Koor van de Prins Maurits gast van het Reformatus Gimnazium in Boedapest Bladz. 2 In de herfstvakantie bracht het koor van de christelijke scholengemeenschap 'Prins Maurits' te Middelharnis een bezoek aan het Reformatus Gimnazium 'Baar-Madas' in Boedapest. Dit onder andere als een gevolg van een wens van de rector, de heer Boot, om de reeds gelegde kontakten met deze christelijke school in Hongarije te gaan verstevigen. Deze school mocht op 1 september van dit jaar weer starten met christelijk onderwijs. Het koor trad in Boe dapest tweemaal op: in een Nederlands- Hongaarse kerkdienst in de protestantse kerk van Boedapest en in de aula van de reformatorische theologische hogeschool. Maandag 15 oktober Om half zeven is het bij het hoofdgebouw van de 'Prins Maurits' al behooriijk druk. Er staan twee bussen van de firma Mijnders klaar, bagage wordt klaargezet, want eindelijk gaat dan nu gebeuren waar al maanden naar toe geleefd is: de reis naar Hongarije. Allen verzamelen zich in de aula: koorleden, begeleiders, familieleden en vrienden. Dat nog niet iedereen is uitgeslapen is aan sommige gezichten te zien: hier en daar wordt nog onder drukt gegaapt. De heer Pater, conrector, maar ook reisbegelei der, leest Psalm 121, geeft een korte toelichting en gaat voor in gebed. Dan naar de bussen. Iedereen zoekt een gezellig plekje, want er zal een heel afstand moeten worden afgelegd: bijna 1500 km. De bussen vertrekken, nagezwaaid door de achterblijvende menigte. Tegen half elf is het gezelschap in Keulen aange komen. Daar zal de Dom bezichtigd worden. Een indrukwekkend hoog oprijzend gotisch bouwwerk. Ook het interieur wekt ieders bewon dering. Er klinkt het geschuifel van de voeten van de vele bezoekers. Dan wordt het koor bij een van de pilaren van een zijbeuk opgesteld en even later ruist ijl langs de gewelven: „Make me a channel of your peace", een gebed van St.- Franciscus. Dan weer verder: er moet die middag nog een heel eind gereden worden. Vroeg in de avond wordt de stad Erlangen bereikt, een plaats niet ver van Neurenberg. Daar zal in de jeugdherberg de eerste nacht wor den doorgebracht. Na het eten nog een korte wandeling door de stad. Velen treffen elkaar bij Mac Donalds. Om half tien verzorgt Reineke Pater een avondsluiting. Daarna ieder naar z'n nestje, dat al gebouwd is. Of er van slapen veel terecht komt? Veel gezichten verraden de vol gende morgen van niet. Dinsdag 16 oktober Er wordt die morgen weer vroeg vertrokken, want deze dag zal er een heel grote afstand afge legd moeten worden. Volgens het reisschema zal het gezelschap die avond ongeveer half acht Boedapest bereikt moeten hebben. Voor de eerste keer zien we de Donau. Dat zal nog vele malen meer gebeuren. In de stad Passau, niet ver van de Oostenrijkse grens zal gestopt worden. Daar wordt een bezoek gebracht aan de St. Stephansdom, waarin zich het grootste orgel ter wereld be vindt. Het barokke interieur van die kerk is over weldigend. De aandacht wordt onmiddellijk naar het druk beschilderde plafond getrokken. Het lijkt of de cherubijntjes daaruit naar bene den zullen dwarrelen. Dan naar boven, naar de orgelgalerij, waar de speeltafel staat waarop de vijf orgels, waaruit dit immense orgel eigenlijk bestaat, bespeeld kan worden. Elk orgel is ook door middel van een mechanische traktuur apart te bespelen. Dr. Schmitz, cantor-organist van deze kerk, legt ons dit allemaal uit. Het totale orgel telt 17.388 pij pen en bovendien nog vier klokkenspelen. De organist heeft 231 registers tot zijn beschikking. De heer Schmitz laat ook een en ander van de mogelijkheden horen. Omdat de verschillende orgels ruimtelijk zijn opgesteld, kunnen er heel fraaie echo's ten gehore worden gebracht. Mar van der Veer, dirigent van het koor, beleeft de dag van zijn leven als hij achter de klavieren mag plaatsnemen. Even later dreunt door het machtige gebouw Psalm 150. Het koor stelt zich daarna voor het hoofdorgel op en even later khnkt weer het gebed van St. Franciscus, maar nu begeleid door hun dirigent die uit dit orgel prachtige, romantisch fluit- en strijkersklanken tovert. Een onvergetelijke gebeurtenis! In Passau zien we richtingsborden naar Linz, een plaats in Oostenrijk, de geboorteplaats van Adolf Hitler. Het is evenals de vorige aag weer prachtig weer. Het licht schittert op de Donau, die door de stad stroomt. Bij de Oostenrijkse grens zien we Ds. Tüski met de uit Nederland meegebrachte witte Volkswa genbus. Deze predikant werkt al sinds 1956 namens de Nederlands Hervormde kerk onder de in ons land wonende Hongaren. Enkele malen is hij al op de 'Prins Maurits' geweest om over de toestand in Hongarije te vertellen. Dui delijk werd toen ook dat de nieuw begonnen school in Boedapest dringend behoefte had aan een busje om de leerlingen die buiten de stad wonen naar de school te kunnen vervoeren. De Unie School en Evangelie had voor de school een grote gift beschikbaar gesteld. Daarvan is in het schoolgebouw een telefooninstallatie aange legd. Het overschot van ƒ13.000,- wordt ge bruikt voor aanbetaling van de bus. Er werd toen besloten om met de leerlingen van de 'Prins Maurits" een aktie te houden om het resterende bedrag bijeen te brengen. Waarschijnlijk zal de aktie op 8 november starten. In dit blad wordt u hierover nog nader geïnformeerd. Om kosten te besparen rijdt de dominee zelf de bus naar de plaats van bestemming. In het Wienerwald wordt gestopt om wat te eten en even de benen te strekken. Dan weer verder, want er moet nog een heel stuk gereden worden. We naderen de Hongaarse grens. De vierbaans weg is overgegaan in een tweebaansweg. Het gaat steeds langzamer: er is veel vrachtverkeer. Inmiddels is het donker geworden. Door het geografische tijdsverschil is het een uur vroeger donker dan in Nederland. Een dichtregel van de dichteres Vasalis komt in mijn gedachten: „De bus rijdt als een kamer door de nacht." Dan de Hongaarse grens. Een beambte komnt in de bus om ieder een stempel in het paspoort te geven. De afwikkeling is vlot. Het is duidelijk geworden dat we niet om half acht in Boedapest kunnen zijn. De heer Quist zal naar de school bellen dat we pas twee uren later hopen aan te komen. De heren Heerschap en Markwat proberen tele fonisch kontakt te krijgen met Radio Flakkee, die elke dag na acht uureen uitzending verzorgt met nieuws uit het buitenland voor de achter blijvers. Tenslotte lukt het, dankzij de heer Hoekman die het gesprek opneemt, zodat het toch om acht uur uitgezonden kan worden. Ongeveer 10 km voor Boedapest wordt bij een tankstation gestopt. Het is intussen al over nege nen. Hoe straks snel de school in Boedapest te vinden? Dan komt de heer Groenewoud met verheugende berichten: ten eerste dat hij weer met iemand Engels kan spreken en ten tweede dat hij een Lada heeft gezien met voor de achter ruit een groot karton met 'Prins Mauritsschool' erop. Er blijken twee kollega's van de school in Boedapest in te zitten, die ons tegemoet gereden zijn om de weg te wijzen. Een eerste blijk van behulpzaamheid en gastvrijheid van de Honga ren. AJ gauw rijden we Boedapest binnen. Er is weinig verkeer. Het asfalt van de hoofdstraten is nat. Heeft het hier geregend? Dat blijkt niet het geval te zijn. Elke dag worden namelijk de stra ten besproeid om zo de gevolgen van de neer slag van de uitlaatgassen van de vele Trabantjes binnen de perken te houden. Even later zit ieder in de eetzaal van het inter naat. Dr. Bibo, de rector van de school, heet allen welkom. Onze koUega Nederlands „ver taalt" zijn woorden. Van de 131 leerlingen van de school hebben er 15 Nederlands als keuze vak gekozen. De spanning is van de gezichten van onze leer lingen af te lezen: in welk gastgezin kom ik terecht? Hongaarse leerlingen hebben met hun "1: ouders al vanaf zeven uur op ons gewacht. Vol gens de planning in Nederland zouden er steeds twee koorleden in een gezin geplaatst worden, maar volgens de Hongaarse planning moeten sommigen alleen mee. Dat dit niet in alle geval len vrolijke gezichten oplevert, zal duidelijk zijn. De begeleiders zullen ondergebracht wor den in een eenvoudig hotel, dat naar men mee deelt niet ver van de school ligt. Met de bussen is het echter nog meer dan een half uur rijden. Woensdag 17 oktober Woensdagmorgen is ieder weer aanwezig bij de school. Er zal die dag met de bussen een sight- seeingtocht door de stad gemaakt worden. Enkele kollega's van de school gaan mee. In de eerste bus neemt een mevrouw van 85 jaar plaats. Ze zal onze gids zijn. Ze blijkt als assistent-professor in de statistiek gewerkt te hebben en spreekt perfekt Engels. Ze laat ons vele dingen zien. Boedapest is werkelijk een schitterende stad. Aan de ene kant van de Donau Boeda, met schitterende gebouwen tegen de heuvels aangebouwd, aan de andere kant Pest met aan de Donau de sprookjesach tige parlementsgebouwen. We bezoeken onder andere de burcht met het voormalige paleis en de Matthiaskerk, waar vroeger de Hongaarse koningen gekroond werden, het heldenplein met z'n vele monumenten en het Margaretha- eiland. Marken worden omgewisseld voor forin- ten, want bij de vele kraampjes moeten natuur lijk de nodige souvenirs gekocht worden. De eerste kaarten worden geschreven. 's Middags wordt er in een restaurantje goulash opgediend, die inderdaad zo heet wordt gegeten als ze opgediend wordt. Kannen water moeten aangerukt worden om de branderige lippen te blussen. De Hongaren houden van sterk ge kruid eten. Dan weer terug naar de school om de koorspul len op te halen, zodat ieder zich klaar kan maken voor de kerkdienst. Het programma was die dag zo overladen, dat er voor het koor geen tijd meer over is om te repeteren. De gezamenlijke kerkdienst is het hoogtepunt van deze dag. Rond zes uur is ieder aanwezig op het Szilagyi Dezsöplein Daar staat pal aan de Donau de protestantse kerk van Boedapest. Het koor verkleedt zich in een zaal aan de overzijde van het plein. Enkele jongens die met de elektri sche piano gesjouwd hebben, verkleden zich snel in een hoekje van het kerkportaal. De gemeente en alle leerlingen van de school zitten al klaar. Het orgel speelt ons bekende psalmme lodieën, de klokken beginnen te luiden, de heer Quist neemt met ds. Tüski de volgorde van de dienst nog even door. Dan komt het koor bin nen en de dienst kan beginnen. Ds. Tüski opent de dienst. Het is de eerste keer na 1956 dat hij weer voorgaat in een Hongaarse kerk. Al die tijd dat de Russen de dienst uitmaakten heeft hij geweigerd om voor te gaan. Het is een ontroe rend moment voor hem. Dan klinkt het in twee talen: „'k Zal eeuwig zingen van Gods goedertie- renheên; Uw waarheid 't allen tijd vermelden door mijn reen". Psalm 89; verschillende woor den, één melodie. De heer Quist mediteert over Exodus 13:21 en 22 over de wolkkolom en vuurkolom, waarin de HEERE het volk Israël voorging om ze te verlos sen van de slavernij. Zo ook het Hongaarse volk om ze vrij te maken van de banden van het kom- munisme. Hierna houdt ds. Tüski dezelfde meditatie in het Hongaars. De dienst wordt afgewisseld met koorzang van het 'Prins Mau- ritskoor'. Caroline Grootenboer, Klazina Groen en Annemarie van Wijck treden op als solist, Karin de Bruijne vertolt een fluitsonate van Marcello. Prachtig klinkt alles in deze akoes tisch zeer goede ruimte. Er wordt ademloos geluisterd. Aangrijpend klinkt het zonder bege leiding, staande zingen van de beide volksliede ren. De Hongaarse leraar godsdienst houdt een toe spraak, waarin vooral de wens tot geestelijke verbondenheid met de Nederlanders duidelijk tot uiting komt. De plaatselijke predikant biedt de heer Quist, plaatsvervangend rector van de 'Prins Maurits', een herinneringstegeltje en een setje foto's van de kerk aan. Het was een zeer indrukwekkende dienst, waarin vooral de verbondenheid tussen beiden als zeer sterk ervaren werd. Na de kerkdienst is er in een wijnkelderachtig restaurant een di neetje met de Hongaarse kollega's en de begelei ders van het 'Prins Mauritskoor', om op een informele wijze nader met elkaar kennis te maken. Donderdag 18 oktober De leden van het schoolkoor hebben al een stukje van de lessen bijgewoond, als de begelei ders met de bussen arriveren. Die komen deze morgen bijna een uur te laat aan, omdat ze steeds hebben vastgestaan in de dagelijkse och tendfile. Nu niet een leraar als gids om de school weer te vinden, maar een taxi. die met de heren Heerschap en Quist erin, als gids voorop rijdt. De conversatie in de taxi was minimaal, omdat de chauffeur noch Engels noch Duits sprak of verstond. Een Hongaars taaigidsje is dan onont beerlijk. Het leek erop dat de chauffeur juist die gedeelten van de stad opzocht, waar het verkeer het meest vaststond. Overigens deed hij alle moeite, zelfs door naar kollega's te roepen, om ons er zo goed mogelijk doorheen te loodsen. Bij de straat waar de school stond, deed zich het zelfde voor als wat al enkele malen eerder gebeurd was. De bussen konden de bocht weer niet nemen, omdat er een auto op de hoek van het trottoir geparkeerd stond. Met vereende krachten werd die even opzij gezet. Vandaag staat een exkursie naar de Donauknie op het programma. Weer gaan er enkele kol lega's mee. Het weer is al een hele week schitte rend, zo ook nu weer. Het landschap is over weldigend. In de diepte stroomt de Donau. Op de hellingen prachtige herfsttinten, 's Middags wordt in Szentendre, een plaatsje vlak bij Boe dapest, gegeten. In deze plaats hebben veel inwoners van Boedapest een buitenhuisje. Over het algemeen is het er nogal toeristisch: veel sou venirwinkeltjes, veel buitenlanders. 's Middags moet er nog even gewinkeld worden in de Vaci utca. de belangrijkste winkelstraat van Boedapest. Opvallend is hoe goedkoop hier alles volgens onze begrippen is. Alle forinten moeten opgemaakt worden, want in het buiten land heb je er toch niets meer aan. Nu, dat lukt aardig. Dan naar het Raday College, de reformatori sche theologische hogeschool. Het koor zal hier deze avond in het Auditorium optreden. Er heerst al een behoorlijke bedrijvigheid. Op zoek naar een telefoon om de laatste berichten naar Holland door te bellen, lopen we ds. Tüski tegen het lijf Hij heeft echter op dat moment geen tijd voor een praatje, want hij moet de vrouw van de Nederlandse ambassadeur opwachten. Er gaan die avond belangrijke dingen gebeuren. De volkswagenbus staat al voor het College. Mar- tijn Goedegebuur en Pieter Struyk stellen hun laatste munten beschikbaar, zodat er in de tele fooncel naar Radio Flakkee gebeld kan worden. Langzaam vult de zaal zich. Mevrouw Markwat deelt programma's uit. Als iedereen zit, kan alles beginnen. Namens alle Nederlandse aanwezi gen biedt de heer Heerschap een door hem zelf gemaakte aquarel van „De Kwade Hoek" voor de school aan. Hij zegt dat hij geprobeerd heeft in dit schilderij de ruimte van ons landschap uit te beelden. Hij hoopt dat die ruimte een sym bool mag zijn voor de geestelijke ruimte voor de toekomst van Hongarije. Ds. Tüski vertaalt, maar zijn toespraak duurt minstens de helft lan ger dan de oorspronkelijke tekst. Dan komt het grote moment: de heer Quist biedt met enkele gevoelvolle woorden de volkswagenbus aan. Een, groot applaus volgt. Mevrouw Héder, plaatsvervangend rectrix van de school, be dankt in zeer hartelijke woorden. Ze merkt op dat de kontakten met onze school al van vroeger tijd dateren dan dat erbij hen leerlingen waren. Uit alles blijkt dat er reeds nu een grote verbon denheid bestaat tussen beide scholen, die al bleek uit de aanwezigheid van de heren Boot en Quist bij de officiële opening van de school op 1 september j.l. Nu is de beurt weer aan het koor, dat deze avond een programma brengt met wat lichtere werken. Natuurlijk kan een lied als „In een blauw geruite kiel" niet in het programma ontbreken. In de bovenhal van het College is in de muur een bronzen plaquette aangebracht ter ere van Michiel de Ruyter. Hij was het die een aantal Hongaarse predikanten bevrijdde, die tot de galeien veroordeeld waren. Mevrouw Blaas kondigt de nummers op kundige wijze in het Duits aan. Ook tijdens dit optreden weer ver scheidene solisten van het koor: Tonnes Blonk in „Auprès de ma blonde"; Maurits van Wijckjn „Do, re, mi" uit de „Sound of music" en in „Yes terday"; Kasper Bruggeman heel zuiver in „Edelweis" als de opvolger van Harold van den Berge. Korina Molesteeg brengt met verve „If you feel alone". Danielle Verduin vertolkt heel gevoelig „Morning had broken" en valt in voor Caroline Grootenboer, die haar stem kwijt is, in „Bright Eyes". Verder Marianne de Boed en Evelien Romijn in „Stilte over alle landen". Karin de Bruijne, die alle fluitbegeleiding voor haar rekening neemt, vertolkt heel mooi „De variaties op een thema van Rossini" van Chopin. Werd er al zeer enthousiast gereageerd op alle gezongen nummers, het met vraagtekens op het programma aangekondigde nummer verslaat alles. Het betreft het Hongaarse lied „Nem szok tam". Met een langdurig gescandeerd applaus eisen de Hongaren een herhaling. Ook het laat ste lied „When you walk through a storm", ver oorzaakt een daverend applaus, zodat ook dit lied herhaald moet worden. Sommige jongens van het koor konden niet met alle liederen mee zingen, omdat ze „de baard in de keel" hadden gekregen. Inmiddels staan in de hal tafels klaar met door de Hongaarse leerlingen klaargemaakte boter hammen, zodat het lopend buffet onmiddellijk na het concert kan beginnen. Een leraar-instrukteur houdt de jeugd in de inmiddels onruimde zaal bezig met leuke spel letjes. Het wordt een echte wedstrijd Nederland- Hongarije. Vermeldenswaard is nog dat vooral de Hon gaarse jongens bij officiële gelegenheden keurig gekleed gaan in stemmige pakken met strop das. Dan gaat ieder weer terug naar het gastadres om de laatste nacht in Hongarije door te brengen. Vrijdag 19 oktober Als de begeleiders weer bij de school terug zijn, zitten bijna alle koorleden weer in een of andere les. Ook de volwassenen wonen nog een stukje les bij. De heren Van der Veer en Heerschap komen terecht in een les waar men in het Hon gaars psalmen aan het zingen is. Ook zij probe ren dapper mee te doen. De Hongaarse jeugd is wat opgewonden. Komt dat misschien door het naderend afscheid? Een beetje wanhopig pro beert de lerares orde op zaken te stellen met een houding van „Wat moeten die mensen wel niet denken?". Het is al net zoals bij ons. Dan is het moment van afscheid nemen aange broken. We dalen de trappen vanaf de tweede verdieping weer af In het trappenhuis hangt het portret van Calvijn. Het schoolgebouw is een groot gebouw, met drie verdiepmgen, Aan weerskanten van het trappenhuis een vleugel, Alleen de linkervleugel van de tweede verdie ping is voor het onderwijs op een vrij moderne wijze ingericht. Dit is mede mogelijk gemaakt door grote buitenlandse giften, onder andere ook uit de Verenigde Staten. Slechts 1/5 gedeelte van het gebouw is opgeknapt. Er is een grote belangstelling voor dit soort onderwijs, slechts een klein gedeelte van de aanmeldingen kon wegens geldgebrek geplaatst worden. Een groot gedeelte van het gebouw verkeert nog in een sterk verwaarioosde staat. Sommige leeriingen wonen in het internaat, dat op de benedenver dieping gehuisvest is. Vijf leden van het koor hebben daar tot hun grote genoegen gelo geerd. Dan naar de bussen. Zit alle bagage er weer in? Als iedereen zit, staan plotseling alle Hongaarse leerlingen op straat, hoewel ze aanvankelijk de lessen niet mochten verlaten. De bussen zetten zich, luid toeterend, in beweging. Heel de menigte rent nog stratenver mee, uitbundig zwaaiend. Sommigen zijn binnendoor gelopen en staan nog bij de stoplichten van de hoofdstraat. In de bus laten de koorieden zien welke cadeautjes ze van hun gastgezin gekregen heb ben. Het is alles bij elkaar heel wat. Gastvrij, dat waren ze, de Hongaren! Er zal die dag een grote afstand afgelegd moeten worden. De chauffeurs rekenen uit dat alleen de rijtijd al 12 uren zal bedragen voor we weer in Erlangen zuÜen zijn. de rusttijden niet meegere kend. De stemming in de bussen is opperbest. Er worden spelletjes gedaan, er wordt gezongen (hoe kan het ook anders met een koor aan boord), gekletst, gesnoept en video gekeken. Het was trouwens toch opvallend hoe goed de stem ming tijdens de lange busritten steeds was. Door het langdurige samenzijn leek men aan het eind van deze week bijna familie van elkaar ge worden. Onderweg moet de heer Quist weer bellen dat we later zullen komen, nu naarde jeugdherberg van Erlangen. Deze dag is er in elke bus één jarig. De bussen zijn versierd met slingers. Het zal je maar gebeuren dat je in drie landen jarig bent. Tegen tienen 's avonds staat er in de jeugdher berg nog een warme maaltijd klaar. De verzor ging daar is werkelijk voortreffelijk. Danielle Verduin verzorgt nu de avondsluiting. Deze laatste nacht van de reis wordt er werkelijk geslapen. Zaterdag 20 oktober De laatste dag is aangebroken. Nu naar huis. De bussen voeren ons ook deze dag door een prach tig landschap: de wijnbergen langs de Rijn en de Moezel. Bij Marialaach in de Eifel wordt wat langer gestopt om naar de Laachener See, een oud kratermeer te kijken. De stemming blijft erin. Ook deze dag is er even als op de eerste dag weer een jarige. De Nederlandse grens wordt gepasseerd bij Venlo. Dan is er nog het afscheidsdiner in het AC- restaurant in Sevenum. Sommigen zijn nog zo gewend aan het gebruik van een buitenlandse taal dat ze de dienster die het bord met heeriijke Nederiandse patat met kroket bedanken met „Danke schön". Dan nog twee uren rijden voor we het Flakkeese land weer zien. Ter hoogte van Oude Tonge wor den sommigen de emodes te machtig. Bij het hoofdgebouw is het bij aankomst een drukte van belang. Ouders, vrienden en beken den staan al reikhalzend uit te kijken. Niemand wil iets van de aankomst missen. In de aula besluit de heer Quist de reis met het lezen van Psalm 133. Hij merkt op dat dit maar een korte psalm is, maar de inhoud ervan geeft duidelijk weer hoe de onderiinge verbonden heid ervaren werd. Hij sluit met dankgebed. Daarna kan men maar niet wegkomen. Nog eenmaal klinkt het Hongaarse lied „Nem szok tam", voor de begeleiders is er van de ouders een bloemetje, er klinkt luid applaus en hoerage- roep voor de chauffeurs. Dan gaat ieder weer naar huis, met de talloze indrukken. Er zal de eerste dagen veel verteld worden, maar eerst slapen Terugblikkend op deze reis moet opgemerkt worden dat er veel kontakten gelegd zijn, hope lijk blijvende. Het koor kwam, zonder dat er in Hongarije gerepeteerd kon worden, tot buiten gewone prestaties, dit alles vanwege de grondige voorbereiding en de bezielende leiding van Mar van der Veer, daarbij geassisteerd door me vrouw Van Wijck. De voortreffelijke voorbereiding en leiding was in handen van de heren Groenewoud, Markwat, Van Wijck en Ten Hagen, die helaas niet mee kon, maar van wie de sporen van voorbereiding tot in Boedapest te vinden waren. Buitengewone waardering ook voor de beide chauffeurs. Kees van der Mast en Hans van der Wende van de firma Mijnders, die beide al hele maal tot de „busfamilie" gingen behoren. Tenslotte een woord van dank aan de Stichting Lokale Omroep Flakkee voor het beschikbaar stellen van zendtijd, zodat op een efficiënte wijze het thuisfront van de buitenlandse ver richtingen op de hoogte kon worden gehou den. „EILANDEN NIEUWS' VRIJDAG 2 NOVEMBER 1990 WÊIÊÊÊÊÊÊÊÊÊÊIÊlÊitÊÊIÊÊÊÊmimm^mmmm^aimg^m BOEDAPEST - Rechtsvoor de protestantse kerk waar het koor optrad.

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1990 | | pagina 10