EIIAI1DEI1-t1IEUW5 Kohlbrugge-herder en heraut Echt „piep^'klein spul Drukkerij Kranse Sommelsdijk bestaat 50 jaar Kursus naaien Verdere bebouwing Handelsterrein in verband gebracht met bereil(baarheid recreatieterrein Eerste lustrum V.B.O.K. werkgroep Goeree Overflakkee OPPASCENTRALE No. 5431 Boekbespreking: (II) Wonderen Passief i T A*^A^^C^ Raad Oostflakkee: 4e Blad VRIJDAG 20 SEPTEMBER 1985 Dr. H. F. Kohlbrugge (1803-1875) was, wat men noemt, een irregulair theoloog. Dat betekent dat hij zich nooit heeft toegelegd op een systematische behande ling van de theologische vraagstukken, evenals Luther overigens. Kohlbrugge schreef nooit een dogmatiek of iets derge lijks. Wat we van zijn nagelaten geschrif ten bezitten, zijn preken, bijbelverkla ringen, brieven en nog enkele werkjes van geringe omvang. Wie hun inhoud kent, weet dat ze stuk voor stuk niet alleen hun bron maar ook hun bedding en uitmonding hebben in de bediening der verzoening. Ik bedoel dit: Kohlbrugge's preken en ge schriften hebben geen bespiegelend, vrij blijvend karakter, maar ze hebben alles te maken met de prediking van de Christus der Schriften en met de praktijk van het leven des geloofs. Van zijn predikaties en publikaties geldt dat ze uit grote nood zijn geboren; ze komen uit de diepte. Zo is zijn boodschap ontvangen en geboren als prediking van genade. „Hij die honger heeft geleden, weet hoe zoet het brood smaakt dat de Heere ons brengt",, zo schreef hij eens. „Wie armoede geleden heeft, die weet hoeveel rijksdaalders de Heere God in Zijn kas heefti Wie veel tranen heeft vergoten, die weet hoe de Heere kan vertroosten". Kohlbrugge's prediking had wel niet zijn oorsprong in zijn eigen ervaring daarvoor wees hij teveel op het Woord van God Zelfmaar zij was wel door zijn eigen hart gegaan. Hij had zelf als waarachtig bevonden wat hij aan de gemeente mocht doorgeven. „Is de prediker goed, dan ook zijn preek", aldus Kohlbrugge. En hij ver volgde: „Dat is een goede prediker, die voor de Heere zijn zonde en ellende met een waarachtig hart belijdt, die voor Gods Woord en gebod wegzinkt, uit de diepte van zijn verlorenheid tot de Heere schreeuwt, lust heeft in Gods Wet naar de inwendige mens, maar bij het bewustzijn hoe vleselijk hij is voor Gods goede en geestel^'ke Wet, zijn ganse hoop voor dit en het komende leven stelt op Jezus Christus". Kohlbrugge, een irregulair theoloog dus. Dat wil echter niet zeggen, dat in zijn preken en geschriften geen theologie ver scholen zit. Wel degelijk! Zelfs zodanig dat prof. Ed. Böhl, zijn schoonzoon, in later jaren een dogmatiek in de geest van Kohlbrugge schreef. Ook drs. De Reuver deed in het boekje dat nu aan de orde is, zoiets. Heel getrouw aan Kohlbrugge's intenties stelde hij aande hand van talloze citaten uit diens werken over een drietal thema' s een gelijk aantal opstellen samen. De onderwerpen noemde ik al: de kerk, het geloof en de laatste dingen. Een vluchtige aanduiding van wat het boekje biedt, tracht ik hierna te geven. Het zijn geen triomfantelijke woorden, vol van dadendrang en zelfverzekerd heid, die Kohlbrugge aan de kerk wijdt Voor hem is de kerk „de plaats waar Christus met zondaren wil samenwo nen". Maar direkt daarachter deze op merking: „Dat de zondaren zondaren zijn, verhindert de kerk niet kerk te wezen, omdat immers Christus Chris tus is". Wat de kerk is, is ze niet in zichzelf. Wie immers het leven buiten zichzelf zoekt (en doet de ware kerk anders?), bekent daarmee zelf midden in de dood te liggen. Daarom de kerk is kerk, slechts omdat en voorzover Christus in haar leeft. Zou dan de boodschap van de kerk een andere dan het Woord van Christus kun nen zijn? Het Woord der verzoening is in haar gelegd. Als Kohlbrugge over het Woord en haar „effectus" begint, weet hij van geen ophouden. Geen wonder! Van dit Woord leeft de kerk immers, en zij deelt ervan, zo voegt De Reuver toe. „Waar het Woord komt", schrijft Kohl brugge (en hij bedoelt: in z'n kracht en Geestelijke inwerking!), „maakt het alle dingen terstond geheel anders dan ze vroeger waren. Daar is op eenmaal een nieuwe schepping, een nieuw verbond, een nieuwe mens. Want daar komt Christus en Deze brengt Zijn leven mee, Zyn Geest, Zijn genade, Zijn vrede, ware vreugde, eeuwige aflaat van zon den, waarachtige verlossing van de dui vel en de dood". De Geest van het Woord is ook de Geest van geloof en genade. De Reuver: „Hij troost niet met wat we in onszelf bevinden, hebben en zijn, maar met Christus. Hoe rijker in Hem, hoe armer in onszelf'. Wat is dan het ware geloof? Wel, zegt Kohlbrugge eenvoudig: „Er wordt zonde gezien, maar de belofte wordt geloofd. Men gevoelt zijn dood en zijn zwakheden wel, maar men wordt er onder getroost met het leven en de genoegzaam heid der genade, en die doen wónderen en maken vurig, vol en sterk, zo dikwijls men geroepen wordt, hoe dood, ledig en mach teloos men op zichzelf moge zijn. Het Woord wordt er wel waar: Doe uw mond wijd open en Ik zal hem vervullen. Die waarachtig verloren is, het gaat hem om God, en hij is behouden en smaakt en ervaart en looft de zaligheid Gods, de naam van onze Heere Jezus Christus temidden zijner verlorenheid. Wie niet ziet, maar gelooft, die heeft het. Mag ik het geloven? Ik moet!, vanwege mijn anders zware ellendigheid, meer nog vanwege God Die geen ellendigen die het om Zijn lof te doen is, bedriegt". Ik weet niet hoe het u vergaat, maar blijft vooral niet één woordje haken? wonderen....".Het leven en de genade doen wonderen! Daarmee zou je Kohl brugge's prediking kunnen typeren. Niet in die zin, dat de verloste mens nu in staat is tot het doen vanwonderen", een heilig leven, goede werken, heiligmaking, en zo. Nee, de genade brengt wonderen tot stand, en dat is een wonder in de ogen van deze prediker. Of zou het geen wonder-van- Boven zijn dat doden horen de stem van God èn leven!, dat goddelozen worden gerechtvaardigd en oiüieiligen van zonde worden vrijgemaakt, in Christus?! Het wondere leven van de paradox, de schijnbare tegenstrijdigheid, geeft een continue spanning in Kohlbrugge's boodschap. „Des Heeren uitverkore nen zijn een wonderteken. Zij hebben altijd goede wind, schoon zij meest varen met tegenwind, en drijven goed tegen de stroom op. Zij kunnen niet meer wat zij willen en wel wensten. Het zij ten goede of schijnbaar ten kwade en tot hun nadeel, zij zijn hun wil kwijt. Zij gaan niet te rade met vlees en bloed, hoewel zij er aan hangen. De genadige wil van hun Koning gaat bij hen boven alles. Met dat Woord en die belofte werkt de Heilige Geest altijd blijdschap in de kinderen Gods van wege de rijke troost die zij, tégen alles, in zulk een Woord en belofte hebben". Zo is er voortdurend aanleiding tot verwondering! De Reuver wijst met nadruk en terecht op een wezenlijk aspect van het geloof, een element dat bij Kohlbrugge steeds terugkomt: de passiviteit, de lijdelijkheid. Voor velen een houding om te vlieden, voor het levende geloof een geschonken bevrijding uit het vleselijke activisme. Het is immers, om met de apostel Paulus te spreken, niet desgenen die wil noch des genen die loopt, maar des ontfermenden Gods. En let wel Kohlbrugge's ge durige oproep tot passiviteit heeft geen enkele andere achtergrond dan zijn kennis aan de activiteit van de levende God, zo geeft De Reuver terecht aan. De hulpe loze, haveloze zondaar die uitgewerkt is, wordt genezen en geworpen op God die helpt en heelt en werkt. Kohlbrugge heeft deze houding van passiviteit ook zelf door schade en schande moeten leren. Maar hij werd er fl^ttt.»» ^■t^^%^^t,^^U Kuikentjes zijn natuurlijk altijd klein maar het viertal dat vorige week bij de fam. Kruik in Middelhamis uit het ei kroop mag rustig „piep"klein heten. Op de komst van het grut was eigenlijk helemaal niet gerekend, in het kippenhok is geen haan te bekennen zodat het eigenlijk ook niet had gekund. Tóch zette een krielkip zich aan 't broeden en de fam. Kruik besloot haar maar te laten begaan. Een pauw wordt er van verdacht de noodzakelijke biologische handeling te hebben verricht want de eieren bleken bevrucht- en goed te zijn voor vier kuikentjes waarvan de kleinste zo klein was als een Zwaluw lucifersdoosje, zoals dhr. Kruik op de foto laat zien. toe gebracht. Meermalen legde hij daarvan getuigenis af. „Kracht heb ik niet om mijzelf te bekeren. Kracht vond ik niet om Gods gebod te bewaren, hoezeer ik er ook toe genegen was en mijn best deed. Kracht vond ik niet om mij tot God té wenden, geen kracht om één enkele zucht te slaken. Kracht vond ik niet om één enkele zonde, een be lachelijk kleine zonde, zwak als een spinneweb, als een verteerde draad, te verbreken. En juist toen ik zo krachte loos was, heb ik het ondervonden, dat de Heere de Sterkte Zijns volks is. Sterk ben ik nooit geweest dan in 's Heeren kracht. Blijde ben ik nooit geweest dan in de blijdschap des Heeren". In deze alles van zich wegcijferende ge loofshouding beklom Kohlbrugge weke lijks de kansel en schreef hij zijn brieven. Hij had een bevrijdende boodschap voor bedelaars! „Laat ons de genade niet zoeken buiten de staat van volslagen niets-zijn. Zoals wij zijn, mensen!, heeft de eeuwige Ontfermer beloofd in ons te wonen en te wandelen". Trouwens geldt deze houding niet tevens voor het bredere kerkelijke leven, toen en thans? Aan Hendrik de Cock schreef Kohlbrugge ooit (het was in 1834): „Passief moeten wij zijn in alles; daarmee verwerven wij ons wel geen vrienden, maar dat doet er niet toe. Die er op willen slaan, zijn helpers van de duivel". Leerzame woorden. Hiermee sluit ik deze bespreking maar af. Nog veel meer zou te zeggen zijn. De helft van De Reuvers boekje heb ik u nog niet aangezegd; laat staan uit Kohlbrugge's oeuvre. Ik hoop dat velen zich via dit boekje laten meevoeren naar wat voor Kohlbrugge kiem en kern van alle theo- De facade van de drukkerij met het nieuwste vervoer. Wanneer er, zoals in het Bakkersjargon ook in de drukkerswereld drukkers en échte drukkers onderscheiden zouden worden, dan zou de Sommelsdijkse Aad Kransè heel zeker tot de laatste categorie zijn verheven. En juist hij wilde in z'n jongere jaren nog wel tolk of vertaler worden, zoals hij laat weten in de „Kranse-krant" die deze week t.g.v. het 50-jarig bestaan van drukkerij Kranse te Sommelsdijk in de flakkeese brievenbussen komt. Gelukkig onderkende Kranse Jr. op tijd „een aardje naar z'n vaartje" te hebben en dus werd hij drukker, een échte nog wel..! Zoals ook zijn vader, dhr. P. Kranse (nu 78), dat in zijn actieve jaren is geweest. In de „Kranse-krant" wordt gereleveerd hoe hij op een zolder boven een schilderswinkel begon met het vervaardigen van drukwerk. „Zwarte kunst" werd het toen nog genoemd en kunst was het om met de primitieve middelen van toen zulk drukwerk te vervaardigen dat dat steeds meer klanten bracht zodat drie jaar later, in 1938 verhuisd moest worden naar het pand aan de Voorstraat waar (niet waar „in") de drukkerij nog steeds gevestigd is. Wel de plaats-, niet meer de inhoud van het pand is dezelfde want naarmate het werk groeide en de techniek vorderde was er meer ruimte nodig. Een naastgelegen pand kon in 1965 worden aangekocht en dat leek voldoende om het een poosje uit te zingen; in 1974, negen jaar later werd het achterwaarts met nog eens 100% uitgebreid. „Drukkerij Kranse heeft de ontwikkelingen altijd gevolgd" zo vermeldt de jubileumkrant en die ontwikkelingen in het grafisch bedrijf zijn niet gering geweest. Kranse was een van de eersten zo niet de allereerste op het eiland die het lood en de boekdruk verruilde voor foto-zet en offset en dat was in 1965 heel gedurfd, óók i.v.m. de enorme investeringen die dat vroeg, maar 't is de Kransen gelukt en Kranse Jr, dhr. A. A. Kranse mag zich nu directeur weten van een wat hij noemt „modern en slagvaardig" bedrijf voor 't welk geen druktechnische zee te hoog is. De letterkasten met loden letters, ook die staan er nog in drukkerij Kranse en soms worden die ook nog wel gebruikt. Morgen, zaterdag wordt er in de drukkerij „open-huis" gehouden, van 10.00 tot 16.00 uur en ieder die van 't drukken weten wil is daar van harte welkom. Zó'n echte drukker is dhr. Kranse dat hij bij die gelegenheid graag wil vertellen wat'ie allemaal voor de klant kan doen en dat zal veel blijken te zijn. Sinds 1980 bezit Goeree Overflakkee een werkgroep van de VBOK. Dit groepje enthousiaste mensen stelt zich tot doel om de Vereniging ter Bescherming van het Ongeboren Kind meer bekendheid te ge ven. Ter gelegenheid van dit Flakkeese lus trum wordt er op 24 september een open bare avond georganiseerd, waarop alle leden en overige belangstellenden harte lijk welkom zijn. De avond begint om 8 uur 's avonds en wordt gehouden in de Hoeksteen te Middelhamis. Op deze avond zal mej. M. Zomer ons aan de hand van de film „Help ik ben zwanger" be kend maken met de hulpverlening bij on gewenste zwangerschap. Mej. M. Zomer is als maatschappelijk werkster in dienst bij de VBOK. Bij haar werk heeft ze ervaren dat een ongewenste zwangerschap kan veranderen in een blij de verwachting. Als u geïnteresseerd bent in de problematiek van abortus provo- catus, laat deze kans dan niet voorbijgaan en kom naar de Hoeksteen op 24 sep tember. Stichting Wijkgroep „Middelharnis- Zuid", Middelhamis Stichting Wijkgroep „Middelharnis- Zuid" te Middelhamis start bij voldoende deelname 2 kursussen naaien voor be ginners/gevorderden t.w. één op dinsdag middag en één op woensdagavond. Start: dinsdagmiddag 24 september van 13.30 tot 15.30 uur; woensdagavond 25 september van 19.30 tot 21.30 uur. Plaats: Buurthuis ,,Pippeloentje", Mei- doomstraat 10a, Middelhamis. Docente: Mevr. N. de Bakker. Aantal deelnemers: 7. Kosten:/75,voor 1 blokvan 121essen. Inlichtingen en/of opgave: Marjo v.d. Bos, Tuinfluiter 9, Sommelsdijk, tel. 01870-5834. logic en prediking is: Gods grondeloze en kosteloze genade in Christus. Zo is althans de wens van de samensteller, blij kens het Ten geleide. Ik mag er de mijne aan toevoegen. N.a.v. Kohlbrugge - herder en he raut, door drs. A. de Reuver. Uitgeverij Ton Bolland te Amsterdam. 114pagina's. Prijs f 19,50. J. K. De publieke tribune in Oostflakkees' raadszaal werd j.l. donderdag avond verlevendigd door de aanwezigheid van een ingezetene, dhr. B. van Egmond, die eindelijk weer eens gebruik maakte van het spreekrecht over één van de, door de raad te behandelen, agendapunten. Het voorstel tot uitgifte in erfpacht van een perceel grond aan het Handelsterrein te Oude Tonge aan dhr. P. van Schelven ten behoeve van de bouw van een berging had dhr. van Egmond genoopt de gang naar de raadzaal te maken. ,,Want", zo betoogde dhr. van Egmond, „het onderhavige perceel is nog een stukje terrein waar van Schelven nu nog kan laden en lossen maar als dat vervalt zal dat allemaal op de openbare weg moeten gebeuren!De zorg van dhr. van Egmond, mede in een aantal foto's verbeeld, is dat de doorgang voor het overige verkeer zó minimaal gaat worden dat het levens gevaarlijk wordt voor hen die het handels terrein (langs de haven, red.) passeren. O.a. zijn dat de gebruikers van de sport terreinen. Dhr. van Egmond maakte voor alles duidelijk beslist geen vete met dhr. van Schelven te hebben, maar hij meende de gemeentebestuurderen er wel op te moeten wijzen dat er langs de Provinciale weg een pracht industriegebied te wachten ligt waarop toch best een oplossing zou kunnen worden gevonden? De waarschuwende woorden van dhr. van Egmond leken op deze en gene, o.a. dhr. van Renswoude de nodige indruk te hebben gemaakt. „Tegen de achtergrond van deze informatie is het misschien ver standig het voorstel terug te nemen om het nog eens in al zijn facetten te bekijken. Misschien zijn er mogelijkheden om een en ander in z'n huidige waarde te laten", opperde dhr. van Renswoude. Ook dhr. L. Hokke (CDA) vond het wat moeilijk nu al te moeten beslissen. ,,Wij hebben er niet bij stilgestaan dat dat stukje de enige Stichting Wijkgroep „Middelharnis- Zuid", Middelhamis De Stichting Wijkgroep „Middelhamis- Zuid" zoekt voor haar oppascentrale nog jongeren die af en toe eens willen op passen. Je verdient dan 2,50 per uur tot 24.00 uur, na 24.00 uur 5,per uur. Opgave en/of inlichtingen bij ons nieuwe tel.nr.: 01870 - 5960, Hanneke Visbeen, Marietjespad 5, Middelhamis. plaats is waar nog wat gegarandeerd kan worden", overwoog dhr. Hokke en ook hij wilde het voorstel liever aangehouden zien. De raadsvoorz. burg. de Vos voelde daar echter weinig voor omdat de gemeente niet anders kan dan dhr. van Schelven een bouwvergunning te verstrekken omdat de aanvrage daartoe voldoet aan de bepa lingen in de bouwverordening en die van het bestemmingsplan. „Bestuurlijk gezien zou het weinig betrouwbaar zijn wel een bouwvergunning uit te geven en niet mee te werken aan de uitgifte van de grond", zo legde de voorz. de raad voor. Weth. Poortvliet voegde daaraan het in principe wel zinvol gevonden te hebben de beslissing met een maand te verdagen ware het niet dat het College al in overleg is over de problematiek die wordt aan gesneden, de bereikbaarheid van het re creatieterrein. Het College heeft zich voor genomen met de bewoners van de Zuid- dijk in overleg te gaan over beëindiging van de beperkende verkeersmaatregelen die genomen zijn. Wanneer de bewoners van de Zuiddijk zich in opheffing van die maatregel, die in overleg met hen werd genomen, zouden kunnen vinden, dan zouden daarmee de verkeersproblemen op het Handelsterrein kunnen worden opgelost. De raad bleek tenslotte unaniem met de gevraagde gronduitgifte akkoord te kun nen gaan in de verwachting dat er via de Zuiddijk een oplossing voor het verkeer zal worden gevonden. Het handelsterrein ligt er al vanuit de historie toen vrijwel alle vervoer nog per schip plaats vond. Toen lag het terrein vóór het dorp. Nu, in de tijd waarin het meeste vervoer per as plaats vindt ligt het handelsterrein juist achter het dorp. In zoverre is een verbetering bereikt dat het zware verkeer van en naar het handelsterrein niet meer door het dorp rijdt maar overwegend gebraik maakt van de Oostdijk.

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1985 | | pagina 13