EIÜVriDEfl-IIIEÜWS
NIEUWE BOEKEN
Teuntje van Dam uit Stellendam;
min 51 kilo!
De Wacht
aan de
lijn
P.v. De Snelpost
Jan Knape Mzn
Kinderkoor gaat weer beginnen
Brilcentrum Keuvelaar heeft een
schitterende kollektie speelse,
vlotte, leuke, gekke, oersterke,
maffe, modieuze, flitsende, fleu
rige, kleurige kinderbrillen. Kom
kijken bij Keuvelaar.
^CENT/?^
Zandpad 56 Middelharnis
Tel. 01870-3437
Nu de Stellendamse Teuntje van
Dam-Keijzer maar liefst éénen
vijftig kilo is afgevallen en haar
bovenwijdte -, haar taille wijdte -,
en haar heupwijdte met resp. 33,
38 en 43 centimeter zijn afgeno
men, nu mag 't van haar wel in de
krant dat ze jarenlang maat 60
heeft gedragen. Het waren jaren
waarin ze zich hoogst ongelukkig
heeft gevoeld waarom ze zich met
de moed der wanhoop, maar steeds
zonder blijvend resultaat, van de
ene naar de volgende afslankkuur
sleepte. Totdat ze vorig jaar augus
tus bij mevr. Wilmsen van EGA
Nederland terecht kwam en bij
haar is 't gelukt. Teuntje van Dam
is een ander mens geworden, een
blijer mens, zij én mevr. Wilmsen
zijn daar gelukkig mee...!
VERVOLGVERHAAL
- 8-
Niet uitgegeven manuscript,
beschikbaar gesteld door
M. A. Knape
2e Blad
DINSDAG 28 AUGUSTUS 1990
No. 5929
Drs. P. J. Verhagen, Depressiviteit
en depressie. Een christelijke hand
reiking.
Uitgeverij J. J. Groen en Zn., Leiden.
Paperback. 109 pag. Prijs 18,50.
In de serie Praktisch en Pastoraal ver
scheen een derde deel. Na een boek over
het omgaan met dementie en één over de
hulpverlening rond suïcide nu een
publikatie dat de problematiek rond
depressiviteit behandelt. De schrijver is
afgestudeerd theoloog; tevens studeerde
hij medicijnen. Hij is als psychiater ver
bonden aan onder meer de instelling De
Poort te Schiedam.
Het boekje wordt gepresenteerd als een
christelijke handreiking. Een handrei
king vanuit de Bijbel dus. Geboden
zowel aan patiënten als aan hulpverle
ners. Wat is depressie? Wat is depressivi
teit? Wat is de invloed op het geestelijke
leven? Hoe ermee om te gaan? Deze en
andere vragen worden in dit boekje
behandeld. In zijn voorwoord legt de
schrijver er nadruk op dat de lezer niet
moet verwachten in dit boekje het ver
lossende woord te vinden. Wie hulp
nodig heeft, kan dat überhaupt niet uit
een boekje halen. Dat neemt niet weg
dat tekst en uitleg een bijdrage kan leve
ren aan het overwinnen van schroom
om hulp te zoeken. Mede daartoe kan
dit systematisch opgezette geschrift be
hulpzaam zijn.
Bij dit onderwerp gaat het om een brede
in de samenleving tastbare nood. Dat
bepaalt het belang van boekjes als dit.
Met name de hoofdstukken 6 en 7
(Omgaan met depressiviteit en depres
sie. Omgaan met eigen depressie en
depressiviteit) geven veel praktische
aanwijzingen. Het boek besluit met de
vermelding van enkele hulpverlenings
adressen alsmede van de voornaamste
literatuur voor verdere geïnteresseer
den.
O—
Ds. H. J. Hegger, Oog in oog met
jezelf. De geschiedenis van 47 jaar
zelfontlediging.
Uitgeverij Boekencentrum te 's-Gra-
venhage. Paperback. 143 pag.
Prijs 21,90.
Voor velen zal ik de schrijver niet behoe
ven te introduceren. Wie „Hegger" zegt,
zegt „Stichting In de Rechte Straat" - de
stichting die zich beijvert het getuigend
gesprek met Rome te voeren en te bevor
deren. Wist u dat ds. Hegger tevens
mede-oprichter was van de Evangeli
sche Omroep, van de Stichting Woord
en Daad alsmede van de Stichting De
Bijbel in elk huis?
Ds. Hegger vertelt in dit boek heel open
hartig hoe hij gedurende de periode van
enkele tientallen jaren stelselmatig zelf-
ontleding beoefende, zulks op advies
van een psychiater in 1940 toen hij
zwaar overspannen was. Hij schreef dit
boek (dat in eeste ontwerp heel wat
omvangrijker was, zo vertelt hij) in de
hoop dat het kan bijdragen tot het weg
nemen of althans verzachten van het
psychische lijden waaronder velen ge
bukt gaan. Wellicht dat deze of gene
door dit boek geholpen wordt in het ver
staan van zichzelf met als gevolg meer
geduld met en aanvaarding van zichzelf
en van anderen. Ds. Hegger zou er
oprecht blij mee zijn.
„Zulk een boek over zelfanalyse is nog
niet eerder verschenen", zo meldt de uit
gever op de omslag. Dat zou best eens
het geval kunnen zijn, denk ik. Wie ds.
Hegger kent, weet dat hij een geheel
eigen toon en aanpak heeft. Warm,
doorleefd, meeslepend af en toe - en
heel existentieel. Hij laat zijn hart mee
spreken. In die zin is ook dit geschrift
van hem weer wat ik zou willen noemen
„bevindelijk" van inhoud. Overigens -
wie durft er op deze wijze een heel stuk
van zijn zieleleven bloot te leggen?! Ds.
Hegger schroomde niet zich heel kwets
baar tegenover zijn lezerspubliek op te
stellen.
Het eerste deel van het boek is gewijd
aan de ervaringen van de schrijver. Het
is een verhaal over spanningen, schuld
gevoelens, minderwaardigheidsbesef en
geldingsdrang. De wortels van dit alles
ligt in 's schrijvers vroegste jeugd. Mede
door gedurige en consequente zelfana
lyse is hij na vele jaren dit complex van
psychische verwikkelingen te boven
gekomen. In de tweede helft van het
boek komen de dingen meer gestruktu-
reerd aan de orde. Met name wat ds.
Hegger schrijft over het onderbewust
zijn in de hoofdstukken 5 en 6 is
leerzaam.
Het kan niet anders - door heel het boek
heen klinkt door uit welke bron de
schrijver leeft. Expliciet komt dat in het
laatste hoofdstuk aan de orde. Het enige
en werkelijk bevrijdende antwoord op
het minderwaardigheidsgevoel, op het
schuldgevoel, op de faalangst, op de een
zaamheid en op het wantrouwen is
slechts te verwachten van de HEERE
die in Christus de Zijnen vrij maakt.
Alhier in beginsel en in hopew; hierna
geheel en volmaakt. Ik citeer de slotali-
nea op pag. 141.
Zelf ben ik opgegroeid met ontzettende
angsten voor God, angsten voor de eeu
wige hel waarmee men mij bedreigde. Ik
heb die angsten kunnen overwinnen toen
het God behaagde Zijn Zoon in mij te
openbaren. Toen heb ik geziea dat God
liefde is en dat Hij juist wil wonen bij hen
die van een verbrijzelde en nederige geest
is en die beeft voor Zijn Woord. Hij is een
genadige Vader in Christus voor de Zij
nen; Christus heeft, niet aan de mensen
met geweldige wilsprestaties maar aan de
eenvoudigen die in Hem geloven, beloofd:
Wie in Mij gelooft, heeft eeuwig leven.
O—
P. C. Kuiper, Ver heen. Verslag van
een depressie.
Uitgeverij SDU te 's-Gravenhage.
Gebonden. Geïllustreerd. 168 pag.
Prijs 30,-.
Het derde boek in deze aankondiging
dat „depressie" tot onderwerp heeft. Met
de twee eerdergenoemde heeft het ge
meen dat het geschreven is met de hoop
dat het andere depressieve mensen tot
hulp man zijn. Evenals het boek van ds.
Hegger is het een weergave, een verslag
van een depressieve periode in het leven
van de schrijver. In een bepaald opzicht
is het boek van Kuiper echter geheel
uniek.
Professor doctor P. C. Kuiper is emeri-
tus-hoogleraar in de psychiatrie en
bekend door zijn alom gebruikte leer
boeken „Hoofdsom der Psychiatrie" en
„(Nieuwe) neurosenleer". Een autoriteit
in zijn vak en erkend tot ver over de
grenzen. Welnu - déze man die met
zoveel gezag over zijn vak sprak en
schreef deze psychiater moest naar de
psychiater. Wel vier jaar was hij onder
NIEUWE TONGE
Op D.V. donderdagavond 30 augustus,
om half 7, gaat het kinderkoor „Bid en
zing" weer beginnen met de wekelijkse
repetities in het verenigingsgebouw
„Elim". We hopen op de komst van alle
leden. Ook nieuwe leden uit Nieuwe
Tonge en omgeving van harte welkom.
behandeling vanwege toenemende ang
sten en waanideeën; lijdend aan een
ernstige vorm van psychotische depres
sie. Zoals het er naar uitzag: definitief
Mede door behandeling in een psychia
trisch ziekenhuis en een gerichte thera
pie genas hij tenslotte. En na lang
aarzelen vertrouwde Kuiper het verhaal
van dit deel van zijn leven aan het
papier toe. Voor de moed die daartoe
nodig was, mogen we hem dankbaar
zijn. Ook voor de wijze waarop hij zijn
tocht door dit diepe dal verhaalt: gede
tailleerd, eerlijk en op die wijze bemoe
digend voor anderen. „Niets van wat hij
van zijn ziekte beschrijft, is overdre
ven!", zo schrijft in het „Ten geleide" dr.
Nolen, de psychiater die hem tijdens
zijn ziekte behandelde.
De godsdienstige traditie waaruit de
schrijver stamt (waarvan hij zich overi
gens verwijderd heeft) - wijlen ds. I. Kie
vit te Baarn! - spreekt in dit boek mee.
De naam van zijn inmiddels eveneens
overleden zoon, ds. L. Kievit, komt er
meermalen in voor. In de angsten en
wanen van Kuiper klinkt deze achter
grond duidelijk door. De angst niet ver
koren te zijn, was wellicht zelfs Kuipers
diepste nood. Helaas blijkt uit dit boek
niet dat hij mét zijn genezing ook een
recht zicht op de bijbelse notie dienaan
gaande heeft verkregen. Integendeel
zelfs. Aan het eind van het boek lezen
we over bevroren takken die in een wan-
hoopsgebaar ten hemel zijn geheven;
„tot wie? Tot een lege kosmos met zin
loos bewegende hemellichamen en een
complete eeuwige stilte of toch tot
iemand? Waar is God dien Gij ver
wacht? Op Hem hopen kan je. Zijn
afwezigheid afdwingen niet. Mocht Hij
er zijn, dan komt Hij en gaat Hij op door
Hem zelf vastgestelde tijden..."
Toch is dit een heel leerzaam boek. Ook
nu weer: voor hulpverleners en patiën
ten beide. Uitgeverij SDU gaf het een
keurige uitvoering.
JK
Mevr. Wilmsen is al vijf jaar aktief
met de Eerste Goudse Afslank- en
begeleidingsclub en al die jaren heeft
ze mevr. Van Dam in 't oog gehad en
vastgesteld dat 't haar bij die anderen
maar steeds niet lukte, maar vorig jaar
augustus kwam ze. helemaal eigener
beweging en daar had mevr. Wilmsen
op gewacht. Donderdagavond kreeg
ze bloemen van een dólgelukkige
mevr. Van Dam, als dank voor de
gekregen begeleiding en de bemoedi
gingen als 't wel eens moeilijk was.
„En nou gaan we door want nooit
meer word ik zo dik als ik al die jaren
geweest ben. nooit meer!!", neemt
mevr. Van Dam zich heel kordaat
voor.
Ze kan weer wandelen en winkelen en
verrukkelijk vindt ze het, als bijna
elke vrouw kleding van een normale
maat te kunnen passen, maat 45 en 's
middags gaat ze niet meer uitgeput
naar bed. integendeel. „Ik heb weer
alle energie!" vertelt ze verrukt en ze
werkt weer plezierig in de tuin, een
ander leven heeft ze gekregen. „Ik ben
op m'n 54e fitter als ik ooit geweest
ben!"
De EGA club waarvan ze deel uit
maakte, noemt mevr. Van Dam een
„gigantisch gezellige" club met een
prima sfeertje en een onderlinge onder
steuning die ook mevr. Van Dam bij
zonder ten nutte is geweest. Door
omstandigheden heeft ze de periode
van eenjaar met drie maanden onder
broken, zodat het haar zelfs in negen
maanden gelukt is haar streefgewicht
te bereiken. Nu gaat ze door met
maandelijkse kontrole van haar ge-
Mevr. Van Dam demonstreert de wijdte van haar vroegere maat 60 jas:
nu kan zelfs schoondochter Sandra er bij!
Bloemen voor mevr Wilmsen. Welverdiend vond Teuntje van Dam.
wicht en mevr. Wilmsen zal haar ook
dan begeleiden omdat het voedings
patroon steeds wat kan worden ver
ruimd. Mevr. Van Dam kan niet
zeggen dat ze daar nou veel behoefte
aan heeft, ze mag. met mate uiteraard,
eten wat ze wil maar ze wil zeker niet
meer die hoeveelheden en die handjes
drop die ze voorheen consumeerde.
De eerste avonden van de kursus heeft
ze zich behoorlijk akelig gevoeld,
maar daar heeft ze zich dapper door
heen gebeten, op peentjes en op
radijsjes en 't is haar warempel gelukt.
Of haar leven niet saaier is geworden
nu ze wel eens wat meent te moeten
laten staan? ..Saaier? Veel en veel aan
genamer is het geworden, ik heb weer
energie!" En ze vertelt dat ze die dag
weer een dorpsgenote was tegengeko
men toen ze net een winkel uitstapte.
Terwijl ze mevr. Van Dam van top tot
teen monsterde en haar mond bijna
openviel van verbazing, zei ze: „Teun
tje, bin joe 't echt. bin joe zo ofge-
valle!"
„Ja", heeft Teuntje toen geglimlacht,
„ja, eindelijk!"
DIRKSLAND
Wedvlucht vanaf Stronbeek zaterdag 25
augustus 1990.
Joh. van Rutten, 1, 10, 11, 16. 20. 26, 27,
35,36,42.61.72,81.93.94,99,101; B. van
Es 2,41, 5,6, 7. 9, 12, 17, 18, 24, 25, 28, 30,
31, 33, 38, 41, 45,46,48, 52, 53, 59. 60, 63,
64, 66. 69, 76, 86, 87, 88, 95, 98, 113; Jac.
Guldemeester 3,19,21,44,78; A. Rozen-
daal 8.32,49,68, 71,91; L. Arensman 13.
22, 54, 55, 79, 102; A. A de Lange 14. 15,
37,40,50,67. 83, 89,96,110; J. du Pree 23,
43, 77. 109; A. Zoon 29. 34, 57, 58, 62, 97,
100, 105, 107; H. KLlink 39, 70, 84, 90,
108: Doorn zn. 47, 73. 75, 104; A M. van
der Kroon 51. 103; L. Tijl 56. 82. 111; A
Bestman 65, 74, 85; J. M. Feleus 80; D.
Klootwijk 92, 114; G. Bakker 112.
Wedvlucht vanaf Orleans zaterdag 25
augustus 1990.
B. van Es 1. 7. 10. 22, 30.47. 50. 52, 55, 56.
61.62,63; A. Zoon 2,6,23,24.29,49; Joh.
van Rutten 3,4.5,12,13,14.15,25.26,28.
33, 34, 35, 36. 40,42, 43, 48, 57. 58, 59. 65.
70.60; A. A. de Lange 8; Jac. Guldemees
ter 9, 20; Doorn zn. 11.46.51,54.67,71;
A P. de Vogel 16,17,45,44; A. van GuHk
18, 27, 69; A Bestman 19, 41; L. Arens
man 21,38,53.66; L. Tijl 31; H. Klink32;
A M. van der Kroon 37, 64, 68; J. M.
Feleus 39.
SINT ANNALAND
Aardappelveiling van vrijdag 24 augustus
1990. Doré gewone: 0,32 -ƒ0,37. Doré
drielingen: 0,08. Première gewone:
0.17. Première bonken: 0.25. Pre
mière drielingen: 0,08. Première kriel:
f 0,65. Gloria gewone: f 0,11. Gloria
bonken: 0,28. Gloria kriel: 0,35. Bin
tjes gewone: 0,18 -ƒ0,21. Bintjes bon
ken: 0,38 - 0,40. Bintjes drielingen:
0,09 - 0.11. Bintjes kriel: 0.60 -
ƒ0.70. Ottena gewone: 0.26. Eigenhei
mers gewone: 0.20 - 0,22. Bildstar
gewone: 0.19'-ƒ0,22.
Aardappelprijs per kilogram.
Aanvoer 142 ton.
^^^^^^^^^^^^^;^^^^^i^^if,j^jf,^j^,^if,j^^if.^^if.^.,f.:f.if.:^,f.,f.^i^if.^^^^)f.:f.if.:f.^if.;:f.^if.]f.]f.lf.if.i^if^^^
En ze wachten vervolgens op de gouden
dagen, die moeten komen volgens het
spreekwoord, dat de geschiedenis zich
herhaalt. Volop werk, hoge lonen, en de
boer met zijn petje in de hand op de
stoep voor hun deur...
De geschiedenis herhaalt zich, zegt een spreek
woord, dat misschien al eeuwen oud is. En het
houdt natuurlijk een grote onwaarheid in, zoals
dat met meer spreekwoorden het geval is. Maar de
mensen van Oosthoek en Omstreken leiden uit de
volgende gebeurtenissen af dat de dagen van de
vorige oorlog inderdaad gaan terugkeren. Er
komt een paardenvordering! De boeren vinden
dat minder prettig, ze zijn niet graag hun dieren
kwijt. Over het algemeen houdt een boer meer van
zijn paarden dan van zijn arbeiders. Ik heb nooit
recht de reden daarvan begrepen; volgens mijn
gedachte moest het andersom zijn, want als de
paarden niet werken moet hij ze toch te eten
geven, maar zijn arbeiders stuurt hij in dat geval
naar de steun. Een boer doet wel eens meer de
dingen verkeerd, dieper zullen we niet in de zaak
trachten in te dringen.
De boeren worden tevreden gesteld met flinke
vergoedingen. Ze gaan naar huis met bezorgde
gezichten, want zonder zo'n gezicht zou een boer
geen boer kunnen zijn. „Hoe moet al dat paarde-
werk op tijd klaar komen! En dan van 't najaar!"...
De boerin zegt: „Zeg dat wel, man"... Maar ze
bemoedigt nochtans: „Komt tijd, komt raad, het is
nog geen najaar. De vorige oorlog waren er ook
zoveel bezwaren, en kijk eens wat er van terecht
gekomen is... Alles vrij van hypotheek, en nog,
geld in de kas!"...
De Regering is met de paarden alleen niet tevre
den. Na de paardenvordering komt er al dadelijk
een autovordering. Vrachtwagens en luxe wagens.
Sommige boeren raken hun mooie wagen kwijt.
die ze in de crisisjaren gekocht hebben. Ze zijn
jaloers op hun buren van wie de auto afgekeurd
is; die hiilitairen nemen alleen puike waar! Ook
zoeken ze er wat achter: een boer denkt nu een
maal dat voor geld de hele wereld te koop is als je
de rechte man maar weet te treffen. Ze foeteren
tegen zichzelf dat ze het deze keer dan beroerd
slecht getroffen hebben. Ze ondergaan deze
autovordering als een groter gemis dan de vorde
ring van hun paarden. Een mooie, glinsterende
auto, die geruisloos door de velden schiet, geeft
zoveel cachet aan de zaak! Maar foeteren helpt
niet. En er zijn alweer hoge vergoedingen. Als ze
er een borrel op gedronken hebben voelen de
gedupeerden zich in het geheel niet meer gedu
peerd. Ze krijgen soms meer voor de auto dan ze
er voor gegeven hebben! De mensen hebben na
eeuwen ondervinding nog steeds de rechte kijk
niet gekregen op wat geld eigenlijk is.
De paardenvordering en de autovordering bren
gen veel vertier in de dorpen. Het heeft er veel van
of er een bijzonder drukke markt gehouden wor
den. De mensen gaan er naar kijken of het een
kermis is. De winkels maken goede zaken, want
het gebeurt zelden, dat er zoveel boeren uit de pol
ders tegelijk naar het dorp komen om inkopen te
doen. Ambachtslui krijgen opdrachten: de schoen
maker, de wagenmaker, de timmerman; de smid
heeft het druk met het beslaan van paarden, die
niet voor vordering in aanmerking zijn gekomen.
Men moet leven en laten leven!"
Tenslotte worden al deze vermakelijkheden in de
schaduw gesteld door een luchtbeschermingsoe-
fening op grote schaal. De oefening duurt twee
volle uren, ze begint met het invallen van de duis
ternis en het is al twaalf uur geslagen als men zo
hier en daar nog motorbrandspuiten hoort puf
fen. Oude mensen ondergaan deze oefening met
enige bekommering. Dit wijkt af van het pro
gramma zoals ze het zichzelf hebben voorgesteld.
Een luchtbeschermingsoefening! Ze hebben het
nog nooit meegemaakt en diep in hun ziel komt er
een onrust kruipen, dat dez eoorlog wel eens heel
anders zou kunnen verloepe dan ze hebben
gedacht. Ze gaan vroeg naar bed, want het ver
duisteren van vensters geeft veel tobberij, en ze
lopen gevaar om een proces-verbaal te krijgen als
het niet goed gebeurd. De schooljeugd wil niet
naar bed; de jongens en meisjes zijn door geen
tien politiemannen van de brandspuiten van
daan te houden, tussen licht en donker maken ze
er een spelletje van om door de spuitende water
stralen heen te lopen. Voor vrijende paartjes is
deze luchtbeschermingsoefening al een bijzon
dere attraktie waarvan ze zeggen: „Dat moesten
ze meer doen!" Er worden die avond laat heel wat
standjes uitgedeeld.
De officiële rapporten gewagen van een prachtig
geslaagde luchtbeschermingsoefening.
De werkloosheid, waaraan zoveel knappe kop
pen jarenlang gedokterd hebben, is - voor wat het
platteland betreft - althans voorlopig door de oor
logsgebeurtenissen opgelost. Alle arbeiders heb
ben nu werk, de lonen gaan zelfs iets naar boven
als gevolg van de omstandigheid, dat de boeren
zich ongerust maken van 't najaar zonder arbei
ders te zullen zijn. Ze zeggen: „Jaap, ik doe d'reen
kwartje op een dag bij als je tot December bij me
blijft". En in plaats, dat Jaap nou zegt: „Maak d'r
twee kwartjes van, baas", hapt-ie dadelijk toe,
want hij is bang, dat Kees hem een loer zal
draaien: „Ik wil 't wel voor drie stuivers op een dag
doen, baasje". En gelijk heeft hij, want Kees is tot
zulke lagen streken in staat. Maar zo komt het, dat
de arbeiderslonen niet in die mate naar boven
gaan als sommige optimistische arbeiders heb
ben verwacht.
Ondertussen wordt de oogst zonder bijzondere
ongemakken binnengehaald. Er blijken handen
en paarden genoeg te zijn. De economen onder
het arbeidersvolk staan er een beetje raar van te
kijken, ze zeggen tegen elkaar: „Het komt wel
goed, 't is nog maar het begin!"
De winter stelt hen voor een nieuw raadsel. De
werkloosheid leeft weer op! Hoe dat mogelijk is
kan geen mens verklaren. Nu staan er zóveel jon
gens in dienst! Maar een feit is het en het brengt
wel enige bezorgdheid. Als nu alle jongens eens
thuis waren dan was de werkloosheid zó groot als
ze nog nooit geweest is. In wat voor wereld leven
we toch tegenwoordig!
De winter brengt veel kou. De mensen schamen
zich rondom de kachel om de krant te lezen, die
veel interessant nieuws bevat. De radio brengt uit
zendingen van O- en O-avonden voor de solda
ten. De mensen leven met de jongens mee.
(wordt vervolgd)