EIIAItDEn - niEUWS
HUNS
W.Rikkenbv
VAN BE BERGHOOGTE
Se blad
Ddtutdaig 4 ZiOiVeimbeir 19S0
m.4mi
KONINKLIJK ZILVER
VOOR KOSTER H. DORSIVIAN
De trouwste kerkganger van Ooitgenspiaat
ir -k
lUtoeoMU toet op £t«t Unl sescbrcvea
„Harteiyk dank voor de goedi» zorgen",
„wy hopen dat God u belden nog vele
jaren mag schenken en verbinden hier
aan de wens, dat uw dochter met haar
man met dezelfde liefde dit werk ook
vele jaren zal mogen verrichten;
Uw huis verkopen 7
TAM30SR
Rommelmarkt t.b.v.
„Woord en Daad''
te Herkingen
KERSTPAKKETTEN
EN RELATIEGESCHENKEN
De tijd voor kerstpakketten en relatiegeschenken is weer
aangebroken. Voor U misschien nog vroeg maar voor ons een
aktuele zaak.
We hebben ook dit jaar weer een prachtige show opgezet in
allerlei prijsklasse's. Daarom nodigen wij U uit op onze
geweldige show. Onze deur staat van maandag tot en met
zaterdag voor U open.
U kunt ook een afspraak met ons maken, zodat U rustig Uw
keus kunt bepalen.
De show wordt zoals vorige jaren weer gehouden in de kantoor
hal van onze ijsfabriek, Oost-Havendrjk 8 te Dirksland.
DEN HERTOG DELICATESSEN
DIBKSLAND Tel. 01877 - 1968 - 1051
Kamervragen over
mosselen en oesters
in Grevelingen
en op Yersekse Bank
SAMENKOMST TE MIDDELHARNIS
TER HERDENKING VAN DE REFORMATIE
M.m.v. Klaas Jan Mulder
Massale zang
en orgel avond
in Tholen
VERVOLGVERHAAL
OOLTGENSPLAAT
Woensdagavond zyn er in het Veren,
gebouw .fElthato" een heleboel bereke
ningen gemaakt tüdens het afscheid van
koster H. Dorsman. Enkele sprekers be
gonnen van eeuwen terug, n.L in het
jaar 1762 toen hervormd Ooitgenspiaat
de heer Com. Dorsman als koster aan
stelde en nu 218 jaar later de laatste
koster van die naam afscheid nam. De
president kerkvoogd, de heer G. K. Tim
merman bestempelde de heer H. Dors
man als de trouwste kerkganger van
Ooitgenspiaat en burgemeester W. M.
van der Harst was naar „Elthato" ge
komen om met de scheidende koster het
gehele geslacht Dorsman te eren met de
uitreiking van de Ere-medaille in zilver
verbonden aan de Oi^de van Oranje
Nassau. Ds. T. W. van Bemiekom sprak
dankwoorden namens de kerkeraad en
was de tolk van de oud-predikanten die
met de familie Dorsman hebben samen
gewerkt. Na het meer officiële, dat ook
ongedwongen plaats had, volgde er een
drukke receptie, waarby veel woorden
van waardering werden gesproken en
geschenken werden overhandigd. Het
nieuwe kosters-echtpaar, de heer en
mevrouw C. Bogerman-Dorsman werd
tevens heel hartel^k welkom geheten.
Ook concierge van „Elthato"
Naast familieleden van het echtpaar
Dorsman, de kerkvoogdij, notabelen, de
kerkeraad van Ooitgenspiaat en Lang
straat, de hiüpkoster en de organist,
mocht dhr. Timmerman speciaal burg.
W. M. V. d. Harst en weth. C. L. M. de
Wit begroeten en verder de vele belang
stellenden die de grote vaal van „Eltha
to" geheel vulden.
Na het 2üngen van^ Ps. 84 1 en het
lezen van deze Psalm, een Schriftge
deelte dat bijzonder bij het kosterschap
behoort, ging de heer Timmerman voor
in gebed.
„Het is dan zover, na 218 jaar heeft
onze kerk geen kosters meer met de
naam Dorsman. Al een tijdje heeft onze
Bert geroepen ik hou ermee op en nu
is het er van gekomen", aldus begon de
heer Timmerman zijn toespraak. Spre
ker releveerde zijn loopbaan.
Van 1935 tot 1963 was de heer Dors
man concierge van „Elthato" en van
1950 tot heden koster. Samen dus 45 jaar
in het kerkelijke werk. „Bij uw 25-jarig
huwelijk hebben wij veel gezegd en
daarom zullen we niet in herhaling val
len". Wel had spreker enkele bereke
ningen gemaakt. „U was de trouwste
kerkganger van Ooitgenspiaat want in
die 30 jaar hebt u ongeveer 3400 kerk
diensten meegemaakt, 6800 keer de klok
geluid, 1700 maal de kerk in gereedheid
Pres. kerkvoogd dhr. Timmerman
(r) overhandigt dhr. Dorsman het
prachtige wandbord,
gebracht voor de eredienst, doop,
avondmaal, trpuwerijen, diverse bijzon
dere diensten, enz. en niet te vergeten
u hebt 3400 glaasjes water op de preek
stoel gebracht".
22.000 keer ia de kerk geweest
De heer Timmerman had nog een an
dere berekening gemaakt. De heer
Dorsman ging zeker twee keer op een
dag naar de kerk (het is veel meer),
maar b;y 2 keer komen we in die 30 jaar
toch op een totaal van 22.000 en dan niet
te vergeten by strenge winters, zoals in
1962 - 1963, dan werd er 's nachts toch
3 of 4 keer een bezoek aan de kachel
van de verwarming gebracht om de
kerk op temperatuur te houden. „By dit
alles komt nog de tqd van de water
snood, de restauraties, het plaatsen van
een nieuw orgel en de schoonmaak
beurten op zaterdag", aldus de presi
dent-kerkvoogd, die alles overziende de
dankbaarheid van de kollege's vertolkte
en naast het aanbieden van deze recep
tie het echtpaar Dorsman een biyven-
de herinnering aanbood in de yorm van
een met de hand geschilderd wand
bord in kleur waarop (hoe kan het an
ders) de kerk is afgebeeld. „Herv. Kerk
Ooitgenspiaat H. DORSMAN 1935 -
1980 staat er in gegraveerd. Voor mevr.
Dorsman was er een prachtig bouquet
Ook by de gemeente in dienst
„Op dit feestelijk gebeuren met deze
grote belangstelling willen wij als ge
meente toch ook meeleven en deze
plechtigheid, die u zelf niet gewild heeft,
enigszins opluisteren", aldus burge
meester W. M. van der Harst. „De bur
gerlijke gemeente is u ook dank ver
schuldigd, want tot aan uw pensioen
heeft u by ons gewerkt als metselaar en
ook als verzorger van de begraafplaat
sen". ,,De bijzondere zeldzaamheid doet
zich voor dat u de laatste loot van het
geslacht Dorsman üi die 218 jaar bent.
Dit feit zou vermeld kunnen worden in
het „Guinness book of records", want de
familie Dorsman is gemiddeld 43 jaar
koster geweest:
3 Dorsmannen van 50 jaar, 1 van 38
jaar (Uw vader) en u zelf 30 jaar. In die
218 jaar zijn er 21 predikanten in de
Plaat geweest en die hebben een ge
middelde behaald van 10 6/7 jaar.
„Bij al uw loopjes naar de kerk heeft
de president niet verteld dat u onge
twijfeld vanaf 1912 toen uw vader kos
ter werd, aan zijn hand ook wel dik
wijls de kerk betreden, waarbij o.a. sto
ven werden gezet, de petroleumlampen
werden ontstoken en gedoofd (later gas)
en wat er verder allemaal niet te doen is
geweest" aldus de burgemeester, die
daarna op zijn eigelijke doel afging.
„Onze jonge Koningin Beatrix heeft
als een van haar eerste daden u een on
derscheiding toegekend en zy heeft met
u al die andere Dorsmannen willen eren
voor hun werk voor de hervormde ge
meente van Ooitgenspiaat. Ik mag als
vertegenwoordiger van Hare Majesteit
u de ere-medaille in zilver verbonden
aan de Orde van Oranje Nassau uitrei
ken en ik wens u hierby voor de toe
komst Gods Zegen toe", aldus de bur
gemeester, die by de onderscheiding
ook de oorkonde overhandigde.
Vertolker
De plaatselijke predikant ds. T. W.
van Bennekom sprak namens de kerke
raad en was tevens de vertolker van die
predikanten waarmede de heer Dors
man heeft samengewerkt, dit zijn o.a.
ds. A. H. Sonnenberg (Ermelo); J. van
Drenth (Giessen-RDswijk); P. Vermaat
(Veenendaal); A. W. v. d. Plas (Rijssen)
en hem zelf. Onder wijlen ds. J. D.
Kleijne is dhr. Dorsman als concierge
benoemd. Vervolgens kwam ds. H.
Hiensch (nu woonachtig te Veenendaal),
die door ds. Sonnenberg werd opge
volgd. In die tijd werd Bert koster.
„U en en uw voorouders zijn een in
strument geweest om alles in Gods huis
met eer en orde te laten geschieden. Al
les gebeurde altijd precies op tijd, zelfs
de klop op de deur bij de aanvang van
de diensten.
Dominee was blij dat de naam Dors
man toch nog „in" blijft. Hij zag zelfs
nog enig perspectiel. Mogelijk dat de
klelnei Jeannet later soms nog eens een
Dorsman tegen het Ujf loopt...
Verder geloofde de predikant dat er
op Voorstraat no. 46 nog wel een sleu
tel van de kerk in huis zal blijven.
„De koster is ook een hoorder des
Woords en dat Woord heeft u vele ke
ren gehoord. Ik spreek daarbij de wens
uit, dat het Woord Zijn werk mag doen.
U kreeg een onderscheiding wegens ver
dienste, maar ik hoop dat u de hoogste
onderscheiding mag ontvangen en dan
niet uit verdienste maar louter uit gena
de door het bloed van Christus", aldus
ds. T. W. van Bennekom. „Een huis niet
met handen gemaakt maar eeuwig in
da hem&Leo?'. Spre^Mr t)Ood namenc dg
kerkeraad eaa anvalop taat jüohouct
aaa
Na het zingen van Ps. 119 45 en 88
en het lezen van Ps. 119 89 tot 96 sloot
ds. het officiële gedeelte af.
Dank
Namens de famUie bedankte de heer
A. Mans (als vriend) allen die aan deze
avond hebben bijgedragen, in het bij
zonder de burgemeester en de wethou
der die namens H.M. de Koningin aan
wezig waren (de heer Dorsman had zelf
zijn dank al vertolkt voor de onder
scheiding), terwijl de heer Timmerman
de avond afsloot door de groeten over
te brengen aan de kerktelefoon luiste
raars.
Onder het nuttigen van enkele con
sumpties werden vele handen gedrukt
door het oude- en het nieuwe kosters
echtpaar en de familie. Een bijzondere
periode werd afgesloten, een historisch
feit, een ruim twee eeuwen kosters ge
schiedenis van de Plaat.
Op D.V. zaterdag 8 november gaan
de deuren van verenigingsgebouw „Ons
Huis" open voor de rommelmarkt. We
hopen natuurlijk op een grote belang
stelling, want de meisjes- en de jon-
gensclubs hebben er echt héél veel voor
gedaan. Wat kunt U verwachten
■ir Verkoop v. d. artikelen verkregen
bij de rondgang door het dorp.
■A- Stroopwafels f 3,50 per pakje.
(Den Hertog)
i>r Koffie met cake e.d.
ir Kraam met handgemaakte artike
len V. d. Stichting „Woord en
Daad".
ir Bloemen,
■jlr Div. spelletjes (met prijzen), enz.
enz.
De opbrengst wordt bestemd voor de
Flakkeese aktie om 2 scholen te bouwen
op HAITI.
Het totale bedrag, dat hiervoor nodig
is: 36.000,—
We vertrouwden erop, dat Herkingen
op Flakkee ook mee helpt bouwen op
HAITI overzee.
De openlngstyden
's morgens 10 -1 2 uur.
's middags 1-4 uur.
Het tweede kamerlid de heer H. van
Rossum (SGP) heeft vorige week een
I motie ingediend mede ondertekend door
de heren Blaauw (WD) en H. Evers-
dijk (CDA) die door minister Braks
overbodig genoemd werd.
Maar het komt ons voor, dat minister
Braks wellicht niet wist, dat van Ros
sum een oude zaak aansneed, waarin tot
dusver weinig schot zit.
Al enkele jaren wordt iedere keer een
beroep op Directie Visserijen gedaan,
nu eens te beginnen met het uitgeven
van oesterpercelen op de Yersekse Bank
die vroeger ook als zodanig hebben ge
fungeerd.
Een evenzo wordt al jaren aange
drongen op het uitgeven van nieuwe
mosselgrond in de Ooster Schelde.
Wat de oesterpercelen betreft er is
een relatie tussen Directie Visserijen en
de Vereniging VERVEOEX.
In Verveoex zijn een aantal oesterkwe
kers georganiseerd, die indertijd beslo
ten om door te gaan, met de oester
export, met oesters die in het buitenland
werden gekocht en met jonge oestertjes
die nog wel op bepaalde percelen in de
Ooster Schelde werden uitgezaaid en na
enkele jaren als ze groot waren weer
opgevist. Anderen besloten na de stren
ge winter van 1963 er mee te stoppen,
maar nu de Ooster Schelde open blijft
(gedeeltelijk) zouden ze weer graag hun
oude beroep opnemen. Op gronden die
door VERVOEX niet worden geëxploi
teerd. Waarom dit tot dusver niet
mocht, is voor velen een raadsel. Het
Is goed dat in genoemde motie er nog
eens op wordt gewezen.
Ook de rechten van de palingvissers
in het Greveltngenmeer, alsmede de
rechten van de Sportvlsserij op dat
meer en de mogelijkheid bij schaarste
aan consumptiemiddelen de mogelijkher-
den voor mosselkwekers om op het Gre
veltngenmeer hun tekorten aan te vul-
„Wy, o verheven Majesteit,
gedenken Uw weldadigheid
in 't midden van Uw heU'ge
woning!"
Deze beginregels van Ps. 48 4 vorm
den niet alleen de inzet, maar typeerden
tevens de inhoud van de herdenkinsby-
eenkomst, donderdagavond naar goe
de traditie gehouden in het kerkge
bouw van de Ned. Herv. Gemeente aan
de Ring te Middelhamis.
Het gedenken van Gods weldadigheid,
bewezen in de 16e-eeuwse reformatie
der kerk, mag elk jaar weer rondom
31 oktober plaats hebben. Op deze avond
inderdaad „in 't midden van Zijn heil'ge
woning", met velen uit diverse kerken.
De bezinning rondom Gods „heil'ge
woning". Zijn gemeente, verbond de
thema's van de drie sprekers. Sprak ds.
A. Beens over „Allen bijeen", ds. G. C.
de Jong stond stil bij Gods belofte „Ik
zal..." en ds. B. de Romph bepaalde bij
„De pilaar der waarheid", wellicht te
typeren als: het kenmerk, het funda
ment en de funktie van de kerk.
eenheid
Het heeft iets goeds, zo meende ds.
Beens (Herv. pred. te Sommelsdijk), als
wij als mensen van verschillende ker
ken de kerkhervorming jaarlijks samen
gedenken; het is een verblijdende zaak
dat dit kan. Toch dienen we bedroefd
te zijn over de verscheurdheid en ver
deeldheid tussen en in de kerken, die
alle voortkomen uit de reformatie. Hier
is schuldbelijdenis op zijn plaats.
In tegensteUtng tot wat de praktijk
veelal doet zien, gaat het in de kerk niet
om macht, maar om kracht van de Hei
lige Geest, die de tweedracht door
breekt. Ds. verwees naar zijn tekst: „Zij
waren allen eendrachtig bijeen" (Hand.
2:1); dat is een vrucht van de Heilige
Geest.
Waar Christus is, waar Hij als Hoofd
van Zijn gemeente de gemeenschap met
Hem en tussen de leden schept, is men
in eendracht bijeen; van echte eenheid
is slechts dan sprake, als de eenheid in
Christus het geheiligde en gezegende
middelpunt is! Waar ons leven Christus
is, krijgt het eigen vlees de doodssteek,
en sterven we tevens aan onze kerke
lijke eerzucht. De Heilige Geest schept
verzoening door het bloed van Christus,
maar in deze weg ook gemeenschap met
de Zijnen, aldus ds. Beens.
hechtheid
Ds. de Jong, de pastor loei, had zijn
uitgangspunt genomen hl Matth. 16 18:
„Ik zeg u dat gij zijt Petrus, en op deze
petra zal Ik Mijn gemeente bouwen". In
dit schriftgedeelte vraagt Jezus Zijn dis
cipelen: „Wie zegt gij dat Ik ben?" Deze
vraag brengt tot het hart van de zaak,
ze roept op tot een persoonlijke keuze.
Het is Simon Petrus die Zijn Meester
dan belijdt als „de Christus, de Zoon
van de levende God". Ds. wees erop dat
deze belijdenis geen vrucht van eigen
akker is; ze vindt haar grond in het
welbehagen van de Vader in de hemel.
Het is deze rotsvaste belijdenis, die
door Christus tot fundament van Zijn
kerk wordt gemaakt. Niet terwüle van
dit mensenwoord (Wie bouwt op Petrus,
Luther of Calvijn, valt om, zo waar
schuwde ds.), maar omdat Christus Zelf
van deze belijdenis de dragende onder
grond en de inhoud is; Hij is de uiterste
Hoeksteen.
„Ik zal.. zo zegt Christus. Hij is
een volkomen Zaligmaker: Hij legt het
fundament tn Zichzelf, en bouwt op
Zichzelf. Hoe? Wel, door afbraak van
onze eigen bouwsels, tot op de grond.
Er is niets, van ons bijHij doet een vol
komen werk. Zo krijgen verloren zonda
ren grond, ja rotsgrond, onder de voe
ten. En nimmermeer zullen de muren
van Zijn gebouw worden geslecht. Dit
is de triomf van Zijn genade!
waarheid
Horen wij bepaalde mensen wel eens
betiteld worden als „een steunpilaar
voor de kerk", in het gekozen schriftge
deelte (1 Tim. 3 15) wordt de gemeente
zelf genoemd: een pilaar en vastigheid
der waarheid, temidden van deze we
reld, zo ving ds. De Romph (chr. ger.
pred. te Vlaardingen) zijn slotwoord
aan.
De gemeente is de kerk van de leven
de God; ze is door Christus geformeerd
en Hij houdt haar in stand. Hievoor ge
bruikt de Heere mensen, die Hij bezielt
met Zijn Geest. Die mensen zijn niet
zelf de pilaren der waarheid, maar God
gebruikt hen om Zijn kerk een pilaar
te doen zijn. Zij mogen de huisfaezorgers
Gods zijn, belast met de bewaking van
Gods schat.
De Heere heeft Zijn kerk opgedragen
de schat van Zijn woord te bewaken en
te bewaren. Dat houdt echter geen lij
delijk rusten in. Met deze schat moet
gewoekerd en geworsteld worden. Naar
een oud gezegde is de kerk gerefor
meerd, om steeds weer gereformeerd te
worden.
Hoe meer de kerk leeft uit de waar
heid Gods, des te meer zal zij een pi
laar en vastigheid der waarheid zijn.
Mag u in die waarheid staan? zo vroeg
ds. zijn gehoor. Zo ja, dan zal de waar
heid u vrijmaken, aldus ds. De Romph.
Deze herdenkingsdienst werd zoals
gebruikelijk georganiseerd door het
comité „In de Rechte Straat". De op
brengst (de collecte bracht d= 1.200,
op; aan boeken werd voor circa 800,
verkocht) komt ten goede van de ge
lijknamige stichting.
Zeer gewaardeerde medewerking ver
leende het gemengd koor „Canticum"
0.1.V. de heer J. de Geus; organist was
de heer Ab Vroegindeweij.
Het uiteindelijke doel van deze avond
werd door het koor verwoord, toen het
psalm 99 8 zong in een prachtige toon
zetting van Claude Goudimel:
„Geeft dan eeuwig eer onze God en
Heer;
Heilig toch en 't eren is de Heer der
Heren!"
Op D.V. zaterdag 8 november heeft
Konsertkommissie „Organum" een
zang- en Orgelavond georganiseerd in
len het zou alles eens definitief moeten
worden geregeld.
Als minister Braks nu spreekt van
een overbodige motie zou daaruit kun
nen wórden afgeleid, dat regeling van
al deze zaken aanstaande is.
Of het zittende Kabinet daartoe nog
tijd zal hebben Is aan twijfel onderhe
vig.
de Grote Kerk van Tholen. Aan deze
avond zal medewerking worden ver
leend door de bekende organist KLAAS
JAN MULDER uit Kampen. Er zal op
deze avond veel aandacht aan de sa
menzang worden besteed van bekende
psalmen en gezangen.
Op het programma staan o.a. werken
van Bach (toccata en fuga), Rheinber
ger (cantilene). Krieken (prelude eroïca)
en Widor (toccata uit de vijfde Sympho
nic)Een tweetal improvisaties n.l. over
psalm 42 en 68 maakt deze avond extra
aantrekkelijk.
In verband met de steeds maar stij
gende kosten is de toegangsprijs 3,
Aan de uitgang zullen er tevens gram
mofoonplaten te verkrijgen zijn.
Aanvang: 20.00 uur. Kerk open: 19.30
uur. Allen hartelijk welkom.
door PAULA
Amsterdam - H. A. van Bottenburg N.V.
2
Meer dan
eens hebben de ouders het er samen
over, dat het toch maar goed bedacht
was, dadelijk zo'n ruim huis te laten
bouwen. Zo snelden hun jeugdjaren
daarheen, gelukkig en voorspoedig tn
het rijk bezit van hun negen kinderen.
Hans, die tot een stevige knaap van
tien jaar is opgegroeid, bleef niettegen
staande de lijn een zwerver en niemand
dacht er meer aan hem te gaan zoeken
als het donker werd. Meestal nam hij
Pluut mee en dan waren zijn ouders
minder ongerust dan wanneer hij al
leen op stap was. Hoe gewend echter
aan zijn weglopen, waar geen straf voor
scheen te helpen, had moeder Stettler
haar kleine zwerver als het donker
werd toch liever thuis. Zij kende haar
waaghals en wist, dat één misstap hem
te pletter zou kunnen doen vaUen.
Als het weer het toeliet, ontvingen de
kinderen in het dichtsbij gelegen dorp
onderwijs en daar mankeerde Hans
nooit. Met zijn grote helblauwe ogen
dronk hij als 't ware gretig in wat daar
geboden werd. Meestal liet hij „de kin
deren" met wie hij les gehad had, voor
uit gaan om zelf rustig dromend te
kunnen volgen. Als zijn peinzend oog
de hoge toppen streelde of hij „weg"
bleek en in eindeloze verten staarde,
moest niemand hem kunnen storen. Dan
begon zijn fantasie te leven. Dan zat hij
in die metalen vogel, die daar ronkend
hoog boven de bergen vloog. Dan was
hij op weg naar verre landen, zoals hij
die van meesters platen kende. Daar
waren geen bergen, die zijn uitzicht be
lemmerden, daar lagen wijde vlakten
voor hem, daar waren zeeën zó groot,
dat hij er zich nauwelijks een voorstel
ling van kon maken. Naar al die vreem
de landen wilde hij heen. Hij kende
dan natuurlijk al lang hun talen. En
daar, in één van die landen bezat hij
grote fabrieken, waaruit auto's af en
aan reden.' Zelf had hij dan natuurlijk
ook een wagen, zo'n mooie slanke, zo
als hij die meermalen op het grote plein
voor het Sint Bemardsklooster bewon
derd had. En dan... ja, dan wilde hij
naast zijn fabriek een huls hebben. Daar
wilde hij wonen en voor vader en moe
der veel geld verdienen. Waarmee hij
dat zou verdienen wist hij nog niet pre
cies. Dón bouwde hij huizen, die hij
weer dixur verkocht, dén bezat hij een
fabriek waar vliegmachines gemaakt
werden of auto's en ook dié, zouden
duur verkocht kunnen worden. Hij zou
dan niet alleen voor vader en moeder
geld verdienen maar ook voor zijn klein
vriendinnetje Marietje, die nu nog op
blote voetjes in moeders huis ronddrib-
belde. Zij kwam altijd maar.weer naar
hen toe, omdat zij het thuis, zonder
broertjes of zusjes, zo eenzaam had en
bij moeder kon er altijd nog wel een
kind bij.
„Dromer!" zei vader wel eens wre
velig, „wordt toch eindelijk eens wak
ker. Wat moet er van jou worden in
't leven?"
Dan zagen de eerlijke jongensogen
verschrikt naar vader op, niet begrij
pend, dat hij weer Iets deed wat niet
mocht. En dan kon hij er niet bij, dat
vader en moeder zijn droombeelden niet
toejuichten. Ja, later als hij met handen
vol geld thuis kwam, dén zouden ze hem
pas begrijpen. Ook Max en Otto, die
hem nu zo dikwijls plaagden. Hun ver
telde hij al lang niets meer, ook aan
vader niet. Moeder was de enige die
hem niet uitlachte, die altijd luisterde.
Wel spoorde zij hem aan, erg zijn best
te doen op alles wat vader hem opdroeg.
Toen MarietJe Steimle iets ouder
werd, mocht die wel eens met hem mee.
Aan haar vertelde hij zijn grootse plan
nen naar andere landen te gaan, daar
huizen en auto's te bouwen of vliegma
chines, dat wist hij nog niet en dan
zou hij één of twee maal In het jaar
naar hun bergdorp komen. En dan niet
met een touringcar of in één van zijn
eigen wagens, zoals die wel stilhielden
voor het Sint Bernard Klooster, maar in
zo'n ijzeren vogel, die daar hoog boven
hun hoofd ronkte. Dón zouden Max en
Otto wel naar hem willen luisteren, nu
lachten ze nog om alles wat hij hun
vertelde later te zullen doen.
Met open mond en schitterende ogen
hoorde de jeugdige Maria hem dan aan.
En hoewel zij lang niet alles begrijpen
en verwerken kon, juichte zij zijn toe
komstplannen van harte toe. Vooral ook
toen Hans haar verteld had, dat zij wel
eens met hem mee mocht. Of hij dan
met haar trouwen ging? Dat wist Hans
nog niet, maar misschien deed hij het
toch wel.
Als het kleine meiske dan opgewon
den door de fantastische verhalen thuis
kwam, zette moeder Steimle grote ogen
op en noemde Hans een wonderlijke
jongen, die beter zou doen wat minder
te lopen dromen. Marietje moest eens
wat meer met de zusjes en wat minder
met Hans op stap gaan, daar werd zij
langzamerhand te groot voor. De zusjes
Eefke en Anna dét waren goede vrien
dinnetjes voor haar.
Stilzwijgend hoorde Marietje moeder
aan. Wat kon haar Eefke of Anna nu
schelen! Zij hield van Hans, die altijd
Iets bijzonders te vertellen had. AI heel
gauw begreep het kind, dat zij moeder
niet te veel van Hans vertellen moest
en deze dacht dan ook, dat haar meiske
haar raad had opgevolgd en zich wat
meer met de zusjes Stettler was gaan
bemoeien. Niets minder bleek waar en
naarmate zij ouder werd bewaarde zij
haar groot geheim.
Zo snelden er enkele jaren voorbij
Maria, die een mooi kind geweest
was, groeide niet minder knap op. Van
onder het hoge voorhoofd keken een
paar staalblauwe ogen een ieder onbe
vangen aan. Twee dikke vlechten lagen
als een krans om haar goedgevormd
hoofd. Haar nauwelijks zichtbare wenk
brauwen gaven aan haar gezichtje een
kinderlijke uitdrukking. Als zij lachte,
schitterden er lichtjes In haar ogen, ter
wijl bij het even optrekken van haar
bovenlip, twee rijen regelmatig gevorm
de witte tanden zichtbaar werden. Ze
was groot voor haar leeftijd. Door haar
slank figuurtje en in haar eenvoudig
kleedje, donkere jurk met wit katoenen
mouwen en een vanaf haar middel rei
kend gestreept schortje, leek zij eerder
achttien dan zestien.
Tevergeefs hadden Max en Otto ge
probeerd haar Iets nader te komen.
Max, die ten slotte zekerheid wilde, had
op een goede dag moeder Steimle in
vertrouwen genomen, die hem geraden
had Uever nog even te wachten. Maar
Max wilde niet wachten. Over enkele
weken zouden Otto en hij naar Martigny
gaan, waar vader Stettler behoorlijk lo
nend werk voor zijn twee oudsten ge
vonden had. Vóór dat heengaan wilde
Max zekerheid. Enkele dagen voor zijn
vertrek liep hij, tegen het uur, dat hij
wist, dat Maria de geiten van een hoger
gelegen weide terug ging halen, die
richting op.
Dromend liep Maria, die even daar
voor de geiten van een kleine jongen
had overgenomen, achter de dieren aan.
Ze was somber gestemd. Moeder had
haar verteld, dat Max en Otto over een
paar dagen naar Martigny gingen. Of
zij nooit gemerkt had, dat Max op haar
gesteld was, dat hij straks heenging zon
der zekerheid of zij hém ook genegen
was. Waarom moest zij toch zo wonder
lijk tegen Max en Otto doen?
Met haar grote blauwe ogen had Ma
ria moeder verbaasd aangestaard. Wat
nu? Moeder wist toch, dat zij van Hans
hield! Of dat nóg niet uit haar hoofd
was. Zag zij dan niet, dat er van dien
dromer niets terecht kwam? Dat zijn
vader er soms wanhopig onder werd?
Neen, dat had Maria nooit gezien. Met
afgewend hoofdje, in ieder groot blauw
oog een traan, was zij die avond op ^X^eg
gegaan om de geiten op te halen.
Zij hield veel van moeder en daarom
deed het haar juist zo'n verdriet, dat
het moeder was, die zó over Hans sprak.
wordt vervolgd