ElüVliDEII-niEUWS
z/
Kunst in de regio
Werdu
Mimomen
weerwaMcr
meteen
stijve nek?
Overdenking
De weg
naar huis
uit de
Heilige Schrift
Echtpaar Van Driei
60 jaar getrouwd
HETL
KUKVENSTER
Verkoop handwerken
Jan Knape Mzn.
2e Blad
VRIJDAG 10 NOVEMBER 1989
No. 5850
blik op kerk
en samenleving
- Willibrord's sterfdag
- De eerste prediker
- Problemen rond de herdenking
De 1250ste sterfdag van Willibrord is
goed voor vele kolommen in onze vader
landse kerknieuwsbladen! De inhoud
varieert van de geschiedenis en de bete
kenis van Willibrord tot de vraag welk
deel van de christenheid zich op hem
mag beroepen....
Willibrord werd geboren in het Engelse
Northumberland. Vanuit een klooster
bij York, waar hij werd opgeleid tot
geestelijke ging hij naar Ierland en van
daar vertrok hij in 690 naar ons land,
waar hij ergens bij Katwijk voet aan wal
moet hebben gezet.
Hoe men ook over Willibrord en zijn
werk mag denken, voor ons land was dat
een historisch ogenblik. Uit de vader
landse geschiedenis weten we allemaal
nog wel dat hij, samen met Bonifatius,
ons volk bekend gemaakt heeft met het
Evangelie. Willibrord was weliswaar
niet de eerste Evangelie-prediker in ons
land, wel de eerste die er lange tijd zou
blijven. Utrecht, waar hij de bouwer
werd van de Maartenskerk (de huidige
Dom), werd de eerste bisschopszetel.
Nadat hij persoonlijk in Rome was
geweest om van de paus de bisschops
wijding te ontvangen is hij het land
doorgetrokken om overal kerken en
kapellen te stichten. De laatste jaren van
zijn leven woonde hij in Echtemach
(Luxemburg), waar hij op 7 november
739 gestorven is. Onder de kerk bevindt
zich de crypte met zijn stoffelijk over
schot, waarop in het Nederlands de vol
gende inscriptie te lezen staat:
„Nederlanders, u staat hier voor het
graf van St.-Willibrord. Dankzij zijn
geloofsmoed heeft u de christelijke
godsdienst en cultuur ontvangen. Hij
is de eerste beschermheilige van uw
land".
We mogen uiteraard niet uit het oog ver
liezen dat Willibrord een kind van zijn
tijd is geweest, en dat zijn werk en zijn
prediking behoorlijk doortrokken wa
ren van de roomse zuurdesem. Het pau
selijk gezag was voor hem onaantast
baar en hij huldigde volledig de dwalin
gen die toen al in opkomst waren en
steeds verder zouden doorwerken. Des
ondanks is hij ervoor gebruikt om in ons
land, dat voor verreweg het grootste deel
nog leefde in de duisternis van het onge
loof, het licht van het Evangelie te ver
spreiden. Dat er al zo'n twaalf eeuwen
een kerk in Nederland is, is middellij-
kerwijze te danken aan Willibrord.
De Roomse Kerk heeft altijd de neiging
gehad de eerste zendelingen, Willibrord
en Bonifatius, te annexeren. Ook nu, bij
de herdenking van Willibrords sterfdag,
blijkt dat. Het is dan ook begrijpelijk dat
er in het Reformatorische kamp stem
men opgaan, die - vrij vertaald - zeggen:
„Pas op, want Willibrord is ook van
óns". Het gaat natuurlijk niet aan dat
één van beide partijen Willibrord voor
z'n karretje spant. Toen de vermaarde
zendeling zijn werk deed was er nog
maar één kerk, een kerk die eeuwen
laten in tweeën zou vallen, en sindsdien
nog veel verder verdeeld en verscheurd
is. Maar alle kerken en kerkjes die ons
land telt, zijn wel op hem terug te
voeren.
Het is een beetje lachwekkend, in het
kader van de hooggeroemde oecumene,
dat men eigenlijk niet goed weet hoe
men de Willibrord-herdenking moet
vieren. Ieder afzonderlijk - dat gaat niet.
Maar samen - hoe moet dat???
Waarnemer
SOMMELSDIJK/ZUIDZIJDE -
Op zaterdag 18 november a.s. hero
pent de firma Van Lint Autoschade
BV te Sommelsdijk haar bedrijfsves
tiging. Een ultramodernn en met
haar tijd meegaand, dus milieuvrien
delijk aangepast bedrijf, dat haar
bedrijfsruimten die dag feestlijk
ombouwt in een „tentoonstellings
hal" waarin niet alleen automobie
len maar ook kunst te zien zal
zijn.
Van Lint draagt de regionale kunste
naar een warm hart toe en wil hun
kwaliteiten onder de aandacht bren
gen van een breder publiek. De pro
fessioneel werkende beeldende
kunstenaars die op deze expositie
vertegenwoordigd zullen zijn, zijn
Hans Dolieslager, Harals Jean Jas-
soy en Ernst Blok.
Hans Dolieslager (1950), woonachtig te
Goedereede, kreeg zijn opleiding als
docent Tekenen en Handvaardigheid en
bekwaamde zich verder als zogeheten
autodidact. In voornoemde vakken geeft
hij enkele uren les en is daarnaast werk
zaam in zijn winkel/werkplaats te Goe
dereede. Eerder exposeerde hij onder
andere op de Salon van de Maassteden
te Schiedam, Kijk op de Delta te Mid-
delharnis en in het World Trade Center
te Amsterdam. Op deze expositie zijn
pastels en zeefdrukken te zien met als
thema's het landschap en de klaproos.
Harald Jean Jassoy (1951), eveneens
woonachtig te Goedereede, studeerde
aan de Hogeschool te Wiesbaden in
Duitsland. Deze professional stelde zijn
werk eerder ten toon bij het Zeeuws
Kunstenaarscentrum, Galerie „Mar-
greet Huisman" te Dordrecht en bij Ina
Broerse te Laren. Het thema stoel is een
belangrijk element in al zijn werkstuk
ken, zowel de twee-dimensionale als
de reliefs.
Ernst Blok (1946), woonachtig te Som
melsdijk, is geen onbekende in de streek,
maar meer nog kent men hem daarbui
ten. Een aanzienlijke lijst van solo- en
groepstentoonstellingen, prijzen, subsi
dies (waaronder de koninklijke) en aan
kopen staan reeds op zijn naam. Enige
tijd geleden verruilde hij palet en schil-
dersdoek voor toetsenbord en monitor.
Sindsdien produceert hij „Computer
Aided Art". Werk dat ook op deze ten
toonstelling te zien is.
Voor het organiseren, coördineren en
begeleiden van deze kunstexpositie
zocht Van Lint kontakt met „Atelier-
Zuidzijde Kunstprojekten", een kunst-
servicebedrijf werkzaam in de regio
Met een goed hoofdkussen
was dat niet gebeurd. Gun
uzelf dat extra comfort. En
geef uw nek de juiste steun.
Kom eens langs voor een
persooonlijk advies.
slaapcomfort
OUDE TONGE
Op woensdag 15 november a.s. houdt de
handwerkgroep van ouderen in het
dienstencentrum, Bernhardstraat 27 te
Oude Tonge vanaf 14.00-16.00 uur haar
jaarlijkse verkoopmiddag van prachtige
handwerken.
Zoals Hardangerkussens, kleedjes en
grote kleden, geborduurde tafellakens,
gebreide en gehaakte kleedjes, rieche-
lieuwerk, schwalmerborduurwerk en
nog vele andere handwerken. Een
mooie gelegenheid voor het kopen van
een Sint Nicolaaskado.
Verder is er een demonstratie van zijde-
schilderen, een verloting en een kleine
rommelmarkt. Tevens is er gelegenheid
om gezellig een kopje koffie te drinken.
We hopen op een grote opkomst.
Het bestuur
Hoeksche Waard en Goeree-Overflak-
kee sinds januari 1989. AZK, zoals het
genoemd wordt, kent een groot aantal
serviceprojekten, waaronder een kunst-
uitleen voor partikulieren, een kunstuit-
leen voor bedrijven, kursussen en zo-
merkursussen op het Chateau de Blag-
nac in Frankrijk. Tevens kan worden
geadviseerd in tal van kunst- en kunst
zinnige onderwerpen. AZK organiseert
op verzoek kort- en langlopende exposi
ties. Ook wanneer u een kunstwerk in
opdracht wilt laten vervaardigen of een
werkstuk zoekt als geschenk, kunt u bij
AZK terecht.
Zo is op dit moment een tentoonstelling
te zien van werkstukken amateuristi
sche kunstbeoefening in het nieuwe
gemeentehuis van de gemeente Koren-
dijk van inwoners uit die plaats en is een
tentoonstelling voor professionals in
voorbereiding.
Op 25 november a.s. organiseer AZK bij
haarzelf en in de atelierruimte van een
aantal bij haar aangesloten kunste
naars/vormgevers een expositie waar
veertien kunstenaars een deel van hun
voorj'aars- en zomerproduktie tonen. In
vele opzichten een bezoek meer dan
waard.
„Ateliers-Zuidzijde Kunstprojekten" is
gevestigd aan de Zuidzijdsedijk 60 te de
buurtschap Zuidzijde van de gemeente
Korendijk in de Hoeksche Waard en
bereikbaar onder telefoonnummer
01866-1416.
Een wijze raad
„Zie dan toe, hoe gij
voorzichtiglijk wandelt".
(Efeze 5:15a)
Hoeveel moeders zullen het 's morgens
niet tegen hun kinderen, die naar school
gaan, zeggen: „Zul je goed uitkijken?
Zul je voorzichtig zijn?" Dat is niet uit
overbezorgdheid. Maar deze raad wordt
meegegeven vanwege het besef, dat die
kinderen door zoveel gevaren omringd
worden. Eén keer onverhoeds de straat
oprennen, kan de dood met zich mee
brengen. En de kinderen moeten dik
wijls op de gevaren gewezen worden,
want die zien ze zelf lang niet altijd.
In Efeze 5 horen we ook zo'n waarschu
wing doorklinken. Alleen gaat het daar
niet om mensen, die van de ene naar de
andere plaats reizen. Het gaat in de
woorden van de apostel om onze levens
wandel. Paulus is hier eigenlijk zo'n
bezorgde „vader", die waarschuwt voor
allerlei gevaren. Zie toe, hoe uw levens
wandel is. Hoe gedragen wij ons in ons
leven? Hoe stellen we ons op in ons
huwelijk, ons gezin, op ons werk, in deze
maatschappij?
Wandel voorzichtig! Oplettend! Kijk
goed uit, waar je loopt. Doe dat met over
leg. Waarom? Omdat er op onze levens
weg valstrikken zijn. We kunnen heel
gemakkelijk vallen. De Heilige Schrift
staat vol van voorbeelden van hen, die
niet voorzichtig wandelden. En daarbij
gaat het geenszins om ongelovigen.
Toen Abraham even niet oplette, pro
beerde hij zich door een leugen te red
den. Toen David een ogenblik niet
voorzichtig wandelde, kwam hij in het
dodelijk moeras van overspel en moord
terecht. En de geschiedenis van Simson
is ons niet onbekend.
Zie dan naarstig toe, om oplettend te
wandelen. Want de duivel wil een val
strik aanbrengen. Dat doet hij niet
openlijk, maar veelal heel bedekt. Hij
dringt er lang niet altijd openlijk op aan,
de dienst des Heeren vaarwel te zeggen.
Wat zouden we schrikken! Nee, hij gaat
veel geraffineerder te werk. De kerkgang
wat laten verslappen, het gebedsleven
wat laten verflauwen. Steeds een beetje
meer bang zijn, om niet méé te kunnen
met de mensen om ons heen. Om steeds
wat meer ons aan te passen aan de stijl
van deze wereld in tijdsbesteding, in kle
ding, in wijze van denken, in.... en wat
zijn er dan een mogelijkheden.
En dan is de duivel er een meester in, om
ons te laten denken, dat dit niets te
maken heeft met ons innerlijk. Maar
intussen is hij er tóch op uit, om ons
innerlijk los te weken van de dienst
des Heeren.
Ziet daarom toe, oplettend te wandelen!
Het woord „voorzichtig" bergt eigenlijk
een beeld in zich. Het doet denken aan
een situatie van oorlog. Twee legers
staan tegenover elkaar. En wat is het dan
van groot belang, om een hooggelegen
plaats te kunnen bezetten. Want dan
kun je alles overzien. In de oorlogstijd
werden in ons land ook kerktorens voor
dit doel gebruikt. Paulus zegt dus, dat we
op een „strategische" plaats moeten
gaan staan. Dan kun je de vijand zien
aankomen.
Waar vinden we die plaats? In het
Woord des Heeren. In de prediking,
maar ook in de overdenking in de bin
nenkamer. In het gebed om de Heilige
Geest. Door het Woord des Heeren kun
nen we weten, wie die vijand is en wat
zijn bedoelingen zijn. Op de leerschool
van de Heilige Geest kunnen we leren,
hoe we ons tegen die aanvallen kunnen
wapenen: door een hartelijke en inner
lijke vreugde in de dienst des Heeren.
Och, en dan zullen er niettemin vele
ogenblikken zijn, dat die boze vijand
toch ongezien kan naderen en onver
hoeds kan aanvallen. Dat zal ook in het
leven van Gods kinderen een levens
lange strijd betekenen. De wetenschap,
dat het gevaar altijd dreigt, zal hen dan
ook laag aan de grond houden, en
afhankelijk van de bewaring des Hee
ren. Dan blijft het een levenslangel^ede:
„Leid ons niet in verzoeking, maar ver
los ons van den Boze".
Wandel dan voorzichtig. Want de wereld
ziet ook toe. En zij ziet scherp. En dan
behoeft de kerk des Heeren zich niet te
beklagen, als ze door de ongelovige
wereld wordt beschimpt vanwege de
belijdenis van het waarachtige geloof
Maar veel erger is het, als de kerk door
de wereld gesmaad wordt, omdat de
woorden, die gesproken worden en de
uitleving in de praktijk niet met elkaar
overeenstemmen. Dan wordt de Naam
des Heeren gelasterd.
Zie toe! Want ook de Héére ziet op onze
levenswandel. Niets is voor Hem verbor
gen. Kennen we iets van dat diepe besef
dat we leven voor het aangezicht van de
Heilige God? Wordt ons leven door de
ernst van deze woorden gestempeld? En
als we er werkelijk ernst mee maken?
Wat zullen we dan moeten ontdekken,
dat we er alle dagen en op alle manieren
in tekort schieten. Wat een tranen wor
den er dan geschreid over de afglijding,
die zich telkens weer voordoet.
Om er wanhopig onder te worden? Nee,
maar om er mee te vluchten tot de Heere
Jezus, die zelf op een volmaakte wijze
„voorzichtig" wandelde. Hij doorzag de
bedoelingen van de duivel ten volle. Hij
liet zich niet verleiden en werd nochtans
gelijk een misdadiger aan het kruis
gehangen.
Maar daardoor kan Hij door Paulus
gepredikt worden als Gods Zoon, door
de Vader geschonken tot rechtvaardig
heid, heiligheid en een volkomen verlos
sing. Iemand, die oprecht begeert, voor
zichtig te wandelen, maar zo dikwijls
moet klagen: „Gelijk een schaap heb ik
gedwaald in 't rond....", die mag en wil
met deze nood schuilen bij Christus.
Wat een troost, dat de Heere de Zijnen
bewaart. Hun weg is menigmaal een
kronkelweg, een dwaalweg. Maar het
geldt óók: Hun wandel is in de hemel.
Dagelijks strijden deze twee dingen met
elkaar. Maar de Heere leidt hen op de
goede weg. Daarom zal het eens uitlo
pen op de eeuwige heerlijkheid. Daar is
het niet meer nodig, om oplettend te
wandelen. Want daar is geen valstrik
meer. Daar is het Lam, dat hen leidt op
gebaande wegen naar de levende fontei
nen der wateren. Zalig is het, dat de aan
dacht dan niet meer besteed hoeft te
worden aan een mogelijke valstrik.
Want dan mag ongestoorda het oog zijn
gericht op het Lam.
„Zij wand'len. Heer', in 't licht van
't Godd'lijk aanschijn voort - zij zullen
in Uw Naam zich al den dag verblijden!
Hardinxveld-Giessendam
ds. W. Arkeraats
SINT ANNALAND
Op dinsdag 7 november herdacht
het echtpaar Arie van Driel en Cor
nelia Geertruida de Hond, wonende
aan de Hoenderweg in Sint Anna-
land, waar ze al 56 jaar wonen, zes
tig jaar getrouwd te zijn. Ze hopen
dit te vieren op zaterdag 11 novem
ber in „De Wellevaete", waar beide
oudjes vlak bij wonen.
Ze hopen daar met hun vier kinderen,
negen kleinkinderen en vier ach
terkleinkinderen bijeen te komen. Van
uit hun woning heeft het jubilerend
echtpaar een prachtig uitzicht op de toe
gangsweg naar Sint Annaland, de Lan-
geweg. Jarenlang zat Van Driel zelf op
de weg. Eerst zes jaar bij het expeditiebe
drijf Jan van Poortvliet uit Oud Vosse-
meer en daarna 32 jaar bij beurtschip-
per Bram en Adriaan Theunisse uit
Sint Annaland.
Wegens zijn werk verhuisde Van Driel
naar Sint Annaland. Hij werd 16
november 1906 in Oud Vossemeer gebo
ren als één van de acht kinderen. Zijn
vrouw werd 12 februari in Tholen gebo
ren. Op de Oud Vossemeerse kermis ont
moetten ze elkaar. Mevrouw Van Direl
was ook één van de acht kinderen, die
vlakbij de boerderij aan de Peuksedijk
werd geboren, waar ze op het land
werkte en huishoudelijke hulp was bij
landbouwer Kosten aan de Puitsedijk
en bij Marre in Poortvliet.
De heer Van Driel kwam al op 16-jarige
leeftijd in aanraking met de autowereld.
„Ik woonde schuin tegenover Jan van
Poortvliet in de Kalisbuurt en reed dik
wijls met de vrachtwagens mee. Van
Poortvliet had me nodig en hij leerde me
autorijden." Bij alle winkeliers en bak
kers op Tholen, Schouwen en Duive-
land en Sint Philipsland kwam hij aan
huis. Hij vervoerde ook mensen naar de
zilveruienoogst in Flipland. Elke negen
jaar kreeg Van Driel een nieuwe Chevro
let, maar Van Driel ging niet met pen
sioen. Acht jaar werkte hij nog in de
Rotterdamse havens bij de scheepvaart
vereniging Zuid. Door een hersenbloe
ding is de heer Van Driel helaas in een
rolstoel terechtgekomen, wat drie dagen
per week therapie in het Algemeen Bur
ger Gasthuis in Bergen op Zoom nood
zakelijk maakte. Terwijl zijn vrouw zich
hoofdzakelijk met de opvoeding van de
vier zoons (één is er overleden) en een
dochter bezighield, maakte Van Driel
naast zijn werk nog tijd vrijd voor WHS,
waar hij vanaf het begin rechtshalf voet
balde. Niet minder dan twintig jaar was
hij sekretaris van de bond van chauf
feurs en bij de Bescherming Burgerbe
volking funktioneerde Van Driel als
commandant van de reddingsdienst.
Ook de politiek had zijn aandacht,
waarbij Van Driel zijn vriend en wet
houder F.J. Stols na de splitsing in de
PvdA hielp om zelfstandig verder te
gaan. Op oudere leeftijd kreeg hij weer
O.J.W. DIRKSLAND
Ontspanning, spanning en inspanning
is het a.s. zaterdagavond in „Onder de
Wiek".
Ons O.J.W.-team organiseert een geva
rieerde avond met stukjes en het spel
Hints.
Een goed hint: op naar de Wiek, waar
het om 20.00 uur begint.
Het O.J. W. team
01870
4844
veel en snelle verkopen!
bestuurlijk werk bij de bejaardensoos,
waar hij tien jaar sekretaris-penning-
meester was. Mevrouw Van Driel doet
nog steeds mee aan de aktiviteiten van
de soos, evenals aan de bejaardengym.
VERVOLGVERHAAL
- 50 -
Niet uitgegeven manuscript,
beschikbaar gesteld door
M. A. Knape
„Het is gemakkelijk om te zeggen: ik heb
gezondigd, als de zonde wrange vruch
ten begint te geven!"
Maar Willem schudt pertinent zijn
hoofd. Dat is het bij hem niet. „Ik hawe
er al zoa lange over loape tobbe, dome
nee". Hij probeert het uit te leggen: „En
ielke keer kwam d'r wat tussen"....
Het is tragisch om naar deze mens te luisteren.
Dominee krijgt wel een diep besef van de organi
sche samenhang van alle menselijke schuld. Als
de oude moeder.... en als Willem.... en als Willem
z'n vader.... en als Willem z'n vrouw.... Ja, er is nog
veel meer: als dat eens anders geweest ware! Wil
lem gevoelt er zelf ook iets van: „'t Is eigenlijk al
niet goed gegaen toen ik bic moeder de deur uut-
gegaen binne".... Daarmee bedoelt hij zijn trouw
dag.
De dominee wil nog verder terug gaan. Het is al
begonnen jaren geleden.... toen Willem z'n eerste
geld begon te verdienen.... nog vroeger: toen de
oude vrouw het kind voor zich alleen behield....
De burgemeester heeft hem goed ingelicht, en hij
heeft het verhaal beter begrepen dan de Burge
meester.... Als dat alles niet gebeurd was.... Als....
als,En ik heb je misschien ook wel wat te lang
aan je zelf over gelaten, Willem.... Ja, als ik het niet
zo druk had gehad.... En je leek zo flink"..,.
Willem z'n lippen trillen als hij zegt: „Jae, ik
leeken zoa flienk.... Dat is net m'n ongelok
geweest. Ik hawe boven m'n stand geleefd! En 't
was flienkigheid van m'n eige.... aolles in eige
kracht".
Dan is er stilte. Het is soms goed om zwijgend
nevens elkander te zitten. Nu komt er bezinning
op de toekomst. Willem is de eerste, die zich
bezonnen heeft. Hij klaagt vertwijfeld: „D'r is
geen rippereeren meer an, domenee.... ik zalle m'n
straf uut motte zitte.... En wat mot er noe van Betje
worre?!.... en van het kindje?'....
Rustiger vervolgt hij: „D'r mot een kindje
komme.... Weet je 't?"
De dominee knikt, dat hij het weet.
En Willem vraagt: „Hoeve! dienk je, dat er toe
staet, domenee?"
Dat is een aangrijpende vraag. Willem heeft zich
gewillig geschikt om de strafte ondergaan, die hij
verdiend heeft. Hij doet het in het vrome besef,
dat het gewillig boeten van de schuld hem zijn
vrede met God terug kan geven. „Hoevel dienk je,
dat er toe staet, domenee?" Dominee beluistert
daarin de bede: „met mate, Heere!" „Ik weet het
niet, jongen".
Dominee verzint met rimpels tussen zijn ogen om
zich te binnen te brengen wat hij van deze zaken
weet. Het is weinig, een theoloog is geen jurist. Hij
ziet de zonde, en die is groot. En de Hemelse
Rechter is genadig. „Willem, de aardse rechter zal
je een straf opleggen. Dat is.... dat is...." Het is in
zijn gedachten hoe noodzakelijk het is, dat het
kwaad gestraft wordt voor de instandhouding van
de maatschappij. En dat het recht Gods door
mensen op de aarde wordt besteld. Hij schudt zijn
hoofd om zichzelf te waarschuwen, dat hij niet
moet toegeven aan zijn neiging tot catechiseren.
De theorie is ook armoedig als het er om gaat een
gevangene te trooste. „God is goed, jongen.... Ver
trouw op Hem. Hij heeft nog nooit een smekeling
teleurgesteld. Hij zal ook voor je vrouw zorgen, en
voor je kind".
„Jae, domenee".
„En denk er aan, dat de rechtvaardige alle dingen
mede werken ten goede. Ben je zo'n rechtvaar
dige, Willem, als waarvan de Apostel spreekt?"
Het antwoord verrast dominee, omdat hij zulk
een scherpe formulering niet verwachtte: „Jae,
dominee, dat bin ik, al klienkt het gek, nae aol de
onrechtvaerdigheid die ik gedaen ha, en waer ik
noe voor hier zit. Mar dat is rechtvaerdigheid, die
ik niet zelf verdiend hawe. Hoe hei je dat oak weer
op de vraogeschool uutgeleid, domenee?"
Zo krijgt dominee toch nog gelegenheid om cate
chetisch onderwijs te geven. De tijd verstrijkt en
ze bemerken het niet. De onhandige nachtwaker
brengt koffie als dominee aan het bidden is. Hij
fluistert zachtjes: „Neem m'n niet kwaelijk". Hij
zet de twee kommen op de vloer. Bij gebrek aan
iets om o pte zitten zinkt hij op zijn knieën. Zo
bidden ze met hun drieën.
Als de dominee „amen" zegt klaagt de nachtwa
ker: „Wat zou ik graeg tegen je zegge: loap mar
weg, Wullem. Mar dat durf ik niet".
En Willem: „Dat zou ik niet doeë oak".
De gedachten van de predikant gaan terug naar
verre tijden en wonderlijke bevrijdingen: „Maar
als er nu eens iemand kwam, die tot je zei: U is
genade geschiedt".... Het lijkt hem plotseling zo
mooi: zo'n arme gevangene bevrijdt te zien uit
zijn nauwe cel.... naar de vrijheid; naar buiten,
waar de zon schijnt en de vogels zingen, de men
sen arbeiden....
Willem z'n moeder heeft eens gezegd: een rare
dominee. De vraag is misschien alleen onhandig,
spontaan geuit als gevolg van een onhoudbaar
verlangen.
Willem kreunt: „O, dominee, je maekt m'n blieë
voor niks!.... Zou dat kenne, dienk je?"
De dominee krijgt er een kleur van. Het is hem
niet kwalijk te nemen, dat het hem even in verwar
ring brengt. Hij werkt het idee nader uit: „Ik moest
er voor een ogenblik aan denken, Willem, met
welk een machtig God wij te doen hebben. Die
Zijn engelen uitzond om Z'n dienstknechten te
verlossen uit ketenen en gevangenis!" Zijn han
den gebaren in het rond,l de sombere kerkermu
ren zijn om hem heen. Zijn stem daalt als hij zegt:
„En ons heeft hij verlost van de ketenen der
zonde.... Zijn macht is nog onverkort"....
Willem knikt blijmoedig: „Jae, domenee",...
VIJFTIENDE HOOFDSTUK
Twee vrouwen tegenover elkander. De oude
vrouw verweert zich: „Hier is het busje,
daer de centen in gezete hawe!" Ze zet het
busje op de tafel onder de lamp, de verpleegster
lacht onder haar witte kap alsof er een grappige
gebeurtenis is. De oude vrouw hijgt naar adem
met wijdopen mond, voorover gebogen met de
handen op haar buik. Het komt van het harde
lopen, dat ze gedaan heeft, en van de agitatie. Ze
heeft het verhaal van de buurvrouw gehoord.
„Weet je 't al buurvrouw, van Wullem".... Ze wist
van niets en dat was een buitenkansje voor „die
van hierneffen". Men komt niet elke dag in de
gelegenheid om een oude kat te martelen zonder
dat de lust tot plagen in het oog valt. De oude
vrouw heeft de pijn dapper verdragen.
(wordt vervolgd)
'A L I S T
Oostdijk 61, Sommelsdijk
uw PERSOONLIJKE ADVISEUR VOOR 'N GEZONDE NACHTRUST.
triëiitHtfftl
b.v.
}^l(.^.if.l^^.^.^.^.4.^.4.l^l^^.^.^.l^^.l^4.^.^.^.)^^.l^.^.^.^.^.l^l^l^^.4.^.^■l^l^^.^^^■l^^■^.^.^■^.^.4^.^.^.^.l^l^^.^.^.^^