transaktle van bijna een miljoen
Voorjaars-
concerten
Verplaatsing transportbedrijf Visbeen
Voortgezet onderwijs.... wat betelcent
dit voor het christelijk onderwijs
op Goeree-Overflakkee en elders
Peuterspeelzaal
„Olleke Bolleke"
Een lekker kopje thee
Raad Middelharnis:
Deo Cantemus
Twee keer stroomde de Doelen vol
Als gast het Kamper Mannenkoor D.E. V.
Bladz. 2
,EILANDEN-NIEUWS'
DINSDAG 10 APRIL 1984
Die inwoners van Nieuwe Tonge die kunnen instemmen met de door B en
W van Middelharnis gemaalite constatering dat het transportbedrijf A.
Visbeen en Zonen b.v. een „ernstig milieuhinderlijlc bedrijT' is kunnen
goede hoop putten uit een j.l. donderdagavond genomen raadsbesluit. De
raad baande flnancieel gezien de weg voor verplaatsing van het bedrijf uit
het hartje van de bebouwde kom naar een terrein aan de Langeweg,
grenzend aan het Industrieterrein „de Tram", met welke transaktie een
bedrag van maar liefst 903.200,is gemoeid. De raad minus de
fractie Hoogzand hakte de knoop door omdat 1984 het laatste jaar is
waarin een subsidie kan worden verkregen uit de pot „saneringsregeling
milieuhinderlijke bedrijven"; die bleek zelfs al schriftelijk toegezegd.
De fractie Hoogzand had aan die toe
zeggingonvoldoende. Pas wanneer die zal
zijn geëffectueerd zal harerzijds instem
ming te verwachten zijn: „we onderschrij
ven zéker de motieven die voor verplaat
sing pleiten maar we willen dat niet tot
elke prijs!" maakte dhr. Hoogzand duide
lijk tegenover het voorstel van het College
een bedrag van 550.000,vóór te
financieren door onttrekking aan de
reserves herinrichting dorpskernen en
stadsuitbreiding. De dan nog resterende
353.200,wordt geacht minimaal de
waarde van de van Visbeen aan te kopen
grond te vertegenwoordigen zodat daar
voor geen dekkingsmiddel hoefde te wor
den aangewezen: „die worden door het
Grondbedrijf uit de eigen middelen be
taald", legde weth. Kievit de raad voor.
Overigens bleken meerderen uit de raad
hun twijfels te hebben over de duur van de
voorgestelde voorfinanciering en ook het
College moest daar wat vaag in blijven:
„maar ook al zou er helemaal geen sub
sidie komen dan nóg zouden we terwille
van de gewenste herinrichting van de
dorpskern verplaatsing van Visbeen tóch
bovenaan zetten", overwoog weth. Ja
cobs, blij als hij was met de gehoorde
toezeggingen dat men die onduidelijkheid
niet zou gebruiken om het voorstel te frus
treren.
„Visbeen en Nieuwe Tonge horen bij
elkaar, de auto's van het bedrijf dragen de
naam van Nieuwe Tonge over heel Europa
uit" bezag dhr. de Vries en samen met o. a.
de heren Kersbergen, Joppe, Villerius en
mevr. van Eek verklaarden ze zich ak
koord, al had mevr. van Eek nog een
boodschap aan de raad en de gemeen
schap over de manier waarop de pachters
gehandeld hebben. Zij namen aanvanke
lijk geen genoegen met de geboden af
koopsom van hun pachtrechten waarna de
vennootschap met hen tot overeenstem
ming is gekomen. Mevr. van Eek signa
leerde dat als een gevaarlijke ontwikke
ling. „Het zijn individuele burgers die het
onderste uit de kan wilden hebben en de
zaak op de lange baan hebben geschoven
met het risico dat wij misschien geen
gebruik meer kunnen maken van de sub
sidieregeling", stelde ze verwijtend vast
Ze maakte overigens duidelijk een bemer
king als gedaan meer als signaal te be
doelen dan dat ze zich van instemming
met het voorstel zou onthouden: „ik be
doel ermee te zeggen dat we zo verant
woord mogelijk met elkaar om moeten
gaan!"
Door mevr. Mouw werd er nog naar
geïnformeerd of er al onderzoek is gedaan
naar een evt. bodemverontreiniging op de
plek waar het bedrijf nu gevestigd is. Er is
een ondergrondse tank en waarschijnlijk is
daar wat olie in de bodem terecht ge
komen. Wanneer daar inderdaad sprake
van is zal dat op kosten van het bedrijf
verwijderd worden.
De raad minus de fractie Hoogzand
bleek met het voorstel akkoord te gaan.
Mevr. van Eek verklaarde zich op één
onderdeel tegen. Haars inziens werd de
grond aan de Langeweg te goedkoop aan
de fa. Visbeen verkocht, een bewering die
door weth. Jacobs niet volstrekt werd ont
kend. Wanneer echter een hogere prijs
zou zijn bedongen zou dat toch weer in het
totaal van de kosten tot uitdrukking zijn
gekomen. Voor het bedrijf betaalt de ge
meente 878.250,— De grond zal tz.t.
worden bestemd voor woningbouw.
Verslag van de gehouden ledenvergadering/scholenmiddag
van de Rayonschoolraad voor Goeree-Overflakkee op 5 april '84
Op donderdag 5 april jl. werd
onder grote belangstelling in het
verenigingsgebouw „Onder de
Wiek" te Dirksland de jaarlijkse
ledenvergadering, gecombineerd
met de scholenmiddag voor de
Rayonschoolraad voor Prot. Chr.
Onderwijs op Goeree-Overflakkee
gehouden.
Ledenvergadering
In zijn openingswoord gewaagde de voor
zitter, de heer R. van Putten van de grote
zorgen, waarin het christelijk onderwijs
verkeert. De eisen voor het instandhouden
van christelijke scholen worden steeds
hoger ingesteld, zodat gelet op de toe
nemende ontkerkelijking de overgang
naar neutraal of openbaar onderwijs als
gevaar dreigt voor de ondergang van het
christelijk onderwijs. Ook is het onderwijs
steeds in beweging en moet men als perso
neel steeds weer op nieuwe situaties tijdig
weten in te spelen. Uit eigen kracht zou er
gesproken moeten worden van een ver
loren strijd, doch het christelijk onderwijs
mag nog gepredikt worden van Christus'
bloedgerechtigheid, waardoor zondaren
nog tot God bekeerd kunnen worden.
Deze evangeliserende opdracht mag nog
tot uitvoering worden gebracht en dit is ten
diepste de betekenis van het christelijk
onderwijs. In dit opzicht moeten we ook
pal staan voor diverse beginselen van
andere groepen, die het karakter van de
christelijke godsdienst trachten aan te
tasten. Ondanks deze druk van buitenaf is
er toch nog een schone taak weggelegd
voor de verzorging van het christelijk
onderwijs en spreker hoopt, dat onder
Gods Zegen deze taakvervulling ook zal
mogen staan in het teken van de uit
breiding van Zijn Koninkrijk.
Voorts werden een aantal huishoudelijke
zaken afgehandeld. Vermeldenswaard is
in dit verband, dat de uitslag van de
gehouden bestuursverkiezing uitwees, dat
de heren J. Wagner te Stad aan 't Haring
vliet en W. Veldhuis te Middelharnis als
bestuurslid werden herkozen, terwijl mej.
Jac. Vis te Middelharnis de plaats gaat
innemen van het aftredend bestuurslid
mej. S. J. Tanis te Dirksland. Voor de
vacature van A. J. Vogelaar werd de heer
P. G. Struik te Melissant gekozen.
Scholenmiddag
Als spreker voor de scholenmiddag trad
op de heer drs. K. de Jong, voorzitter van
de Unie „School en Evangelie" over het
onderwerp: „De toepassing van de wet op
het voortgezet basisonderwijs en de be
tekenis hiervan voor het christelijk onder
wijs". Onder de slogan „Promotie-orga
nisatie van het christelijk onderwijs in het
binnen- en buitenland" zette spreker het
doel en de functie van de UnieSchool en
Evangelie" uiteen. De bedoeling is de
bevordering (promoting) van het christe
lijk onderwijs in binnen- en buitenland.
Voor het onderwijs in het binnenland
betekent dit o.a. de handhaving van de
identiteit van het christelijk onderwijs,
doordat grote betekenis wordt toegekend
aan het geven van godsdienstonderwijs op
onze scholen. De verworven gelden van
de Unie worden voor 30% besteed voor
het binnenlands onderwijs en voor 70%
voor het onderwijs in het buitenland.
Sprekend over de toepassing van de
scholen voor voortgezet onderwijs ge
waagt inleider van een grote zorg voor het
christelijk onderwijs, lettend daarbij op de
in ernstige vorm optredende ontkerkelij
king van de bevolking van ons land.
Slechts 1/3 van ons volksdeel is nog
kerkelijk meelevend, terwijl 2/3 geen of
nauwelijks een band onderhoudt met enig
kerkgenootschap. De tegenstanders van
het christelijk onderwijs zien dit als een
teken, dat het christelijk onderwijs over
zijn hoogtepunt heen is en gedoemd is
aanmerkelijk af te slanken en geleidelijk te
verdwijnen, omdat de belangstelling voor
het christelijk onderwijs immers gelijke
tred houdt met de kerkelijke meelevend
heid. Ook politiek gezien heeft een en
ander vergaande consequenties. Plm.
40% van de bevolking stemt nog op een
confessionele partij, zodat ook hier deze
verhoudingvan 1/3 en 2/3 duidelijk waar
neembaar is met alle gevolgen vandien.
De meerderheid in de volksvertegenwoor
diging ligt thans bij de niet-confessionele
partijen, zoals P.v.d.A., V.V.D. enz.
Naar het oordeel van deze niet-confes
sionele partijen staan de christelijke scho
len nog teveel op de voorgrond wat school
bezoek e.d. betreft en de betekenis hiervan
moet duidelijk worden ingeboet. Indien de
belangstelling voor het christelijk onder
wijs dan niet afneemt, dan zal er van
buitenaf worden ingegrepen en dat ervaart
men thans door het stellen van hoge eisen
voor stichting en instandhouding van di
verse scholen o.a. voor opleiding leer
krachten. Door de tegenstanders van het
christelijk onderwijs wordt nl. thans ge
pleit voor de instandhouding van pedago
gische akademies voor basisonderwijs
met een leerlingenaantal van 600.
Indien aan deze eis wordt vastgehouden,
dan zullen een groot aantal protestants-
christelijke scholen hun deuren moeten
sluiten en wordt men op deze wijze ge
dirigeerd in de richting van het neutraal
en/of openbaar onderwijs.
Deze tendens is momenteel volop her
kenbaar bij de vaststelling van nieuwe
wettelijke regelingen, zo ook bij de wet op
het voortgezet basisonderwijs. Hierbij
wordt ook een leerlingenaantal van 60 per
leerjaar vereist om een z.g.n. V-ba-O-
school in stand te houden. Voor een
gebied met veelal kleine woongemeen
schappen is dit onaanvaardbaar. Zo ook
voor Goeree-Overflakkee. Vandaar dat
de voorstanders van het christelijk onder
wijs via hun organisaties pleiten voor een
verlaging van deze norm van 30 leerlingen
per leerjaar. Ook hier een hevig gevecht
om de bestaansmogelijkheden van vol
doende christelijke scholen in deze sector
te bevorderen.
Het plan van de „middenschool" is in
feite ontstaan, dan wel voortgevloeid uit
de toepassing van de mammoetwetgeving
voor het voortgezet onderwijs, waarvan de
inwerkingtreding op I augustus 1968
heeft plaats gevonden. Korte tijd daarna
onder leiding van de toenmalige Staats
secretaris Grosheide is de „midden
school" ontstaan. Zowel de „midden
school" als de thans bedoelde school voor
voortgezet basisonderwijs kan in eerste
fase worden beschouwd als een soort
brugperiode voor de bepaling van de rich
ting van het te volgen voortgezet weten
schappelijk onderwijs. Alhoewel in het
verleden werd gepleit voor één soort on
derwijs in de brugklas, moet thans ge
constateerd worden, dat er wel 7 ver
schillende soorten onderwijs voor dit leer
jaar bestaan. Door de huidige school
vorm in te voeren wordt a.h.w. het mo
ment van kiezen voor het voortgezet on
derwijs nog uitgesteld, derhalve niet meer
bij 12 jaar, doch op een hogere leeftijd,
bijv. 3 jaar later.
Het systeem van niet-zitten blijven wordt
ook hier toegepast, welk beginsel in feite
ook ten grondslag ligt aan de mammoet
wetgeving. In tegenstelling tot dit uit
gangspunt moet evenwel thans worden
geconstateerd, dat het percentage zitten-
blijvers in de brugklas plm. 20 bedraagt.
Door meer individuele benadering van de
leerlingen op de school voor voortgezet
basisonderwijs tracht men de „doorstro-
mingsgedachte" volgens de mammoet
wetgeving toch te effectueren, door de
volgende uitgangspunten na te streven:
- kinderen kunnen later kiezen voor voort
gezet wetenschappelijk onderwijs;
- in de brugklas, om te zetten in scholen
voor voortgezet basisonderwijs met 3-
jarige cursus, kan men niet blijven zitten;
- de keuzemogelijkheden voor het volgen
van wetenschappelijk onderwijs dient te
worden uitgebreid; en;
- bij het nastreven van de hiervoor om
schreven doelstellingen dient de mens
als uniek wezen te worden beschouwd.
De Unie School en Evangelie" is van
mening, dat van de zijde van het christelijk
onderwijs hieraan medewerking moet
worden verleend, wil men zijn territoir
niet prijs geven aan andersdenkenden. In
dit opzicht dient, gelijk het doel van de
Unie is, te worden bevorderd, dat het
Christelijk onderwijs wordt bevorderd. In
dit opzicht verdient het aanbeveling, dat
bij wijze van experiment aan het voort
gezet basisonderwijs gestalte wordt ge
geven. Volgens het amendement-Hermes
zal in afwijking van het regeerakkoord
moeten worden uitgegaan van een toe
name van 20 experimenteer-scholen.
Voor het christelijk voortgezet onder
wijs is het noodzakelijk om op de juiste
wijze aandacht te besteden aan het gods
dienstonderwijs naar overtuigend christe
lijke beginselen, niet te verwarren met het
begrip „geestelijke vorming" waardoor
meer objectief bijbelonderricht plaats
vindt. Het zal duidelijk zijn, dat hiermede
een geleidelijke neutralisering van het
christelijk onderwijs in de hand gewerkt
wordt, hetgeen verwerpelijk is te achten.
De scholen voor voortgezet basisonder
wijs dienen te worden beschouwd als een
invulling van het systeem van het voort
gezet onderwijs in de Ie fase. Hierop
aansluitend dient het onderwijs in de 2e
fase, nl. geven van voortgezet weten
schappelijk onderwijs te worden verzorgd.
Een en ander vereist van de schoolbe
sturen veel inzicht in de planning van de
schoolsystemen en de afstemming hiervan
op elkaar. Vroegtijdig overleg met de
daarbij betrokken organisaties en school
besturen verdient zeker aanbeveling.
Een tweede bedreiging voor het christe
lijk onderwijs vormt de financiële kant van
de zaak. Vanuit de (neutrale) overheids
instanties zal men voor het christelijk
onderwijs stellen, dat stichting nieuwe
schoolgebouwen e.d. teveel geld kost,
gelet op de toekomstige ontwikkelings
kansen, terwijl men er juist naar streeft om
de financiering van dit gedeelte van het
onderwijs z.g.n. budgettair-neytraal te la
ten verlopen, zodat in vergelijking met het
verleden er geen sprake zal zijn van extra
lasten. De stichting van nieuwe school
gebouwen bij de toepassing van de wet op
het voortgezet basisonderwijs omdat di
verse schooltypen zullen moeten fuseren
en als één school verder moeten, zal een
uitgaaf vergen van plm. 1.3 miljard. In
verband hiermede zal met het huidige
gebouwenbestand zoveel mogelijk genoe
gen moeten worden genomen, zodat er eer
sprake is van het „verhangen" van het
bordje voor aanduiding onderwijs dan van
een daadwerkelijk samengaan in de vorm
van de nieuwe school voor voortgezet
basisonderwijs.
Het is evenwel noodzakelijk, dat de fnsie
van de scholen voor voortgezet onderwijs
op korte termijn wordt voorbereid, waar
bij eerst de bestuurlijke aspecten dienen te
worden beoordeeld, waarna de onderwijs
kundige elementen nader in de beschou
wingen zullen moeten worden betrokken.
Uiteraard zal bij het laatste vooral grote
aandacht moeten worden besteed aan de
rechtspositionele aanpak van dit gebeuren
terwille van de diverse leerkrachten die
aan de betreffende scholen zijn verbonden.
Met inachtneming van de christelijke
beginselen ligt hier een enorme taak zowel
voor de Rayonschoolraad alsmede de
schoolbesturen en de onderwijsgevenden
Peuterspeelzaal „Olleke Bolleke",
gevestigd Weespad 35 te Ooltgens-
plaat, bestaat al weer geruime tijd.
Ze is geopend maandag tot vrijdag
's morgens van 9.00 tot 11.30 uur.
Per ochtend zijn maximaal 16 peu
ters aanwezig.
Onder de deskundige leiding van 2 .Juf
fen" leren ze er vooral samen bezig zijn
met spelen, tekenen, kleuren, zingen e.d.
De minimumleeftijd waarop een kind
wordt toegelaten tot de peuterspeelzaal is
2 jaar. Het mag blijven tot het op 4-jarige
leeftijd naar de kleuterschool gaat. Om
een zekere gewenning te laten ontstaan
komt de peuter minimaal 2 morgens per
week. Hij/zij heeft dan niet telkens een
nieuwe, vreemde ervaring. Voor deze 2
morgens, welke door U in overleg met de
leiding worden vastgesteld, betaalt U
32,50 per maand.
Wanneer er voldoende plaats is kan het
aantal morgens worden uitgebreid tot 3, 4
of 5. Evenredig hiermee wordt dan het te
betalen bedrag hoger. Wilt U nadere
informatie of bent U gewoon nieuws
gierig naar de gang van zaken, loopt U dan
gerust de peuterspeelzaal even binnen en
kijkt wat rond of praat met de leiding.
Wilt U Uw kind geplaatst zien meldt dit
dan i.v.m. een mogelijke wachtlijst zo
spoedig mogelijk in de peuterspeelzaal
aan mevrouw W. Bal.
Op 30 april a.s. (Koninginnedag) or
ganiseert de Peuterspeelzaal „Olleke
Bolleke" te Ooitgensplaat weer een
rommelmarkt. Deze rommelmarkt
vindt dit jaar, samen met andere aktivi-
teiten, plaats op het terrein van de
voetbalvereniging O.F.B.
Heeft U nog oude (of nieuwe) spullen
over dan kunt U deze afgeven aan de
peuterspeelzaal aan het Weespad 35,
iedere dag, behalve zaterdag van 8.45 uur
tot 11.45 uur. Ook grotere spullen zoals
meubelen e.d. zijn van harte welkom.
Mocht het vervoer naar de peuterspeel
zaal voor U problemen opleveren, neemt
U dan telefonisch kontakt op met me
vrouw R. van Rossum, tel. 1223 of met
mevrouw F. Hugen, tel. 2162. Wij komen
de spullen dan graag even bij U ophalen!
THOLEN
Werkloosheid Op het arbeidsbu
reau Tholen Sint Philipsland waren er in
februari 1984 880 werkloze mannen in
geschreven tegen 829 in februari 1983. Bij
de vrouwen waren deze getallen resp. 276
tegen 234.
TAXATIE NODIG?
makelaar tamboer bellen
beëdigd taxateur
01870-3477 HS
DD
om op de juiste wijze het christelijk voort
gezet onderwijs voor de toekomst gestalte
te geven.
Voorts wijdt spreker aandacht aan de
toepassing van de wet op het basis
onderwijs voor kleuter- en lager onder
wijs. Per 1 augustus 1985 zullen de kleu
ter- en lagere scholen worden omgezet in
basisscholen. Deze ontwikkeling is mo
menteel volop in beweging, doch ook hier
zijn „insluipende" gevaren te bespeuren.
Het gaat hierbij om het vak „geestelijke
vorming". In dit verband moet worden
gewezen op het op objectieve wijze geven
van levensbeschouwelijk onderwijs. Het
gevolg hiervan is, dat zowel voor het
christelijk geloof als voor bijv. de islam
e.d. gelijke belangstelling moet bestaan.
Het vak is dan ook meer te beschouwen
als een stuk cultuur-historische ontwikke
ling inplaats van het wijzen op de be
ginselen van het christelijke beginsel.
Voor de openbare scholen betekent een
en ander, dat de betreffende leerkrachten
dit vak moeten verzorgen. Het gevolg is,
dat de plaatselijke predikant hieraan niet
meer te pas komt, hetgeen in het verleden
bij het godsdienstonderwijs op de open
bare scholen wel het geval was.
Voor de christelijke scholen blijft uiter
aard het geven van bijbelonderwijs nog
bestaan, doch zal men ook aandacht moe
ten besteden aan het vak „geestelijke vor
ming" met alle gevolgen vandien. De
Unie „School en Evangelie" is voor
nemens in dit opzicht de nodige hand
reiking te doen door de onderwijsge
venden middels te verstrekken brochures
de nodige voorlichting te geven, bijv. in de
vorm van instructie-materiaal voor het
geven van onderwijs in de diverse gods
diensten.
In dit opzicht rust er op de onderwijs
gevenden een zware taak. Het „onder
wijs" kan worden beschouwd als: anderen
wijsheid leren en in het licht van het
christelijk uitgangspunt voor het verstrek
ken van het onderwijs ligt hier voor de
leerkrachten een schone doch ook verant
woordelijke taak en is het van belang, dat
bij de verdere voorbereiding van het basis-
onderwijs men rekening moet houden met
de volgende uitgangspunten:
- nuchtere voorbereiding, o.a. houden
vergaderingen, organiseren;
- een goede vergadertechniek is daarbij
onontbeerlijk en moet men niet steeds
dezelfde personen met diverse taken
belasten;
- noodzaak dient te zijn om na te denken
over het thema: „Hoe geven wij het
christelijk onderwijs een geloofwaar
dige vorm", waarbij Gods Woord en de
daarop gegronde belijdenisgeschriften
uitgangspunt zal mogen blijven.
„U zij de glorie, opgestane Heer, U zij de victorie, nu en immermeer". Het
warerl de laatste regels die door 2500 mensen, groot en kle.n werden
gezongen aan het slot van de twee indrukwekkende avonden die door
„Deo Cantemus" werden verzorgd in de grote zaal van De Doelen te
Rotterdam. Al een hele poos voor dat de deuren van dit imponerende
gebouw werden ontsloten stond een lange rij geduldig te wachten om te
worden toegelaten tot een van de op vrijdag 6 en zaterdag? april gehouden
Voorjaarsconcerten 1984. Het is weer al zeven jaar geleden dat door het
bestuur van Deo Cantemus werd besloten deze avonden voor of na Pasen
te organiseren en de verwachtingen voor volle zalen werden niet be
schaamd. Twee keer twee duizend met vijfhonderd medewerkenden per
avond kan als een massale opkomst worden beschouwd. Onder hen
bevonden zich ook vele bezoekers van Flakkee.
Maak woning in ons hart
Naast het organiserende koor „Deo
Cantemus" (380 leden), waren voor deze
concerten uitgenodigd het Chr. Kamper
Mannenkoor „Door Eendracht Verbon
den" (D.E.V.) met 150 leden, dirigent
Klaas Jan MUlder; Femmy van der Weg,
sopraan; Arie van Enk, bas-bariton; Jan
van Weelden en Henk van Putten, orga
nisten; Loek van der Leeden, piano; het
geheel onder leiding van Arie Pronk.
De voorzitter van Deo Cantemus, de
heer Th. Binnendijk sprak een welkomst
woord, speciaal tot de gasten van D.E.V.
met zijn dirigent Klaas Jan Mulder en
voorts tot alle andere medewerkenden.
Na het gebed stond de heer Binnendijk
een ogenblik stil n.a.v. het zojuist door de
beide koren gezongen introïtus „Into my
heart".
„Hierin komt de bede naar voren „Kom
in mijn hart, Heere Jezus". Wat moeten
wij ons daar eigenlijk van voorstellen. Het
is een dringend verzoek aan God, dat Hij
Zijn Zoon zicht wil geven aan ons mensen
in het vooruitzicht van een machtige toe
komst", aldus spreker. „De twijfels ko
men en zijn er, mogelijk meer dan vroeger.
Toen bad een landbouwer b.v. tot God of
Hij het weer wilde schenken dat goed was
voor de oogst. Nu hebben we de weer
kaart, het weerbericht, de satalieten, enz.
en daarom, aldus de heerBinnendijk is het
gevaar groot dat we God gaan vergeten,
maar vergeet niet God is het die het doet.
Die gaf u en ook ons in het hart om hier
naar toe te komen en dan kom ik tot de
tweede regel van het Into „Kom heden en
woon in mijn hart". „Ik hoop dat we allen
een hele fijne avond mogen hebben",
aldus'de voorzitter van Deo Cantemus.
Eigen bewerking
Als een goed gebruik werden de gasten
het eerst aan het woord gelaten. Onder
leiding van Klaas Jan Mulder met Henk
van Putten aan het orgel volgden drie
werken, gecomponeerd door de dirigent.
Geopend werd met „O liefde Gods", ver
volgens Psalm 141 en „Werk, want de
nacht zal komen". De piano werd hierbij
door Klaas Jan Mulder zelf bespeeld. Hij
deed dit staande en tevens dirigerende,
wel een kunst apart. Machtig en ook op
gedempte toon klonken deze mannen
stemmen door de zaal.
Femmy van der Weg met Loek van der
Leeden brachten het „Gott ist mein hirte"
en „Herr, nun sing ich dir ein neues lied",
beiden van Dvoiak. Later nog twee wer
ken, oa. het „Lasst uns singen von der
gnade des Herm" van Mendelssohn en
het „Sonnelied" („Ziet hoe het vriende
lijk zonlicht schitterd") van Catherine van
Rennes. De waardering voor het gebo
dene werd vertolkt met een hartelijk ap
plaus.
„Deo Cantemus" met Arie Pronk open
de hun optreden met „O haupt, voll blud
und wunden" van J. S. Bach met Jan van
Weelden op het orgel. Van Claudin de
Sermisty werd gezongen het „Was mein
Gott will" en het „Dank sei dir. Her" van
G. F. Handel, waarbij Femmy en Loek
hun gaven inbrachten. Het zachte zwelde
dikwijls aan tot een krachtige vertolking
„U zij dank Heer". Fijn om naar te
luisteren.
Improvisatie
Een improvisatie van Jan van Weelden
van het „Aan het ruwhouten kruis"
begon door met zijn zachte spel weer
te geven de droeve gebeurtenis vóór
Pasen, dat steeds voller werd en in zijn
laatste toonzetting zijn climax vond om
hierin de jubel op Paasmorgen te ver
tolken. Dit werk van Jan van Weelden
van grote instemming, eveneens de Fan
tasie over Negro-spirituals, bewerkt
Na deze inleiding volgde een zeer ge
animeerde en vrij indringende bespreking
van het onderwerp, waaruit bleek, dat
men allerwege de ernst van de tijd en het
gevaar voor de instandhouding van het
christelijk onderwijs onderkent. Hopelijk
zal deze inleiding een extra stimulans
mogen zijn zowel voor de besturen als de
onderwijsgevenden om pal te staan voor
de beginselen voor het christelijk onder
wijs.
Nadat tijdens de rondvraag nog aandacht
werd besteed aan de deelname aan de
bijscholingscursus voor Engels voor di
verse leerkrachten, omdat dit vak ook bij
het basisonderwijs aan de leerlingen van
de basisscholen zal moeten worden ge
geven, werd de bijeenkomst na het zingen
van Psalm 103 vers 7 en dankgebed door
drs. K. de Jong beëindigd, nadat de voor
zitter de aanwezigen bedankt had voor de
bijzondere wijze van meelevendheid, zo
als dit aan de dag werd gelegd bij de
behandeling van de diverse onderwerpen.
door deze organist en met Loek v.d.
Leeden samen vertolkt. Met doodse
stilte werd er geluisterd en nadat het
laatste stuk „We shall overcometoday"
was gespeeld volgde er een langdurig
applaus. Als dank volgde nogmaals dit
lied, wat het publiek ontlokte om mee te
zingen.
Het mannenkoor zong a capella „Gnae-
dig und barmherzig" van E. Grell en met
Femmy v.d. Weg mocht één vrouw met al
die mannen het „Benedictus" naar een
bewerking van Klaas Jan Mulder ver
tolken. Henk van Putten bespeelde het
orgel.
Na de pauze werd bij wisselzang door
„Deo Cantemus" het „Ik ben 't niet waar
dig" van Pieter Stolk en Psalm 108 van
Arie Pronk ten gehore gebracht. In het
programma werd ingelast het „I need
Thee every hour" (Ik heb U elk uur
nodig"). Graag willen wij nog enkele
nummers noemen die ook speciaal de
aandacht trokken.
Eigen bas-bariton
Het Kamper Mannenkoor heeft een
eigen bas-bariton onder zijn leden, n.l.
Arie van Enk. Volgens de voorzitter was
zijn gezondheid niet optimaal, maar in zijn
optreden was daar o.i. niets van te merken.
D.E.V. zong met hem een bewerking van
de dirigent Klaas Jan Mulder „Michael
row the boat ashore" en.het „I'll wish I
had given him More" van Eugene Clark,
ondersteund door Henk van Putten op het
orgel. Het koor kwam hier in zijn volle
sterkte naar voren en oogste een langdurig
applaus, speciaal ook met „Landerken-
nung" van Edvard Grieg. Loek van der
Leeden was ook hierbij ingeschakeld.
Adembenemend werd er vervolgens ge
luisterd naar Deo Cantemus met „Christ
is made the sure foundation" naar een
bewerking van Arie Pronk. De sopraan,
orgel en piano hadden ook hierbij hun
aandeel.
Na het „The Man of Galilee" van John
Rusley volgde als een waardig slot het
„Praise The Lord, O my soul" van Ro
land Smart. „Loof de Heere, mijn ziel en
vergeet geen van Zijn weldaden" is in 't
kort de inhoud van dit mooie werk.
Slotwoord
„Krijgt iemand een bericht waar hij
eigenlijk heel blij om moet zijn en dat toch
behoudend wordt aangehoord, volgt
meestal de opmerking: je bent ook een
ongelovige Thomas", aldus de heer Bin
nendijk in zijn slotwoord. Hem werd door
de discipelen verteld dat zij Zijn Heer en
Heiland hadden gezien. Ook wij zijn zulke
ongelovige mensen, maar, aldus spreker,
Jezus komt naar ons toe en Zalig die mens
die niet heeft gezien en toch heeft geloofd.
Het is niet zo eenvoudig en daarom komt
Jezus in ons midden. Hij was het die ons
hier bracht om te zingen, te spelen, om een
jubel in ons hart te zeggen. Laten wij Hem
dan ook ontvangen en ons hart voor Hem
open leggen in ons dankgebed", aldus de
heer Binnendijk.
Hij besloot met: „we hadden een fijn
publiek en een fijne avond. Hartelijk
dank voor uw komst, u en de gasten een
goede reis, gezegende Paasdagen en
hopelijk weer tot ziens". Na de ge
bruikelijke bloemen-hulde verliet een
zeer dankbaar publiek de Doelen.
„Wat sprak u van deze avond het mees
te aan" vroegen wij aan een echtpaar,
waarop het spontane antwoord volgde
„wij vonden alles mooi". En hiermede
is alles gezegd en zijn deze mensen
mogelijk de tolk van allen die op 6 en 7
april de Voorjaarsconcerten van het
Chr. Gemengd Koor „Deo Cantemus"
hebben bezocht.
Thee is een heeriijke drank als zij ten
minste goed gezet is. Zorg dat U altijd vers
koud watei" opzet en maar kort laat op
koken. Per kopje doet men één theelepel
thee in een goed met warm water voor
verwarmde kan. Giet haar met borrelend
kokend water op. Laat haar vier tot vijf
minuten trekken (beslist niet langer). Giet
haar dan door een zee^e in een andere pot,
die eveneens goed voorverwarmd is.
Witte kandijsuiker is de beste suiker om
in de thee te doen. Zij heeft het minste
smaak en beïnvloedt daarom het aroma
niet.
Maak de theepot nooit schoon met af-
wasmiddel. Men mag haar alleen met
water uitspoelen. Als men thee inschenkt,
is het heel netjes om eerst zichzelf in te
schenken. Men kan dan constateren of de
kleur goed is.