Onderzoek over Nederlandse
mannen en vrouwen:
Met zorg en toewijding
A. J. KIEVIT
Abonneert U op
Eilanden-Nieuws
Bijeenkomst over
mechanisatie
(3)
Goeree Overflakkee in de markt
Uitvaartverzorging
Tel. 01877-2666
Stoer zijn hoeft niet
vrouw vooral gebonden aan huishouden
Bladz. 2
„EILANDEN-NIEUWS"
VRIJDAG 7 MAART 1986
Merkwaardig is het en ook opmerkelijk,
zoveel weken film rondom ons heen heb
ben van ons Goereeërs daar schaar ik
me na zoveel jaren nu maar onder„film
merisen" gemaakt. D.w.z. er zijn de ge
zellige avonden in de Gouden Leeuw, je
stapt zomaar eens binnen en bent in no-
time in een diepgaand gesprek gewikkeld
met hetzij een acteur, hetzij een camera
man de belichtingsman, bijnaam
„Schemerlamp", een decorbouwer, alles
hoor ik tot in détails over de boot (houdt u
tegoed).
„Och", zegt Zus Jongkoen, „wat zou ik
dien man (Rijk de Gooyer) noe toch 's
graeg een hand geven, ik kenne 'n al
jaeren, maer hie kent mien nie hee?"
Ik zit in een grappig gesprek met Rijk en
Leen Jongewaard. Wat een allerleukste
vriendelijke belangstellende kleine tuin
kabouter is die Leen Jongewaard!
„Dieke", roept iemand, ,Jij samen met
Leen Jongewaard op een plaatje!" „Vindt
u dat goed?" „Natuurlijk", stralend van
welwillendheid staat hij naast me, „wat
leuk met zo'n grote meid!" Ik ben inder
daad bijna 1.80 en ik schat hem op
ongeveer 1.55. Ik draag weer die enorme
hoed, ben weer notabele dame, 't maakt 't
contrast nog opvallender.
Twee kindertjes schuifelen binnen: Hen-
kie (7) en Sophietje (5) Leeman. Doel
Danny de Munk. „Daag", zegt Sophietje,
„ik ben Sophietje". „O", zegt Danny:
„Wou jij wel een handtekening?" „Ja",
zegt Sophie, „heel graag, alsjeblieft;": pa
pier -t- pen. Hij schildert met sierlijke
kruUetters, nog lang niet blasé: Voor So
phietje van Danny de Munck". Henkie is
verlegen met de zaak, maar krijgt er ook
één. Commentaar later van Sophie: „Ik
voel mij van binnen een beetje verliefd".
Henkie: ,,'t Is eigenlijk een gewone jon
gen". „Wat had je dan gedacht? „Een
andere jongen". Commentaar van mij:
„Danny, wat ben jé een vreselijk aardige
jongen. Met alles tégen in dit opzicht:
nummertje één in de film, gouden plaat,
krankzinnige belangstelling, ben je nog
gewoon, die je was: Danny. Hoüje dat zo?
't Klinkt gek, maar ik wens je véél sterkte
daarbij en liefs".
Even later staan we te rukken aan de
achterklep van Kitty Courbois auto. Die
weigert open te gaan: „Technisch ben ik
toch zo'n nola". Nu, je hoeft niet op elk
gebied een kei te zijn, mevrouw Cour
bois!"
't Is zo gezellig al deze mensen in ons
midden, 't brengt iets cosmopolitisch in de
atmosfeer. Iedereen ken je, iedereen groet
je. De toneelkapper Ulli Ullrich, de kleed
sters, de man van de produktie: Kees
Groenewegen, Dick Schillemans, de art
director kom je lOOx tegen. Dat wij elkaar
hier elke dag vele malen groeten in „'t
gehucht" Goedereede (story!!), dat vin
den wij heel gewoon. Zij doen het nu ook
zo hartelijk en net als ik zullen zij in
de Kalverstraat in Amsterdam daar straks
de grootst mogelijke moeite mee krijgen!
We gaan nog even Goeree in. De blanke
top der duinen, zo schitterend in de zonne
gloed vooral van de avondzon ligt
daar nu onttakeld, ontdaan van elke film-
glorie. Maar wat was hi mooi en echt,
eerst aan 't eind van de Catharinastraat,
daarna op een tractor, zo eenvoudig
gaat dat op de Varkensmarkt bij de
Achterweg. Dat plaatje: die Achterweg!
Maar nog even terug naar 't duin. Want
hoe knap was dat. Je ziet een ijzeren
stellage, de hoogte van 't duin, met dwars-
stangen. Daarover ging een grijs plastic
zeil. „Nu", dachten wij, „hoe moet dat
nog ooit een duin worden?" „Daar spuiten
we gewoon schuimplastic op", zeiden de
décor-jongens, net als uit een slagroom
bus, lichtgeel, in de kleur van duinzand".
„Alleen, 't pakt pas bij 50° C boven nul".
Nu, dat werd 't niet, opgewekt vroor het
verder, onafgebroken. Hulp, kachels on
der in het „duin". Met 't plastic erop deed
het eerst nog aan een Ollie B. Bommel-
decor denken. Schuimtorentjes. Maar
geen nood. Zand erover en helmgras in
poUetjes geplant. Niet te geloven. Het leek
écht op een „echt" duin. En dan denk ik
nog even aan die zes graden onder nul, die
felle noordooster en dan die décor-jongens
daar bovenop bezig. Die ene, die 't zo
„benauwd" had. „Ik draai me wel om
hoor!" riep ik. Maar nee, dan moest z'n
hele overlevingspak uit' Dan ga je gewoon
door, hè? Nou, hij ging nog uren door.
Watzijn jullie goed, he?!! Die Achterweg
dat plaatje ook weer. - Barendje (Danny)
wéét nu, dat hij naar zee moet, er is geen
ontkomen aan. Tenzij, bij de tonnekuiper
misschien'' Bij de zeilmaker? Bij de ha-
ringkakers, de nettenboeters? Al deze
mannen oefenen hun „stiel" uit in de
schuren aan de Achterweg. Al deze man
nen ook zullen „nee" zeggen uit vrees
voor wraak van de machtige reder Bos
- Script -
- Een paard en wagen boldert over de
kinderhoofdjes van de Achterweg, met
tonnen. In elke open schuurdeur zie je de
tonnenkuipers bezig, de haringkakers, de
nettenboeters. De schuren zwartgeteerd.
Er is een levendig verkeer van vissers
vrouwtjes en -kinderen, overal klinkt ge
lach, gepraat, gezang, gehamer, geklop.
Het ruikt naar teer, naar vis, naar touw.
Door een poortje met een klink kom je bij
het duin, zand ligt overal. 1910. De illusie
is weer zó echt. Eén man moet er nog aan
geloven, een „haringkaker" met kraak-
schone voorschoot. Hij wordt in 't fileer-
bedrijf van Leen Struijk even naar binnen
geschoven: „Smeer hem maar onder de
vis". Met gejuich wordt hij binnengehaald,
intens vies komt hij er weer uit. Naar
wens. Ik ben haast geneigd „dank je wel"
te zeggen, die illusie, de beelden, de
geuren, de droom van toen: 1910. Ook de
armoe, zeker. Maar dat je je daar zó kan
inleven. Of je 't meemaakt. Die beleve
nis.
De contrasten tussen rijk en arm worden door de beide foto's op deze pagina
goed weergegeven. Deze afbeelding laat de gezellige meisjeskamer zien
van Clementine, de dochter van de welvarende reder Bos.
In Kniertjes huisje rook je en proefde je
de armoe. Om in dit beeld uit die tijd te
blijven, stap ik nu met u binnen in 't
notabele huis van Reder Bos. Als „nota
bele" dame heb ik daar zeker toegang.
Misschien is mevrouw Bos een vriendin
van mij. Stappen wij door de rijk bewerkte
dubbele voordeur. In 't portaal schijnt de
zon door de kleine ruitjes. Wij komen nu
links in de wachtkamer, een monumentale
bank noodt tot zitten en: wachten. Hier
achter is het kantoor van de klerken. Hun
bureaux zijn fraai, maar impotant is het
bureau van Reder Bos, hierachter. Inge
legd met olijfgroen leer. Een boekenkast
met indrukwekkende boekwerken en fo
lianten (één was gedateerd 1982, die moet
u even omkeren), een beltelefoon, een
„machtige", solide brandkast. Fraai. Wie
tot hier doordrong, zal zeker petje
draaiend diep onder de indruk geweest
zijn. Mooie pendules en schilderijen
zeegezichten maken het beeld com
pleet.
Maar kom, we gaan via de gang en de
mooie trap naar boven naar de familie. In
de gang hangt zo'n aardig fonteintje met
reservoirtje met buikje en kraantje erbo
ven, wit emaille. In Frankrijk doe ik daar
elk jaar weer een knieval voor, van porce-
lein, beschilderd met bloemetjes. Geen
knieval hielp ooit, mijn man vindt ze te
duur!
We zijn nu boven, onze schoenen zinken
weg in 't zachtblauwe tapijt. Wat een
allervriendelijkste kamer, wat prettig om
hier te mogen wonen, denk je. De ronde
tafel, de rode bewerkte trijpen stoelen, de
zwarte gebeeldhouwde schoorsteen met
pendule. Het kristal in 't kastje ernaast.
Het Meissner porcelein in de hoekkast.
De sfeer, de entourage is perfect. Wat
jammer, dat hier geen aardige mensen
woonden. Na de slaapkamers, die je van
hieruit binnentreedt, zegje „wat een lief
huis". Dat is 't. De mensen waren 't
allerminst. Kniertje in haar armoedje had
een oneindig groter hart.
Die slaapkamers! Nu ja, ik ben er weg
van.'tBlauwige behang met zijdeglans, de
kasten, de bedden met kanten slopen en
kanten spreien, de toilettafel met zilveren
borstels. De waskom, de lampetkan. De
linnenkast met lakens en ondergoed van
vroeger. De lampen, de schilderijtjes, de
portretjes. Op de slaapkamer van Cle
mentine een half afgemaakte crayonteke
ning op een ezel een tabouretje ervoor
't kind moest toch wat doen!, een
snoeziege pop, een tafereeltje van Rood
kapje. Het avontuur met Barend van
Kniertje van onze schone, beschermde en
behoede Clementine laat zich licht raden.
Oimiogelijk. Maar wel diep haar verdriet
als hij straks verdrinkt door toedoen van
haar vader.
Ik neig andermaal mijn met fluwelen
hoed bedekte hoofd, voor deze fraaie
illusie, dit droombeeld uit 1910.
Laat ik dan nu maar meteen terug in de
scène stappen. Op de set. Ik ben weer
figurante. Aan mijn zijnde een nieuwe
echtgenoot, de heer Jozef Koppenaal. Ik
wandel werkelijk als een volkomen licht
zinnige vrouw door deze film, met 's
nachts weer een totaal andere figuur innig
aan mijn zijde. Als een vrouwelijk „wolf
val ik ook steeds op echtgenoten, die
aanmerkelijke jonger zijn dan ik. Maar
geen nood, ik voel me 3 5 en kout opgewekt
met mijn nieuwe man. Hij is erg aardig en
heeft 't verschrikkelijk koud. Stijf gearmd
voel ik de rillingen door hem heen gaan. Ik
heb medelijden met mijn Jozef en met al
die dappere kinderen in hun dunne blou-
sen en schorten om ons heen. In mijn
gezichtsveld Jacomijn Klein, op 't hoekje
van de markt. „Heb je 't niet koud,
Jacomijn?" „Och...." Wéér zes graden
onder nul, wéér die felle wind. Ik vind je
dapper, Jacomijn!
In tegenstelling tot de vorige keer, is er
geen verhaal. Toen kwamen we thuis van
een nachtconcert en ontmoetten daar ver
schillende mensen. Nu moeten we „lo
pen", van allerlei kanten lopen plotseling
ook allerlei mensen in allerlei costuums.
't Is een wat vreemde gewaarwording.
„Wat doet u hier?" „Niets, ik loop."
„Waarom doet u dat?" „Ja, dat weet ik
eigenlijk ook niet." Latertussen de sets
bij de hete koffie en weer héérlijke boter
hammen, straks nog even naar de catering
meisjes! praat ik hier nog even over met
de heer Pool en de heer Piet de Hullu.
Beiden fraai en waardig in hun notabelen-
outfit. Doen wat je moét doen zonder te
weten waarom, met welk doel en wat het
tafereel voorstelt of inhoudt, geeft je een
schoolkindergevoel. „Ja meester, nee
meester." Het leidt licht tot rebellie.
Enfin, we houden ons goed. Althans rede
lijk, notabelen waardig, nietwaar?
Het plaatje voor mij op deze koude dag
was het schitterende zwarte paard, een
volbloed Fries, dat swingend met een
sierlijke dansende loop in de benen over
de set liep, prachtig die hoeven! En dat
met een wagen vol kerels achter zich.
Mijnheer Aars uit Ouddorp, wat heeft u
een prachtig paard en wat liet het zich
gewillig door u tussen de disselbomen
helpen. Trost mag u zijn! Wat een genoe
gen daar naar te kijken.
deugende blik in je ogen, die lach, wat leek
je veel op je vader! Schitterend.
„Wat", zeiden wij, „zal er gebeuren, al
er nu eens brand uitbreekt. We hebben de
hele kazerne bezet." En zie, op onze
woorden kwamen de jongens van de
Brandweer binnen rennen (opgepiept,
brand in Ouddorp)', hesen zich pijlsnel in 't
klaarhangende pak, hehnen op, brand
weerauto naar buiten en dat was dat. D rie,
vier minuten. Respect van ieder.
Even gaan wij nu nog langs de catering-
meisjes en wandelen dan langs het film-
plan van de komende weken de „set" uit.
De catering wordt zo licht als onbelang
rijk gezien, van buitenaf. En om die film te
doen slagen is die nu juist zo ongelofelijk
belangrijk. „De liefde totde film gaat door
de maag", zou men kunnen zeggen. En zo
is het. Marga Post en Marieke Heideman,
jullie maken er wat van! In positieve zin.
De warme lunch en in die nachtfihn-
week viel die 's nachts om 12 uur! met
ieder dag weer iets bijzonders, iets lek
kers, iets aparts ik weet 't, 't was echte
heerlijk! Keuze uit twee menu's. En als 't
eens heel moeizaam gaat op de set en heel
lang duurt en nóg eens over moet, dan
staan daar plotseling Marga en Marieke
met een warm hartig hapje, of iets zoets,
iets lekkers, iets opbeurends. Twee bij
zondere meisjes.
Het filmplan voor de komende weken.
Wat is iedereen daar nieuwsgierig naar.
„La fête continue", zeggen de Fransen.
Het feest gaat door. 7 maart. De bruiloft
van Marietje en Mees. Een geweldige
happening in een boerenschuur met een
rasechte trekharmonica en viool (fiddle).
20 acteurs en 30 figuranten zullen er een
jolige bruiloft van brouwen. De enige
notabel hier aanwezig, zal reder Bos zijn,
die zijn gezicht even moet laten zien.
8 maart. Dit wordt de scène van 1 maart
j.l. Op de markt. De ramp wordt aange
kondigd. Met de figuranten dus van 1
maart. Tot grote schrik van alle film
mensen, om 6.15 uur gewekt, lag daar een
pak sneeuw. Aangezien alle scènes (ge
nummerd) door elkaar worden opgeno
men en later aan elkaar geplakt tot een
goed geheel (om 't maar eens eenvoudig te
zeggen) is zo maar ineens sneeuw een
ramp. Het verstoort de continuïteit. Hoe
krijg je die sneeuw uit 't beeld? In principe
kun je 't wegwerken, maar 't vergt veel tijd
en inspanning. Men besloot binnen te
filmen die dag. Pauline ving met lieve
woorden en hete koffie toch nog zo'n 15
voor niets komende figuranten op: „Ik kon
ze niet meer bereiken."
12, 13, 14 maart. Opnamen in de Dia
conie te Amersfoort. Men vond daar een
diaconie, die aan de eisen voldeed. De
moeilijke taak voor Pauline Durlacher
daar 30 oude mannetjes -I- bezoeksters te
vinden, die geloofwaardig hier thuisho-
Een plaatje van de meubeltjes van Knier, bij wie armoe en eenvoud
hand in hand gingen. De foto's zijn gemaakt door Paul E. C. v.d. Moordt.
De brandweerkazerne. Pleisterplaats
tussen de sets door voor alle figuranten.
En dat waren er velen (zo'n 60). Wat
gezellig was het daar. En alweer zo'n
plaatje. Handwerkslieden, sjouwerman
nen, vissers, vissersvrouwtjes, deftige da
mes en heren, deftige meisjes met hoedjes
op (Annelot Sombogaard), allerliefste
vissersmeisjes met gehaakt mutsje, stoere
kleine kordate vissersjongens met kuit
broek (o.a. Léon Boone, die onverstoor
baar bij de kachel een boekje zat te lezen).
De costuums waren dan uit 1910, de
verbroedering was hedendaags, gelukkig!
't Breiende vissersvrouwtje, allergezel-
ligst keuvelend met de dame met hoed,
wat een leuke tafereeltjes leverde dit op.
En mensen, wat waren jullie allemaal
mooi. „Mensen, wat zaege julle d'r olle-
maele kelf uut, uut de grond van m'n
harte!"
Want wat is „mooi"? Niet een glad
filmsterrengezicht. Ieder gezicht heeft iets
karakteristieks. Pauline Durlacher heeft
daar zo'n kijk op. Trek die man of die
vrouw dat costuum aan en je accentueert
het. Ze worden heel apart, op een unieke
manier: mooi. Het is niet mogelijk van alle
figuranten alle namen te gaan noemen, ik
pik er zomaar eentje uit. Buurjongen Kees
den Eerzamen, wat was je mooi in je pak
met je pet met die scheve klep, die on-
Wij staan dag en nacht voor u klaar.
Eigen koeling voor thuis opbaren.
ren. Goereese mannetjes dus, die in
Amersfoort wonen. Succes, Pauline!
Hierna, half maart t/m 20 maart Inte
rieurscènes op het schip in Stellendam.
Plus nog strandscènes.
Na 20 maart: een week naar Yerseke,
Havenbeelden werf. Werk aan de win
kel voorlopig voor onze decorbouwers
(havenhuizen Yerseke).
Na 1 april moet er nog gevist worden.
O.a. die beruchte storm, waarbij de logger
vergaat. „Jammer van die mooie logger,
waar ze nu zoveel weken aan gebouwd
hebben", zegt u misschien. Zei ik ook.
Maar nee, 't blijft „film". De logger
vergaat pas in een Engels immens
zwembad en dat is dan een dummy. Da's
dan 't leste en de bóót bluuft héél. Tot
ieders geruststelling.
Ik denk nog iets verder. Goeree weer
„geweun" en „wiele weer geweun". De
blinden weg van de ramen 't is doenker
hoor! Geen barse cameraman meer,
die roept: „Wil die meneer van dat bo
venste raam weggaan?" Mijn Kees, die
met griep, in zijn pyama een foto wil
maken van zijn vrouw met hoed en vreem
de echtgenoot, die nu zeer geschrokken
terug zijn bed invlucht!
Wat zullen we ze missen, deze malle
situaties, deze vreemde mensen, die hier
neerstreken, die ons niet vreemd meer
zijn. Film is een illusie. Die is dan voorbij.
Moge de illusie 't gevoel van saam
horigheid, dat „iets" waar je allemaal
samen aan meegewerkt hebt, dat „iets"
wat toch echt bij Goeree hoort, nog héél
lang blijven bestaan.
Dieke Schippers-Vaarzon Morel
Tot slot de kinderfiguranten:
Wieneke van Veen, 3 jr, visserskindje
Eduard van Dam, 4 mnd, baby van Truus
Sarita Remis, 4 jr., visserskindje
Koos Goekoop, 4 jr, vissersknaapje
Jan Maasdam, 8 jr, vissersjongen
Cindy Slappendel, 9 jr, vissersmeisje
Mariska Granneman, 9 jr, vissersmeisje
Patricia Vos, 11 jr, vissersmeisje
Jeanette Slappendel, 10 jr, vissersmeisje
Dan kom je maandag 10 maart 1986 naar „De Grutterswei"
in Oude Tonge voor
een presentatie van het bedrijfsleven op
Goeree Overflakkee. ^aal open: 19.30 uur.
Officiële opening door de Minister van Economische Zaken.
Nederlandse mannen vinden een
goede gezondheid en een goed liu-
welijlc het allerbelangrijkste in hun
leven. Een prettig inkomen of een
baan met zekerheid worden minder
gewaardeerd. Stoer doen is al he
lemaal niet populair. De Neder
landse man is geen opgefokte ver
zameling spierballen, die trots is op
de vermeende indruk die hij op de
andere sekse maakt. Het kopen van
kleding en vooral van ondergoed
laat hij het liefst over aan zijn
levensgezellin.
De Nederlandse vrouw blijkt in de tach
tiger jaren nog altijd het gewicht van het
huishouden te dragen. Ook al is een groter
aantal vrouwen opgenomen in het ar
beidsproces. Het merendeel van de vrou
wen (94 procent) doet het merendeel van
het huishoudelijke werk. En hoewel aller
lei handige apparaten haar daarbij helpen
is de totale tijd, die aan het huishouden
wordt besteed in twintig jaar niet af
genomen. Van emancipatie is in de prak
tijk op dit punt nog nauwelijks sprake.
Deze resultaten komen uit onderzoeken,
die twee Nederlandse bureaus los van
elkaar hebben georganiseerd. Het zgn.
„veldwerk" werd in de afgelopen twee
jaar verricht. Beide bureaus (McCann-
Erickson en Bureau Aselect) zijn aktief in
de reclame en marketing. Ze vierden vorig
jaar een jubileum. De schets van de Ne
derlandse man en vrouw in de tachtiger
jaren is een soort jubileumgeschenk. Nut
tig ook voor de zaken want wie precies
weet waarin Nederlandse mannen en
vrouwen zijn geïnteresseerd kan beter zijn
produkten slijten.
Samen naar bed
Bij het onderzoek naar de Nederlandse
(huis)vrouw is gebruik gemaakt van vra
gen, die ook al in 1964 werden gesteld.
Dat levert aardig vergelijkingsmateriaal
op. Zo blijkt de was nauwelijks nog de
deur uit te gaan en is de traditionele
wasdag vrijwel verdwenen.
Wasjes worden verspreid over de hele
week gedaan. Met behulp van moderne
apparatuur. Teilen komen hier niet meer
aan te pas. Huishoudelijke aktiviteiten,
die in twintig jaar zeldzaam zijn ge
worden: sokken stoppen, kolen scheppen.
Dam- en Schaakver. „Dirksland"
Dammen:
M. van 't Geloof -
Joh. Koppelman0-2
A. van Rossum - D. Rameys2-0
C. v.d. Kroon - B. Roetman0-2
A. Stolk - K. de Jong2-0
C. van Welie - H. Grootenboer.O - 2
W. Nieuwland - B. Troost1-1
D. Wolfert - J. van 't Geloof0-1
M. Pietersen - D. Notenboom1-0
H. Zorge - J. Notenboom1-0
Mijke Bos, 9 jr, vissersmeisje
René Lokker, 7 jr, vissersjongen
Hans van Huizen, 11 jr, vissersjongen
Jelle Visser, 13 jr, leeriing kuiper
Maurice van Tongeren, 12 jr, vissersjongen
Sander v.d. Bosch, 11 jr, hulpje zeilmaker
Gerard Doomhein, lOjr, hulpje zeilmaker
Daan van den Broek, 6 jr, visserskind
Theo van Lente, 13 jr, hulp zielmaker
Jacomijn Klein, 12 jr, vissersmeisje
Annelot Sombogaard, 12jr, deftig meisje
Léon Boone, 10 jr, zoon v.d. scheepskok
Myrthe de Kooning, 8 jr, vissersmeisje
Met dank aan Pauline Durlacher voor
alle zorgvuldige, met zoveel plezier ver
strekte informatie.
kachels reinigen en het verstellen van
kleding. Wel breien vrouwen nu meer.
Koken gaat tegenwoordig sneller. Maar
man en vrouw besteden wel meer tijd aan
het eten zelf. Hoewel het samen thuis eten
wat afneemt. Misschien komt dat wel
doordat de éénpansmaaltijd (macaroni,
nassi) het in de tachtiger jaren steeds
vaker wint van de traditionele soep-vlees-
aardappelen en groente-combinatie. Het
warm eten tussen de middag is ook een
afnemende zaak.
Mannen en vrouwen gaan wat later naar
bed dan twintig jaar geleden, na elf uur.
Maar wel vaker op hetzelfde tijdstip. Hoe
wel nog altijd één van de drie gehuwde
vrouwen eerder naar bed gaat dan de man.
Later naar bed betekent in de praktijk ook
later opstaan. Vooral in het weekeinde.
De vrijdag is overigens de uitgaansavond
geworden. Twintig jaar geleden was dat
nog de zaterdag.
Degelijke man
De Nederlandse man komt uit het onder
zoek eigenlijk tevoorschijn als een oer
degelijk, om niet te zeggen conservatief
type. Cosmetica zijn aan hem nog niet
besteed. After-shave, deodorant en bad-
schuim wil hij nog wel gebruiken (overi
gens nemen vrouwen vaker een bad dan
mannen) maar van andere schoonheids
middeltjes wil hij niets weten.
De meerderheid van de Nederlandse
mannen vindt dat de vrouw thuis moet
blijven wanneer de kinderen klein zijn.
Een werkende vrouw en kinderen in de
crèche ziet hij niet zitten. Ruim 93 pro
cent van de mannen blijkt overigens van
„tamelijk" tot „zeer" tevreden te zijn over
het huwelijk of de relatie.
Meer dan tachtig procent van de mannen
beschikt over een auto. Noemt dit ver
voermiddel ook oimiisbaar. Bijna alle man
nen verklaren zich uitgesproken tegen
stander van rijden onder invloed. Maar
ook van geweldmisdrijven, verkrachting
en hard drugs. Afwijzing van belasting
ontduiking komt veel minder vaak voor.
Orde en zekerheid gaan bij de Neder
landse man duidelijk voor avontuur. En
eigenlijk wil hij ook helemaal niet op
vallen. Zich van een ander onderscheiden
mag, mits dit maar heel subtiel gebeurt.
Een opschepper is onze vaderlandse bink
ook al niet. Rambo wil hij best op zijn
video bekijken, maar het moet fantasie
blijven.
De mechanisatie is de laatste jaren wei
nig onderwerp van gesprek geweest. Voor
de Rationalisatie-afdeling van de Ver
eniging voor Bedrijfsvoorlichting Goeree
Overflakkee, die zich in het bijzonder voor
de mechanisatie en de toepassing ervan
interesseert, is dit aanleiding tot het be
leggen van een FORUM büeenkomst.
Dit forum zal bestaan uit:
- enkele leden van de studieclub voor
bedrijfsvraagstukken Goeree-Over-
flakkee.
- de specialist uitrusting akkerbouw van
het C.A.T. te Barendrecht, J. Stallen.
- de bedrijfsvoorlichters: A. Mooijaart
en P. Lesuis.
Het forum staat onder leiding van de
Voorzitter van de Vereniging voor Be-
drijfsvooriichting Goeree-Overflakkee:
J. van Nieuwenhuyzen.
Onderwerpen van behandeling:
- Drainspuiten en funktioneren
van drains;
- Aardappelplanters en -frezen;
- Aardappeloogst;
- Kunstmeststrooiers;
- Oogst van granen en peulvruchten;
- Spuitmachines en spitwerktuigen.
De bijeenkomst wordt gehouden op:
dinsdag 11 maart.
Aanvang 19.30 uur.
Lokaliteit Verenigingsgebouw
„De Schakel" te Dirksland.'
Rondom Kniertje
Emmalaan 4, 3247 AE Dirksland,
Sc1i3k£11*