Onderzoek over Nederlandse mannen en vrouwen: Met zorg en toewijding A. J. KIEVIT Abonneert U op Eilanden-Nieuws Bijeenkomst over mechanisatie (3) Goeree Overflakkee in de markt Uitvaartverzorging Tel. 01877-2666 Stoer zijn hoeft niet vrouw vooral gebonden aan huishouden Bladz. 2 „EILANDEN-NIEUWS" VRIJDAG 7 MAART 1986 Merkwaardig is het en ook opmerkelijk, zoveel weken film rondom ons heen heb ben van ons Goereeërs daar schaar ik me na zoveel jaren nu maar onder„film merisen" gemaakt. D.w.z. er zijn de ge zellige avonden in de Gouden Leeuw, je stapt zomaar eens binnen en bent in no- time in een diepgaand gesprek gewikkeld met hetzij een acteur, hetzij een camera man de belichtingsman, bijnaam „Schemerlamp", een decorbouwer, alles hoor ik tot in détails over de boot (houdt u tegoed). „Och", zegt Zus Jongkoen, „wat zou ik dien man (Rijk de Gooyer) noe toch 's graeg een hand geven, ik kenne 'n al jaeren, maer hie kent mien nie hee?" Ik zit in een grappig gesprek met Rijk en Leen Jongewaard. Wat een allerleukste vriendelijke belangstellende kleine tuin kabouter is die Leen Jongewaard! „Dieke", roept iemand, ,Jij samen met Leen Jongewaard op een plaatje!" „Vindt u dat goed?" „Natuurlijk", stralend van welwillendheid staat hij naast me, „wat leuk met zo'n grote meid!" Ik ben inder daad bijna 1.80 en ik schat hem op ongeveer 1.55. Ik draag weer die enorme hoed, ben weer notabele dame, 't maakt 't contrast nog opvallender. Twee kindertjes schuifelen binnen: Hen- kie (7) en Sophietje (5) Leeman. Doel Danny de Munk. „Daag", zegt Sophietje, „ik ben Sophietje". „O", zegt Danny: „Wou jij wel een handtekening?" „Ja", zegt Sophie, „heel graag, alsjeblieft;": pa pier -t- pen. Hij schildert met sierlijke kruUetters, nog lang niet blasé: Voor So phietje van Danny de Munck". Henkie is verlegen met de zaak, maar krijgt er ook één. Commentaar later van Sophie: „Ik voel mij van binnen een beetje verliefd". Henkie: ,,'t Is eigenlijk een gewone jon gen". „Wat had je dan gedacht? „Een andere jongen". Commentaar van mij: „Danny, wat ben jé een vreselijk aardige jongen. Met alles tégen in dit opzicht: nummertje één in de film, gouden plaat, krankzinnige belangstelling, ben je nog gewoon, die je was: Danny. Hoüje dat zo? 't Klinkt gek, maar ik wens je véél sterkte daarbij en liefs". Even later staan we te rukken aan de achterklep van Kitty Courbois auto. Die weigert open te gaan: „Technisch ben ik toch zo'n nola". Nu, je hoeft niet op elk gebied een kei te zijn, mevrouw Cour bois!" 't Is zo gezellig al deze mensen in ons midden, 't brengt iets cosmopolitisch in de atmosfeer. Iedereen ken je, iedereen groet je. De toneelkapper Ulli Ullrich, de kleed sters, de man van de produktie: Kees Groenewegen, Dick Schillemans, de art director kom je lOOx tegen. Dat wij elkaar hier elke dag vele malen groeten in „'t gehucht" Goedereede (story!!), dat vin den wij heel gewoon. Zij doen het nu ook zo hartelijk en net als ik zullen zij in de Kalverstraat in Amsterdam daar straks de grootst mogelijke moeite mee krijgen! We gaan nog even Goeree in. De blanke top der duinen, zo schitterend in de zonne gloed vooral van de avondzon ligt daar nu onttakeld, ontdaan van elke film- glorie. Maar wat was hi mooi en echt, eerst aan 't eind van de Catharinastraat, daarna op een tractor, zo eenvoudig gaat dat op de Varkensmarkt bij de Achterweg. Dat plaatje: die Achterweg! Maar nog even terug naar 't duin. Want hoe knap was dat. Je ziet een ijzeren stellage, de hoogte van 't duin, met dwars- stangen. Daarover ging een grijs plastic zeil. „Nu", dachten wij, „hoe moet dat nog ooit een duin worden?" „Daar spuiten we gewoon schuimplastic op", zeiden de décor-jongens, net als uit een slagroom bus, lichtgeel, in de kleur van duinzand". „Alleen, 't pakt pas bij 50° C boven nul". Nu, dat werd 't niet, opgewekt vroor het verder, onafgebroken. Hulp, kachels on der in het „duin". Met 't plastic erop deed het eerst nog aan een Ollie B. Bommel- decor denken. Schuimtorentjes. Maar geen nood. Zand erover en helmgras in poUetjes geplant. Niet te geloven. Het leek écht op een „echt" duin. En dan denk ik nog even aan die zes graden onder nul, die felle noordooster en dan die décor-jongens daar bovenop bezig. Die ene, die 't zo „benauwd" had. „Ik draai me wel om hoor!" riep ik. Maar nee, dan moest z'n hele overlevingspak uit' Dan ga je gewoon door, hè? Nou, hij ging nog uren door. Watzijn jullie goed, he?!! Die Achterweg dat plaatje ook weer. - Barendje (Danny) wéét nu, dat hij naar zee moet, er is geen ontkomen aan. Tenzij, bij de tonnekuiper misschien'' Bij de zeilmaker? Bij de ha- ringkakers, de nettenboeters? Al deze mannen oefenen hun „stiel" uit in de schuren aan de Achterweg. Al deze man nen ook zullen „nee" zeggen uit vrees voor wraak van de machtige reder Bos - Script - - Een paard en wagen boldert over de kinderhoofdjes van de Achterweg, met tonnen. In elke open schuurdeur zie je de tonnenkuipers bezig, de haringkakers, de nettenboeters. De schuren zwartgeteerd. Er is een levendig verkeer van vissers vrouwtjes en -kinderen, overal klinkt ge lach, gepraat, gezang, gehamer, geklop. Het ruikt naar teer, naar vis, naar touw. Door een poortje met een klink kom je bij het duin, zand ligt overal. 1910. De illusie is weer zó echt. Eén man moet er nog aan geloven, een „haringkaker" met kraak- schone voorschoot. Hij wordt in 't fileer- bedrijf van Leen Struijk even naar binnen geschoven: „Smeer hem maar onder de vis". Met gejuich wordt hij binnengehaald, intens vies komt hij er weer uit. Naar wens. Ik ben haast geneigd „dank je wel" te zeggen, die illusie, de beelden, de geuren, de droom van toen: 1910. Ook de armoe, zeker. Maar dat je je daar zó kan inleven. Of je 't meemaakt. Die beleve nis. De contrasten tussen rijk en arm worden door de beide foto's op deze pagina goed weergegeven. Deze afbeelding laat de gezellige meisjeskamer zien van Clementine, de dochter van de welvarende reder Bos. In Kniertjes huisje rook je en proefde je de armoe. Om in dit beeld uit die tijd te blijven, stap ik nu met u binnen in 't notabele huis van Reder Bos. Als „nota bele" dame heb ik daar zeker toegang. Misschien is mevrouw Bos een vriendin van mij. Stappen wij door de rijk bewerkte dubbele voordeur. In 't portaal schijnt de zon door de kleine ruitjes. Wij komen nu links in de wachtkamer, een monumentale bank noodt tot zitten en: wachten. Hier achter is het kantoor van de klerken. Hun bureaux zijn fraai, maar impotant is het bureau van Reder Bos, hierachter. Inge legd met olijfgroen leer. Een boekenkast met indrukwekkende boekwerken en fo lianten (één was gedateerd 1982, die moet u even omkeren), een beltelefoon, een „machtige", solide brandkast. Fraai. Wie tot hier doordrong, zal zeker petje draaiend diep onder de indruk geweest zijn. Mooie pendules en schilderijen zeegezichten maken het beeld com pleet. Maar kom, we gaan via de gang en de mooie trap naar boven naar de familie. In de gang hangt zo'n aardig fonteintje met reservoirtje met buikje en kraantje erbo ven, wit emaille. In Frankrijk doe ik daar elk jaar weer een knieval voor, van porce- lein, beschilderd met bloemetjes. Geen knieval hielp ooit, mijn man vindt ze te duur! We zijn nu boven, onze schoenen zinken weg in 't zachtblauwe tapijt. Wat een allervriendelijkste kamer, wat prettig om hier te mogen wonen, denk je. De ronde tafel, de rode bewerkte trijpen stoelen, de zwarte gebeeldhouwde schoorsteen met pendule. Het kristal in 't kastje ernaast. Het Meissner porcelein in de hoekkast. De sfeer, de entourage is perfect. Wat jammer, dat hier geen aardige mensen woonden. Na de slaapkamers, die je van hieruit binnentreedt, zegje „wat een lief huis". Dat is 't. De mensen waren 't allerminst. Kniertje in haar armoedje had een oneindig groter hart. Die slaapkamers! Nu ja, ik ben er weg van.'tBlauwige behang met zijdeglans, de kasten, de bedden met kanten slopen en kanten spreien, de toilettafel met zilveren borstels. De waskom, de lampetkan. De linnenkast met lakens en ondergoed van vroeger. De lampen, de schilderijtjes, de portretjes. Op de slaapkamer van Cle mentine een half afgemaakte crayonteke ning op een ezel een tabouretje ervoor 't kind moest toch wat doen!, een snoeziege pop, een tafereeltje van Rood kapje. Het avontuur met Barend van Kniertje van onze schone, beschermde en behoede Clementine laat zich licht raden. Oimiogelijk. Maar wel diep haar verdriet als hij straks verdrinkt door toedoen van haar vader. Ik neig andermaal mijn met fluwelen hoed bedekte hoofd, voor deze fraaie illusie, dit droombeeld uit 1910. Laat ik dan nu maar meteen terug in de scène stappen. Op de set. Ik ben weer figurante. Aan mijn zijnde een nieuwe echtgenoot, de heer Jozef Koppenaal. Ik wandel werkelijk als een volkomen licht zinnige vrouw door deze film, met 's nachts weer een totaal andere figuur innig aan mijn zijde. Als een vrouwelijk „wolf val ik ook steeds op echtgenoten, die aanmerkelijke jonger zijn dan ik. Maar geen nood, ik voel me 3 5 en kout opgewekt met mijn nieuwe man. Hij is erg aardig en heeft 't verschrikkelijk koud. Stijf gearmd voel ik de rillingen door hem heen gaan. Ik heb medelijden met mijn Jozef en met al die dappere kinderen in hun dunne blou- sen en schorten om ons heen. In mijn gezichtsveld Jacomijn Klein, op 't hoekje van de markt. „Heb je 't niet koud, Jacomijn?" „Och...." Wéér zes graden onder nul, wéér die felle wind. Ik vind je dapper, Jacomijn! In tegenstelling tot de vorige keer, is er geen verhaal. Toen kwamen we thuis van een nachtconcert en ontmoetten daar ver schillende mensen. Nu moeten we „lo pen", van allerlei kanten lopen plotseling ook allerlei mensen in allerlei costuums. 't Is een wat vreemde gewaarwording. „Wat doet u hier?" „Niets, ik loop." „Waarom doet u dat?" „Ja, dat weet ik eigenlijk ook niet." Latertussen de sets bij de hete koffie en weer héérlijke boter hammen, straks nog even naar de catering meisjes! praat ik hier nog even over met de heer Pool en de heer Piet de Hullu. Beiden fraai en waardig in hun notabelen- outfit. Doen wat je moét doen zonder te weten waarom, met welk doel en wat het tafereel voorstelt of inhoudt, geeft je een schoolkindergevoel. „Ja meester, nee meester." Het leidt licht tot rebellie. Enfin, we houden ons goed. Althans rede lijk, notabelen waardig, nietwaar? Het plaatje voor mij op deze koude dag was het schitterende zwarte paard, een volbloed Fries, dat swingend met een sierlijke dansende loop in de benen over de set liep, prachtig die hoeven! En dat met een wagen vol kerels achter zich. Mijnheer Aars uit Ouddorp, wat heeft u een prachtig paard en wat liet het zich gewillig door u tussen de disselbomen helpen. Trost mag u zijn! Wat een genoe gen daar naar te kijken. deugende blik in je ogen, die lach, wat leek je veel op je vader! Schitterend. „Wat", zeiden wij, „zal er gebeuren, al er nu eens brand uitbreekt. We hebben de hele kazerne bezet." En zie, op onze woorden kwamen de jongens van de Brandweer binnen rennen (opgepiept, brand in Ouddorp)', hesen zich pijlsnel in 't klaarhangende pak, hehnen op, brand weerauto naar buiten en dat was dat. D rie, vier minuten. Respect van ieder. Even gaan wij nu nog langs de catering- meisjes en wandelen dan langs het film- plan van de komende weken de „set" uit. De catering wordt zo licht als onbelang rijk gezien, van buitenaf. En om die film te doen slagen is die nu juist zo ongelofelijk belangrijk. „De liefde totde film gaat door de maag", zou men kunnen zeggen. En zo is het. Marga Post en Marieke Heideman, jullie maken er wat van! In positieve zin. De warme lunch en in die nachtfihn- week viel die 's nachts om 12 uur! met ieder dag weer iets bijzonders, iets lek kers, iets aparts ik weet 't, 't was echte heerlijk! Keuze uit twee menu's. En als 't eens heel moeizaam gaat op de set en heel lang duurt en nóg eens over moet, dan staan daar plotseling Marga en Marieke met een warm hartig hapje, of iets zoets, iets lekkers, iets opbeurends. Twee bij zondere meisjes. Het filmplan voor de komende weken. Wat is iedereen daar nieuwsgierig naar. „La fête continue", zeggen de Fransen. Het feest gaat door. 7 maart. De bruiloft van Marietje en Mees. Een geweldige happening in een boerenschuur met een rasechte trekharmonica en viool (fiddle). 20 acteurs en 30 figuranten zullen er een jolige bruiloft van brouwen. De enige notabel hier aanwezig, zal reder Bos zijn, die zijn gezicht even moet laten zien. 8 maart. Dit wordt de scène van 1 maart j.l. Op de markt. De ramp wordt aange kondigd. Met de figuranten dus van 1 maart. Tot grote schrik van alle film mensen, om 6.15 uur gewekt, lag daar een pak sneeuw. Aangezien alle scènes (ge nummerd) door elkaar worden opgeno men en later aan elkaar geplakt tot een goed geheel (om 't maar eens eenvoudig te zeggen) is zo maar ineens sneeuw een ramp. Het verstoort de continuïteit. Hoe krijg je die sneeuw uit 't beeld? In principe kun je 't wegwerken, maar 't vergt veel tijd en inspanning. Men besloot binnen te filmen die dag. Pauline ving met lieve woorden en hete koffie toch nog zo'n 15 voor niets komende figuranten op: „Ik kon ze niet meer bereiken." 12, 13, 14 maart. Opnamen in de Dia conie te Amersfoort. Men vond daar een diaconie, die aan de eisen voldeed. De moeilijke taak voor Pauline Durlacher daar 30 oude mannetjes -I- bezoeksters te vinden, die geloofwaardig hier thuisho- Een plaatje van de meubeltjes van Knier, bij wie armoe en eenvoud hand in hand gingen. De foto's zijn gemaakt door Paul E. C. v.d. Moordt. De brandweerkazerne. Pleisterplaats tussen de sets door voor alle figuranten. En dat waren er velen (zo'n 60). Wat gezellig was het daar. En alweer zo'n plaatje. Handwerkslieden, sjouwerman nen, vissers, vissersvrouwtjes, deftige da mes en heren, deftige meisjes met hoedjes op (Annelot Sombogaard), allerliefste vissersmeisjes met gehaakt mutsje, stoere kleine kordate vissersjongens met kuit broek (o.a. Léon Boone, die onverstoor baar bij de kachel een boekje zat te lezen). De costuums waren dan uit 1910, de verbroedering was hedendaags, gelukkig! 't Breiende vissersvrouwtje, allergezel- ligst keuvelend met de dame met hoed, wat een leuke tafereeltjes leverde dit op. En mensen, wat waren jullie allemaal mooi. „Mensen, wat zaege julle d'r olle- maele kelf uut, uut de grond van m'n harte!" Want wat is „mooi"? Niet een glad filmsterrengezicht. Ieder gezicht heeft iets karakteristieks. Pauline Durlacher heeft daar zo'n kijk op. Trek die man of die vrouw dat costuum aan en je accentueert het. Ze worden heel apart, op een unieke manier: mooi. Het is niet mogelijk van alle figuranten alle namen te gaan noemen, ik pik er zomaar eentje uit. Buurjongen Kees den Eerzamen, wat was je mooi in je pak met je pet met die scheve klep, die on- Wij staan dag en nacht voor u klaar. Eigen koeling voor thuis opbaren. ren. Goereese mannetjes dus, die in Amersfoort wonen. Succes, Pauline! Hierna, half maart t/m 20 maart Inte rieurscènes op het schip in Stellendam. Plus nog strandscènes. Na 20 maart: een week naar Yerseke, Havenbeelden werf. Werk aan de win kel voorlopig voor onze decorbouwers (havenhuizen Yerseke). Na 1 april moet er nog gevist worden. O.a. die beruchte storm, waarbij de logger vergaat. „Jammer van die mooie logger, waar ze nu zoveel weken aan gebouwd hebben", zegt u misschien. Zei ik ook. Maar nee, 't blijft „film". De logger vergaat pas in een Engels immens zwembad en dat is dan een dummy. Da's dan 't leste en de bóót bluuft héél. Tot ieders geruststelling. Ik denk nog iets verder. Goeree weer „geweun" en „wiele weer geweun". De blinden weg van de ramen 't is doenker hoor! Geen barse cameraman meer, die roept: „Wil die meneer van dat bo venste raam weggaan?" Mijn Kees, die met griep, in zijn pyama een foto wil maken van zijn vrouw met hoed en vreem de echtgenoot, die nu zeer geschrokken terug zijn bed invlucht! Wat zullen we ze missen, deze malle situaties, deze vreemde mensen, die hier neerstreken, die ons niet vreemd meer zijn. Film is een illusie. Die is dan voorbij. Moge de illusie 't gevoel van saam horigheid, dat „iets" waar je allemaal samen aan meegewerkt hebt, dat „iets" wat toch echt bij Goeree hoort, nog héél lang blijven bestaan. Dieke Schippers-Vaarzon Morel Tot slot de kinderfiguranten: Wieneke van Veen, 3 jr, visserskindje Eduard van Dam, 4 mnd, baby van Truus Sarita Remis, 4 jr., visserskindje Koos Goekoop, 4 jr, vissersknaapje Jan Maasdam, 8 jr, vissersjongen Cindy Slappendel, 9 jr, vissersmeisje Mariska Granneman, 9 jr, vissersmeisje Patricia Vos, 11 jr, vissersmeisje Jeanette Slappendel, 10 jr, vissersmeisje Dan kom je maandag 10 maart 1986 naar „De Grutterswei" in Oude Tonge voor een presentatie van het bedrijfsleven op Goeree Overflakkee. ^aal open: 19.30 uur. Officiële opening door de Minister van Economische Zaken. Nederlandse mannen vinden een goede gezondheid en een goed liu- welijlc het allerbelangrijkste in hun leven. Een prettig inkomen of een baan met zekerheid worden minder gewaardeerd. Stoer doen is al he lemaal niet populair. De Neder landse man is geen opgefokte ver zameling spierballen, die trots is op de vermeende indruk die hij op de andere sekse maakt. Het kopen van kleding en vooral van ondergoed laat hij het liefst over aan zijn levensgezellin. De Nederlandse vrouw blijkt in de tach tiger jaren nog altijd het gewicht van het huishouden te dragen. Ook al is een groter aantal vrouwen opgenomen in het ar beidsproces. Het merendeel van de vrou wen (94 procent) doet het merendeel van het huishoudelijke werk. En hoewel aller lei handige apparaten haar daarbij helpen is de totale tijd, die aan het huishouden wordt besteed in twintig jaar niet af genomen. Van emancipatie is in de prak tijk op dit punt nog nauwelijks sprake. Deze resultaten komen uit onderzoeken, die twee Nederlandse bureaus los van elkaar hebben georganiseerd. Het zgn. „veldwerk" werd in de afgelopen twee jaar verricht. Beide bureaus (McCann- Erickson en Bureau Aselect) zijn aktief in de reclame en marketing. Ze vierden vorig jaar een jubileum. De schets van de Ne derlandse man en vrouw in de tachtiger jaren is een soort jubileumgeschenk. Nut tig ook voor de zaken want wie precies weet waarin Nederlandse mannen en vrouwen zijn geïnteresseerd kan beter zijn produkten slijten. Samen naar bed Bij het onderzoek naar de Nederlandse (huis)vrouw is gebruik gemaakt van vra gen, die ook al in 1964 werden gesteld. Dat levert aardig vergelijkingsmateriaal op. Zo blijkt de was nauwelijks nog de deur uit te gaan en is de traditionele wasdag vrijwel verdwenen. Wasjes worden verspreid over de hele week gedaan. Met behulp van moderne apparatuur. Teilen komen hier niet meer aan te pas. Huishoudelijke aktiviteiten, die in twintig jaar zeldzaam zijn ge worden: sokken stoppen, kolen scheppen. Dam- en Schaakver. „Dirksland" Dammen: M. van 't Geloof - Joh. Koppelman0-2 A. van Rossum - D. Rameys2-0 C. v.d. Kroon - B. Roetman0-2 A. Stolk - K. de Jong2-0 C. van Welie - H. Grootenboer.O - 2 W. Nieuwland - B. Troost1-1 D. Wolfert - J. van 't Geloof0-1 M. Pietersen - D. Notenboom1-0 H. Zorge - J. Notenboom1-0 Mijke Bos, 9 jr, vissersmeisje René Lokker, 7 jr, vissersjongen Hans van Huizen, 11 jr, vissersjongen Jelle Visser, 13 jr, leeriing kuiper Maurice van Tongeren, 12 jr, vissersjongen Sander v.d. Bosch, 11 jr, hulpje zeilmaker Gerard Doomhein, lOjr, hulpje zeilmaker Daan van den Broek, 6 jr, visserskind Theo van Lente, 13 jr, hulp zielmaker Jacomijn Klein, 12 jr, vissersmeisje Annelot Sombogaard, 12jr, deftig meisje Léon Boone, 10 jr, zoon v.d. scheepskok Myrthe de Kooning, 8 jr, vissersmeisje Met dank aan Pauline Durlacher voor alle zorgvuldige, met zoveel plezier ver strekte informatie. kachels reinigen en het verstellen van kleding. Wel breien vrouwen nu meer. Koken gaat tegenwoordig sneller. Maar man en vrouw besteden wel meer tijd aan het eten zelf. Hoewel het samen thuis eten wat afneemt. Misschien komt dat wel doordat de éénpansmaaltijd (macaroni, nassi) het in de tachtiger jaren steeds vaker wint van de traditionele soep-vlees- aardappelen en groente-combinatie. Het warm eten tussen de middag is ook een afnemende zaak. Mannen en vrouwen gaan wat later naar bed dan twintig jaar geleden, na elf uur. Maar wel vaker op hetzelfde tijdstip. Hoe wel nog altijd één van de drie gehuwde vrouwen eerder naar bed gaat dan de man. Later naar bed betekent in de praktijk ook later opstaan. Vooral in het weekeinde. De vrijdag is overigens de uitgaansavond geworden. Twintig jaar geleden was dat nog de zaterdag. Degelijke man De Nederlandse man komt uit het onder zoek eigenlijk tevoorschijn als een oer degelijk, om niet te zeggen conservatief type. Cosmetica zijn aan hem nog niet besteed. After-shave, deodorant en bad- schuim wil hij nog wel gebruiken (overi gens nemen vrouwen vaker een bad dan mannen) maar van andere schoonheids middeltjes wil hij niets weten. De meerderheid van de Nederlandse mannen vindt dat de vrouw thuis moet blijven wanneer de kinderen klein zijn. Een werkende vrouw en kinderen in de crèche ziet hij niet zitten. Ruim 93 pro cent van de mannen blijkt overigens van „tamelijk" tot „zeer" tevreden te zijn over het huwelijk of de relatie. Meer dan tachtig procent van de mannen beschikt over een auto. Noemt dit ver voermiddel ook oimiisbaar. Bijna alle man nen verklaren zich uitgesproken tegen stander van rijden onder invloed. Maar ook van geweldmisdrijven, verkrachting en hard drugs. Afwijzing van belasting ontduiking komt veel minder vaak voor. Orde en zekerheid gaan bij de Neder landse man duidelijk voor avontuur. En eigenlijk wil hij ook helemaal niet op vallen. Zich van een ander onderscheiden mag, mits dit maar heel subtiel gebeurt. Een opschepper is onze vaderlandse bink ook al niet. Rambo wil hij best op zijn video bekijken, maar het moet fantasie blijven. De mechanisatie is de laatste jaren wei nig onderwerp van gesprek geweest. Voor de Rationalisatie-afdeling van de Ver eniging voor Bedrijfsvoorlichting Goeree Overflakkee, die zich in het bijzonder voor de mechanisatie en de toepassing ervan interesseert, is dit aanleiding tot het be leggen van een FORUM büeenkomst. Dit forum zal bestaan uit: - enkele leden van de studieclub voor bedrijfsvraagstukken Goeree-Over- flakkee. - de specialist uitrusting akkerbouw van het C.A.T. te Barendrecht, J. Stallen. - de bedrijfsvoorlichters: A. Mooijaart en P. Lesuis. Het forum staat onder leiding van de Voorzitter van de Vereniging voor Be- drijfsvooriichting Goeree-Overflakkee: J. van Nieuwenhuyzen. Onderwerpen van behandeling: - Drainspuiten en funktioneren van drains; - Aardappelplanters en -frezen; - Aardappeloogst; - Kunstmeststrooiers; - Oogst van granen en peulvruchten; - Spuitmachines en spitwerktuigen. De bijeenkomst wordt gehouden op: dinsdag 11 maart. Aanvang 19.30 uur. Lokaliteit Verenigingsgebouw „De Schakel" te Dirksland.' Rondom Kniertje Emmalaan 4, 3247 AE Dirksland, Sc1i3k£11*

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1986 | | pagina 14