Psalmen in klassieke stijl i i i i I Oudejaarsavond 1944 om nooit te vergeten PCG Islopt Stelle opnieuw Verrukking van vuurwerk EROLME Rijschool ,,De Brug" L. v.d. Doel H. v.d. Doel-Knops Nieuws van Amicitia Dirksland Bladz. 2 „EILANDEN-NIEUWS" DINSDAG 31 DECEMBER 1935 Recensie: „Looft den Heer, want Hij is goed". Jubileum-gmmmoftjonplaat van Lindenberg's Boekhandel te Rotterdam. Prijs f 26,90. Een dubbel jubileum was voor de firma Lindenberg te Rotterdam aanleiding om dit vooijaar een grammofoonplaat uit te brengen. Allereerst het heuglijke feit dat de eigen zaak 35 jaar bestond. Daarnaast het 200-jarig bestaan van het Hess-orgel in de Oude Kerk te Rotterdam-C harlois. Dit prachtige orgel bleef, ondanks enkele ingrepen, twee eeuwen in redelijk goede staat bewaard. In 1983 werd het gerestaureerd door de Utrechtse orgelmakers Van Vulpen, on der advies van Klaas Bolt, organist van de Grote of St. Bavokerk in Haarlem. Voeg daarbij nog het feit, dat dit orgel een uit stekend „gemeentezang-orgel" is, met vele begeleidingsmogelijkheden, en alle ingrediënten zijn aanwezig om ter gelegen heid van beide jubilea een plaat met gemeentezang begeleid door Klaas Bolt op de markt te brengen. Het is een bijzonder geslaagde produktie geworden. Zes bekende psalmen (87,42, 136,122,105 en de Morgenzang) en één onbekende (88) worden op deze plaat (ritmisch) gezongen. Het totaal is een kleurige afwisseling tussen beurtzang, ca nonzang, solozang én eenstemmige ge meentezang geworden. Elke psalm wordt door middel van een uitgebreid voorspel op vakkundige en op een vaak schitte rende manier ingeleid. Uitgangspunt is hierbij vooral de klas sieke" (18e eeuwse) manier van improvi seren en begeleiden. Aan dit laatste wordt overigens speciaal aandacht besteed op een apart inlegvel. De hoes toont aan de voorzijde o.m. foto's van orgel en orga nist, terwijl de achterkant volgeschreven staat met informatie over het bespeelde orgel en de bespelende organist. Verder wordt de aandacht vooral getrokken door een commentaar bij elke psalm afzonder lijk. Ook worden alle gezongen psalm teksten afgedrukt. Ook opnametechnisch is het een prima plaat. De digitale opname garandeert een uitstekende weergave. Dè grote verdien ste van deze uitgave is volgens mij dat ze weer eens bewijst welke erfenis we aan onze prachtige psalmen hebben, en welke grote mogelijkheden deze voor muzikale bewerking in zich hebben. Voor iedereen die, hetzij als lid van de zingende ge meente, hetzij als organist regelmatig in aanraking met de psalmen komt, kan ik deze plaat van harte aanbevelen. „Psalmvoorspelen in klassieke stijl" door Willem van Twillert. Uitgave van Lindenberg's Boek handel te Rotterdam. Prijs f 22,50. Ook déze uitgave houdt zich bezig met psalmen in 18e eeuwse stijl. Hier betreft het een verzameling nieuwe composities in oude stijl. Willem van Twillert stu deerde onder meer bij Klaas Bolt (stijl improvisatie), die hem tot verdere ont wikkeling van eigen improvisaties in oude stijlen inspireerde. Enkele van zijn impro visaties zijn hier dan ook papier gezet. De bundel bevat 31 pagina's met de volgende composities: - Prelude over Psalm 21 - Gefigureerde vijfstemmige introduktie tot psalm 24 (62, 95, 111). - Partita over psalm 30 (76, 139). - Trio en Quatro over psalm 72 (65). - Voorspel, variatie en koraal over psalm 96. Naar mijn mening bevat deze uitgave prima gebruiksmuziek voor organisten. Ze levert uitstekend materiaal om als inleidend orgelspel voor de dienst te be nutten. Maar ook kunnen losse bewer kingen als voorspel op een te zingen psahn worden gespeeld. Het is trouwens ook goed studiemateriaal. Zoals blijkt uit de titel van het boek zoekt Van Twillert hier aansluiting te vinden bij de improvisatie- en begeleidingskunst uit de 18e eeuw. Er is dan ook een vrij sterke relatie met de hierboven besproken gram mofoonplaat. De moeilijkheidsgraad van de bewer kingen ligt niet zo hoog, al zal wat studie vaak wel nodig zijn. De meeste stukken vragen trouwens wél twee klavieren en pedaal, waarbij de toe gevoegde (globale) registratie-aanwijzin- Het jaar 1985 is weer bijna voorbij. Voor we 1986 ingaan willen we nog even terug kijken naar het afgelopen jaar. Het gaat Amicitia goed. Dat hebben we voorname lijk te danken aan de akties die wij voeren. Maar deze akties kunnen wij niet alleen succesvol maken. Daar hebben we de hulp voor nodig van de inwoners van Dirksland, Herkingen en Melissant. En die hebben we ook gehad. In de maanden dat we langs kwamen met erw tensoep heeft u het niet af laten weten. Hiervoor onze hartelijke dank. Ook gaat onze dank uit naar de F a. D en Hertog, die de soep elke maand weer zo bereidwillig voor ons klaarmaakt. We hopen in 1986 op dezelfde voet door te gaan. De eerste keer, op 4 januari 1986 ziet u ons weer verschijnen met de bussen met erwtensoep. Laat u ons ook in 1986 niet in de steek? Verder willen we hierbij ieder een oproepen die iets in de vereniging wil gaan doen. Wilt u leren een instrument te bespelen, wilt u majorette worden (of één van uw kinderen) wilt u bij de drumband, blokfluiten, alles kan. Een instrument en een leraar staan tot uw beschikking. Heeft u nog vragen? U kunt altijd terecht bij één van onderstaande adressen. Tot ziens bij AMICITIA. Niet vergeten: Erwtensoepop 4 januari 1986 1 februari 1986 J. Lodder, voorzitter, Bosdreef 18, Dirksland J. C. Koppelman, secretaris, Fabiusstraat 20, Melissant. A. C. Tieleman, penningmeester. Zomerstraat 6, Dirksland. gen willen helpen, de goede klankkleur te vinden. De firma Lindenberg zorgde voor een fraaie vormgeving van de bundel. Conclusie: een geslaagde uitgave waar van we hopen dat er spoedig een vervolg op komt. P. K. (Ingezonden) De rust van de oudejaarsavond 1944 deed weldadig aan. Nu eens geen huilende sirenes. Geen naar de schuilkelders hollende mensen. Geen dood of ver derf zaaiende bommen. De duizenden geallieerde vliegers waren in Enge land op hun basis gebleven waar ze hun Sylvester- night, hun oudejaarsavond vierden ver van allen, die hen lief en dierbaar waren. Vele honderden van hen zijn nooit meer naar huis teruggekeerd. Ze zijn gevallen voor de vrijheid van o.a. ons volk! Vonden in zee hun graf of werden in vreemde bodem begraven. Ver van huis Het jaar 1944 neigde naar zijn end. Wat had het ons verplicht tewerkgestelden in Hitlerland gebracht? We waren van huis en haard als beesten verdreven en vertoefden in een vreemd land onder omstandig heden, welke soms ten hemel schreiend waren. In de „lagers", de verblijfplaatsen, waar de honderd duizenden landgenoten waren ondergebracht, liep helaas een aantal uit de rails. Een andere lezer van ons blad hoopt D.V. u hierover t.z.t. nader te mogen informeren aan de hand van dagboeken en schriften, welke hij uit onze lezerskring mocht ontvangen. Het is kostbaar historisch materiaal. Gastvrijheid Een klein deel van de tewerkgestelden werd die avond liefderijk in verschillende pastorieën op gevangen. Sommige mannen pleegden namelijk 's zondags ter kerke te gaan. De meesten van hen gingen weliswaar op een schoen en een slof en waren niet bepaald op z'n zondags gekleed eenvoudig omdat ze dit niet hadden kunnen meenemen. Naast de predikantsechtparen hadden ze ook kennis ge maakt met enkele gemeenteleden. Deze Duitse families stelden zelfs op oudejaarsavond huis en haard open voor onze jongens. Heimwee Iedereen had op deze avond een onbeschrijfelijk heimwee naar huis. Nu is heimwee een ziekte waarvoor geen kruid is gewassen. Menigeen had deze avond meer dan één brok in zijn keel. Het ergste was, dat er geen briefwisseling meer mogelijk was. Alle kontakten met het moederland waren ver broken. Aan beide zijden van de grens werd dan ook die avond dubbel geleden. Dan nog maar te zwijgen over de tienduizenden, die in de concentratiekampen moesten zuchten en on der erbarmelijke omstandigheden moesten verkeren. Wat een onzegbaar leed is daar geleden. Wat een onuitsprekelijk verdriet. Met geen pen te beschrijven. Witte raaf Zelf heb ik nooit zó naar huis verlangd als op die avond terwijl ik toch echt niet te klagen had wat mijn verzorging betrof, 'k Was in die tijd in zekere zin een bijzonder bevoorrecht mens. Een soort witte raaf. Was terecht gekomen op een plaats waar ik in de gelegenheid was om een aantal landgenoten, die in de buurtwerkten, iets toe te stoppen. Kreeg zelf voldoende te eten ook al vanwege het feit, dat ik ook regelmatig nachtdienst moest verrichten als assis tent-diakoon-verpleger. Kreeg dan extra eten, dat ik zorgvuldig bewaarde, uiteraard voor zover dit moge lijk was. Zo kon ik b.v. brood en fruit wegleggen. Was tussen twee haakjes met nooit geleerde taken belast. Naast het o.a. begeleiden van een stuk arbeidstherapie tb.v. geestes- en zielsziekten moest ik ook wel mensen op hun sterfbed geestelijk bijstaan. En.... daarna afleggen. Later over dit uitermate veelzijdige boeiende werk graag meer. Hele nachten in de schuillcelder Van de avondkerkdienst in de Sionskerk van Bethel herinner ik me niets meer. Heb er helaas ook mets van vastgelegd in mijn dagboeknotities. Ik was hoogstwaarschijnlijk té moe. Deze vermoeidheid om niet te zeggen oververmoeidheid was ont staan door veel te weinig slaap als gevolg van het feit, dat er geen nacht voorbijging of we zaten wel uren lang in de schuilkelder met de patiënten. Vele andere preken heb ik overigens wel vastgelegd maar deze waren van voor die tijd. Vooral die van mijn onvergetelijke geestelijke vader ds. Von Bodel- schwingh. Kippetjesvel Wat ik me nog wel heel goed herinner is het luiden van vele tientallen klokken van 23.50 - 24.00 uur hoewel er toen al zeer vele klokken waren om gesmolten voor ooriogsdoeleinden. Er zijn ge meenten geweest, die kans hadden gezien hun klok ken te laten onderduiken. Van dit luiden kreeg ik kippetjesvel. Na de kerk dienst, die zeer laat beëindigd werd, stond ik op de terugweg een poosje stil. Ik was diep ontroerd. De tranen biggelden langs mijn wangen. Boven mij fonkelden miljoenen sterren. Het was inderdaad zo, dat de hemelen Gods eer vertelden en het uitspansel het werk Zijner handen verkondigde (ps. 19). Het was bitter koud. Het vroor hard. De weg was bovendien spekglad. Boven de sterren In gedachten verzonken verkeerde ik op de zondags school. Leerde ik daar niet: „Weet gij hoeveel sterren kleven aan des hemels firmanent. Al die duizenden kent de HEERE bij hunne namen en.... geen één ontglipt Zijn oog". Dan te weten, dat het er niet duizenden zijn maar miljarden. Zong ik daar ook niet: „Boven de sterren daar waaien de palmen Hemelse geuren den lijdenden aan". Wat al leed en lijden hadden Hitler en de zijnen veroorzaakt in grote delen van Europa. Er was praktisch geen land waar hij zijn laars niet had gezet. Waar hij niet een diep spoor van bloed en tranen had achtergelaten. Onze Bewaarder sluimert niet Juist op oudejaarsavond worden velen in ons land in het bijzonder weer bepaald bij dit leed. Gelukkig dan de mens, die mag weten, dat de Heere ook hem bij name kent. Dat onze Bewaarder niet sluimert noch slaapt. Dat Hij een schaduw is aan zijn rechterhand. Dat deze mens de Heere toch mag loven en danken voor Zijn genade! Ja, alles wat adem heeft, love de Heere. Oudejaarsavond 1944 Om NOOIT te vergeten! A. In zwembad „de Bliek" te Gorinchem organi seerde thuisploeg PCG een eenmalige 3-kamp. De bezoekende verenigingen waren „Olympia" uit Geldermalsen en „de Stelle" uit Stellendam. Voor de Stelle was PCG geen onbekende, want op 12 oktober j.l. kregen de Stellendammers nog klop van de Gorkummers met 10 pnt verschil! Ze wisten dus waaraan ze begonnen. Het publiek (natuurlijk op de hand van PCG) was massaal opgekomen, zodat er een enorme sfeer heerste in het afgeladen zwembad. Geen wonder dan ook dat PCG tot hoogstaande prestaties werd opgedreven. De Stellendammers waren door dit geweld klaarblijkelijk totaal van de kaart, want ze liepen na 5 onderdelen al een achterstand van 6 pnt op! Olympia moest ook een achterstand incasseren, maar hield de schade beperkt tot 3 pnt. Ondanks verwoede pogingen liepen de Stellen dammers nauwelijks in op PCG. Halverwege de wedstrijd stonden ze nog steeds 5 pnt achter. Echter nu stonden ze inmiddels wel al op de tweede plaats, want Olympia viel enorm terug (4 pnt achter op de Stelle). Toch was het datzelfde Olympia dat later weer terugkrabbelde en de Stelle tot op 2 pnt naderde. Door het wisselend succes voor de Stelle en PCG bleef het verschil tussen beide verenigingen gelijk. Dit verschil van 5 pnt bleef tot het einde toe gehandhaafd, ondanks overwinningen van Gerrit Koese, Janet Tanis, Kees Akershoek en, zeer verrassend, Liesbeth van Splunder. Olympia kon deze tempoversnelling van PCG en de Stelle niet meer bijhouden, zodat ze hopeloos achter kwamen. De eindstand van deze sportieve en sfeervolle wedstrijd werd: 1. PCG49 punten 2. de Stelle44 punten 3. Olympia33 punten Dit was voor de Stelle de laatste zwemwedstrijd in 1985, maar in 1986 krijgen de Stellendammers op 25 januari de kans om zich op PCG te revancheren. Dan wordt nl. in zwembad „de Gooye" te Dirks land de tweede 3-kamp-wedstrijd verzwommen tussen PCG, de Linge (Leerdam) en de Stelle. Voor het zover is zullen enkele Stelleleden deelnemen aan de, door de Ouddorpse Reddingsbrigade geor ganiseerde, jaarlijkse nieuwjaarsloop op 1 januari (start om 14.00 uur vanaf de post op strand „het Flauwe Werk"). INTERNATIONAAl TRANSPOPr NIEUWE TONGE TEl: 01875-13321542 TEIEX: 21069 Een voorspoedig 1986 toegewenst. A. BRUGGEMAN Korteweegje 16 Tel. 01875 - 1330 NIEUWE TONGE wenst familie, vrienden en bekenden een gelukkig 1986 toe Familie, vrienden, clientèle en begunstigers 's Heeren onmisbaren zegen toegewenst. Nieuwe Tonge, 1 januari 1986 Tel. 01875 - 1570 I I I 1 i DOOR DE EEUWEN HEEN BELEEFDEN DE MENSEN DE HET GEHEIM VAN DE KLEUREN HET is uit ovelevering niet bekend of de Chinezen evenals de mensen uit deze tijd ook 'ooooch' riepen wanneer zij vuurwerk afstaken om de boze geesten te verdrijven. Zoals zoveel uitvindingen staat ook deze op hun naam. Lang voor men in Europa het buskruit ontdekte, wat een essentieel bestanddeel van vuurwerk is, staken zij het af bij hun religieu ze feesten. Hoewel zij zeker hebben ingezien dat de vernietigende kracht ervan van grote militaire betekenis was, hebben zij het destijds nooit voor oorlogsdoeleinden gebruikt. WIE vuurwerk zegt, denkt aan de avonden van feestdagen waarbij de nachtelijke hemel kleurrijk verlicht wordt door veelsoortige uiteenspat tende lichten. Mensen kijken omhoog en hun gezichten worden plotseling even zichtbaar onder de rode, gele, groene, gouden en zilveren kleur- guirlandes. Het publiek steekt zijn bewondering niet onder stoelen of banken. Op oudejaarsavond vindt men op het uur dat het oude jaar wordt vervangen door een nieuw, velen op straat, om hun gekochte voorraad rotjes, zevenklappers, voet zoekers, gouden- en zilveren regens en kleine vuurpijlen tot aktiviteit te brengen. Een bezigheid die lang niet onschuldig is, gezien het niet geringe aantal ongelukken dat daarbij plaats vindt. Ongelukken die wel leiden tot gedeeltelijk of geheel gezichtsverlies, naast de vele brandwonden. Vergeefs trachten de autoriteiten door middel van politieverordeningen ongelukken te voorkomen. Er zijn vele soorten vuurwerk, ver deeld in drie afdelingen. Daar is het grootvuurwerk, waarvan we de resul taten wel op koninginnedagen kunnen bewonderen, er is schertsvuurwerk, zoals konfettibommen, knalsigaren. -lucifers en -erwten, er is ook vuur werk dat voor praktische doeleinden wordt gebruikt, bijvoorbeeld bij het reddingswezen, voor signalen en ra ketten voor reddingstoestellen, bij de landbouw om de vogels te verjagen in het leger als lichtkogels enz. Overigens wordt er jaarlijks alleen al aan vuurwerk tot vermaak voor mil joenen guldens afgevuurd. Het aantal rotjes dat gebruikt wordt om de jaar wisseling te aksentueren ligt in de buurt van vijf miljoen stuks. HET maken van vuurwerk is, net zo min als het afvuren ervan, een bezig heid voor nonchalante mensen. De veiligheidsvoorschriften op dit terrein kunnen haast niet streng genoeg zijn. In ons eigen land wordt vuurwerk met zeer grote zorgvuldigheid vervaar digd, maar met geïmporteerd vuur werk uit andere landen is het vaak minder goed gesteld en zijn slechte ervaringen opgedaan. Het mengsel dat voor de verbranding wordt gebruikt, het zogenaamde sas, bestaat uit diverse zouten waaraan bindmiddelen worden toegevoegd en harsprodukten om de verbranding wat langzamer te doen verlopen. Het geheim van de prachtige kleuren berust in het toevoegen van metaal- vijlsels, waaronder ijzer en staal, zink en aluminium. Om bepaalde effecten te bereiken is de vuurwerkfabrikant vaak genoodzaakt om eerst een paar proefexemplaren te vervaardigen, om na te gaan of er geen storingen optreden en de uitschietende kleurbal- len wel op het juiste moment ont branden en of er kans is dat er proble men kunnen ontstaan. ONTWERP EEN groot vuurwerk, vaak ter waarde van duizenden guldens, moet zelfs helemaal ontworpen worden. Een in tekening gebracht ontwerp is onont beerlijk, bovendien moet het geheel in een bepaalde vorm worden gegoten, er moet een verloop zijn waarin een climax, dat is een stijgende lijn, valt te onderkennen. Er zijn bepaalde wen sen van de opdrachtgevers waar men rekening mee moet houden en men verwacht ook niet altijd hetzelfde, iets nieuws is vaak een van de wensen. In de meeste vuurwerkfabrieken zijn uiteraard ook bepaalde voorzieningen getroffen die ongelukken bedoelen te voorkomen en tegelijkertijd, wanneer er een ontploffing mocht plaatsvinden trachten te beperken. UITVINDER OP de bekende vraag wie het buskruit in Europa heeft uitgevonden, valt evenmin als bij de boekdrukkunst, een afdoend antwoord te geven. Een document uit 1326 vermeldt reeds kanonnen en kogels, waarvoor zeker buskruit nodig is geweest, maar wie het precies was weet men niet. Kandidaten zijn de Engelsman Roger Bacon, de Duitser Albertus Magnus en de Duitse monnik Berthold Schwarz, die zelfs voor zijn vermeen de uitvinding een standbeeld in zijn geboorteplaats Freeburg kreeg, waar op te lezen staat dat hij in 1354 zijn vinding wereldkundig maakte. Erg twijfelachtig, gezien het bovenver meld document en het feit dat er in 1340 al een kruitfabriek in Augsburg stond. Belangrijker is echter de in vloed die het buskruit in het toenma lige Europa had. De gehele militaire techniek werd er door veranderd en de samenleving werd er door beïn vloed. Toch duurde het tot de helft van de negentiende eeuw voordat het zwarte buskruit verdrongen werd door andere, krachtiger samenstellingen. De datum van de uitvinding wil echter nog niet zeggen dat Europa de explo sieve stoffen daarvoor niet kende. De bekende reiziger Marco Polo noemde reeds in zijn geschriften over het verre oosten de Chinezen die in staat waren tot het maken van bliksem en donder met helse middelen. Hoe betoverend vuurwerk ook mag zijn, met het maken en het afvuren ervan moeten we zeer voorzichtig zijn, waaraan het in ons land wat het afvuren op oudejaarsavond betreft nog wel eens mankeert. Zodat wij u ook met de aanstaande jaarwisseling aanraden de uiterste voorzichtigheid te betrachten en voor al te vermijden dat kinderen hun krachten op al dat moois gaan beproe ven. I i I i i I i

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1985 | | pagina 18