan laat hij zich wel horen.
In zijn blauw gestreept overhemd en met zijn
lakense pet op het hoofd staat boer Van der
Zande te kijken als een veldheer op het slag
veld.
Als er een nieuw voer hooit het erf oprijdt, grijpt
hij er in en voelt of het droog is, en met genoegen
snuift hij de heerlijke geur van het hooi op.
Als de lucht zich goed houdt en er geen ongeluk
ken gebeuren komt hij vandaag nog klaar. Hij is
later begonnen dan zijn buurman, maar die is
nog lang niet klaar. Het duurt nog wel minstens
drie dagen voordat deze het laatste voer hooit van
het land heeft gereden.
„Die kerels kunnen niet werken", zegt boer Van
der Zande en er klinkt trots in zijn stem. Het doet
hem goed, dat hij straks alles binnen heeft, terwijl
buurman Schepel nog tot over de oren in 't werk
zit. Hij kan het rnaar niet begrijpen, dat ze daar
niet meer gang achter het werk zetten. Afijn, het is
altijd zo geweest en het zal wel altijd zo blijven.
Het laatste voer hooi voor de middag is even over
half twaalf bij de hooiberg gereden, als Marie, de
zuster van boer Van der Zande, roept dat het mid
dagmaal gereed is. Van der Zande is al een jaar of
tien weduwnaar. Ja, tien jaar geleden! Toen werd
de oude boerderij geheel vernieuwd. De oude
schuur was afgebroken en op dezelfde plaats
werd een nieuwe en grotere schuur gebouwd. En
toen gebeurde het vreselijke. Zijn mooie nieuwe
hofstee was bijna voltooid. Alles scheen zo mooi
en aan tegenslagen werd niet in het minst
gedacht. Plotseling werd de boerin ziek en haar
ziekbed werd sterfbed.
„Om haar", zei hij altijd, „heb ik mijn hofstee ver
nieuwd". Dat was niet helemaal waar, want
samen hebben zij er zich op verheugd, dat de
buren afgunstig naar de mooie boerderij zouden
kijken. De vrouw van boer Van der Zande was
een hoogmoedige vrouw geweest. Zij deed niets
liever dan buren en kennissen te prikkelen met
haar rijkdom. Want rijk was ze, schatrijk. Een
groot kapitaal bracht zij mee toen ze met Van der
Zande trouwde. En dit kapitaal werd in de loop
der tijd door erfenissen steeds groter.
Maar... wat baat het een mens zo hij de gehele
wereld gewon en lijdt schade aan zijn ziel? Dit
geldt voor iedereen, óók voor de rijke boerin Van
der Zande. Afstand moest ze doen van al haar
schatten, die op haar sterfbed slechts een gouden
zeepbel bleken te zijn. Niets kon zij er van meene
men. Zo is de trotse boerin gestorven.
De boer had gehuild bij haar sterfbed en haar
graf Nooit was het in zijn gedachten opgekomen,
dat dit zou kunnen gebeuren. Hoe dikwijls was hij
als ouderling met dominee meegeweest naar sterf
bedden en begrafenissen. Het waren altijd ande
ren geweest. Toen heeft hij gevoeld, dat de ernst
van het leven ook hen geldt.
Maar zijn droefheid ging voorbij en door de
drukke werkzaamheden op de boerderij vergat
hij langzamerhand zijn vrouw. Zijn stug en trots
karakter kwam weer boven, erger dan ooit te
voren.
Het leven ging verder en boer Van der Zande zette
het bedrijf voort met zijn drie dochters. Dat
duurde evenwel niet zo lang. Na enkele jaren had
den zijn dochters, de een na de ander de boerderij
verlaten. Neen, dat had hij helemaal niet erg
gevonden, integendeel. Hij was er enorm trots op.
Zij waren volgens hem gelukkig goed getrouwd,
en wat het allervoornaamste voor hem was, zij
zijn in hun stand getrouwd en kregen een man
met een eigen boerderij. Wat dat betreft, is er niets
te klagen en zelf heeft hij ook wat voor hen
gedaan. Neen zij zijn niet zonder iets van huis
gegaan. Daar heeft hij wel voor gezorgd. Boer Van
der Zande is trots op zijn dochters. Eén woont er
in Noorloos en de twee anderen in Blesgraaf Zijn
schoonzoons zijn erg gezien. Twee zijn er lid van
de gemeenteraad en de ander kerkeraadslid en lid
van het schoolbestuur. Daarbij is de laatste nog
hoogheemraad van de polder. Wat moet Van der
Zande nog meer wensen? Neen, 't gaat best
hoor.
Het middagmaal is spoedig afgelopen. Het werk
roept. Kort awren de gebeden. Ongeduldig luistert
de boer naar het bijbellezen van zijn zoon. Het
duurt veel te lang naar zijn zin. Bij buurman
Schepel lezen ze tijdens de hooibouw nooit uit
de Bijbel. Er mag geen tijd verloren gaan, rede
neert deze. Boer Van der Zande vindt dat ze gelijk
hebben. Ze moeten immers opschieten, want als
het eens zou gaan regenen, dan moet het hooi van
het land zijn. Zelf lezen ze altijd 's middags een
hoofdstuk uit de Bijbel, want toen de boer op een
middag voorstelde het in de hooitijd ook niet te
doen, was tante Marie het er beslist niet mee eens.
„We zijn geen heidenen", had ze gezegd, „en
dacht je datje er mee opschoot? Die tien minuten
zullen het heus niet doen hoor. Ik vind dat in een
christelijk gezin tijdens de maaltijden uit de Bij
bel behoort te worden gelezen".
De boer had niets meer gezegd, want in zijn hart
moest hij zijn zuster gelijk geven. En zo werd deze
zaak als afgedaan beschouwd.
Als het middagmaal is afgelopen, staat men haas
tig van tafel op. Teun, de vaste arbeider, en Kees
de daggelder, die tijdens de hooibouw op de hof
stee eten om zo weinig mogelijk tijd te verliezen,
gaan direkt naar de wagen om deze in de hooi
berg te lossen.
(wordt vervolgd)