EiüvnDEn-niEuws
iNoespnei(M€t....
I
I
Overdenking
uit de
Heilige Schrift
Stelle opent 1987
met tweede plaats
dhr. Bram Fase
te Oude Tonge
fiWiiïinrWfy;
Kruisvereniging
Goeree-Overflal(l(ee
Kruisverenigingen
voeren avondzorg in
Vereniging Borstvoeding
Natuurlijk
IS
DE ZEE
ONS LAND
No. 5568
drukkerij kranse bv
Als een gespeend kind...
HUIS VERKOPEN?
makelaar tamboer bellen
voor deskundige bemiddeling
CZ] 01870-3477 m
DD W
VERVOLGVERHAAL
G.F.CalleRbacliB.V.—Nijkerk
2e Blad
VRIJDAG 30 JANUARI 1987
Luctor et Emergo: ik worstel en kom boven. Deze
Zeeuwse wapenspreuk is Bram Fase op het lijf ge
schreven. Niet alleen de stormramp van 1 februari 1953,
a.s. zondag alweer 34 jaar geleden!, is hij te boven
gekomen; ook in andere perioden van zijn leven heeft hij
de dood vlak langs zich heen zien gaan. Bij het verzet
tijdens de Tweede Wereldoorlog is hij nauw betrokken
geweest. Hij zegt: ,,hoe vaak heb ik niet gedacht: nu ben ik
aan de beurt".
Dhr Fase is twaalf jaar geleden met het schrijven vanzijn
Grijsoordse Schetsen begonnen, die regelmatig in E.N.
gepubliceerd worden. A l bladerend in zijn albums, waar
in hij zijn stukjes verzameld heeft, lees ik over de
stormramp het volgende: Toe vaoder", zei-en, ,,bid weer
es". 't Helpt toch nie", zei zijn vader, 't wordt steeds
erger dat hoor je toch wel?" Ontzet zag de jongen naar
zijn vader in z'n natte kleren, in het zwakke kaarslicht.
Vaoder", zei-en, ,,Elia bad wel zeven keer eer d'r een
wolkje als een mans hand an de locht kwam?" ,,Als gij
niet wordt als een kind!", ging het door hem heen....
Zoals dhr. Fase vertelt zo schrijft hij: zeer levendig en
boeiend. Zijn Grijsoordse Schetsen berusten alle op
waarheid;heel af en toe komt er enige fantasie bij", geeft
hij toe, ,,maar ze zijn allemaal uit het leven gegrepen
Ik mag de albums mee naar huis nemen om de stukjes op
mijn gemak te lezen. Sommige zitten vol humor, waarbij
een groot gevoel voor heeft; andere zijn zeer bewogen en
doorleefd geschreven, zoals b.v. het volgende citaat uit:
,,De Tranen der Verdrukten"(oorlogstijd):We zullen
samen blijven, samen lijden. We zullen nu eerst bidden
en psalmen zingen. De vrouwen knielden, ook de mannen.
Franke zei: Ik zag de tranen der verdrukten die geen
helper hadden; en aan de zijde van hun onderdmkkers
was macht; zij daarentegen hadden geen vertrooster".
Zo klinkt steeds weer aan het einde van zijn ernstig
geschreven stukjes de overwinning door. Luctor et Emergo!
Bram Fase is zijn leven lang boergeweest en hoewel hij de
zeventig al gepasseerd is helpt hij nog volop mee op en
rond de boerderij. Hij leeft heel dicht bij de natuur. In de
keuken hangt een prachtige poster van zijn paard, dat die
catastrofale rampdag ook het leven liet. Hij zegt:Wat
was het een vechtlustig dier. Het heeft urenlang voor zijn
leven gevochten tot het tenslotte de strijd tegen het water
moest opgeven". Fase vertelt nog altijd zeer bewogen over
hetgeen erin die rampdagen gebeurd is. Ik vraag hem hoe
hij nu terug kijkt op die jaren na de ramp. Hij zegt:van
alle beloften, die ik God gedaan heb, is niets terecht
gekomen. Want dan denk je: als we gered worden dan zal
I
I
voorstraat 13
3245 t>g sommelsdijk
tel. 01870-2275
ik voortaan dit en dat gaan doen;jefaalt iedere keer weer
maar daar zijn we mensen voor".
Inmiddels heeft mevr Fase zich bij ons gevoegd. Bij de
snorrende kachel praten we op deze wintermiddag over
de dingen van het leven. Ieder mens heeft zijn eigen
verhaal; ook wat betreft de ramp van 1953.
Het uitzicht vanuit de kamer op het weidse polder-
landschap is stil en vredig. In de verte staat een rij
populieren Jler rechtop als vormen ze een scherm tegen
water en wind. Daarachter weten wet het Grevelingen-
meer: eens een open zee-arm, die de golven hoog en
woedend deden slaan en verwoesting en ellende met zich
meebracht. We schrijven nu anno 1987; het leven gaat
verder. Dat schrijft ook dhr. Fase in zijn stukje: Terug
blik op de ramp: ,,En het leven ging verder \'an alle
kanten kwam hulp uit Amerika en Canada: landbouw-
werktuigen uit Friesland, vee, technische hulp uil Haar
lem met ploegen van mensen die flink uanpakien. H'ikhi-
huizen verrezen in nieuwe straten".
Op weg naar huis bedenk ik dal vanmiddag de iijd Unh
even heeft stil gestaan, eventjes maar: ik denk dal mci mij
veel mensen dit zo zullen ervaren....
I K.
,,Een liedHammaaloth van David.
O Heere! mijn hart is niet verheven,
en mijn ogen zijn niet hoog, ook
heb ik niet gewandeld in dingen
mij te groot en te wonderlijk. Zo ik
mijne ziel niet heb gezet en stil
gehouden, gelijk een gespeend kind
bij zijne moeder! Mijne ziel is als
een gespeend kind in mij. Israël
hope op de Heere van nu aan tot in
der eeuwigheid". (p^^i^ j^i)
Om de vrede die David mag genieten
nader te verklaren, gebruikt deze het beeld
van het gespeende kind. „Zo ik mijne ziel
niet heb gezet en stil gehouden, gelijk een
gespeend kind bij zijne moeder! Mijne ziel
is als een gespeend kind in mij".
De beeldspraak die de psalmist hier tot
tweemaal toe gebruikt om de gesteldheid
van zijn ziel te beschrijven, is van ont
roerende tederheid. Wat is een gespeend
kind? Dat is een kind dat ontwend is aan
de moedermelk. De berijming van psalm
131 heeft het over het ,,pas" gespeende
kind, dat zich stil bij moeder zou be
vinden. Maar dat is onjuist. Een pas
gespeend kind is helemaal niet stil en
rustig. Het schreit en krijg om wat het
begeert en niet meer krijgt. Neen, het gaat
De kruisverenigingen in het distrikt Zuid
hollandse Eilanden hebben hun diensten
uitgebreid met het verstrekken van avond-
zorg. Dit om aan toenemende vraag van
uit de bevolking te voldoen om thuis zo
lang mogelijk verpleegd of verzorgd te
worden.
Bovendien wordt het in geval van op
name in ziekenhuis of verpleeghuis door
de avondzorg voor sommige patiënten
mogelijk sneller naar huis te gaan. Voor
dit doel zijn ,,avond"-wijkverpleegkundi-
gen aangetrokken die alléén 's avonds
werken. Zij werken 2 uur per avond en hun
werktijden liggen tussen 21.00 en 23.00
uur. De wijkverpleegkundige, die overdag
werkt, regelt de avondzorg.
Bij een aanvraag voor hulp 's avonds,
bekijkt zij samen met u wat voor hulp er
nodig is en wat voor andere oplossingen er
mogelijk zijn. Uitgangspunt is altijd om de
omgeving zoveel mogelijk in te schakelen.
Avondzorg: wanneer?
Er zijn meerdere redenen om voor avond
zorg in aanmerking te komen. Eén ervan is
bijvoorbeeld als overbelasting dreigt van
familie of omgeving bij langdurige of in
tensieve verzorging van een patiënt.
Ook patiënten in het laatste stadium van
hun leven hebben vaak meer hulp nodig
dan overdag alleen.
Voor meer informatie over avondzorg
kunt u zich wenden tot de wijkverpleeg
kundige in uw woonplaats.
Wie vraagt avondzorg aan?
In de eerste plaats kunt u zelf of uw
familie avondzorg vragen aan de wijk
verpleegkundige. De aanvraag kan ook
gedaan worden door de huisarts of andere
hulpverleners.
Hoe vraagt u avondzorg aan?
Als de wijkverpleegkundige bij u thuis
komt, kunt u dit met haar bespreken.
De wijkverpleegkundige houdt dagelijks
(maandag t/m vrijdag) tussen 13.00 en
14.00 uur spreekuur in het wijkgebouw in
uw woonplaats. U kunt dan bij haar
terecht voor vragen op het gebied van
verpleging en verzorging, dus ook avond
zorg, tevens kunt u haar bellen.
Buiten het spreekuur is de wijkverpleging
via een centraal nummer te bereiken. Dit
nummer is ingesproken op het antwoord
apparaat van het wijkgebouw. De tele
foonnummers van de wijkgebouwen staan,
behalve in de telefoongids, ook wekelijks
in de regionale bladen vermeld.
hier over een kind waarbij het ontwen
ningsproces voorbij is. Het is langzamer
hand aan de moedermelk ontwend. Vroe
ger was de moedermelk hem het een en het
al. Voor wat moeder was en voor het kind
wilde zijn, had het nog geen begrip. Maar
nu begeert het niet dwingend meer om die
melk. Het is uit met het hartstochtelijke
zoeken naar wat moeder geeft. Het is
gespeend. Nu kan de liefde tot moeder
ontkiemen. Het gaat nu niet meer om de
gave maar om de geefster! Het ligt in de
schoot van moeder, heel kalm en rustig
zich koesterend in de liefde van moeder en
haar glimlach met prille lach beantwoor
dend.
Welnu zegt David, als zulk een gespeend
kind is mijn ziel in mij. Zoals zulk een kind
tevreden bij zijn moeder is, al is het
gespeend aan de moedermelk, zo mag de
ziel van David nederig en geduldig zijn.
Zonder onrustig en ontevreden begeren,
mag hij rustig en kalm bij God verkeren.
Hij heeft strijd gekend met zijn hoog
moedige natuur. Denk aan het „zich zet
ten", zich „stil houden".... „effenen".
Soms was hij daarin gelijk aan de on
rustige zuigeling die woelt en schreit bij
zijn moeder. Maar dat is nu voorbij. Hij
mag nu rusten in God. Zijn ziel is stil tot
God. Het mocht komen tot het: „maar 't is
mij goed, mijn zaligst lot, nabij te wezen bij
mijn God". Tot die hoge geestelijke stand
mocht David komen. Het gaat hem niet
meer om Gods gaven, hoe onmisbaar
ook, het gaat hem om God zelf! Alles wat
hij nodig heeft vindt hij in God en buiten
Hem heeft hij niets meer nodig. Het is als
bij Asaf: ,,Wien heb ik nevens U in de
hemel, nevens U lust mij ook niets op de
aarde".
„Israël hope op de Heere van nu aan tot in
dereeuwigheid. „Genade is altijd een
gunnende genade. De verootmoedigde
David blijft niet bij zich zelf maar gaat uit
tot anderen.
Hij denkt aan anderen omdat hij hun de
heerlijkheid van het nabij God te zijn van
harte gunt. Hij roept tot Sion Gods toe op
God te hopen tot in der eeuwigheid.
Zielerust.... welk een begeerlijk goed. Hoe
heerlijk zingt David ervan in deze psalm.
Kent ge er iets van in eigen leven? Hebt
ook gij uw ziel stil gezet en u verloochend
naar Gods wet? Onze natuur leert ons dit
niet. Alleen genade brengt ons tot die stilte
en rust. Vraag dan de Heere om die
genade. In Jezus Christus betoont Hij zijn
welbehagen aan hen die nederig naar Hem
vragen. Bidt Hem om hartvemieuwende
genade. Hij kan door zijn Geest het ver
heven hart herscheppen in een nederig
hart. Dan wordt ge ontdekt aan uw hoog
moed. Ze wordt u tot schuld. Maar in die
ontdekking aan de zonde ligt de weg open
naar de ootmoed.
Dan weet ge van zielestrijd, maar dan
zult ge ook zielerust mogen kennen, naar
het woord van de Heere Jezus Zelf:,Leer
van Mij, dat Ik zachtmoedig ben en nede
rig van hart en gij zult rust vinden voor uw
zielen".
,,Dat Isrel op de Heer' vertrouw,
Zijn hoop op Gods ontferming bouw
En stil berust' in Zijn beleid
Van nu tot in all' eeuwigheid.
B.
H.H.
Steeds meer vrouwen die in verwachting
zijn willen hun baby graag borstvoeding
gaan geven. Je zou denken dat dat de
natuurlijkste zaak van de wereld is. Toch
gebeurt het vaak dat het niet allemaal
meteen van een leien dakje gaat. Een
moeder moet meestal leren hoe ze borst
voeding moet geven. Vroeger leerde je dat
van je eigen moeder of van een buur
vrouw of vriendin. De kunst van hetzelf-
voeden werd van moeder op dochter door
gegeven. Maar die tijd is voorbij. En bij
wie kun je nu met je vragen terecht?
Een groep enthousiaste moeders richtte
in 1978 de ,,Vereniging Borstvoeding Na
tuurlijk" op. Het werk binnen de vereni
ging wordt door vrijwilligers gedaan. Op
verschillende manieren wordt voorzien in
de behoefte aan informatie over borst
voeding.
Zo zijn er b.v. in het hele land verspreid
moedergroepen. Hier komen aanstaande
en voedende moeders bij elkaar om over
borstvoeding te praten. De avonden wor
den geleid door moeders die zelf hun kin
deren gevoed hebben. Zij hebben boven
dien bij de vereniging een cursus hiervoor
gevolgd. Ook in Ouddorp bestaat een
moedergroep.
Verder is er een telefonische hulp
dienst. Als Je problemen hebt kun je het
Voor hun eerste zwemwedstrijd in het
nieuwe jaar togen de leden van Z.C. ,,de
Stelle" naar Rijswijk voor de tweede wed
strijd in de 3-kamp tussen de Biesbosch-
zwemmers uit Werkendam, den Doorn uit
Almkerk-Nieuwendijk en de Stelle uit
Stellendam. De eerste wedstrijd dateerde
van 7 juni 1986. Daarin had de Stelle een
ruime voorsprong van 59 punten op den
Doom opgebouwd. De Biesboschzwem-
mers stonden al op 75 punten van de
landelijk telefoonnummer 03435 - 76626
bellen. Het is fijn om een telefoonnummer
bij de hand te hebben als er geen moeder-
groep bij je in de buurt is.
Door het versprieden van folders pro
beert de vereniging zoveel mogelijk ge-
interesseerden, zowel moeders als wer
kers in de gezondheidszorg, bewust te
maken van de verschillende aspekten van
borstvoeding.
De vereniging geeft ook d.m.v. lezingen
informatie aan artsen, verloskundigen,
wijkverpleegkundigen, kraamverzorgsters
en natuurlijk aan ouders.
Je kunt bij de vereniging ook Icolven
huren of kopen.
Na ruim een halfjaar stilte wil ik op de
eerste donderdag in februari graag weer
opnieuw starten met de moedergroep in
Ouddorp. Er wordt op deze eerste avond
gesproken over: Waarom borstvoeding
geven. Het verschil tussen borst- en
flesvoeding en hoe kan men zich tijdens
de zwangerschap al voorbereiden op
het geven van borstvoeding.
Ook is er gelegenheid tot het uitwisse
len van ervaringen en het stellen van
allerlei vragen over borstvoeding. Alle
(aanstaande) moeders die belangstel
ling hebben om te komen op donderdag
5 februari graag even telefonisch op
geven bij Lianne Steenhof, 01878 -
2511.
Stelle. Het was dan ook logisch dat de
Stelle met een gerust hart aan deze tweede
wedstrijd begon.
De wedstrijd leek weer goed uit te pak
ken voor de Stellendammers, toen ze met
overmacht de eerste estafette wonnen.
Helaas bleken de regels voor overname
enigszins gewijzigd te zijn zonder dat de
ploegleiding van de Stelle op de hoogte
was. Dit leidde tot diskwalificatie van de
estafetteploeg. Toch lieten de Stellen
dammers het hoofd niet hangen en zwom
men zich netjes terug in de race voor de
dagoverwinning.
Spannend was dat zeker. Iedereen had
verwacht dat thuisploeg den Doom wel
wat zou laten zien. Maar uit gerekend de
Biesboschzwemmers kwamen na een
kwart van de wedstrijd samen met de
Stelle op kop in het tussenklassement.
Beide verenigingen gaven elkaar weinig
terrein prijs. Er werd zeer snel gezwom
men, hetgeen wel blijkt uit de vele per
soonlijke records aan Stellendamse zijde.
Maar ook de Biesboschzwemmers wisten
van wanten, zodat halverwege de wed
strijd het verschil nog steeds zeer klein
was. De Biesboschzwemmers stonden 1
punten voor! Den Doorn was inmiddels
op grote achterstand geraakt en mocht als
uitgeschakeld worden beschouwd.
De strijd om de eerste plaats ging on
verminderd door. Toch leek het erop dat
de Biesboschzwemmers wat meer de over
hand kregen. Met nog 4 programmanum-
mers te gaan moest de Stelle een achter
stand van 8 punten zien weg te poetsen. In
plaats van terug te komen, moest de Stelle
steeds meer terrein prijs geven. Aan het
eind van de wedstrijd haalde de Bies
boschzwemmers nog een keer ontzettend
hard uit, waardoor ze met maar liefst 24
punten verschil van de Stelle won! En dat
terwijl de Biesboschzwemmers in de eer
ste wedstrijd totaal niets in te brengen
hadden!
De uitslag van deze wedstrijd luidt
1. de Biesboschzwemmers 179 punten
2. de Stelle155 punten
3. den Doorn117 punten
Het verlies lijkt groot voor de Stelle,
maar de schade voor het klassement in de
3-kampcompetitie is beperkt gebleven ge
tuige de stand met nog één wedstrijd te
gaan:
1de Stelle347 punten.
2. de Biesboschzwemmers 296 punten
3. den Doorn250 punten
^'^^!t■*'^*'^^^*'^l^'^^4■4■i^l^'^>^'^'^'^'^4■¥¥¥'^¥'^¥¥******¥¥*¥¥■¥*¥¥¥■>^4■¥*¥■¥****¥¥***4■¥*¥■**¥**'^*
Door Fenand van den Oever
- 54 -
....We ebben ons best gedaan. We ebben als kemp'anen
soms tegenover elkaar gestaan. We zijne betere mak
kers geworden.... Arend-Michiel, de zegen en gezond
heid.... Ik eb gezegd....
De burgemeester. Pier Pmis, spreekt ook. Die kan het.
Dan moet Arend-Michiel.
Het is de eerste, waarschijnlijk ook de laatste openbare
toespraak die hij houdt.
Hij moet spreken, hij wil spreken en zijn woorden
zwellen aan tot een belijdenis.
....Hier staan we nou op het nieuwe schip. Ik aanvaard
het van de bouwer, van mijn vriend Izak Figee. Ik neem
het over. Het is goed.
Met dit schip wil ik een boodschap doen.
Het zal de VL 141 zijn. Op de VL 141 maakte mijn
grootvader Arend-Michiel van der Velden nimmer een
misse reis.
Het is waard aldus te heten....
Hij wacht even. De werfvlag wordt gestreken.
Dan gaat meteen de naamwimpel in top en valt het doek
voor de brug weg.
Men kijkt. Rood-geel-blauw, de Vlaardingse kleuren,
zwarte letters.
Men spelt.
Men leest.
....N.e.e.l.t.j.e A.l.b.e.r.ti.e.n.
Het is stil. Hij herneemt het woord. Er trilt iets in zijn
stem.
Dit schip heet naar die twee, omdat het door die twee er
kwam. Neeltje van der Velden, moeder, had je dit
mogen beleven. Hij wachtte even.
Albertien Stmis, vrouw....
Toen was hij weer zichzelf.
Hij wees naar Willem.
Dit schip is straks voor hem, omdat hij naar ik hoop het
bedrijf eens zal overnemen en voortzetten.
Het schip is duur, groot, sterk een waardig huis voor
de visserman. Ik haat de arme visser. Met dit schip
moet brood te verdienen zijn. Ik geloof het. Met dit
schip is tweeënvijftig weken per jaar te varen en te
vissen.
Met Gods zegen moet het brood geven, brood uit het
water.
Laten we nooit twijfelen aan de zee, aan de visserij.
Er komen hier steeds meer fabrieken. Er is mimte voor.
De plaats ligt aan een gouden rivier. Laten we niet
mokken, niet tegen willen houden wat komen moet. De
tijd is niet tegen te houden, de tijd bijhouden is al zo'n
kunst.
Onze plaats wordt groter het wordt een stad in de rij
van steden. Maar de Visserij gaf haar Naam, gaf haar
Klank, gaf haar Kleur.
Waar werd de eerste Nederlandse zeillogger gebouwd?
Hier, in achttien zesenzestig!
Waar werd de eerste stalen sloep gebouwd?
Hier, in achttien eenennegentig!
Waar werd de eerste stoomlogger gebouwd?
Hier, in achttien zevenennegentig!
Waar liepen op één middag zes loggers van stapel?
Hier, in achttien zeventig.
Voor de visserij was hier plaats, is hier plaats, moet hier
altijd plaats zijn.
Want: de zee zal er blijven. De Almachtige verordi-
neerde, dat ze als deel van Zijn schepping op haar wijze
zou worden bebouwd. De zee is ons land. Het is Gods
enige akker, die we niet behoeven te ploegen, waarin we
niet behoeven te zaaien, waarin we niet behoeven te
wieden, het is Gods enige akker waarop we enkel
mogen oogsten. Met verstand natuurlijk.
Haring is er altijd geweest.
Haring zal er altijd blijven.
Waarom zullen wij die ook niet vangen?
Als wij het niet doen, zullen anderen het doen. Gedaan
zal het worden.
Drie kwart van deze aarde is met water bedekt. Wie
weet wat daarin al sedert de grondlegging voor slui
merende krachten zweven en zwerven. Eens zal alles
aan het licht komen.
Vlaardingen, ons land, de ganse wereld, kan de bron
nen van de zee niet missen. Wie met zijn mg naar de zee
gaat staan, staat met zijn mg naar het Leven....
Ineens zweeg hij.
Hij kon niet verder. Hij had niets op papier gezet, hij
had er wel dagen emstig over nagedacht, maar het was
zo maar wild omhoog gewoeld.
De storm was uitgeraasd.
Hij keek naar het schip, hij keek naar Willem, hij keek
naar Albertien. De drie.
Toen sprong zij naar voren. Het was voor het eerst van
haar leven, dat zij ongevraagd naar voren trad.
Ze sprak:
Beste Arend-Michiel, ik dank je.
Ik dank je namens je moeder. Ze was zo trots op je. Ze
hield zoveel vanje. Ze heeft zoveel van je verwacht. Ze
is niet teleurgesteld. Ik dank je, dat het schip naar haar
en mij mag heten.
Je hebt gelijk, Arend-Michiel, je hebt helemaal gelijk,
de zee is ons land, je hebt gelijk, de zee is zo rijk, je hebt
gelijk, de zee is onze voedster.
Hij keek haar aan. Net Wil, even vurig, even harts
tochtelijk. Ze hijgde.
Ja, je hebt gelijk. De zee is zo rijk. Maar het leven
met jou is nog veel rijker. Toen sloeg ze haar arm om
hem heen en kuste hem.
Ze kwamen hem feliciteren. D'n heernatuurlijk was
hij aan boord was de eerste die hem de hand dmkte.
De Voorzienigheid zegene je, zei hij weer.
Wijnand was de laatste. Hij bleef bescheiden achter
aan.
Arend-Michiel ging zelf naar hem toe.
Hoe vind je het, Wijn?
Wijnand keek hem aan.
Spreken kon hij nauwelijks. Schor stiet hij uit:
Wat ben jij gelukkig. Arend-baas, voor jou is de zee
wijd open, voor mijn is ze nou voor eeuwig potdicht.
Hij zei zacht, opdat niemand het zou horen:
Wijnand, beste Wijn, jij bent de knapste visserman
die ik ooit ontmoet heb. Jij hebt je naam van Kabel
jauwkoning toch met ere verworven.
Wijnand knikte. Er zat wel zoet en troost in die
woorden van Arend-baas. Maar zijn smart bleef. Hij
ging in zijn eentje aan bakboord staan staren in de verte,
over de zee, naar de horizon waar hemel en aarde
elkaar schijnen te Ontmoeten. Hij besefte, dat het wel
eens de laatste keer zou kunnen zijn, dat hij dit zag.
Voor hem was de zee immers voor eeuwig potdicht.
Met Albertien en Willem stond Arend-Michiel op het
voorschp bij het kluisgat. Ze genoten van de prachtige
vaart. Het schip sneed door de zee.
Hij keek naar Albertien, hij keek ook naar Willem.
Van de bmg af werd geroepen, dat ze nog niet eens volle
kracht draaiende mim tien knopen staande hielden en
dat het schip misschien wel vijf mijlen zou halen met het
trawlnet achter zich.
't Kon Arend-Michiel op dat ogenblik niet veel schelen.
Zijn geluk was zo groot, zó groot...
EINDE