EIIAI1DEI1 - niEUWS
HET POSTWEZEN
Overdenking
veR van honk
Uw huis verkopen?
TAMBOER
uit de
Heilige Schrift
per klas daalt nog
steeds bij het kleuter
onderwijs en het ge
woon lager onderwijs
2e blad
Vrijdiag 9 maart 1979
No. 4773
HET-
KFIKVENSTER
ZEEUWSE WANDELINGEN
ZONiaf OF VREEMDEN
CARAVANS IN ALLE SOORTEN EN MATEN
OP CARAVAN AHOY'
Uw huis verkopen?
TAMBOER
Het aantal leerlingen
Gymnastiek voor
ouderen
in Den Bommel
VERVOLGVERHAAL
blik op kerk
en samenlevins
Goudzwaard en het CDA
Top en basis
Geven en nemen
Prof. Goudzwaard heeft roet in het
eten gegooid. Anti-Revolutionair roet in
het eten van het C.D.A. Inuners, de drie
grote christelijke partijen, de KVP en de
ARP en de CHU hebben al zo'n nauwe
vorm van samenwerking dat ze streven
naar een definitieve fusie op 1 juni 1980.
Op zichzelf is dat natuurlijk een groot
se onderneming. Drie partijen, die een
eeuw lang gescheiden optrokken en el-
kaar soms fel bestookten en soms heel
ver uit elkaar gegroeid leken, hebben
elkaar gevonden. Het CDA is dan ook
weleens één van de belangrijkste poli
tieke ontwikkelingen van na de oorlog
genoemd.
De motor van die eenwording is in
feite Prof. P. Steenkamp, die met on
vermoeibare werkkracht en met groot
idealisme de partijen tot elkaar heeft
gebracht. Hoeveel moeilijkheden en on
derlinge geschillen en onenigheden hij
daarbij telkens weer uit de weg moest
ruimen, weet hij waarschijnlijk alléén.
En nu komt dan de fusie in. zicht,
waarbij de drie verschülende partijen
ophouden te bestaan en opgaan in het
ene grote CDA, en nu komt Prof. Goud
zwaard met bezwaren tegen de huidige
koers van het CDA in de regeringspoli-
tiek. Bezwaren die volgens hem de fei
telijke eenwording in. de weg staan.
Goudzwaard staat met die bezwaren
niet aUeen. Binnen de Anti-Revolutio-
naire Partij gaan voortdurend stemmen
op die beweren dat het CDA niet genoeg
evangelisch-radicaal is, en te veel loopt
aan de leiband van de regering. Ze wU-
len dat de CDA-fractie zich onafhanke
lijker opstelt tegenover het kabinet-van
Agt.
Toch vertolken deze stemmen van de
leidinggevenden nieft altijd wat er leeft
in de ARP zelf. Er is reeds verschillende
malen op gewezen dat de afstand tussen
de top en de basis erg groot is. De top is
linkser, radicaler dan de basis.
Het CDA heeft mijn sympathie niet,
dat heb ik nimmer onder stoelen of
banken gestoken. Een samengaan tussen
Rome en de Reformatie lijkt me ook in
de politiek onmogelijk.. De kloof tussen
beide is te diep.
Maar afgezien daarvan hjkt de kritiek
van Goudzwaard me niet billijk. Binnen
het CDA is er al op gewezen dat er nu
eenmaal een marge zit tussen het ver
kiezingsprogram „Niet bij brood alleen",
waarop Goudzwaard zich herhaaldelijk
beroept, èn de politieke praktijk.
Maar bovendien, het CDA regeert niet
alleen. Het vormt een coalitie met de
VVD. En wie met anderen een regeer
akkoord heeft gesloten kan die anderen
niet buiten spel zetten. Als er water in
de wijn gedaan is, is dat nog eerder ge
schied door de liberalen dan door de
christen-democraten. Want er is de WD
blijkbaar veel aan gelegen samen met
het CDA te regeren en niet met de PvdA
Vandaar dat ook de WD in eigen kring
nogal eens op de vingers wordt getikt.
En zeker van de kant van de oppositie
moeten de liberalen vaak horen dat ze
overstag gaan voor het CDA, uit vrees
buiten de boot te vallen. Dat had Goud
zwaard óók moeten bedenken.
WAARNEMER
Een paar weken geleden is in Mlddel-
hamis een nieuw postkantoor in ge
bruik genomen. Een foto ervan stond in
ons blad. Dat is eigenlijk de aanleiding
geweest om eens iets te schrijven over
de toestanden bij de post in vroegere tij
den.
Vele eeuwen geleden werden er al
brieven geschreven en ook bezorgd.
Denk maar aan de brieven die de aposte
len Paulus en Petrus geschreven hebben
aan de gemeenten, die ze op hun zen
dingsreizen gesticht hadden. Een bij
zonder soort brief van Paulus was die
aan zijn vriend FUemon, een christen en
welgesteld burger in Colosse, wiens
slaaf Onesimus was weggelopen. Deze
slaaf was in contact gekomen met Pau
lus, die toen in Rome in de gevangenis
zat en was overgegaan tot het Christen
dom. Paulus stuurt deze slaaf terug
naar zijn heer Filemon, met het verzoek
hem nu als Christen in liefde te willen
terugnemen.
De bezorging.
In de Middeleeuwen had de bezorging
van brieven erg gebrekkig plaats, men
schreef toen trouwens niet veel en de
meeste mensen konden niet lezen en
schrijven. Men gaf de brieven mee aan
rondreizende marskramers of pelgrims,
aan minstreels die op de kastelen der
edelen hun liederen zongen. Dat waren
dus de eerste post boden. Een bijzondere
bestelling had plaats in de nacht van 1
op 2 november 1561. De prediker Guido
de Bray (Brés) gooide een brief over de
buitenste muur van het kasteel van
Doornik, bestemd voor onze landsheer
Filips II. Bij deze brief was een afschrift
van de 37 geloofsartikelen, die hij juist
gemaakt had. Toen deze brief was af
geleverd, werd zijn woning doorzocht.
Hij zeU was gevlucht, de papieren en
boeken die ze vonden werden verbrand.
Een paar jaar later is hij echter ge
vangen genomen en ter dood gebracht
(1567).
Vooral na de 80 jarige oorlog nam het
postverkeer toe. Er kwam meer handel
en vooral de kooplieden voerden veel
correspondentie, op zakengebied natuur
lijk. De wegen waren ook veiliger, er
zwierven geen afgedankte huursoldaten
meer rond. Als bezorgers, postiljons ge
noemd, dienden dikwijls cavaleristen, die
vroeger in het leger gediend hadden. Zij
konden paardrijden en dat was nodig
voor lange afstanden. Kortere stukjes
legde men te voet af.
Als de postiljon het dorp of de stad
binnen kwam, blies hij op zijn posthoorn,
die hij altijd bij zich had.
Soms kwam hij 's nachts aan en dan
werden de mensen weleens wakker.
Vandaar dit versje:
„Wanneer in 't holle van de nacht
De slaap de mens verkwikt.
Dan wordt hij vaak, heel onverwacht,
En nodeloos opgeschrikt.
Een postkar, die met hoommuziek
Door onze straten rijdt.
Verkondigt luide het publiek
Haar tegenwoordigheid.
Ach, postiljon, verhoor de bee.
Ik spreek uit veler naam.
Laat ons des nachts met rust en vree,
Dat 'g wel zo aangenaam".
Tegenwoordig zouden we zoiets ge
luidshinder noemen. Uit dit versje zien
we, dat de besteller niet te paard rijdt,
maar met een postwagen. Dat was nodig
als er een grote hoeveelheid post was.
Een dergelijk soort geluid maken te
genwoordig in Zwitserland nog de post
auto's, maar nu met hun claxon.
Meestal was het de gewoonte, dat de
ontvanger van de brief de portkosten
betaalde, men was er dan zeker van, dat
de brief bezorgd was. Deze kosten hin
gen af van de afstand, er was geen be
paald tarief voor. De geadresseerde
moest betalen wat men vroeg.
Dat heeft geleid tot veel misbruiken.
Vooral in de tijd, dat de regeerders in de
steden volgens onderlinge geheime af
spraak de winstgevende baantjes onder
elkaar verdeelden. Zo'n goede baan was
ook die van postmeester, de man die in
een stad het brievenvervoer verzorg?ie.
Soms ook slecht verzorgde, maar voor
Wat dunkt u, Simon, de koningen
der aarde, van wie nemen zij tollen
of schatting, van de zonen of van
de vreemden?
Petrus zei/de tot Hem: van de
vreemden. Jezus zeide tot hem: zo
zijn dan de zonen vrij.
(Matth. 17 25b - 26)
Een wonderlijke vraag uit een wbn-
derlijke geschiedenis. Wie betalen er
belasting? De kinderen Van een vorst of
zijn onderdanen?. Die vraag legt de
Heere Jezus voor aan Simon Petrus op
het moment dat Hij gemaand wordt de
tempelbelasting te betalen. Er is een
ambtenaar van de belasting bij Petrus
gekomen om eens te informeren of Je
zus wel aan zijn verplichtingen, jegens
de tempel voldoetDat is een luttel
bedrag dat elke volwassen Israëliet
jaarlijks moet betalen tot instandhou
ding van de dienst in de tempei. Een
halve sikkel per hoofd', het zogenaamde
hoofd- of zoengeld. De rijke hoeft niet
méér te betalen en de arme niet minder,
want bij de Heere is geen aanneming
des persoons. Voor Hem zijn we allen
gelijk. Allen hebben gezondigd en der
ven de heerlijkheid Gods. En niemand
kan de prijs der ziele, dat rantsoen aan
God in tijd noch eeuwigheid voldoen.
Dit symbolische bedrag van een halve
sikkel per hoofd wijst dan ook heen
naar het offer waardoor de zonde zal
worden verzoend en de schuld betaald
En nu wordt Hij, Die geen zonde ge
kend of gedaan heeft, gemaand om het
zoengeld te betalen! Hij van Wie het
zilver en het goud is, Hij moet Zijn hal
ve sikkel geven. Het Kind van de Vader
moet het hms van Zijn Vader in stand
helpen houden.
Alleen ze durven het Hem niet
persoonlijk vragen. Ze vragen het aan
Petrus: Uw Meester betaalt toch de di-
drachmen wel?
Met die vraag hebben ze een bedoe
ling! Als Petrus „ja" zegt, dan ziülen
ze meteen de conclusie trekken: Zie je
wel. Hij is ook maar een gewoon mens,
die imoet betalen tot verzoening van zijn
zonde. En als Petrus „nee" zegt, dan
kunnen ze Hem veroordelen als een re
volutionair, die zich niet houdt aan de
wet van Mozes. Hóe Petrus het ook
wendt of keert, ze ziülen een stok heb
ben om Hem te slaan.
De Zoon van de Vader, verdacht van
ontrouw en ongehoorzaamheidHij
Die gekomen is om. de wet te vervullen,
beschuldigd van overtreding van de
wet
Dat is een stukje van Zijn lijden. Hij
is gekomen tot het Zijne, maar de Zij
nen hebben Hem niet aangenomen.
Hebben we onszelf al eens zien staan
bij de belastingambtenaren van Kaper-
naum? Levend bij de letter van de wet,
maar Hem miskennend. Die gekomen is
om de wet te vervuUen? Het Lam af
keurend dat door de Vader is goedge
keurd?
Ja, zegt Petrus, mijn Meester betaalt
de didrachmen wel. Wéét hij wel wat
hij zegt? Is hij niet te vlug met zijn ant
woord? Hij zou niet graag willen dat de
Meester in een kwaad daglicht kwam te
staan, maar of hij er zo zeker is van
zijn zaak?
Daar begint de Heere Jezus al. Simon,
de koningen der aarde, van wie nemen
zij tollen of schatting? Van de zonen of
van de vreemden? Wat een vraag! Na
tuurlijk, als de koningen, de gebieders
der volken, belasting opleggen, dan
moeten hun onderdanen die belasting
betalen en niet hun kinderen. Dat
spreekt vanzelf.
Van de vreemden, zegt Petrus. Ja, zegt
Jezus, dus de zonen zijn vrijgesteld. Een
voudig genoeg. Maar Petrus heeft er
nooit aan gedacht. Hij heeft wel bele
den: Gij zijt de Christus, de Zoon van de
levende God. Maar nu de consequentie.
Als Hij de Zoon van God isi, dan is de
tempel het huis van Zijn Vader. Dan
hoeft Hij daarvoor toch niet te' betalen?
Hij Die Kind is in huis. Die bovendien
geen zonde gekend of gedaan heeft? Zo
zijn dan de zonen vrij, zegt Jezus.
Maar dat is opvallend Hij spreekt
in het meervoud. Hij zegt niet: Dan ben
IK, als Zoon van de Vader, vrij. Nee, zo
zijn dan de zonen vrij. Petrus en al die
anderen en allen die Hem leerden vol
gen. AUen die op Zijn Neiam leerden
hopen. AUen voor wie Hij de weg op
gaat naar het kruis.
Wij móesten wel betalen, want we
hadden een hemelhoge schuld, die we
alleen nog maar groter konden maken.
En dat verschrikkelijke vonnis hing ons
boven het hoofd: Betaal wat ge schuldig
zijt, en zo niet, dan staat de gevangenis
voor u open.
En toen kwam HIJ. Hij hoefde niet te
betalen, maar Hij wilde betalen. Niet
met een halve sikkel, maar met de prijs
van Zijn bloed. Wetende dat gij niet
door vergankelijke dingen, zilver of
goud, verlost zijt, maar door het dier
baar bloed van Christus als van een on-
bestraffelijk en onbevlekt Lam.
Nu zijn alle zonen en dochteren vrij.
Die schuldenaars die niet betalen kón
den. Vrij op kosten van dat Lam. Want
Jezus maakt hen vrij en Jezus houdt
hen vrij. Alles wat van Hem is is van
hen. Die ook Zijn eigen Zoon niet ge
spaard heeft, maar heeft Hem voor ons
allen overgegeven, zal Hij ons met Hem
niet alle dingen schenken?
Petrus moet naar de zee en een vis
vangen. En de eerste de beste vis zal
een geldstuk in zijn bek hebben, genoeg
om te betalen voor Jezus en voor Petrus
samen. Betaal de tempelbelasting, Pe
trus, voor Mij en voor u. Voor Mij, hoe
wel Ik niet hoef te betalen, want wie
overtuigt Mij van zonde? Maar ook voor
u, want voor u ben Ik tot zonde gemaakt.
Wat Ik niet geroofd heb moet Ik weder
geven.
Er is betaald' en er wórdt betaald.
Want Jezus gaat de weg, naar Jeruzalem
op om te lijden en te sterven. Hij be
taalt nu het zoengeld, want Hij gaat
Zijn leven geven tot een losprijs voor
velen. Daarin ligt dé vrijheid voor ge-
bondenen en daarin ligt de overvloed
voor armen en behoeftigen.
Nu hoeven mensen die failliet zijn
niet meer te betalen, want er is betaald.
Er is betaald voor onze plaats in de he
mel, in het Vaderhuis waar we ons uit-
gezondigd hadden.
Maar voor de rest is ook betaald. On
ze wieg stond op betaalde grond, want
eer iets van ons begon te leven was alles
in Zijn boek geschreven. En ons graf
zal gegraven worden in betaalde aarde,
want Hij heeft door Zijn begrafenis het
graf geheiligd. En alles wat daartussen
ligt is ook betaald. Dat we brood heb
ben, dat komt doordat Hij honger heeft
geleden. Dat er drinken is, dat komt
doordat Hij van dorst versmachtte. Dat
er kleren zijn dat danken we aan Hem
Die naakt aan het kruis heeft gehangen.
De enige vraag die overblijft is: zijn
we zonen of zijn we vreemden? Als we
nog vreemden zijn, dan moeten we op
eigen kosten door dit leven, en straks op
eigen kosten eruit.
Maar het is niet nodig, want er is ge
taald, het is volbracht. En wie tot Hem
komt, moede, arm en naakt, die zal leven
op kosten van Hem.
Dan kijken we anders naar de aarde,
want die is van Hem, èn haar volheid.
Dan staan we anders bij het water,
en dan zeggen we: Wiens ook de zee is.
En dan kijken we anders naar boven,
want de hemel is Zijn eigendom, Zijn
troon.
En dan sterven we straks ook op
kosten van Hem, want het goed' dat
nimmermeer vergaat zullen we onge
stoord verwerven en ons GodgeheUigd
zaad zal 't gezegend aardrijk erven.
W. V. G.
zijn diensten flink liet betalen. Toen in
1747 Willem IV stadhouder werd na een
lange periode zonder vorst, probeerde
deze een eind te maken aan deze zwen
del met ambten. De post kwam nu aan
de Staten van de gewesten, maar enkele
steden bleven er nog zelf voor zorgen.
Willem IV was niet doortastend ge
noeg, om alle misstanden op te lossen,
hij heeft trouwens maar 4 jaar gere
geerd.
In latere jaren.
Tijdens de Franse tijd kregen we een
nieuwe postwet, waarin een vast tarief
was vastgesteld naar afstand en gewicht.
Een brief van IV2 ons (150 gram) kostte
aan port 2 stuivers, wanneer het over
brengen minder dan 6 uur duurde.
Duurde de tijd langer, dan moest men
meer vracht betalen. In die tijd was er
weinig postvervoer, de handel lag zo
goed als stil. De bestelling was slecht,
vooral voor afgelegen dorpen en voor
het buitenland, de brieven bleven soms
wel een paar dagen ergens onderweg
liggen.
Nog tijdens ons nieuwe koninkrijk
werden nog veel brieven particulier en
ongefrankeerd verzonden. In 1850 kwam
er een postwet en vanaf 1 jan. 1852
kwam de postzegel in gebruik met de
beeltenis van koning Willem III. Een
blauwe van 5 cent, een rode van 10 cent
en een oranje van 15 cent
Het heeft heel wat moeite gekost om
het gebruik van de postzegel in te voe
ren. In Engeland was deze al vanaf 1840
in gebruik, maar de financiële resulta
ten waren niet gunstig. Ook verscheide
ne andere landen in Europa gebruikten
de postzegels.
In ons land was men nog gehecht aan
de oude toestand. Ook nu nog behoefde
men geen postzegel te plakken, men kon
de brief op het postkantoor afgeven en
dikwijls liet men nog zoals vroeger de
geadresseerde betalen. Dat vond men
veiUger en ook beleefd: men zou de ge
dachte kunnen hebben, dat de ontvan
ger niet kon betalen!
Bij de nieuwe postwet van 1870 was
het plakken van een postzegel verplicht.
Het port van 1 stuiver, ongefrankeerde
brieven moesten strafport betalen.
In genoemd jaar was de spoorweg in
Zeeland nog niet tot Vlissingen doorge
trokken. De brieven uit Holland moesten
een lange weg afleggen: over het eiland
Tholen naar Scherpenisse, daar van Go-
rishoek overvaren naar Yersekendam,
via verschillende dorpen op Zuid-Bëve-
land naar het Sloeveer, daar overvaren,
en zo kwam men op Walcheren terecht.
Van Stavenisse was er ook een dienst
naar Zierikzee.
Over het postvervoer in onze tijd be
hoef ik niet te schrijven, dat weet ieder
een. Met de posttreinen en per vliegtuig
gaat het heel wat vlugger dan vroeger te
paard, met de postkoets of zelfs een en-
Tienduizenden mensen brengen hun
vakantie door in een caravan en velen
van hen voegen de weekends daar nog
aan toe. Op het gebied van luxe en com
fort schynen de bouwers het laatste
antwoord nog niet te hebben gegeven,
alhoewel men zich in gemoede kan af
vragen welke verbeteringen en ver-
traaüngen nog mogelgk zijn.
Ook in technisch opzicht wordt naar
een steeds grotere perfektie gestreefd.
Zo wordt er veel aandacht geschonken
aan de verbetering van de wegligging,
dé isolatie, de afdichting en aan de tech
nische uitrusting.
Wie overweegt om een caravan aan te
schaffen en zich grondig wenst te oriën
teren, doet er goed aan om van 10 t.m.
18 maart a.s. de tentoonstelling CARA
VAN AHOY '79 te bezoeken in de Ahoy-
hallen te Rotterdam, waar de gehele
tentoonstellingsruimte, met inbegrip van
de Glazen Zaal, gevuld zal zijn met
vouw-, tour- en stacaravans in de meest
uiteenlopende uitvoeringen en prijsklas
sen, afkomstig uit verschillende landen.
CARAVANS
Op het gebied van caravans treft men
grote stands aan van de bekendste be
drijven, zoals Caravan Centrum Rotter
dam, Gebr. van Esveld, Linberg Cara
vans, Caravan Import Jabé, Bommel-
land b.v., Frans de Witte Rekreatie,
Webo Houtbouw, Caravan Import Ha-
meeteman, van Bragt Caravans, Campo
Caravans, Walter Kloostra Caravans, de
Bras, Gabaro Recreatie, de Jong v. d.
Linde, de Kluyver van Ballegooyen,
Gebr. Kramer, Holiday Caravans, Ri-
hend b.v.. Caravan Centrum Rozenburg,
de Trekvogel, Vlaanderen Recreatie,
Zeebrugge Caravans, van Driel e.a.
kele keer met een hondenkar of hitten-
wagen of met postduiven.
De portkosten zijn ook nogal eens een
keer verhoogd en de postzegelverzame
laars weten het beste hoeveel nieuwe
postzegels er zijn vervaardigd geduren
de de laatste jaren.
Bij de trage bestellingen van vroeger
zei iemand eens spottend: „ze hebben
slakken en schildpadden tot postboden".
Zo'n opmerking mogen we tegenwoor
dig beslist niet meer maken.
•Middelburg.
L. van Wallenburg.
De deelnemers hebben zich alle moeite"
getroost om een grote vairiatie in de
kollekties aan te brengen, zodat ieder
een iets van zijn gading vindt.
KAMPEERAUTO'S
Ook voor kampeerauto's kan men op
CARAVAN AHOY '79 terecht. Ames b.v.
brengt drie verschülende merken,
waarvan twee uit Duitsland. Op de
stand van Le Vélo wordt het type Midas
getoond. Deze kampeerauto komt uit de
Verenigde Staten. Op dezelfde stand is
ook een Citroen kampeerauto te bewon
deren. Voorts vindt men kampeerauto's
op de stands van WEB Eecrea, Webo
Houtbouw, Automobielbedrijf Hoogvliet,
Bedrijfswagencentrale Van Gorp en J. J.
Algera. De kampeerauto's, sommige van
bijna 100.000,kunnen ook worden
gehuurd voor een vakantieperiode.
TENTEN en ACCESSOIRES
Ook kleine kampeer- en caravanarti-
kelen zullen in overvloed op CARAVAN
AHOY '79 worden tentoongesteld. Onder
deze inzendingen vindt men tenten,
voortenten, luifels, bordessen, slaapzak
ken, bergsportartlkelen, kampeermessen,
regen- en vrijetijdskleding, wandel
schoenen, kampeermeubelen, kompas
sen, grills, fornuizen, kookplaten, bar
becues, koelkasten, douches, waterpom
pen, chemische toiletten, surfplanken
enz.
VOORLICHTING
en DIENSTVERLENING
Alle gewenste inlichtingen op het ge
bied van kamperen, caravanning en an
dere vakantiebestedingen kunnen wor
den verkregen op de stand van de
ANWB.
Op het gebied van assurantie en fi
nanciering kunnen de bezoekers zich
oriënteren op de stands van Asskredon,
Industrieële Disconto Mij. en de Finata
Bank.
In een speciaal voor dit doel gebouw
de filmzaal zullen fUms worden ver
toond over verschillende vakantiege-
bieden in het buitenland. De films
worden beschikbaar gesteld door bui
tenlandse verkeersbureaus.
Ook zullen verschülende WV bu
reaus op CARAVAN AHOY '79 acte de
presence geven. In een stand, die door
het Rotterdamsch Nieuwblad in de ten
toonstelling wordt opgebouwd zuUen zij
regionale toeristische tips en informatie
over campings verstrekken.
CARAVAN AHOY '79 is dagelijks ge
opend van 11.00 tot 17.00 uur en van
19.00 tot 22.00 uur. Zaterdag van 11.00
tot 17.00 uur. De toegangsprijs bedraagt
6,per persoon. Kinderen tot 12 jaar
en houders van een 65+-pas betalen
3,per persoon.
De klassen bij het kleuteronderwijs en
het gewoon lager onderwijs worden
steeds kleiner, aldus gegevens van het
Centraal Bureau voor de Statistiek.
In 1977 was bij het kleuteronderwijs
het aantal klassen met 30 en meer leer
lingen 20% van het totaal tegen 44''/o in
174. Het aantal klassen met minder dan
30 leerlingen nam daarentegen toe van
56''/o in 1974 tot SOVo in 1977.
Hiervan steeg het aandeel van de klas
sen met 20-24 leerlingen in het totaal
aantal klassen het sterkst: van 19% in
1974 tot 32% in 1977.
Eenzelfde beeld geeft uiteraard het
aantal leerlingen gemeten naar klasse-
grootte te zien: in 1977 zat nog 26"'/o van
alle leerlingen in klassen met 30 en meer
leerlingen (1974: 53*/o), terwijl bij de
klassen beneden de 30 leerlingen de
grootste toename weer te vinden is bij
de groep klassen van 20-24 n.l. van 15%
in 1974 naar 29% in 1977.
Uit de zojuist verschenen mededeling
van het Centraal Bureau voor de Statis
tiek blijkt voorts, dat ook bij het gewoon
lager onderwijs in 1977 het aantal klas
sen met 30 of meer leerlingen daalde en
wel tot 35% van het totaal (1974: 43%;
1971: 52%). Het aantal klassen met min
der dan 30 leerlingen gaf een stijging te
zien en bedroeg in 1977 65% tegen 57%
in 1974 en 48«/o in 1971.
Binnen deze categorie is de sterkste
stijging waar te nemen bij het aantal
klassen van 20-29 leerlingen nl. in 1977
56% van het totaal tegen 50% in 1974
en 42% in 1971.
Het percentage leerlingen in de groep
klassen van 2Ö-29 leerlingen nam uiter
aard ook toe: 52% van het totaal in 1977
tegen 44% in 1974 en 36% in 1971.
Maandag 12 maart a.s. start in Den-
Bommel, bij voldoende belangstelling,
gymnastiek voor ouderen. Deze gymnas
tiek wordt geleid door mevr. v. d. Doel.
Degenen, die hiervoor belangstelling
hebben, worden verzocht zich op te ge
ven bij mevr. v. d. Berge-Vijfwhikel,
telefoon: 01871 - 1545 of op maandag 12
maart tijdens de gynmastiek. De gym
nastiek begüit om 14.45 uur tot 15.15 uur
en vindt plaats in het dienstencentrum
„Westerlicht", Oranjestraat 35 te Den
Bommel.
L. JANSE
:oi5i^Ksöss«iS3Csaw»«»aso^a«i»^»^^
10
Je moest je driedubbel schamen dat
je hem zulke medicijnen dorst te geven.
Zulke spullen kan ik een zieke ook wel
voorschrijven, dat zeg ik je.
Welja, Machteld, welja Machteld,
waarom heb je dat dan niet gedaan! Het
had jou geld gespaard en mij een hele
boel tijd. Want je man was zo ziek als
een hond toen hij van het schip kwam
en dat heeft nog wel eventjes geduurd
nietwaar? Net zolang tot ze Jan de Kaa
er bijhaalden en toen daalde de koorts
zienderogen.
Dat kwam
Dat kwam van die goede medicijnen
vrouw beken dat nu maar eens eerlijk.
Kon ik er wat aan doen dat ze met een
paar scheuten cognac moesten worden
ingenomen?
Dat hebben tientallen Middelburgers
altijd al gedaan en op zee is het ook een
uiterst probaat middel. Kan ik er wat
aan doen dat je man die cognac zo heer
lijk vond? Daar mag je mij heus niet
zwart voor aankijken want medicijn is
nu eenmaal medicijn.
En toch zie ik er jou voor op aan, had
vrouw van Hoorn gezegd en sinds die
tijd had ze geen goed woord meer over
voor die vreemde snoeshaan. Hadden ze
toch maar een gewone dokter over de
vloer gehaald dat had misschien veel
narigheid kunnen voorkomen.
Narigheid?
Had Machteld sinds die tijd nog wel
een vrolijke dag gekend? Het ene was
nog droeviger dan het andere.
Zeker, Piet was helemaal beter maar
hij durfde zich toch nog niet aanmon-
steren op een schip dat naar verre lan
den vertrok. Daarvoor was hij nog niet
sterk genoeg en dat verdroot hem wel
heel erg. En daarom kende hij maar
één middel om al die narigheid te ver
geten en dat was de drank. Zo afkerig
als hij er vroeger van geweest was, zo
erg hield hij nu van een glaasje. Het be
gon meestal in de morgen en pas 's-
avonds laat keerde hij weer naar huis
terug. Soms vergezeld van even dronken
vrienden als hijzelf was. Ze kenden in
alle herbergen van Middelburg Piet van
Hoorn zo langzamerhand wel. In som
mige herbergen mocht hij zelfs niet eens
meer komen want daar stond hij dik en
dik in het krijt. Eerst betalen en dan
werden hem de nodige borrels weer ver
kocht.
Maar dat was heit hém nu juist zie je.
Moeder de vrouw had maar amper
huishoudgeld meer, laat 'staan dat ze de
nodige borrels nog kon betalen.
Het geluk en de huiselijke vrede
scheen weg te zijn uit het gezin van
moeder Machteld. En zou die vrede ooit
nog wederkeren?
Vader kon de laatste tijd zo tekeer
gaan en de kinderen konden geen goed
meer bij hem doen. Vooral als vader zo
dronken in de nacht thuis kwam was er
met hem geen land te bezeilen. Dan
moest je de volgende morgen, als vader
zijn roes uitgeslapen had, nog heel goed
uitkijken. Dat wisten FUp en Peter en
Filippien maar al te goed. Gek was dat
toch, kwam die tijd van vroeger dan
nooit meer terug? En waarom huilde
moeder de laatste tijd toch zo vaak?
Wat je nu gedaan hebt Piet, noem ik
de domste daad xüt heel je leven. Jij laat
je ook maar wat aanpraten door dat
handelsvolk. Was er nu helemaal niets
anders voor jou? Moet je nu persé naar
de Slavenkust daarginds in Afrika?
Fraaie bedoening hoor dat zeg ik je bij
voorbaat. Als de rollen maar niet omge
keerd worden en jij de slaaf van die
zwartjes wordt. Denk dan eens na wat
voor mij en mijn bloeden van kinderen
de gevolgen kunnen wezen? Zal de stad
Middelburg mij dan willen onderhou
den? Kan ik dan bij mijnheer de Mou-
cheron mijn hand op gaan houden? Je
weet net zo goed als ik dat wij hier in
Middelburg geen slavenkas hebben, zo
als in Zierikzee.
Dan ga je maar naar Zierikzee wonen
Machteld. Je hebt dan een redelijke on
dersteuning en misschien kopen ze mij
dan wel vrij. Ik wil ook wél weer eens
een beetje verder kijken dan mijn neus
lang is Machteld? Het varen zit me in
het bloed en ik zwerf niet voor nieman-
dal zo gaarne langs de kaai om vertrek
kende en binnenkomende schepen gade
te slaan. Was ik niet zo ernstig ziek ge
weest dan was ik al lang al op avontuur
uitgegaan. Misschien vind je het vreemd
maar zo'n reisje naar warm Afrika
staat me best aan. Dan komen d© kwaaie
dampen van mijn ziekte er misschien
nog een beetje beter uit dan hier in dat
waterige kikkerlandje.
Je bent er anders de man wel voor
om zo'n tocht te ondernemen. Dat kon je
wel eens heel slecht bekomen Piet.
Je kent onze famUie Machteld, als ze
bij van Hoorn ja gezegd hebben wordt
dat nooit meer nee. Ik heb me voor drie
reizen aan laten monsteren en ik zou zo
zeggen de voorwaarden zijn voor ons
allemaal bar gunstig. Jij krijgt weer een
goed gevulde beurs en ik zie weer eens
iets anders op de wereld. Ik heb nu al
zoveel over die slavenhandel gehoord
nu zal ik het eens van nabij meemaken.
Ik hoop er het beste van en garandeer
je bij dezen dat ik na de derde tocht
rechtsomkeert naar Middelburg ver
trek en jullie allemaal in blakende ge
zondheid hoop aan te treffen.
Daar heb jij niets in te zeggen Piet.
Dat weet de Heere alleen.
Nou, zo bedoel ik het in feite ook,
Machteld al druk ik me misschien een
beetje anders uit. Dat komt omdat jij
meer die woorden en termen van domi
nee Teellinck gewend bent en dat ik
daaraan de laatste tijd een beetje ont
wend ben.
Ik hoop dat je onze kinderen een
christelijke opvoeding zult geven tij
dens mijn afwezigheid.
En dat jij tijdens je afwezigheid de
drank vaarwel zult zeggen, beste man.
Als je me dat toch eens kon beloven.
Ik beloof niets beste Machteld, maar
dit zeg ik je dat ik er tegen zal strijden
uit alle macht. Geloof je me op nüjn
woord?
Als jij dat in eigen kracht moet doen
Piet, dan loopt het vast en zeker mis.
Ik hoop dat de Heere je de kracht er
voor mag geven. En je praat het mij niet
uit mijn hoofd dat je al een heel slechte
keus hebt gedaan. Die de Moucheron
wist wel waarom hij je nodig had.
Vrouwtje, vrouwtje nog eens toe, wat
haal je toch weer een muizenissen in je
hoofd en wat heb je toch slecht geluis
terd. Laat ik het je dan nog eens vertel
len dat ik niet in dienst ga van de Mou
cheron. En ook niet in dienst van enig
personeelslid van hem. Net zo min als
Jan de Kaa.
Lieve tijd nog eens toe, gaat die halve
dokter ook mee?
Machteld slaat van pure verbazing
haar handen in elkaar en herhaalt maar
steeds: Gaat die halve dokter dan ook
mee? O, die zal het nog gebeuren dat hij
bij die zwartjes een flinke aderlating
zal moeten ondergaan of dat ze hem
eens flink van 't steen snijden. Ik zal
maar niet verder er meer over praten,
gaat die hals met jou mee?
Jawel Machteld en... en... we gaan in
dienst van de de Spanjolen.
Je kunt me nog meer verteUen, Piet.
Heb je soms weer teveel op?
Nog zo fris als een hoentje, beste
vrouw en dat hoop ik vandaag ook te
blijven. En ik wil jou ook niet in de ver
onderstelling laten dat ik dienst neem
bij de Hollanders. Uiteindelijk komt
mijn werk wel ten bate van de Mouche
ron en anderen maar in eerste instantie
werk ik voor de Spanjolen.
Wat mij betreft hoop ik dat het Bestand
geen twaalf jaar maar twintig jaar
duurt, want dat Spaanse geld stinkt
'echt niet vrouw. Dat zul jij aan den
lijve straks ondervinden.
Nou noem ik je de grootste dwaas die
er in heel Middelburg rondloopt. Weet
je dan niet dat die Spekken onze vijan
den zijn en blijven? Weet je dan niet
dat ze ons. Hervormingsgezinden, het
licht in de ogen niet gunnen? Moet je
die verhalen van vroeger maar eens ho
ren toen deze stad nog in Spaanse han
den was.