EiiAnDEn - niEuws KasteEentocht door Zeeland (2) Zuid-Beveland De val van Bergen Overdenking uit de kerken Handleiding aanleggen verkeers drempels bepleit uit de Heilige Sdirift Tien praktische tips voor bergwandelaars 2e blad Vrijdag 4 juli 1980 No. 4905 NIEUWS {Uw huis verkopen TAMBOER NED. HERV. KERK NAM AFSCHEID VAN JUBHJERENDE KOSTERES RODE KRUIS INZAMELINGSCAMPAGNE 1980 We gaan nu naar Ziiid-Beveland. Maar daar is geen kasteel meer te ontdekken. Of het zou moeten zijn het kasteel van Sabbinge, dat nu het „Hoge Huis" ge noemd wordt en in 1962 gerestaureerd is. Het lag bij de stichting niet in Zuid- Beveland, maar op het eiland Wol- phaartsdijk. Deze twee eilanden waren gescheiden door de Schenge, een grote kreek die nog bestaat. Toen in de Fran se tijd de Wilhelminapolder werd inge dijkt, werden de eilanden Zuid-Beve land en Wolphaartsdijk door middel van een dam aan elkaar verbonden. Op dit kasteeltje woonden de heren van Sabbinge. Het gehucht Oud-Sab- binge bestaat nog, in 1806 werd de kerk gesloopt en nog niet zo lang geleden de school, die op de plaats van de afge broken kerk werd gebouwd. Verder levert Zuid-Beveland niets meer op. Evenmin als Noord-Beveland, dat we er in dit artikel ook maar bij nemen. Maar daar is de oogst ook niet groot. De heren van het kasteel Kats speelden een belangrijke rol op dit ei land en het kasteel van Kortgene was gekocht door Floris, de bastaardzoon van Frank van Borssele (die van Jaco- ba van Beieren uit het vorige artikel), die er de ambachtsheer werd. Dat is alles. Maar dat is geen wonder, de grote watervloeden van 1530 en 1532 hebben het eiland geheel onder water gezet tot kort voor het jaar 1600, dat is dus 70 jaar lang. Toch wil ik wel een en ander vertel len van verdwenen kastelen, die vroe ger een belangrijke rol in de geschie denis hebben gespeeld. En voor de spiegelruiten wuift nimmer een gravin. Eén ding is daar gebleven, één onverganklijk ding: Uit glorievolle tijden bleef de herinnering". Enkele kilometers verder ligt het mooie dorp Kapelle. Daar stonden vroe ger wel 4 kastelen. Op het kasteel Maalstede woonden de heren van die naam, van de voornaamste ambachts heren van Zuid-Beveland. Verwant aan deze familie waren de bewoners Van het kasteel Bruëlis, dat 400 meter verder lag. Hier stonden ook nog de huizen Gistelles en Poucques, die meer leken op een landhuis dan op een kas teel. Sommige namen van nu herinne ren er nog aan. Borssele en omgeving Het geslacht van Borssele (ook wel geschreven Borsele of Borselen) was een van de machtigste in Zeeland. Boven op een hoogte die de berg van Troje genoemd wordt en nog bestaat vlak bij het dorp Borssele en met wilgentronken is beplant, stonden 1200 de eerste gebouwen nog van hout. Later werd er een stenen kasteel naast gebouwd en er omheen een gracht gegraven. Die hoogte heeft misschien wel gediend als vluchtheuvel. Het land hier lag laag en er zijn dikwijls overstromingen geweest. Tenslotte lagen hier in wat genoemd wordt de Zak van Zuid-Beveland de dorpen Borssele, Oudelande en Baar- land. Eerst eilandjes zijn ze later door inpoldering verenigd. Een bekend water Rondom Goesj Vlak bij de grote Maria Magdalene-j kerk stond vroeger het mooie kasteel Oostende. Dat is het waarvan MeUs Stoke, de kroniekschrijver van graaf Floris V, schreef: „Ter Goes was het begin van een huis". Het is vooral be kend geworden, doordat gravin Jacoba van Beieren er nu en dan woonde. Vol gens de legende heeft ze eens meege daan aan het gaaischieten en wist zelfs de vogel te treffen, zodat ze de koningin van het schuttersfeest werd. Nou ja, schieten en vechten kon ze wel. Goes heeft in ieder geval veel aan haar te danken, ze gaf het enkele privilegiën, zoals het houden van een jaarmarkt en het versterken van de stad met wallen en poorten. De wallen zijn er nog, de poorten zijn verdwenen. Men vertelt ook, dat ze in de tuin een moerbeiboom geplant heeft, die tot in 1929 vruchten heeft gedragen, maar in de strenge winter van dat jaar is doodgevroren. Een boom van 500 jaar oud, zou het waar zijn? Er is niets meer van het oude slot over, misschien nog de keldergewelven en de naam van het café. Op een aar dige manier heeft iemand die vergane glorie in versvorm weergegeven: „Daar staat in deze tijden te Goes een ex-kasteel; Daar danst men en daar drinkt men, verteert men graag en veel. 't Kasteel is zeer veranderd al door der tijden loop, 't Is deels café en dancing en deels een bioscoop. Geen ridders met kurassen gaan meer de poorten in. Baarland, slot hier, waarvan nog een klein gedeelte over is, heet het Zwake, Door erfenis en grondaankoop ont stonden uit deze machtige familie ver schillende takken: Borssele van Zand- dijk, van Veere, van Kortgene, van Brigdamme, van Souburg. We ontmoe ten ze telkens in de geschiedenis van Zeeland. Zoeven noemde ik Baarland. Daar staat nu nog iets dat op een kasteeltje gelijkt. Maar het oorspronkelijke hof of hmze Baarland is in 1840 afgebroken. Alleen het koetshuis is blijven staan. Dat is enkele jaren geleden gerestau reerd. Op het muurtje langs de gracht zijn een paar torentjes gebouwd en nu lijkt het erg kasteelachtig, maar het is modem antiek. Niet ver van het dorp heeft men in 1957 bij herverkaveling de fundamen ten ontdekt van het kasteel Hellenburg. Ze zijn blootgelegd en nog te zien. Tot voor de laatste oorlog heeft bij EUewoutsdijk een wit gebouw van ei genaardige bouwstijl gestaan, in bezit van de ambachtsheer J. C. van Hattem. Men noemt het wel het slot van EUe woutsdijk, maar het is niet het oor spronkelijke kasteel, dat is 1823 af gebroken. Bij de bevrijding in 1944 is dit huis verwoest. Totaal verdwenen zijn de kastelen van Waarde, Krmningen, Nisse, Baars dorp, Kloetinge en nog enlïele andere. Van de meeste weten we weinig of niets dat interessant is om te vermelden. NED. HERV. KERK Beroepen te: Klundert A. Boertje te Wezep; Stolwijk H. Klok te Meiissant; Groenekan L. Oosten te Wouterswoude; Middelhamis P. Molenaar te Groot Am- mers; Arnemuiden G. de Knegt te Bar- neveid; Dinteioord D. Scheepmaker te Almelo. Aangenomen naar: Driesum kand. J. Steiwagen ïe Veenendaal; Kamerik kand. A. van Vuuren te Amsterdam. Beaankt voor: Rijnsburg D. Hak kenberg te Lopikerkapel; Giessendam W. Verboo mte Waddinxveen; Kootwijk J. Olie te Lmschoten; Bergambacht C. V. d. Bergh te Rotterdam; Maartensdijk L. Oosten te Wouterswoude; Reeuwijk en Zetten kand. A. van Vuuren te Am sterdam; Papendrecht J. Maasland te Barneveld. GEREF. KERKEN Beroepen te: Amsterdam H. Pepper te Renkum Gouda B. Schoep te Gro ningen; Nijenleek kand. J. Schoonwille Kameen; Beverwijk J. Dondorp te Een. Aangenomen naar: Eenrewoude A. Klein te Pieterburen; Nieuwleusen J. Boersma te Grootegast. Beuankt voor: Kampen K. Dijk te Haren. GEKEF. KERKEN VRIJGEMAAKT Beroepen te: Eemdijk en Deventer kand. J. Rosenbrand te Kampen; Does burg, Doetinchem, Zaandam en Waard huizen kand. F. v. d. Pol; Heerenveen K. Verlmd te Paramaribo. Aangenomen naar: Zeist D. Los te Kaapstad (Z. Afrika). Bedankt voor: 's Hertogenbosch J. V. d. Wal te Surhuisterveen; Enschede M. Brandes te Ermelo. Overleden: Op 80 jarige leeftijd over leed ds. J. ten Hove em. pred. te Mus sel. Hij werd in 1932 predikant te Gees en diende verder de kerken van Ter- neuzen en Mussel, waar hem in 1970 emeritaat werd verleend. CHR. GEREF. KERKEN Beroepen te: Emmeloord en Wor- merveer kand. H. Hoogendoom te Vee nendaal. Beaankt voor: Middelhamis A. Baars te Urk; Enschede J. Jonkman te Alme lo; Utrecht-N J. Westerink te Urk-O. Rotterdam: De Geref. Gemeente In Hersteld Verband, gediend door ds. P. Overduin, vanaf 1947 (hij hoopt thans met emeritaat te gaan) heeft zich aan gesloten bij de Chr. Geref. Kerken. De ze gemeente telt 300 zielen. GEREF. GEMEENTEN Beroepen te: St. Catharines (C) A. Vergunst te Veen; Arnhem E. Venema te Drachten; Aalburg A. Hofman te Scheveningen; St. Annaland M. Mon- dria te Waardenburg; Rotterdam-W D. Hakkenberg te Lisse; Nijkerk J. Ka rens tè Opheusden; Gouda A. Moer kerken te Nieuw Beyerland. Aangenomen naar: Wageningen kand J. J. Tanis te Sommelsdijk, die bedank- Verdronken Reimerswaal Reimerswaal was vroeger een van de voornaamste steden van Zeeland. Het had ook een kasteel, maar daarvan is weinig bekend. Door de Felixvloed van november 1530 is dit hele gebied onder water gelopen, tot op dit ogenblik. Bij die gelegenheid ontmoeten we de am bachtsheer Adriaan van Reimerswaal, heer van Lodijke, die op zijn kasteel Lodijke woonde. Dat stond iets ten wes ten van Reimerswaal aan de kreek Vemoutsee. Het haventje van de Ooster- schelde naar zijn kasteel is aan 't ver- I zanden. Nu komt die grote watervloed en verheugd roept hij uit: „Laet het haevenken schuren". Maar de storm vloed schuurt niet alleen het haventje uit, maar overstroomt een vruchtbaar landschap met tal van mooie dorpen. I Ook het kasteel van Lodijke, en de kas- I teelheer vlucht naar Bergen op Zoom. De dichter Loosjes zegt ervan: „Wat schouwspel treft mijn oog! Zie ik rondom mij henen, Die schone dorpen zijn geheel in zee verdwenen. Geen torenspitsje zelfs aanschouwt mijn oog ervan. Geen muurbrok die het oog nog onderscheiden kan, Noch enig overschot van 't prachtig slot Lodijke. Wie kende in ligging of in rijkdom zijn gelijke? In zee begraven slot: nooit heft ge uwen top, Nooit uwen toren weer uit dezen afgrond op". Middelburg L. v. Wallenburg V ER VOLGVERHAAL Historisch verhaal uit het jaar 1572 door JAAP DE KORTE Den Hertog's Uitgevery Utrecht „Daar heb je het al!" roept Geert, „het poortje staat nog open!" De sleutel steekt nog in het slot van de poortdeur. „De monnik heeft wel haast gehad", konklu- reert Klaas. „Het is jammer dat we daar niet eer der aan gedacht hebben", vindt Geert. „Het is ons duur te staan gekomen. Herman is dood... Gelukkig stond hij alleen op de wereld. Zijn ouders zijn al lang geleden gestorven en hij was on gehuwd". „Als de gevangenen nu maar goed overkomen", zegt Klaas, „dan hebben we in elk geval ons doel bereikt". Ze keren nu naar hun makkers terug. „Het wordt nu hoog tijd dat we vertrek ken mannen", zegt Geert. „We moeten voortmaken, voordat de Spanjaarden versterking gaan halen". Somber wordt de terugtocht aanvaard. De mannen spreken niet veel. Ze hebben de strijd gewonnen maar... hun makker is dood. Dit verlies weegt de dappere geuzen zwaar en heeft hen allen diep getroffen. Herman was altijd een gezel lige kerel en een graag geziene kame raad. En nu dit... Plotseling zijn ze hun strijdmakker kwijt. In het hart van sommigen laait de woeste wraak op tegen de gehate Span jaarden. Ze zweren bloedige wraak te gen alle vijanden die hen de voet dwars durven zetten. Het bloed van hun mak ker zal gewroken worden! Er wordt echter niets gezegd. In het hart van de geuzen stormt het, maar als ze naar de draagbaar kijken waarop de gesneuvelde ligt, dan zijn er ook weer andere gedachten en ze huiveren als ze de kille dood zo van nabij zien. De anders zo luidruchtige en ruwe ke rels, keren nu zwijgend huiswaarts. Ze hebijen hun doel bereikt, dat is waar. Het klooster is geplunderd en de gevan genen bevrijd. Maar het gelag is duur betaald! HOOFDSTUK VIII HET VONNIS VOLTROKKEN Het is druk in de herberg „De Luifel". Verschillende reizigers komen en gaan. Aan de tafeltjes in de ruime gelagkamer zijn de meesten in druk gesprek gewik keld, terwijl ze zich het schuimende bier goed laten smaken. Buiten is het koud en de verkleumde reizigers scha ren zich in groepjes om het gezellige brandende haardvuur. Het is vandaag wel bijzonder druk in Brussel. De herbergen, die anders toch ook wel druk bezocht worden, zijn over vol. Aan al deze drukte is te merken dat er vandaag weer eens grote dingen staan te gebeuren! Terwijl de reizigers en kooplui zich tegoed doen aan het bier dat bij grote kruiken vol naar binnen wordt geslagen, wordt de deur van de gelagkamer geo pend en een tweetal marskramers treedt het vertrek binnen. Ze groeten beleefd en de waard beantwoordt hun groet met een vriendelijk: „Komt binnen mannen, hier is nog wel een warm plaatsje voor jullie". Hij wijst naar een onbezet tafel tje dat in een hoek van de gelagkamer staat. De marskramers zetten zich neer, ter wijl de oudste van hen een kruik bier bestelt. De waard is al spoedig bij hen en reikt hun het verlangde toe. De koop lui ontdoen zich van hun zware mars en laten zich het bier goed smaken. De dikbuikige waard komt bij hen zitten en knoopt een gesprek met hen aan. „Mijn dochter kan het nu wel even alleen af", meent hij. „Het wordt nu iets rustiger. Het is anders druk vandaag; er zal wel weer veel belangstelling zijn". „Er is veel volk op de been", antwoordt te voor Ouddorp. Melissant, Herkingen en tal van andere beroepen. Bedankt voor: Sunnyside A. Ver- gunst te Veen; Meeuwen G. Mouw te Tholen. Nieuwerkerk (Z): Na bevestiging door ds. Th. van Stuyvenberg uit Me liskerke met Hebr. 13 17, deed ds. M. van Gelder, gekomen van Gouda in trede alhier met Joel 3 18. Rotterdam Zuidwijk: Wegens ver trek naar Vlissingen, nam. ds. H. Paul afscheid van deze gemeente met een prediking over Rem. 15 33. GEREF. GEMEENTEN IN NED. Bedankt voor: H. I. Ambacht A. van Straalen te Barneveld. Jubileimi: Ds. D. L. Aangeenbrug, em pred. te Ederveen (grootvader van Ds. Aangeenbrug, Herv. predikant te Goe- dereede) werd 50 jaar geleden lerend ouderling in de Chr. Geref. kerk van Nieuw Vennep. In 1934 vertrok hij naar Leerdam. Hij ging daar in 1942 over naar de Geref. Gemeenten en werd na een korte studie in 1944 predikant in die kerken. Hij diende de gemeenten van Dor drecht en Temeuzen, waar hij in 1953 zich aansloot bij de Geref. Gemeenten in Nederland. In 1960 ging hij naar Rijssen en in 1965 kreeg hij emeritaat. Sinds dient hij als hulpprediker de ge meente van Ederveen. NED. GEREF. KERKEN Aangenomen naar: Lelystad (in sa menwerking met de Chr. Geref. Kerk) G. Roukema te Katwijk. De Voorlopige raad voor de verkeers veiligheid, onder voorzitterschap van mr. Pieter van Vollenhoven, beveelt aan op korte termijn het opstellen van een handleiding voor het aanleggen van verkeersdrempels ter hand te nemen. De raad adviseert dit aan m,inister Tuijnman van Verkeer en Waterstaat, coördinerend minister voor de verkeers veiligheid. Er dient volgens de raad een bestuur- groep te worden ingesteld, die zo'n handleiding ten behoeve van de weg beheerders gaat opstellen. In wooner ven is geen onduidelijkheid over drem pels. De inrichting van de weg dwingt reeds tot snelheidsverlaging, terwijl daar bovendien de wettelijk toegestane snelheid laag is. Een drempel heeft dan hoogstens aanvullende waarde. Het pro bleem ligt vooral buiten de woonerven, waar de drempel gebruikt wordt als middel om de snelheid te verlagen. Voor wegen buiten woonerven wordt de wettelijke positie van verkeersdrempels verschillend geïnterpreteerd. Daarover is onlangs een openbare discussie ont staan, waarvan de Voorlopige raad voor de verkeersveiligheid met bezorgdheid kennis heeft genomen, omdat daaruit onzekerheid en verwarring spreekt over de juridische positie van die verkeers drempels. Bovendien zijn de meningen sterk verdeeld over de werking van deze verkeersdrempels voor de veilig heid, mede in relatie tot de vorm die ervoor gekozen wordt, zo» constateert de raad. De raad stelt ook vast, dat een van de hoofdthema's in de aanpak van de verkeersveiligheidsproblematiek de ver deling van de openbare ruimte in ver- keers- en verblijfsgebieden is. Vooral binnen de verblijfsgebieden is aanpas sing van de snelheid van het gemotori seerde verkeer belangrijk voor het stre ven naar grotere veiligheid en leefbaar heid. Een van de goedkoopste in aan merking komende instrumenten voor de aanpassing van de snelheid is de verkeersdrempel, zonder dat men dan direct overgaat tot de veelal kostbaar der aanpassing van de vorm van de weg. Verkeersdeskundigen hebben in het verleden al gewezen op het gevaar dat zulke drempels met zich mee zou bren gen, omdat de aandacht van de gemo toriseerde weggebruiker er door zou worden afgeleid van het overige ver keer. Andere desikundigen bestrijden dit en stellen daar tegenover, dat het in sommige situaties beter is de snelheid te beperken ter beveiUging van andere weggebruikers, onder wie spelende kin deren. De raad vindt dat in deze zaak dui delijkheid gewenst is, zowel voor de wegbeheerders als voor de verkeers- deehiemers. Hij brengt daarbij het on langs gehouden nationale verkeersvei- Ugheidscongres in herinnering, waar van de overheid een voorwaarde-schep- pend-beleid werd gevraagd. Als men spreekt over het scheppen van voor waarden voor een veiliger verkeer aldus de Voorlopige raad voor de ver keersveiligheid dan is dat in het bij zonder van toepassing op verkeersdrem pels buiten woonerven. de jongste van de marskramers. Ik denk dat er niet dikwijls zoveel volk binnen de muren van Brussel is als thans. Het is ook wel de moeite waard om er aan dacht aan te schenken. Ik vind het ver schrikkelijk!" „Stil toch man! niet zo luid!" waar schuwt de waard terwijl hij zijn blik op een vijftal Spanjaarden werpt. Deze zit ten in een andere hoek van het vertrek en horen niets. Ze zijn verdiept in hun dobbelspel. Zo nu en dan klinkt er een uitroep van verbazing, afgewisseld door een gesmoorde vloek. „Ze hebben niets gehoord", meent een van de marskramers. „Toch is het beter niet al te luidruch tig te zijn". Het gesprek wordt nu verder fluiste rend gevoerd. „Jullie kamer is reeds in gereedheid gebracht", licht de waard hen in. „Mijn dochter heeft een goede plaats voor jul lie uitgezocht". „Het is goed", lacht de oudste van de marskramers. „We zullen er deze nacht dankbaar gebruik van maken. Morgen ochtend vertrekken we weer vroeg en een goede nachtrust zal ons zeker geen kwaad doen". De waard staat op. „Ik zal mijn dochter nog even helpen", zegt hij,.„het wordt nu weer drukker". Een viertal Spanjaarden stormt de ge lagkamer binnen. Rinkelend gooien ze de deur achter zich dicht. EZAU's TRANEN VERSMAAD want hij vond geen plaats des berouws, hoewel hij die met tranen zocht". (Hebr. 12 17b) We hebben nogal eens de neiging Ezau voor te stellen als een ruige, wat onnadenkende, maar toch best wel sym pathieke kerel tegenover de meer ge- slepene, onbetrouwbare figuur van Ja kob. Dat is echter een onjuiste beoorde ling. Jakob was al heel jong tot God bekeerd en hoeveel fouten hij ook maak te, 't was toch ten diepste zijn lust om de HEERE te vrezen, het allerhoogst en eeuwig goed. Ezau wordt ons in He breeën 12 getekend als een onheilige, iemand die het zinnelijke en zichtbare van deze wereld veel hoger aanslaat en inschat dan de zegen van de levende God. Dat hij „om één spijze het recht van zijn eerstgeboorte weggaf" was maar niet een onbetekenend voorval het was kenmerkend voor heel zijn le venshouding! Zo is Ezau een waarschu wend voorbeeld voor de gemeente. Ook in onze eigen welvaartstijd is het ge vaar zo groot om als een onheiUge het bezit en het genot van de wereld na te jagen. Daarmee maken we ons schuldig aan verachting van de goddelijke gaven die ons beloofd zijn in de Doop. Wan neer we in wezen nog goud-zoekers zijn in plaats van God-zoekers, zijn we nog altijd bezig met het versmaden en ver kwanselen van ons eerstgeboorterecht. We doen niets met de beloften van God die aan ons voorhoofd zijn bezegeld. Wat een belediging van de belovende God! PREDIKBEURTEN ZEELAND Zondag 6 juli 1980 THOLEN 9.30 uur kand. J. de Koeijer uit Kruiningen en 18.30 uur ds. J. Blom. POORTVLIET 10 uur enl8 uur ds. Tj. de Jong. SCHERPENISSE 9.30 uur en 14.30 I uur ds. D. Budding. SINT MAARTENSDIJK 9.30 uur en 14.30 uur ds. J. van Loon. STAVENISSE 10 uur en 18 uur ds. W. Gorissen. SINT ANNALAND 10 uur en 18 uur ds. M. D. Geuze. OUD VOSSEMEER 10 uur en 18.30 I uur ds. Th. v. d. Heijden, H.A. en I Dankzegging. SINT PHILIPSLAND 9.30 uur en 14.30 uur ds. A. Cysouw. NIEUWERKERK In een druk bezochte kerkdienst, waarin voorging de emeritus-predikant van N'kerk, ds. M. G. Westerhof, werd hartelijk afscheid genomen van de kos- teres, mevr. Jo Reinhoud, welke 25 jaar lang dit werk heeft verricht. In harte lijke bewoordingen gedacht de predi kant het vele dat mevr. R. voor de kerk heeft gedaan. „U hebt uw werk met zorg en blijdschap gedaan al die jaren" aldus ds. W. We zijn dankbaar en zullen U missen. De president-kerk voogd, dhr. A. R. J. v. d. Hoek onder streepte deze woorden en bood de ju bilerende en scheidende kosteres een duurzaam levensmiddelen pakket aan. We blijven U dankbaar, aldus v. d. Hoek. Bij de uitgang kon een ieder de jubi lerende kosteres feliciteren, waarvan druk gebruik werd gemaakt. Ook mocht ze van velen nog enveloppes met inhoud ontvangen. Er was dank, in woord en daad. De zondagschool Vereniging bood haar een grote fruitmand aan. AFDELING MIDDELHARNIS De opbrengst van de inzameling voor het Rode Kruis is totaal 10.359,— en is als volgt verdeeld: Den Bommel 1.288,—; Stad aan 't Ha ringvliet 1.409,en Middelhamis - Sommelsdijk 7.662,— Met vriendelijke dank aan allen die hebben bijgedragen en medegewerkt aan deze campagne. Namens dg afdeling Middelhamis van het Rode Kruis. „Waar is de waard?" schreeuwt er een. „We willen bier!" De herbergier is wel aan dergelijke taferelen gewend. Het gebeurt niet zel den dat er beschonken soldaten binnen vallen. Uit ervaring weet hij dat het dikwijls moeilijkheden oplevert. Reeds meermalen is het op een gevecht tussen de burgers en soldaten uitgelopen en het heeft baas Dirksz. al verscheidene gla zen gekost. Het Is dus geen wonder dat de waard op dergelijke bezoeken minder gesteld is. Hij weet echter hoe hij het beste kan handelen met de soldaten. De ervaring heeft hem geleerd, dat men met zachte hand meer bereikt dan met veel lawaai. Anderzijds moet men het soldaten volk ook niet te veel toegeven, daar ze anders te lang blijven plakken. „Natuurlijk krijgen jullie bier", ant woordt hij, „maar denkt er aan, met één kruik moeten jullie volstaan! Als je 'm leeg hebt moet je vertrekken". „Schiet wat op man!" schreeuwt nu een andere soldaat, „we hebben dorst". Als je ons geen bier geeft, wordt je ook onthoofd, net als die ketter, dus denkt er aan!" lalt nu weer een ander. De waard antwoordt niets maar schenkt een kruik vol met schuimend bier en geeft dit aan de soldaten. Het duurt niet lang of de kruik is leeg. De Spanjaarden hebben weinig zin om nu al te vertrekken en terwijl ze zich om het Maar wat nu te denken van de hler- f boven afgedrukte tekstwoorden? Is Ezau tot inkeer gekomen? Kwam er bij hem een hartelijk berouw, heeft hij tranen geschreid vanwege zijn zonde? En is de HEERE God toen zó onverbiddelijk ge weest dat Hij deze wenende verloren zoon niet meer wilde ontvangen? Neen, dat zegt de tekst niet. Gode zij dank niet. Dan zou immers het evan gelie van de schuldvergeving ondermijnd worden. Er zou niet meer vrijuit gepre- ,j dikt kunnen worden dat bij God in Christus de pardonbrief gereed ligt voor de grootste der zondaars. Hebreeën 12 17b is echter een omschrijving van wat ook te vinden is in Genesis 27 34 en g 38. Toen Jakob de eerstgeboortezegen t had verkregen, probeerde Ezau onder - tranen de zaak terug te draaien. Hij - wilde Izaak ertoe bewegen hem alsnog - de voornaamste zegen te geven en zo - de zegen van Jakob weer in te trekken. 1 Dat was ,,de plaats des berouws" die - Ezau vruchteloos zocht. De kantteke- a ning bij onze Staten-Vertaling stelt te- 1 recht: „Want dat Ezau geen berouw van zijn eigen misdaad heeft gezocht, blijkt daaruit dat hij terstond daarna e Jakob naar zijn leven heeft gestaan." 1 Zo is het tekstwoord een waarschu- e wend woord. Er zijn versmade tranen, t De droefheid der wereld werkt de dood. Is het ons ook in onze gebeden en tra- - nen uiteindelijk te doen om de zegenin- - gen los van de zegenende God, dan zul- - len we mét Ezau tevergeefs bidden en It smeken. Jacobus zegt daarvan: „Gij bidt - en gij ontvangt niet, omdat gij kwalijk t bidt, opdat gij het in uw wellusten e doorbrengen zoudt" (Jacobus 4 3). Maar als het u om de HEERE te doen is en Zijn zegen van schuldvergeving en eeuwig leven in Zijn gemeenschap, grijp dan moed en laat u niet door een ver- l keerd begrip van Hebreeën 12 17 ont moedigen. i Nóóit versmaadt de HEERE de zuch- 1. ten en tranen van een bedelaar aan Zijn tfoon! Veenendaal Ds. J. Hoek De bekende Oostenrijkse expeditie- en bergreddingsarts Franz Berghold uit Kaprun (Salzburger Land) heeft „tien praktische en „gezonde" tips" voor bergwandelaars geformuleerd. Wande lingen in het hooggebergte stellen nu eenmaal bepaalde eisen aan jong en oud. Maar de „leefregels" van dokter Berg hold zijn ook bruikbaar voor wat mak kelijker wandelingen. 1. Primair voor een bergwandeling is een goede conditie. Training is nodig. 2. Drhik aan de vooravond van de wandeltocht geen alcohol. Een ste vig ontbijt verdient aanbeveüng. 3. Begin de wandeltocht niet in een te „hoge versnelling". Eerst een half uurtje kalmpjes aan om „warm" te lopen. 4. Het tempo van de wandeltocht moet worden aangepast aan de langzaam ste. 5. Om de twee uur een kwartiertje rusten, een hapje eten, wat drinken (besUst geen alcohol) en relaxen. Ook moeten rustpauzes worden in gelast bij vermoeidheid en uitput ting. Brood, koekjes en chocolade zijn als voeding beter dan druiven- suiker. 6. Kinderen beneden 12 jaar mogen niet worden overbelast. Ouderen doen er goed aan vóór een wandel tocht een sportarts te laten bepalen waar de grens Ugt van zo'n presta tietocht. 7. Verblijf in hogere luchtlagen ver eist een proces van acclimatisering. Het lichaam moet tijdens de rust pauzes gelegenheid krijgen zich aan te passen aan de veranderde (dunne) lucht. 8. Voor wie de weg is kwijt geraakt geldt het internationale s.o.s.-sig- naal voor de bergen: elke minuut zes keer een teken geven door roe pen, fluiten of een lichtsignaal. Daarmee doorgaan tot antwoord wordt vernomen door hetzelfde te ken drie keer per minuut. 9. Neem zelfs voor een gemakkelijk lijkende wandeUng in de bergen een noodpakketje mee. Daarin zitten o.m. EHBO-artikelen, een bivakuit rusting, reserve-ondergoed en een flink stevig touw. 10. Route en doel van de wandel(berg) tocht laten weten bij het logeer adres. STAVENISSE Collecte Rode Kruis: De te Stave- nisse gehouden collecte voor het Rode Kruis heeft 1.316,30 opgebracht. buffet scharen, vragen ze om een tweede kruik. Baas Dirksz. weigert echter beslist. „Gaat nu mannen!" dringt hij aan, „de gelagkamer wordt te vol. Moeten jullie niet naar de Grote Markt? Mij dunkt, er zal daar toch wel iets te beleven zijn". ,,Da's waar ook!" schreeuwt een van de soldaten, „komt jongens! Er wordt een ketter onthoofd en daar wil ik bij zijn". Hij werpt de waard een geldstuk toe en staat op. De anderen volgen hem. „Ha!" roept er een, „we zullen eens zien wat die ketter te vertellen heeft. Ik wou dat ik hem zijn hoofd mocht af slaan. Het zou me een waar genoegen zijn. En jij baas Dirksz.," zo vervolgt hij zijn dronkenmanstaal, „als jij ons in het vervolg geen bier meer schenkt, zal het met jou niet veel beter aflopen". Waggelend op zijn benen volgt de snoever zijn makkers en verlaat de ge lagkamer, honend spotlachend. Zuchtend kijkt de waard het ploegje na. „Gelukkig, die zijn verdwenen". De beide marskramers kunnen zich inmiddels nauw'lijks bedwingen. „Het was beter geweest dat je die dronkelappen meteen de deur had uit gesmeten", valt de jongste heftig uit '- de dronkaards verdwenen zijn. wordt vervolgd

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1980 | | pagina 5