Ds. L Quist nam bewogen afscheid
van Herv. Gem. Middelharnis
Melding van een uitgevoerde grondontsmetting
t.b.v. aardappelteelt
ans Groenendijk!
DE ZEE
IS ONS LAND
Uitslag P.V. Je Luchtbode"
NPV heeft nu 20.000 leden
Abonneert U op
Eilanden-Nieuws
Cursus Geestelijke Vorming
Bladz. 2
„EILANDEN-NIEUWS"
DINSDAG 19 AUGUSTUS 1986
De laatste dienst waarin ds. L.
Quist zondagmiddag ten afscheid
van de Herv. Gemeente van Middel
harnis voorging, is zowel voor de
scheidende predikant als voor de
gemeente een goede dienst geweest
Voor de predikant omdat hem de
gelegenheid en de vr^moedigheid
werd gegeven aan zovelen, ook van
elders, dè boodschap des heils en de
noodzaak tot bekering door te ge
ven, voor de gemeente omdat ze uit
2 Korinthe 13 13, waarop ds.
Quist zijn afscheidsprediking ba
seerde, mocht horen van de genade
van de Heere Jezus Christus, van de
liefde Gods en de gemeenschap des
Heiligen Geestes voor hen die
„amen" hebben leren zeggen op het
Middelaarswerk van de Heere Je
zus Christus en Hem van heler
harte zijn toegevallen.
Dat was gedurende de 5Vi jaar van zijn
ambtsbediening in Middelharnis-, en dat
was ook nu de intentie van ds. Quist's
prediking dat de aangeboden genade niet
maar vanzelfsprekend is en niet zomaar
kan worden toegeëigend, maar dat de
genade hen is bereid die zich als zondaar
hebben leren kennen en de Heere Jezus
nodig hebben leren krijgen.
Boven de prediking plaatste ds. het the
ma: „de zegen van God Die blijft", om die
onder te verdelen in een drietal punten:
1. de genade van Christus is onmisbaar,
2. de liefde van God is onpeilbaar; en
3. de gemeenschap des Heiligen Geestes
is onverbreekbaar.
In zijn verkondiging bezag ds. hoe de
Apostel Paulus met de zegenbede af
scheid had genomen van de gemeente van
Korinthe. Nu ds. afscheid wist te moeten
nemen van de gemeente van Middelharnis
kende ds. Quist zich allerminst de gaven
van Paulus toe, veel meer erkende hij te
zijn tekort geschoten, wél zei hij met
Paulus dat ook bij hem van buiten strijd-,
en binnenvrees was geweest. Daarom
temeer ds. dankbaarheid te mogen weten
dat ook in Middelharnis, zoals in Ko
rinthe het geval was, mensen werden ge
trokken tot Zijn wonderbaar licht en in
hun geloof werden verdiept
„Ik heb geprobeerd u telkens een rijke
Christus voor een arme zondaar te pre
diken, maar hebt u het verstaan en ge
loofd?" zo vroeg ds. de gemeente, haar
voorhoudende dat een trouwe kerkgang
daarvoor geen garantie biedt, als was ds.
voor die „sterke kant" van Middelharnis
steeds dankbaar geweest. „Hem begeren
te kennen is ook genade", zo hield ds. de
gemeente waaronder ook de jeugd voor:
„Geloven is je overgeven aan de geopen
baarde liefde en de genade die er is in het
verzoeningswerk van Christus".
Fietsenspecia list
Sommelsdijk
Tel. 01870 - 2430
SINT ANNALAND
Ongeval Eén dezer dagen reed H. J.
F. uit Sint Philipsland op de Oud-Sint-
Annalandseweg met zijn auto tegen een
boom. Politiemensen in een vlakbij rij
dende patrouillewagen zagen de lichten
van de auto van F. des nachts om half een
plotseling verdwijnen. Ze troffen de be
stuurder met een bloedneus, schaafwon
den en een snijwond in zijn scheenbeen
nog bij bewustzijn aan in zijn auto. F. die
vermoedelijk met te hoge snelheid reed en
verrast kan zijn door de mist in een daar
aanwezige mistbank, werd naar het zieken
huis „De Lievensberg" in Bergen op
Zoom vervoerd. Zijn auto was totaal ver
nield.
Sprekende over de onpeilbaarheid van
de liefde Gods bezag ds. hoezeer God die
liefde heeft getoond en bevestigd in de
Kerstnacht en op Goede Vrijdag.
„....de liefde van God is een oceaan
waarin mijn peillood nimmer grond vindt,
maar de diepte wordt gekend als we door
het geloof een levende rank van de Waar
achtige Wijnstok zijn geworden", legde
ds. de gemeente voor, haar waarschuwend
dat de mens steeds minder leert een hater
van God te zijn. Met zorg vroeg hij zich af
of het ook een aanklacht tegen de ge
meente van Middelharnis moet zijn dat zij
haar eerste liefde heeft verlaten waarin
een diepe schuld voor God zou schuilen:
„Niet verloren, maar verlaten".
In zijn derde en laatste gedachte over de
gemeenschap des Heiligen Geestes en de
onverbreekbaarheid daarvan wees ds.
erop dat die gemeenschap geschapen en
versterkt wordt door Woord en Sacra
ment. „In de prediking wordt het brood
des levens uitgedeeld, daar verzamelen
zich de hongerigen, maar is er onder u een
honger?" zo vroeg ds. de gemeente af; „of
zijn we fijnproevers geworden met weinig
eetlust?" Hij waarschuwde dat wie zich
onttrekt aan Woord en Sacrament zich
daarmee onttrekt aan de gemeenschap
met God.
Toch kon ds. wijzen op de onverbreke
lijkheid van de gemeenschap van Christus
omdat die eenheid is gefundeerd in de
Enige Waarachtige God. „Eenmaal zal
de bruid van Christus zonder vlek en
rimpel, scheuring of tweedracht voor haar
bruidegom staan rondom de grote witte
troon". Met Paulus bad ds. de hele ge
meente de zegenbede toe, ieder ook met
Paulus vermanend te onderzoeken of men
al in het geloof is. Te dringender riep ds.
daartoe op omdat de zegen van God kan
zijn als een regen dié overdrijft en zelfs kan
overgaan in vloek. Slechts voor hen zal de
zegen blijven die met heel hun hart door
het geloof in Christus zijn, die Amen
mogen zeggen op het werk van God en die
Hem en Zijn werk van heler harte zijn
toegevallen.
De oproep tot bekering had indringend
geklonken. Ds. had gewaarschuwd tegen
een geloof zonder wortel of geschiedenis
maar levensgevaarlijk noemde hij het ook
trouw ter kerke te gaan maar verder te
HERKINGEN
Uitslag wedvlucht jonge duiven uit Reims.
296 duiven. Afstand 275 km.
Ph. Logmans: 1,7,10,12,15,22,27,42,
45,57; H. Kievit: 2,5,20, 33,38,52,59;
C. Auperlee; 3,16,24, 25,26,46; A. het
Jonk: 4, 30, 44; A. J. A. Volaart: 6, 19,
21, 36, 37, 54, 56, 58; A. M. Volaart: 8,
14, 50, 51; C. Logmans: 9,18; K. Kievit:
11, 23; I. Kievit: 17, 35, 48, 53; J. den
Boer: 28,29,40,47; B. v. d. Ochtend: 31,
34, 43; M. Huizer en Zn.: 32, 39; A.
Kievit 41; C. Vreeswijk: 49, 55; A. H.
Nobel: 60.
Uitslag wedvlucht Haasdonk 16 augustus
1986. 329 oude en jonge duiven.
Afstand 61 km.
Ph. Logmans: 1,7,26,29, 37,38,43,47,
49, 51, 57,59,62,63; A. Kievit 2,58; L
Kievit 3, 8, 65, 66; J. Molenaar: 4, II,
33,39,50; C. Logmans: 5,24,31,32,34,
44, 45; A. het Jonk: 6,13, 23, 61; A. M.
Volaart: 9, 17, 21; H. Kievit 10, 20, 27,
30, 53,56; M. Huizer en Zn.: 12,14, 36;
leven alsof er geen genade zou zijn, wel
onder de zegen te hebben gezeten maar
niet nat te zijn geworden!
Toespraak
In een persoonlijk woord ten afscheid, nu
hij vertrekt naar de Herv. Gem. van
Bruchem, Kerkwijk en Delwijnen, heeft
ds. Quist zich o.a. tot burg. van Welsenis
gericht, en hem gevraagd er in het te
voeren beleid rekening mee te houden dat
een belangrijk deel van de bevolking van
Middelharnis kerkelijk meelevend is.
Voorts richtte ds. Quist zich tot o.a. de
vertegenwoordiging van Classis, Ring en
de afgevaardigden van de plaatselijke ker
ken, hen vermanend trouw te blijven aan
het Woord omdat alles wat daarmee in
strijd is geen recht van bestaan of toe
komst heeft.
Na ook het kerkbestuur, kosters, orga
nisten en meerdere anderen te hebben
bedankt en gegroet besloot ds. Quist met
een woord tot de gemeente, haar vragend
begrip te hebben voor ds. van Trigt wan
neer hij in de komende vacature erg bezet
zal zijn. „Blijf trouw aan de God van het
Woord" zo vroeg hij de gemeente over wie
hij de herderstaf thans in Gods handen
teruglegde. „Sta niet naar allerlei ver
nieuwingen, maar laat u vernieuwen door
de Heilige Geest". „Weest Gode be
volen" zo besloot ds. Quist.
Ds. van Trigt was het die een woord ten
afscheid sprak namens Classis, Ring en
Gemeente, ds. Quist dankend voor de
manier waarop hij daarin had gefunctio
neerd. Het was daarin duidelijk geweest
dat ds. Quist een dienaar van het Woord-,
en niet een dienaar van mensen wilde zijn.
„U was getrouw in de heerlijke dienst
van het Evangelie van Jezus Christus en
het was uw intense begeerte de gemeente
als een reine bruid voor Christus te wer
ven", zo zag ds. van Trigt terug op de
ambtsbediening van zijn scheidende col
lega. Spr. wist hoezeer ds. Quist ervan
overtuigd is geweest en ermee geworsteld
heeft dat zijn werk met zonde en tekort
komingen is bevlekt geweest maar dat hij
ook bemoedigd is geweest door de vol
maakte Ambtsdrager Jezus Christus Die
dat alles genadig bedekt zodat ze voor het
Heilig Aangezicht van God niet gezien
worden.
Ds. van Trigt had ook de onderlinge
goede verhouding met zijn collega op hoge
waarde geschat en hij wenste de schei
dende ds. Quist en zijn gezin toe dat Zijn
trouw en goedheid hen zal behoeden en
dat zij zullen volharden in de liefde tot
Christus en Zijn gemeente. Ook mevr.
Quist werd hartelijk dank gezegd voor
haar inbreng in de gemeente. Onder bei
der werk plaatste ds. van Trigt het „Soli
Deo Gloria", het afscheid afrondend met
de Hogepriesterlijke zegen: „De Heere
zegene U en behoede U; de Heere doe
Zijn Aangezicht over U lichten en zij U
genadig; de Heere verheffe Zijn Aan
gezicht over u en geve U vrede".
De gemeente zong daarna de fam. Quist
Ps. 121 4 toe: „De Heer' zal U steeds
gadeslaan".
MIDDELHARNIS - SOMMELSDIJK
Tafeltennis voor de jeugd
Bij voldoende animo wil de tafeltennis
vereniging ,,Des 85" ook starten voor de
jeugd. Wil je meedoen, dan kan je infor
matie krijgen bij G. Vinke, Kluut 1, Som
melsdijk. Tel. 01870-4312.
OOLTGENSPLAAT
Oud papier voor drumband
A.s. vrijdagavond 22 augustus haalt de
drumband weer oud papier op; mocht het
die avond regenen dan wordt de ophaal-
datum verzet naar maandagavond 25
augustus.
B.v.d.Ochtend:15,19,25,41,52,55;K.
Kievit 16,48; J.denBoer: 18,28,40,46;
B. Stoop: 22,60; A. Molenaar: 35,42,64;
C. Vreeswijk: 54.
Als U als teler aardappelland ontsmet tegen aardappelmoeheid met de bedoeling in aanmerking te komen voor
de ruimere vruchtwisselingsvoorschriften, dient deze ontsmetting gemeld te worden bij de Plantenziekten-
kundige Dienst (P.D.) middels daarvoor bij genoemde Dienst verkrijgbare formulieren.
Op deze formulieren wordt verzocht een schets te maken van het betreffende perceel, zodat een ander het kan
terugvinden.
Dit laatste nu is niet voldoende De grondontsmettingen dienen n.l. geregistreerd te worden op de
kadastrale (karterings)kaarten.
Hiertoe is het noodzaak dat U in plaats van een schets, een overdruk meezendt van (het gedeelte van) de
kadastrale kaart waarop het perceel voorkomt.
Als U deze overdruk niet bij Uw melding meezendt, wordt Uw grondontsmetting niet geregistreerd. Dat
betekent dat het eerstvolgende jaar dat U aardappelen teelt op het bewuste perceel, de A.LD. U kan komen
mededelen dat U in overtreding bent.
DAAROM: Haal op het gemeentehuis, bij het Kadaster of bij het Waterschap een overdruk van de
kadastrale kaart(en) van Uw gehele bedrijf. Als U éénmaal in het bezit bent van (een) dergelijke overdruk(ken)
kunt U hiervan op hét postkantoor of bij een boekhandel zelf copieën maken.
Zend zo'n copie mee met de melding nadat U het ontsmette perceel(s)-(gedeelte) daarop duidelijk hebt
aangegeven.
UTRECHT De Nederlandse Pa
tiëntenvereniging (NPV) heeft
thans 20.000 leden. Dat betekent
dat het ledenaantal van de NPV
sinds begin van dit jaar meer dan
verdubbeld is. De NPV telde in
januari rond 9500 leden.
De Patiëntenvereniging zet zich momen
teel in om deel te nemen in de huisartsen-
vestigingscommissie die thans in alle ge
meenten en/of regio's worden gevormd.
Daartoe werden de eerste maanden van
dit jaar een kleine twintig nieuwe af
delingen opgericht in diverse plaatsen.
Tot half oktober staat de oprichting van
nog eens 22 afdelingen op het programma
en in de periode tot de jaarwisseling zullen
nog diverse nieuwe afdelingen volgen,
aldus een woordvoerder van de NPV.
Als alles volgens plan verioopt zal de
NPV'eind van het jaar ruim 50 afdelingen
hebben, verspreid over het hele land, zo
wordt verwacht.
De verdere uitbouw van de NPV zal
mede met het oog op de ontwikkelingen in
de gezondheidszorg, met kracht ter hand
worden genomen.
Met dankbaarheid zien wij terug op het
afgelopen vergaderseizoèïï van de Cursus
Geestelijke Vorming. Het waren ook deze
keer leerzame avonden en de opkomst
was groot. Fijn was het ook, dat de cur
sisten uit verschillende kerkgenootschap
pen kwamen.
De Stuurgroep heeft zich beraden op de
cursus voor het seizoen 1986/1987.
De volgende sprekers hebben zich bereid
verklaard een onderwerp voor ons in te
leiden. Op D.V.
29 september 1986:
Drs. J. de Koeijer uit 's-Gravenpolder
over „Leven en werk van Martin Lloyd
Jones".
27 oktober 1986:
Dr. A. van Brummelen uit Huizen over
„Kerk door Woord en Geest vergaderd".
24 november 1986:
Drs. K. Exalto uit Benthuizen over,, Orde
des Heils".
12 januari 1987:
Drs. P. C. den Uil uit Hendrik Ido Am
bacht over Wet gelijke behandeling".
9 februari 1987:
Dhr. J. van Hoorn uit Middelharnis over
„De zegen van het gezag".
16 maart 1987:
Ds. A. Beens uit Krimpen a/d IJssel over
„Schriftuurlijk bevindelijke prediking".
Plaats: Hervormd Verenigingsgebouw
„De Hoeksteen", Ring te MiddeUiamis.
Aanvang: 19.45 uur.
SINT ANNALAND
Aardappelveiling van vrijdag 15
augustus 1986 Doré gewone 0,40 -
0,45. Doré gewone afwijkend 0,25 -
0,38. Doré drielingen 0,16 - 0,19.
Doré kriel 1,03. Lekkerlanders gewone
0,35 - 0,36. Prior gewone 0,30 -
0,43. Gloria gewone 0,44 - 0,50.
Gloria gewone afwijkend 0,32 - 0,36.
Gloria bonken 0,69 - 0,72. Gloria
drielingen 0,18 - 0,30. Gloria kriel
1,05 - 1,06. Bintjes gewone 0,48.
Aardappelprijs per kilogram. Aanvoer:
honderd en een en tachtig ton.
U kunt zich aanmelden door storting van
15,-op rekeningnummer 34.20.77.139
bij de Rabobank te Middelharnis tn.v.
Cursus Geestelijke Vorming, ta.v. Mej.
K. Mulder, Azaleastraat 19, 3245 CB
Sommelsdijk(girovandebank: 3461 24).
Wij hopen weer veel trouwe deelnemers te
zullen zien en tevens dat veel nieuwe
cursisten zich zullen aanmelden.
De bedoeling van deze avonden is om
samen na te denken over verschillende
dingen die in deze tijd op ons afkomen en
dit te bezien in het licht van Gods Woord.
De Stuurgroep,
Ds. L. Kruijmer
Ds. P. H. van Trigt
J. van Hoorn
Kati Mulder
VERVOLGVERHAAL
Door Fenand van den Oever
- P -
G.F.CallenbactiB.V.—Nijkerk
Vroeger.
Arend-Michiel gaat vijfentwintig jaar terug. Een jon
gen moet gaan slapen. Die jongen wil niet slapen. Hij is
naar bed gegaan en heeft zich voorgenomen nooit te
zullen gaan slapen, nóóit Want de wind blaast pal uit
het noorden, een logger vaart, alle tonnen vol, naar
Vlaardingen. Van die logger is die jongen zijn vader
schipper. Hoort ge het? Begrijpt ge wat het is, zoon van
een schipper te zijn? E n als die jongen naar bed moet, is
de bonbroodswinner nog niet geweest. Hij is op de
toren geklommen, heeft de rivier langs getuurd, richting
Hoek van Holland, maar nog niets gezien. En de avond
valt en die jongen moet naar bed, en hij wil niet slapen.
Hij wil, naar eeuwenoud gebruik, mee naar buiten. Met
moeder en de vrouwen der andere opvarenden, de
mannen opwachten, hen toeroepen, een hand, een zoen
geven op vaders baardige kin. En dan, met een zak
vuil goed op je schoeren en een stuk hartstikke droge
zeekaak in de mond, met vader mee naar liuis stappen.
Proeft ge iets van de heerlijkheid die daarin zit? En dan
moet die jongen naar bed en hij wil niet slapen en hij zal
niet slapen en de slaap komt toch. En waarover droomt
die jongen dan? Over een schip, een vloot vlaggen, een
beetje hemel op aarde. Voor hem dan en maar kort.
Een vrouw buigt zich over hem heen: sst, sst, kom je? Je
mag mee, de torenkijker riep: vrouw, je man komt, over
drie kwartier naar boiten....
En hij gaat met ogen bol van de slaap en een bonzend
hart door de stille verlaten straten, aan moeders hand,
stijfjes. Zachtjes suizen de gaslampen. Mooi is de lucht
met boven zijn kop duizenden sterrenlichten. En ieder
een slaapt, behalve hij dan en een handjevol.
Het Hoofd: de verrukkelijke rivier. Een schip, vuren,
rood en groen, flakkerende over het water, dan: een
hand, een zoen, een zak op zijn nek, een stuk zeekaak in
de mond: moeder, vaderEn gepast ingetogen, maar
intens blij om elkaar, stappen ze naar huis.
Arend-Michiel kende die moeder, hij kent die vader, hij
is die jongen.
Vroeger.
De hele plaats leefde toen van de visserij, de grote
loterij van de Noordzee. Met teelten als „nieten", maar
ook teelten zo rijk, dat men bang van de zegen werd.
Het bedrijf beheerste eens aller hart. In die jaren werd
een jongen kuiper of visserman, de meisjes gingen naar
de boetschuur. Nog is het bedrijf van zoveel betekenis
voor de plaats. Maar het lijkt wel alsof bij velen het hart
er anders, trager voor gaat kloppen dan eertijds.
Vroeger kon het op dit havenhoofd zo stil zijn. Nu
rumoert het overal. Wordt het dan nergens meer
helemaal sül?
Hier heeft hij verlangd naar zijn eerste reis, naar het
schipperschap. De zee werd zijn werkhuis, het schip
kreeg hij en nu biedt d'n heer hem een hele vloot.
Wat moet hij doen?
Dat had moeder moeten weten. Nou is ze nog te vroeg
gestorven. Sterft je moeder altijd te vroeg?
Vader, ach, hij zal het mooi vinden. Maar raden kan
hij niet. Vader is knap, moeder was wijs. Met verstand
kom je een eind, met wijsheid verder.
En Wil. Waarom moest hij Willems leven met het hare
betalen. Zij had kunnen raden.
En Albertien. Van alle drie houdt hij. De laatste heeft
hij het laatst begeerd. Ze zei neen. De reden dwong wel
respect af Laat me nou alleen maar verder gaan, zei ze
toen. Hij is gegaan alleen ook naar dit Hoofd.
Laat hem maar zwerven.
Hij denkt maar. Tot zijn kop op springen staat. De
muur is zo hoog waarvoor hij nu staat. Er is geen ladder
te timmeren, die hem er overheen helpt Hij wikt en
weegt maar, helemaal alleen. Als ik het doeHet is
een prachtige vloot. Meneer onderhoudt zijn schepen
goed. Je zal heus niet in de haven door de platen
heenbikken. Maar 't is allemaal oud.
En hij aan de wal, niet meer varen, nooit meer varen.
Dat kwakkelende reisje is dan zijn laatste geweest
Neen, een misse was het niet
Bergen moeilijkheden wachten hem. Baas worden over
wie eens zijn gelijken waren.
Niet doen! zegt zijn verstand. Maar de plaats kan, om
mee te komen, geen bedrijf missen.
Wel doen! zegt zijn hart.
Welt'rusten, Van Roon. Ik reken morgen op je, had d'n
heer gezegd.
Hij gaat terug. Hij ziet, met zijn ogen open, niets. Bij het
peilhuisje hoort hij een stem wat vragen. Er staat een
man, een ouwe man. Die staat hier alle avonden.
Ben jij het, Arend-Michiel?
Ja. Hij is meteen klaar wakker, zijn ogen gaan wijd
opgen. De stem verraadt meteen de vrager.
Ben jij het, Wijnand?
-Ja.
't Is Wijnand Hoogendijk, de kabeljauwkoning. Zijn
beul, zijn harde meester, zijn onzegbaar goeie vriend.
Wat heeft Wijnand hem getuchtigd op de Zorg en Vlijt
'k Mag toch wel gewoon Arend-Michiel blijven
zeggen?
Jij? Tot je dood. Wijn. Wat anders zou hem als spot
in de oren klinken.
Even is het stil. Dan vraagt hij:
Wat doe je, Wijnand?
Wat doe je. Ja, wat doe je als opgevaren vent? Op je
dood wachten.
Hij lacht vreemd.
De Vlaringse visserij gaat dood, zeggen ze. De een
na de ander gaat naar de fabriek. Ze slaan liever een kist
zeep dan een vat haring dicht.... Alleen maar vastig
heid wiUen ze tegenwoordig. Ze zeggen: waar vaar je
voor. Heb je het ooit zo zout gegeten. Hij grinnikt
grimmig. Alsof het schip een gevangenis en de zee een
schavot is. 'k Ken d'r wel om sjimpen.
Dat doet hij natuurlijk niet. Hij grinnikt maar, al is dat
eigenlijk hetzelfde.
Wijnand loopt naar de waterkant zonder wat te zeggen.
Arend-Michiel begrijpt hem wel, die wonderlijke kerel.
Het enige wat hij hoort is, dat Wijnand zwaar zijn neus
staat te snuiten bij de rivier. De zakdoek zal wel langs
zijn ogen gaan.
Waar vaar je voor? Wat een treurige vraag.
Hij denkt aan Willem de Rauzer, hij denkt aan d'n heer.
Eigenlijk zijn die twee van binnen nu eender. Hij denkt
aan Wijnand. Wijnand is anders. Wijnand kijkt voor
uit Wijnand leeft alleen omdat er leven onder water is.
Wijnand is zijn man.
Arend-Michiel gaat even langs bij Albertien en Wil
lem, 't Is knap laat geworden. De jongen staat klaar om
naar bed te gaan. wordt vervolgd
i^.^.im.if.n.im.im.im.im.it.im.^.^-'t^.im-^-'tim-'^
.^.^.^.l^^.^.4.^.4.^.^.^.^.^.^■^.^■^■^■^■>^'^'^^■^^^■4■'^^■4■^■^■^■*^■*^■*^■^■^■4■*>^*4■'^^■4■*4■>^*********'^*****'^*