EIIAriDEII niEUWS
Overdenking
GRAAF WILLEM II
LUCRATO
De bouwmeester
en zijn bruid
Uw huls verkopen?
TAMBOER
uit de
Heilige Schrift
yyDoelen" te
Hockeyclub
opgericht
2e blad
Vrijdag 1 december 1978
No. 4747
HET
KVENSTER
blik op ker
en eamenlevling
ir ir
if ir
ir ir
ir
Landbouwschap wil
meer kerstboter
Woord en Daad
ZEEUWSE WANDELINGEN
r
Rijnsburger:
iS voor de PRIMEURTEEIJ
fe met zeer VASTE HUID
ROYAL SLUIS
Kerstzang in de
Rotterdam
Nationaal Fonds
Sport Gehandicapten
De Hervormde Synode
De Gereformeerde Synode
De Combi-Synode
De mensen van de kerkelijke pers
hebben het vorige week razend druk
gehad. Ze moesten hun tijd en hun aan
dacht verdelen tussen Driebergen en
Lunteren, nader, tussen de vergadering
van de Hervormde en de Gereformeer
de Synode. Eerst hebben beide Synoden
afzonderlijk vergaderd, toen anderhalve
dag gezamenlijk, en tenslotte zijn de Ge
reformeerden, die er blijkbaar niet ge
noeg van konden krijgen, nog even al
leen doorgegaan. Het is natuurlijk niet
mogelijk in zo'n kort bestek ook maar
enigszins een verslag te geven vEin deze
beide vergaderingen, het zullen dus al
leen wat vluchtige indruidcen en wat
losse opmerkingen zijn.
Eerst dan naar de Hervormde Sjmode,
die merkwaardigerwijze soms geken
merkt werd door een grote eensgezind
heid en waar men anderzijds soms als
blokken tegenover elkaar stond. Meer
malen is het gebeurd dat een voorstel
van het moderamen er met algemene of
bijna algemene stemmen doorging. Dat
was voomamehjk het geval wanneer het
minder controversiële zaken betrof. Zo
was er een rapport waarin gezocht
wordt naar een nieuwe en betere vorm
van visitatie en een voorstel tot nauwe
re contacten met de Vrij-EvangeUsche
Gemeenten, alsook het jaarverslag van
de Raad voor de Zending. Nadat deze en
gene daarover zijn of haar zegje had
gedaan werd zo'n rapport meestal goed
gekeurd of kreeg de commissie het ver
zoek om een en ander nader te onder
zoeken. Men zou dan werkelijk de in
druk krijgen dat de Hervormde Kerk
een grote homogeniteit vertoont.
Maar dat wordt ineens anders, wan
neer er meer principiële zaken aan de
orde komen, en die waren er deze keer
ook!
Hoewel de Synode er niet in had toe
gestemd opnieuw de zaak - Ter Scheg-
get te bespreken, heeft zij er toch een
hele avond over moeten vergaderen.
Men kent de voorgeschiedenis: het gaat
om de vakature-Strijd aan de Universi
teit van Amsterdam. Van bepaalde zijde
is men al een hele tijd aan het dram
men' om daarin Dr. G. H. ter Schegget
benoemd te krijgen, die een marxisti
sche maatschappij-visie huldigt. De
Commissie voor het TWO (Theologisch
WetenschappeUjk Onderwijs) wil deze
candidaat niet, en het moderamen van
de Synode evenmin. Het werd deze keer
dus eigenlijk geen agendapunt, omdat
er in dit stadium niet over gediscussi
eerd kan worden, maar de informatie
nota gaf de voorstanders toch ruim
schoots gelegenheid hun grieven tegen
de procedure te spuien. Het probleem is
nu weer een eind vooruitgeschoven. Ik
ben weleens bang dat er toch net zo
lang zal worden gedramd tot de Am
sterdammers hun zin krijgen
Een ander controversieel puht was de
gift van de Wereldraad aan het Patriot
tisch Front in Rhodedië. De kerk (en de
kerken!) zijn daarover in beroering ge
komen, en terecht. Een enquête heeft
uitgewezen dat twee-derde van de
kerkleden grote bezwaren heeft tegen
deze gift, waarmee revolutie en terreur
worden gesteund. Maar desondanks
keurde de Herv. Synode met 34 tegen
14 stemmen het beleid van de Wereld
raad goed. Wel een bewijs hoe ver de
top van de basis is verwijderd
De Generale Synode van de Gerefor
meerde Kerken heeft zich opnieuw
langdurig bezig gehouden met de zaak-
Kuitert. Deze Amsterdamse hoogleraar,
met wiens leer velen in de kerk van de
Doleantie het zo moeilijk hebben, zal
niet verder worden lastig gevallen. In
dertijd waren er nogal wat bezwaar
schriften tegen hem ingediend en dat
heeft geleid tot de samenstelling van
een stuk (door de hoogleraren Berkou=
wer en Ridderbos), waarin de hoofdza
ken van het kerkelijk belijden nogeens
op een rijtje werden gezet. De Synode
had nu tot taak over dit „Geloofsgetui
genis" te oordelen. Zij deed dit door het
te verklaren tot „een handreiking tot
het belijden". In feite wordt het dus een
stuk waarmee men alle kanten uit kan.
Het wordt straks aan de kerkeraden
toegezonden, men kan er kennis van ne
men, men kan het ook naast zich neer
leggen. En de „leervrijheid"; waartegen
men in de Gereformeerde Kerken zo
vaak stelling nam, is daarmee ook in
die kerken een feit, of men het wil er
kennen of niet.
Van woensdagmiddag tot donderdag
middag vergaderden de beide Synoden
samen, met als thema: „Zending in Ne
derland". Deze Combi-Synode de der
de in de geschiedenis is op een mis
lukking uitgelopen. De Engelsman Les
lie Newbegin hield in het begin een le
zing over zending, waarin hij een po
ging deed, de uitersten bij elkaar te krij
gen. Zending is niet gericht op het be
houd van de enkele ziel, zending is ook
niet primair aktie voor gerechtigheid in
de samenleving. Daarop volgde een uit
gebreide discussie in groepen, maar deze
mondde uit in een totale spraakverwar
ring.
De Synode heeft toen donderdagmor
gen besloten een brief te sturen aan de
kerken gemeenten waarin een ver
slag wordt gegeven van de nogal chaoti
sche vergadering, waarin, naar haar
eigen woorden, „bewogenheid en verle
genheid" zo (duidelijk waarneembaar
waren.
Het is alsof de hoogste vergaderingen
van de beide grote Reformatorische ker
ken in ons land tot machteloosheid zijn
gedoemd. Men wil een eenheid forceren
waar in wezen geen eenheid is. De ver
schillende opvattingen staan diametraal
tegenover elkaar. De kerken zijn dan
ook niet gezond te maken door van bo
venaf allerlei te organiseren, maar door
de rechte prediking van het Woord. Als
dat woord weer heerschappij krijgt komt
de eenheid vanzelf tot stand.
WAARNEMER.
De vraag naar zogenaamde kerstbo
ter is groter dan de hoeveelheid waar
voor is ingeschreven. De Europese Ge
meenschap heeft aan Nederland een
hoeveelheid van 3400 ton kerstboter toe
gewezen. Het is boter die gedurende
een vastgestelde periode wordt verkocht
tegen een maximum-prijs van 1,79
per pakje.
Het Landbouwschap heeft de minis
ter van Landbouw gevraagd in Brussel
aan te dringen op een grotere hoeveel
heid kerstboter. Daartoe dient de EG-
Raad van Landbouwministers een voor
stel te doen. Het vearaoek om op korte
termijn de hoeveelheid kerstboter te
vergroten is door het Landbouwschap
op 22 november 1978 gedaan.
INGEZONDEN
Naar aanleiding van het artikel van
j.l. vrijdag betreffende Woord en Daad
het volgende:
De Spreuken dichter geeft ons hierbij
een wijze les. In Spreuken 24 vers 11
staat, Redt degenen die ter dood gegre
pen zijn. Hij spreekt hierover mensen
in nood, geestelijk als lichamelijk, hier
aan kunt u die in weelde leeft helpen,
niet alleen helpen neen zelfs helpen te
redden van de dood, door een gramma-
foonplaat te kopen van Woord en Daad
getiteld Van hart tot hart, ^zongen
door meisjeskoren van de Chr. School
gemeenschap „De Driestar", Gouda,
Chr. school gem. „Guidb de Bres Rot
terdam, Chr. meisjeskoor Middeüiamis
e.a., ook de inhoud is verantwoord.
Psalmen en geestelijke liederen, de
prijs is 17,50 per plaat, verkrijgbaar
bij S. Keijzer, Eendrachtsweg 23, Stel-
lendam.
CHRISTUS DE GROTE DOORBREKEK
De doorbreker zal voor hun
aangezicht optrekken.
Micha 2 3A.
Micha was een profeet des Heeren, die
aan het volk van Juda het woord des
levens verkondigde. Het volk van Juda
was ver afgeweken van de wegen des
Heeren. Micha moest in Gods naam aan
het zondige volk van Juda mededelen,
dat de Heere hen om hun goddeloos le
ven in ballingschap zou zenden.
En Gods oordeel is gekomen, want de
Chaldeeën hebben Jeruzalem ingeno
men en het volk weggevoerd naar het
Oosten.
Micha was een prediker van Gods ge
rechtigheid maar ook van 's Heeren
liefde en goedheid.
De profeet heeft in naam van zijn
Zender aan het volk van Juda de komst
van de Messias voorspeld.
Er was in Jeruzalem en omgeving nog
een overblijfsel naar de verkiezing van
Gods genade. Dit volk zag met heilbe-
gerige harten uit naar de beloofde der
vaderen, de Christus Gods. Micha ver
kondigt hen dat de Zone Gods in Beth
lehem geboren zal worden om Zijn volk
te verlossen van de zonden. Hoe schoon
is zijn profetie over het werk van Chris
tus voor Zijn uitverkoren Kerk.
Hij tekent de Christus als de Held
Gods, de grote Doorbreker Israels. Jesa-
ja en veel andere profeten kondigden de
Messias aan als de lijdende knecht, die
zou sterven voor de zonden van het volk.
Micha spreekt over Hem als de krach
tige hemelse Held, die de strijd aan
bindt met de vijanden.
Eerst heeft Micha tot het volk van
Juda geprofeteerd over de ballingschap.
God zal ze om hun zonden laten weg
voeren in slavernij en gevangenschap en
dan zullen ze wenen over hun afgoderij.
In het verre Babyion zullen ze hun
schuld belijden voor Gods aangezicht.
De Heere zal hét smeekbed horen en
hun verlossen uit de hand van hun vij
anden en daarna hen terugbrengen in
het land Kanaan.
God zal hen doorbrekers geven, die
hen zullen terugleiden naar het land
hunner vaderen.
De Heere heeft deze profetie heerlijk
vervuld, Hij schonk aan het volk de
godvrezende Zerubbabel. Deze vorst uit
Juda is tot grote zegen voor het volk ge
weest, hij heeft als een andere Mozes en
Jozua hen teruggebracht in het beloof
de land. Zerubbabel was een doorbre
ker, een held, een verlosser voor zijn
volk.
Christus is de grote held Gods, die de
weg geopend heeft naar het hemels Ka
naan. Er is hier een schone gelijkenis
tussen de uitverkoren zondaren en het
schuldige Juda.
Het zondig volk van Juda was om
eigen schuld in ballingschap gekomen.
De Heere gaf hen uit vrije gunst en
liefde een doorbreker, zodat ze verlost
werden uit de ballingschap. De mens is
door eigen schuld uit het paradijs ver
dreven en in ballingschap gekomen.
De toestand van de natuurlijke mens
is vreselijk, want hij is in de macht van
de duivel.
De Heere heeft zich ontfermd over
schuldige zondaren, Hij heeft een Held
gegeven, een Doorbreker om hen te ver
lossen van dood en oordeel. God heeft
Zijn Zoon gegeven om een 'schuldig volk
te verlossen uit de slavernij en balling
schap. Het volk van Juda was in de
macht van de Chaldeën, die hen gevan
gen hielden in Babel.
Gods uitverkoren volk was in de macht
van de duivel, die hen in zijn gevangenis
had opgesloten.
Wat is nodig om de mens te verlossen
uit de macht van de vorst der duister
nis?
Een sterke Held, een Doorbreker,
Christus! De Zone Gods heeft de macht
en de kracht om zondaren te redden van
het eeuwig verderf.
Christus is op aarde gekomen om de
werken des duivels te verbreken. We
kunnen het werk van Christus, de grote
Doorbreker, onderscheiden in Zijn werk
in de volheid des tij ds en Zijn werk in
de harten van Zijn gunstgenoten.
Christus' werk in de volheid des tij ds
was Zijn strijd met de duivel en de dood.
Aan Gods gerechtigheid moest worden
voldaan en de schuld der zonde betaald.
Hoe groot was de strijd van Christus op
aarde om Zijn Kerk te verlossen en te
zaligen. Wat een Filistijnen moest
Christus doden, voordat Hij de bron van
levend water voor Zijn volk verworven
had.
Christus heeft Zijn ganse leven op
aarde gestreden met de duivel en zijn
trawanten.
De grootste strijd, de laatste strijd
heeft Hij gestreden in Gethsemane en
op Golgotha. De duivel dacht de strijd
gewonnen te hebben toen Christus de
geest gaf. Maar de Zone Gods stond op
uit de doden, het graf en de dood moes
ten hun prooi loslaten.
Hoe heerlijk heeft Christus geschit
terd in de opstandingsmorgen, Hij blonk
in majesteit en kracht
Christus, de grote Held Gods, de
machtige Doorbreker heeft de hemel ge
opend en de hel gesloten voor al Zijn
kinderen.
Is er in ons hart plaats gekomen voor
Christus en Zijn gemeenschap? Van na
ture staat ons haii; open voor de zonde
en niet voor Christus.
Christus moet zelf als de grote Door-
breker ons hart ontsluiten voor Zijn
persoon en zalige gemeenschap.
Het is een goddelijke weldaad als Je
zus doorgebroken is in onze ziel en wo
ning bij ons heeft gemaakt.
Christus is altijd de eerste, Hij ver
overt door Zijn grote liefde ons hart.
Christus is voor Zijn volk de grote Door
breker, de hemelse Verlosser.
U die gelooft is Hij dierbaar.
Middelburg
Ds. G. A. Zijderveld
Deze bekende graaf is 4 keer begra
ven. Voor de laatste keer was dat in
1928, dat is juist 50 jaar geleden en
daarom wü ik een paar artikelen over
hem schrijven;
Deze graaf van Holland en Zeeland
sneuvelde op 28 januari 1256 in zijn
strijd tegen de West-Friezen. Dit volk
wilde zich niet aan hem onderwerpen, ze
hadden hun vrijheid te lief. Hij had al
enkele keren geprobeerd hen op de
knieën te Icrijgen, maar steeds zonder
succes. Eerst aan zijn zoon Floris V zou
het gelukken.
WUlem II is niet oud geworden, maar
28 jaar. De meeste middeleeuwse gra
ven bereikten geen hoge leeftijd. De
voortdurende oorlogen waarin ze ge
wikkeld waren, maakten meestal een
vroeg einde aan hun leven. Zijn vader
Floris VI was nog maar 25 jaar, toen
hij bij een toernooi (steekspel) in Frank
rijk uit jaloezie vermoord werd. De 7-
jarige 'Willem was de oudste van de vier
jonge kinderen, die bij de weduwe ach
terbleven.
Hij moest dus in 1235 zijn overleden
vader opvolgen. Te jong om te regeren
kwam hij onder voogdij van zijn oom,
bisschop van Utrecht. Dat heeft niet
lang geduurd. Reeds-in 1241 werd hij
meerderjarig verklaard: een jongetje
van 13 jaar! Maar volgens een kroniek
schrijver „verkoos hij het harde staal
boven het schitterend goud".
Liever vechten en möt wapens omgaan
dan een lui en weelderig leven leiden.
Dat waren toen trouwens de voornaam
ste deugden van edelen en ridders.
Grote macht.
In 1247 werd hij door de Duitse keur
vorsten tot Rooms-koning gekozen. Dat
was een waardigheid, die na de kroning
door de paus meestal eindigde als Duits
keizer. Door zijn vroegtijdige dood heeft
hij deze titel niet kunnen behalen.
De nieuwe koningstitel heeft hem
veel strijd en moeite veroorzaakt, want
het was verre van rustig in Duitsland.
Zijn koningskroon was er een met door
nen omvlechten.
De bijna 20-jarige koning wordt ons
aldus beschreven:
„Hij was lang en ongemeen wel ge
maakt van lichaam, van een verwon
derlijke sterkte, schoon en achtbaar van
gelaat, zijn vel blonk, zijn haar was
zwart als git, maar hij was om deze tijd
nog baardeloos. Een bevallige jongeling,
wiens oprechte en edelmoedige inborst,
wiens goed gedrag, kundigheid in rege
ringszaken en beleid, wiens dapperheid
en zucht naar heldenroem, met de in
nemendste zedigheid gepaard, hem de
genegenheid en hoogachting zijner tijd
genoten verworven heeft".
Dat is nogal wat, dat üjkt wel een
ideaal-mens. Het is misschien wel erg
mooi gemaakt, maar als we de over
drijving er af trekken, mocht hij er toch
best zijn,
Willem II wordt ook genoemd als de
stichter van Den Haag, waar hij in 1250
het hof vestigde (Des graven hage, het
hof van de graaf).
De oude Ridderzaal moet door hem
gebouwd zijn. Dat is de plaats waar
onze Koningin ieder jaar in 'september
de troonrede uitspreekt.
Na deze enkele momenten uit het le
ven van Willem II ■willen we eens na
gaan hoe zijn verhouding was tot de
provincie Zeeland.
In Zeeland.
Hij was dit deel van zijn graafschap
zeer gunstig gezind, tal van keren is hij
hier geweest. Als hij door zijn bezig
heden in Duitsland niet zelf kon komen,
behartigde zijn broer Floris de Zeeuwse
belangen. Vooral voor de Middelburgse
Abdij heeft hij bijzonder goed gezorgd.
Geen wonder dan ook dat hij in de Ab
dijkerk begraven werd.
De Abdij had nogal eens verschil van
mening over bezittingen en tienden.
Willem II onderzocht de kwestie en bij
na altijd kreeg de Abdij gelijk. Zo was
er b.v. in 1240 twist tussen de Abdij en
2 Zeeuwse edelen over wie recht had op
de tienden van Meliskerke.
In 1247 vroeg de Abdij zijn hulp tegen
de erfgenamen van Slmon van Zandijk.
Deze Simon had tiendgronden van de
Abdij in leen ontvangen. Nu was deze
Simon kinderloos gestorven en behoor
den de landerijen weer aan de Abdij te
vervallen. Maar Simons erfgenamen be
twistten dat. De Abdij kreeg echter ge
lijk. In 1250 was er weer verschil van
mening met een zekere Simon van Sou
burg over 114 gemeten land.
In 1255 liet graaf Willem II de Abdij
gebouwen zo grondig restaureren, dat
er bijna een nieuw complex te voor
schijn kwam. Net op tijd: het volgend
jaar januari sneuvelde hij.
Ook de Zeeuwse hoofdstad had het
goed onder Wülem II. Wanneer hij hier
vertoefde, hield hij zijn hof in de Gra
venstraat (straat waar de graaf zijn wo
ning had).
Op 11 maart 1254 gaf hij de stad nieu
we keuren, rechten en vrijheden.
Eigenlijk was het een vernieuwing en
uitbreiding van de stadsrechten, die
Middelburg in 1217 gekregen had.
Hierbij werd de veiligheid der Middel
burgers buiten de stad en het graafschap
beter gewaarborgd, ook door verbete
ring van de muren en vestingwerken.
Ook op Schouwen is hü meermalen
geweest. In 1248 vernieuwde en verbe
terde hij de keuren van Zierikzee en be
gunstigde het klooster Bethlehem met
vrijstelling van sommige belastingen.
Twee jaar later was hij weer In Zie
rikzee, nu voor een minder prettige aan
gelegenheid. Hij was namelijk aan heer
Nicolaas van Zierikzee geld schuldig.
De onrust in Duitsland, zijn oorlogen en
belegeringen vorderden veel van zijn
financiën. Daar hij slecht in de contan
ten zat, verkocht hij op Schouwen en
kele domeingoederen.
Willems vrouw Elisabeth is ook in de
Abdijkerk begraven. Ze schonk hem
twee kinderen: Floris, de zo bekend ge
worden Floris V en Mathilde, die vroeg
gestorven is. Floris was nog maar een
klein jongetje van iVz jaar, toen in 1256
zijn vader stierf. Hij kwam onder voog
dij van zijn oom Floris, een broer van
zijn vader. Vanwege zijn voogdij schap
staat hij in de geschiedenis bekend als
Floris de Voogd, hij is eveneens in de
Abdijkerk te Middelburg begraven.
Willem II heeft ook strijd gevoerd met
de graaf van Vlaanderen over het bezit
van Zeeland bewester Schelde, dat zijn
de eilanden Walcheren, Noord- en Zuid-
Beveland. In 1253 had bij WestkapeUe
een grote slag plaats, waarin de Vla
mingen totaal verslagen werden.
Middelburg.
L. van Wallenburg.
SINT MAARTENSDIJK
Luitenant commandotroepen
De heer L. Vroegop werd dezer dagen
in de Engelbrecht-kazeme in Roozen-
daal beëdigd tot tweede luitenant bij de
commandotroepen. Dit werd voorafge
gaan met de uitreiking van de groene
baret. Op 18-jarige leeftijd is de heer
Vroegop in militaire dienst gegaan om
na 4 jaar diensttijd te worden bevorderd
tot officier.
POSTBUS 22-ENKHUIZÉN
Ook dit jaar kunnen de 60-plussers
mee naar „DE DOELEN" in Rotterdam
waar traditiegetrouw een Kerstconcert
gegeven wordt met medewerking van de
Chr, Gemengde Koren „The Credo Sin
gers" en „Deo Cantemus", onder leiding
van Arie Pronk.
U kunt mee op maandag 18 december
a.s. De reis kost u 10,voor het toe
gangsbewijs en 6,voor de bus.
U kunt u opgeven bij het Diensten
centrum Middelhamis, telef. 3366 en bij
het „Trefpimt" te Stad aan 't Haring
vliet. Het aantal kaarten is beperkt, dus
wie het eerst komt het eerst maalt.
EindeUjk is het dan zover! Goeree-
Overflakkee heeft een hockeyclub, zij
het dan nog zonder naam. Woensdag 8
november j.l. is de club officieel opge
richt. Het bestuur bestaat uit: dhr. O. de
Goey (voorz.), Mevr. E. Baarsma (secr.),
dhr. Ph. V. d. Berg (penningm.), Mevr.
M. Visser, dhr. W. Coepijn en dhr. M.
Jones (leden).
Met de Gemeente MiddeUiamis is men
in onderhandeling over een veld. In af
wachting daarvan kan er, door spontane
medewerking van de voetbalclub „Flak-
kee", voorlopig op één van de Concordia
-velden getraind worden. Wie inlichtin
gen wil hebben of wie zich als lid van de
hockeyclub wil aanmelden, kan zich
wenden tot Ph. v. d. Berg, Voorstraat 28
Sommelsdijk, tel. 01870 - 3157. Training
's zaterdags van 2 tot half vier.
OOSTFLAKKEE
Ondanks het feit dat in de week van
6 t.m. 10 november 1978 een collecte
werd gehouden ten bate van Nationale
Kollefcte geestelijk gehandicapten en
dat door slechts één sportvereniging is
gecollecteerd kan gesteld worden dat de
opbrengst zeer goed is geweest.
DBGC (voet- en korfbal) heeft in
Oude Tonge 2814,45 en enkele vrijwil
ligers in Achthuizen-Langstraat 1200,-
(totaal 4014,45) opgehaald.
Allen hartelijk dank.
DEN BOIUMEL:
PRIJZEN VOOR
KAPSTER MARJAN
Marjan Bakelaar kan weer ettelijke tro
feeën aan haar prijzenkast toevoegen.
Enige weken geleden won ze de Ie en
3e prijs resp. voor haar dagkapsel en
knippen en föhnen tijdens „de dag van
het Oosten" te Hengelo, nu won ze de
3e prijs voor haar dameskapsel op een
Nat. concours te Amsterdam.
VERVOLGVERHAAL
P. de Zeeuw J.Gzn.
Historisch verhaal uit de Middeleeuwen
Uitgeverij „De Banier"
'W*;»ÖvK»Ssai2>öSW9»,!SP^'3<S^aWs-*SSs:
17
„Bid maar voor jezelf, eerwaarde dik-
buik, dat is heel wat beter", zei de vee-
koper grof.
Misschien zou de twist veel hoger zijn
gelopen en veel langer hebben geduurd,
als de reiswagen niet juist een pleister
plaats had bereikt, waar de paarden
moesten verwisseld worden, terwijl de
reizigers zich in de herberg konden
verkwikken. Alle reizigers verlieten
dus de reiswagen.
Maarten, die door die ongelukkige ru
zie juist het antwoord had gemist, waar
naar hij zo brandend nieuwsgierig was,
bleef dicht bij de reiziger, waarmee hij
in gesprek was geweest en die had ver
teld, dat hij naar Utrecht moest.
Hij ging bij hem a^n hetzelfde tafel
tje zitten. Dat tafeltje stond in de uiter
ste hoek van de gelagkamer. De beide
reizigers zaten dus geheel afgezonderd
van het overige gezelschap en hadden
dus volop gelegenheid hiin in de wa
gen afgebroken gesprek voort te zetten.
„Mag ik u de St. Geertensdronk aan
bieden?" ■vroeg Maarten.
De St. Geertensdronk was het teken
van vrede en vriendschap.
De oudere man stemde hierin toe en
weldra zaten ze in een vertrouwelijk
gesprek gewikkeld.
Op het onverwachtst viel Maarten
toen in het gesprek met de vraag: „Dat
is waar ook, nu heb je mij nog steeds
niet verteld, wat het doel is van de
grote reis, die ge hebt ondernomen. Mag
ik dat doel ook weten?"
De ander kwam niet dadelijk met zijn
antwoord voor de dag. Toen begon hij
enigszins aarzelend: „Ik hang het doel
van mijn reis ook liever niet aan de
grote klok, jonge vriend. Maar met jou
maak ik een uitzondering. Jij hebt me
op zo'n hoffelijke manier de St. Geer
tensdronk aangeboden, dat ik jou op
deze vraag het antwoord niet mag schul
dig blijven. Ik heb je al verteld, dat ik
naar Utrecht reis en ik doe dat om daar
een ontwerp voor de te bouwen Dom
toren in te leveren".
Als op dat moment de oudere reisge
noot voor Maartens ogen in de grond
was verzonken, had de jongen niet meer
kunnen schrüdien, dan hij nu deed.
Wat hij vaag had vermoed was dus
werkelijkheid.
Ongedacht zat hij hier dus tegenover
een mededinger in de bouw van de
Domtoren te Utrecht.
En welk een mededinger!
De grijze bouwmeester had een deftig
voorkomen.
Zijn scherpzinnig gelaat en zijn hel
dere ogen toonden duidelijk, dat hij zijn
taak niet licht opvatte en dat hij ook
voledig berekend was voor de grote
taak, die hij op zich 'wüde nemen.
„Een p-plan voor de ,to-torenbouw?"
hakkelde hij ontsteld.
Vragend keek de ander hem aan.
Hij scheen iets van Maartens ontstel
tenis te bemerken.
„Kijk je daar vreemd van op?
vroeg hij. Je hebt toch zeker wel ge
hoord van het grote plan, dat bisschop
Frederik van Utrecht heeft opgevat om
ter ere Gods in zijn residentie een Dom
toren te bouwen? De monnik en de vee
koper hadden er in de wagen nog ruzie
over. Ik heb me daar natuurlijk niet in
gemengd, want ik wil mij in zo'n wagen
vol volk niet bloot geven. Er kan soms
een mededinger tusSen zitten".
„O zeker, zeker haastte Maarten
zich te antwoorden. Zeker, het plan
van de bisschop is ook in onze parochie
bekend gemaakt, maar iemand, die daar
geen belang bij heeft, is zo'n medede
ling zo weer vergeten".
De oudere bouwmeester keek Maar
ten enigszins vragend aan. „O, ge be^
grijpt niet waarom ik zoeven een beetje
hakkelde. Ik zal het u zeggen. Ik was
met mijn gedachten bij een droevig
voorval in mijn familie, vandaar mijn
ontroering. Een lichte ontroering greep
mij aan, maar dat is nu weer voorbij.
Maar vertel mij eens sinjeur, zo'n
bouwplan in elkaar zetten is zeker een
geweldig werk? Dat zal je heel veel in
spanning hebben gekost?" vroeg hij
schijnbaar onnozel.
„Dat zou ik denken! Sprak de an
der ik heb er meer dan drie maan
den aan gewerkt. Ik kan wel zeggen,
dat ik er in die tijd dag en nacht aan
heb gewerkt. Gelukkig heb ik het met
Gods hulp tot een goed einde weten te
brengen. Ik weet zeker, dat mijn leer
meester eer zal inleggen met mijn ont
werp".
„Wie was je leermeester?" waagde
Maarten te vragen.
„De grote ontwerper van de Dom te
Straatsburg zei de,bouwmeester, niet
zonder enige trots. Hij heeft mij ter
dege in de bouwkunst onderwezen, zo
dat ik nu met enige zekerheid mag ho
pen, dat mijn ontwerp in Utrecht aan
genomen zal worden".
Van deze mededeling schrok Maarten
hevig. Hij besefte goed, dat hij hier te
genover een geduchte mededinger zat,
die zeker met eersteklas werk naar
Utrecht was gegaan. Maar de hevige
schrik, die hem bevangen had, wist hij
meesterlijk te verbergen. Gelukkig werd
er juist geroepen, dat de reizigers moes^
ten instappen, omdat de wagen gereed
was om te vertrekken.
Bij het instappen ■wist Maarten het zo
te versieren, dat hij weer tegenover de
oudere bouwmeester kwam te zitten. De
mededelingen, die deze man hem had
gedaan, hadden hem erg nieuwsgierig
gemaakt. Hij ■wilde er beslist meer van
weten.
Het ging bij hem immers om het ver
werven van Maria van Ath als zijn
bruid.
Wie weet had deze man wel een ont
werp bij zich, dat het zijne ver o^vertrof
Nou, dan kon hij beter dlrekt naar He
negouwen terugreizen, of
Terwijl de wagen over de weg voort-
hotste, knoopte Maarten weer een ge
sprek aan met de bou'wmeester. Hij in
formeerde zo pratende weg naar aller
lei zaken, die met het bouwen van de
Domtoren in verbsind stonden en daar
bij wist hij zo innemend en waarderend
te 'spreken, dat hij de oudere bouw
meester geheel voor zich innam. Einde
lijk waagde hij het aan hem te vragen
of hij zijn ontwerp misschien eens zou
mogen zien.
Hij zei, dat hij zich er totaal geen
voorstelling van kon maken, hoe zo'n
ontwerp in elkaar zat en daarom waagde
hij het maar, de bou^wmeester er naar te
vragen. Hij was er toch zo vreselijk
nieuwsgierig naar.
Op deze vraag gaf de bouwmeester
niet dadelijk een toestemmend ant
woord. Blijkbaar overviel die vraag
hem en moest hij er eerst eens over na
denken. Maarten was al bang, dat hij te
veel had gevraagd en dat hij de teke
ningen heel niet te zien zou krijgen.
Maar dat pakte anders uit.
„Aan de vragen, die je me stelt, merk
Ik wel, dat je een vreemdeling bent in
de bouwwereld zei hij ■vriendeUjk
En dat blijlit helemaal duidelijk, nu je
me ■vraagt of je mjjn tekening eens zien
mag. Als je iets van de bou^wwereld
afwist, zou je weten, dat het een plan
van een bouwmeester altijd een ge
heim is, althans voordat zijn plan is in
gediend en aangenomen".
„O, maar wat ge daar zegt, geldt toch
alleen maar voor ide mededingers van
de bou^wmeester", zei Maarten gevat.
„Daaraan heb je volkomen gelijk
zei de bouwmeester vrieiidelijk en
omdat ik in jou in het minst geen mede
dinger zie en jij toch veel belang stelt
in. mijn ■werk, zal ik je mijn ontwerp
voor een Domtoren laten zien".
Maarten was verrukt over dit onver
wachte antwoord. Zijn hart sprong op
van blijdschap. Hij mocht de tekeningen
van de bouwmeester zien. En als hij ze
zag, zou hij dadelijk weten of dat plan
mooier was dan het zijne. Hij zou dan
ook weten of hij van deze mededinger
last zou hebben of niet.
(Wordt vervolgd)