EIIAnDEtt niEUWS
Het oude gasthuis
te Middelburg
Amateur-archeologenvereniging ,,cle Motte" vraagt:
RIVATO
bewaar
Van broedSGbotel tot Barcelona
Zeeuwse wandelingen
UIEN
voor een beter
resultaat
3e blad Vrijdag 22 oktober 1976 No. 4533
RO\AL SLUIS
Uw huis verkopen
TAMBOER
VAN WENNEKER
Het ziekenhuis uit mijn vorige artikel
wordt hier altijd gasthuis genoemd. Het
is meer dan honderd jaar oud, geopend
op 24 oktober 1866. Bij de opening werd
gezegd dat het „zoveel mogelijk naar de
tegenwoordige eisen der wetenschap ter
verpleging van zieken is ingericht".
Sinds die tijd is de wetenschap enorm
vooruitgegaan en nu stelt men andere
eisen aan een ziekenhuis. Geen wonder
dat er dan ook in die eeuw heel wat
veranderd en verbouwd is. Het werd
gebouwd op de plaats van een weeshuis,
dat voor afbraak werd verkocht. De
laagste inschrijvingssom was 72.699,
Dit nieuwe ziekenhuis kwam in de
plaats van het oude, dat op de hoek van
de Langedelft en de Nieuwstraat stond.
Vóór de Hervorming werd het St. Bar-
bara-gasthuis genoemd. Hierover wil ik
in dit artikel een en ander vertellen.
Een oud gebouw.
Reeds in 1342 wordt het genoemd.
Toen deed het vooral dienst als loge
ment voor een tijdelijk verblijf van rei
zigers. Vergelijk het woord gast-huis
maar eens met het Duitse Gasthaus, dat
gebruikt wordt voor een hotel, meestal
eenvoudig en niet groot.
Dat waren soms wezen, maar ook kin
deren, die door hun ouders in de steek
waren gelaten. Ze kregen voor korte tijd
een dak boven hun arme hoofdjes, tot
ze in een weeshuis werden opgenomen..
Dat waren ook de gasthuisboeven, zo
als ze meestal genoemd werden. Geen
gevaarlijke boeven, maar bedelaars en
landlopers, die hier een paar nachten
logies kregen, daarna moesten ze er uit
en zetten ze hun zwerftocht voort. Voor
deze doortrekkers waren er een man
nen- en een vrouwenzaal beschikbaar.
Ook krankzinnigen werden er w^el tij
delijk ondergebracht vóór ze naar het
gesticht in Dordrecht vervoerd werden.
Voor gevaarlijke waren er twee bedste
den met tralies beschikbaar.
Later werd deze dienst als tijdelijk lo
gement opgeheven en werd het gebouw
alleen maar ziekenhuis.
Het bestond uit verschillende zalen en
bijgebouwen, met daartussen een bin
nenplaats, met gras begroeid en met bo
men beplant. Veel uitzicht hierop had
men vanuit de kamers niet, w^ant de
meeste ramen ■waren te hoog. De kapel
van het huis is de nog altijd bestaande
Gasthuiskerk. Wat nu de ingang van de
kerk in de Langedelft is, was vroeger de
hoofdpoort van het gasthuis. Door een
andere deur aan de Nieuwstraat, „de
doodspoorte", ■werden de gestorvenen
uitgedragen.
De hygiëne liet veel te wensen over.
Vlak langs het gebouw liep een ■vuile
sloot, die als afvoerriool diende, en al
het ■vuile water uit het huis in de Ame
loosde, die hier voorbij stroomde. Door
de stadsreiniging werd deze stinksloot
af en toe schoongemaakt. Het was maar
een vies luchtje daar in de buurt!
Evenals in het gebouw zelf. Er was een
slechte ventilatie en de toiletten (te wei
nig waren er) konden niet altijd goed
afgesloten worden en verspreidden vaak
hun geuren op de zalen. Bedompt was
het daar dik'wijls, want men sliep in
bedsteden met gordijntjes ervoor. Later-
zijn er in sommige zalen ledikanten ge
komen.
Er was geen goede afzondering tussen
armen en rijken, mannen en vrouwen,
gevaarlijke en minder ernstige zieken,
publieke meisjes en fatsoenlijke vrou
wen. Voor deze minder nette meisjes,
die wel aan geslachtsziekten geleden
zuUen hebben, was een apart vertrek
„voor syphilitische lijderessen". Zo ook
voor mensen die de pokken hadden,
zeer besmettelijk. In vroeger eeuwen
heerste dikwijls de zwarte dood, de pest,
waaraan veel mensen stierven. Voor de
ze was ook een afzonderlijke zaal, aan
,het hoofd waarvan de „pestmoer" stond.
Maar deze zalen ■waren toch nog niet
voldoende afgezonderd van de overige
vertrekken, zodat het gevaar van be
smetting altijd bestond.
De verwarming had plaats met kolen,
maar sommige kamers hadden geen
kachel. De drie badkuipen werden door
cokes verwarmd. Een pluspunt was het
goede regen- en welwater.
In bedrijf.
Het gasthuis had verschillende bron
nen van inkomsten. Het bezat wel 125
gemeten land, waarvan de jaarlijkse
pacht 5 schellingen 1,50) per gemet
was. In Middelburg en Westkapelle had
men een boerderij. Ik heb gelezen hoe
veel men in het jaar 1493 kreeg. De vo
rige twee jaar was het gasthuis tamelijk
vol geweest, wel 60 patiënten waren er,
als gevolg van de pest die er toen heer
ste. Er waren 39 mensen aan gestorven.
Dat waren dus dure jaren voor het gast-
huisbestuur. Daarom wekken de pas
toors in de kerken de mensen op tot
weldadigheid. Het resultaat is 36 pond
Vlaams (een pond 6,In datzelf
de jaar krijgt men uit testamenten 33
pond, van mensen die in het gasthuis ge
storven zijn en hun spullen overgaven
39 pond en uit rente beurde men nog 23
pond. Dat waren mooie bedragen, want
de waarde van het geld was toen hoog,
met een gulden kon men heel wat doen.
Bij de pestepidemie van 1584 was het
gasthuis berstensvol, n.l. 166 patiënten,
waarvan een derde deel stierf. Om de
lucht van besmettelijke dampen te zui
veren, werden pek- en teertonnen ge
brand. Tot 1681 werden de lijken in een
mat begraven, na die tijd in een kist. De
verpleegsters moesten de doden wassen
en in een mat naaien. Na afloop kregen
ze een glas bier of ■wijn. Dit kregen ze
ook 's morgens na het opmaken van de
bedden „ende dat tegen de quade reuc-
ken". De monnikenorde van de Celle-
broers verzorgde meestal de begrafenis
sen, in Middelburg bestaat nog het
Cellebroershof.
Soms waren er ook patiënten uit
vreemde landen. Middelburg was een
drukke handelsplaats en altijd wordt er
wel eens een buitenlandse schepeling
ziek. Na de slag bij Nieu-wpoort (1600)
vsraren er veel zieke en gewonde solda
ten in het gasthuis. Zo ook in 1809 toen
de Engelsen hier een inval deden om de
Fransen te verdrijven. Ze hadden veel
last van de Zeeuwse koorts, en daarom
hebben ze het ongezonde Zeeland een
half jaar later reeds verlaten.
Vóór de Hervorming bezocht een pas
toor de zieken en bediende de stervenden
van de sacramenten. Daarna was er een
ziekentrooster, „iemand geschikt van
leven en wel ervaren in Gods Woord,
opdat hij ieder naar zijn gelegenheid
mag sterken en troosten, de zondaren
vermanende tot berouw en bekering dès
levens". Vóór de maaltijden deed hij een
gebed en enkele keren in de week las
hij een kapittel uit de Bijbel.
Met het vooruitzicht op een nieuw
ziekenhuis werd er in de vorige eeuw
niets meer aan het oude gasthuis ge
daan, het werd een uitgewoond, bouw
vallig stelletje. Voor de aardigheid hier
even de vérpleegkosten ongeveer 100
jaar terug; de armen betaalden 2,60,
de weigestelden 3,50 - 7,— per dag.
Vergelijk dat eens met nu!
Meer attentie s.v.p. bij (soms lieel
interessantebodemvondsten
POSTBOX 22- ENKHUIZEN - HOLUAND-TEL.02280-2741
Middelburg.
L. van Wallenburg.
DUIVENALLERLEI
Deze week zitten snuffelen in het
NPO-boek met alle verenigingsnamen.
Hieruit gezien hoe ontstellend weinig
origineel duivenliefhebbers in het ver
leden geweest zijn. Er zijn tientallen
Reisduiven, Zwaluwen en Luchtbodes.
Na de bevrijding kwamen er nog een
aantal Vredesduiven bij, met variaties
van Vredesbode en Oorlogsbode. Soms
was het Vorstenhuis of het Vaderland
inspiratie tot de naam. Pro Regina of
Pro Patria. De emancipatie is tot erger
nis van mijn vrouw niet bij de duiven-
verenigingen doorgedrongen. Het we
melt van de Blauwe Doffers, de Rode
of Vale Doffers, geschelpte zijn schijn
baar niet in tel, maar niemand heeft de
euvele moed gehad om een duivin te
vernoemen. Toch zullen we daar de
emancipatie niet meer tegenhouden en
straks lezen we vast wel in een adver
tentie, man gezocht om de lange winter
avonden mee op het duivenhok door te
brengen. In een vijftigtal gevallen heeft
men niet eens de moeite gedaan voor
een naam en de vereniging maar ge
woon naar de plaats genoemd. Ruzie
wordt er ook enorm veel in duivenhiel-
kerskringen gezocht, want na vereni
gingssplitsingen ontstonden talrijke
Vriendschappen, Vriendenkringen en
Eendrachten. Ook windstreken en na
tuurlijke hindernissen vormen namen
als Bergvliegers, het Oosten, Schelde-
vliegers. De Friezen bleven vaak in
eigen dialect, de Thösfleaners, de Troch-
setters, de Weinbrekkers, Try walden,
de Douwe Tule, Fluch werom, Fleanwil-
le en Feanstervlucht. De beste naam
vonden wij gekozen te Hooge Mierde in
Oostbrabant. Hier heet een vereniging
de „HOOPVOLLE WACHTERS". Er zijn
in Nederland ca. 2000 postduivenvere-
nigingen aangesloten bij de NPO maar
hun aantal neemt af. Daar waar het
geldspel toeneemt en men niet meer in
de eerste plaats strijdt om de eer, lossen
de verenigingen op in een CC. Zo tellen
steden als Breda en Tilburg geen vere
nigingen meer. Op diverse andere plaat
sen wordt nog wel de verenigingsvorm
gehandhaafd bij kleine vluchten, maar
meestal speelt men in groot verband
vanuit één stadslokaliteit. Boven de ri
vieren hebben reeds vele verenigingen
INTERMEZZO D2 NOG TE
WISSELVALLIG
Hoewel het tweede damesteam van
Intermezzo j.l. zaterdag won van het
Maassluisse M.V.C.bleek weer dat de
dames uit Middelhamis DIT seizoen hun
draai nog niet hebben gevonden. Met
goed gevarieerd volleybal werden de_
gasten in de Ie set met 15-2 opgerold.
Na de makkelijke zege kreeg Intermezzo
echter een inzinking die hun de 2e set
kostte. M.V.C, won met 9-15. Na een
forse voorsprong, 9-4, dreigde het toch
nog even spaak te lopen, maar juist op
tijd gingen de blauw-witten door: 15-9.
M.V.C.dat haar kans rook, begon de
4e set sterk aanvallend, waar Intermez
zo aanvankelijk weinig tegenover kon
stellen, maar na een t.o. bij de stand 4-4,
had coach Jaap Driesse het tegengif ge
vonden, en met een sterk blok, waarin
Lea Timmers uitblonk, werd de vijan
delijke aanval lamgelegd. Met 15-9 werd
ook de laatste set gepakt. Als de dames
met wat meer zelfvertrouwen gaan spe
len, moet een eindrangschikking in de
sub-top zeker haalbaar zijn.
INTERMEZZO 4
PENDRECHT 4: 3—0
Ook het vierde herenteam heeft za
terdag haar thuiswedstrijd gewonnen.
In precies 50 minuten werd Pendrecht
met verlies naar Rotterdam-Zuid terug
gestuurd. Het treurige van deze wed
strijd was echter, dat noch Intermezzo
noch de Rotterdammers kans zagen een
redelijk spelpeil te halen. Intermezzo,
dat nu eindelijk een keer de kans had
om aan klantenbinding te doen ■werd
echter meegesleurd in de malaise. De Ie
set was met 15-6 nog om aan te zien,
maar de 2e set was het best te typeren
als „puinhoop", ondanks de 15-11 winst.
Intermezzo probeerde er in de laatste
set nog iets van te maken, maar mooi
was het niet: 15-5. Hoewel de winst bin
nen is, is het duidelijk dat er veel „ge
schaafd" zal moeten worden.
een eigen lokaal met beperkte drank
vergunning. In het Zuiden des lands be
staan nog wel echte duivencafé's, maar
ook daar is bezoek en verblijf niet meer
in vergelijk met vroeger jaren. Onze
dynamische levensvorm heeft hierin
grote veranderingen gebracht.
Flakkee gaat op 12 november a.s. zijn
kampioenen huldigen en de prijzen uit
reiken. Dit geschiedt in hotel Believen te
Middelharnis en er gaat een algemene
vergadering aan vooraf.. Wij gingen
eens na hoeveel mensen op het podium
zouden moeten staan, ware het dat de
eerste drie winnaars van elke vlucht
werden gehuldigd. Het zouden er maar
liefst 41 zijn, waaruit blijkt dat toch
vele koeien een haas kunnen vangen,
dit gezegde zonder lelijke bijbedoelin
gen. De vetste buit gaat naar J. Mijs te
Stad aan 't Haringvliet met vijf gouden,
vier zilveren en vier bronzen medailles.
J. van Seters en Zn., deze combinatie
behaalt dit jaar het hoogste percentage
prijzen, heeft één gouden, drie zilveren
en 2 bronzen medailles. Opvallend is
ook de prestatie van A. v. d. Linde,
tweemaal goud, tweemaal zilver en
eenmaal brons. De prestatielijst ziet er
verder als volgt uit:
goud
zilver
bn
P. J. Huizer
2
1
1
H. Kievit
1
3
M. Volaart
2
1
J. C. Roodzant
2
1
B. Visser
1
2
A. J. Klink
1
1
1
J. Smit
2
1
C. Venneman
2
M. Melissant en Zn. 1
1
A. Zoon
1
1
J. den Boer
1
1
Gebr. Visser
1
1
K. de Jong
2
Eenmaal goud wonnen: W. Kievit, J. C.
Wagner, A. de Gans, G. v. Dam, M.
V. d. Baan.
Eenmaal zil-ver wonnen: C. Vermeulen,
B. Leijdens, L. Hoek, D. W. Kievit,
L. Arensman, D. van Ours, C. Log-
mans, A. F. de Vogel.
Eenmaal brons wonnen: C. Vreeswijk,
C. J. Tanis, J. Kleijnenberg, G. West-
dijk. D. van Lenten, Comb. Hoek van
Lenten, A. M. v. d. Kroon, Gebr. Mo
lenaar, L. Wielaard, M. Huizer, J. de
Boed, J. Meiaard.
Het oudheidkundig bodemonderzoek
van Goeree-Overflakkee (vnl. Goeree)
is tot dusver mede het doel geweest van
de amateur-archeologenver. „de Motte".
De Ver. bestaat thans T'/a jaar en in die
tijd is er bijzonder goed werk verricht
maar zou zelfs nog beter hebben
gekund als hun publiek nog wat m^eer
attent zou zijn en de snuffelaars van „de
Motte" van nog meer informatie zou
willen voorzien.
Er lopen zo heeft de praktijk ge
leerd op Flakkee heel wat mensen
rond met kennis die voor „de Motte"
bijzonder interessant zou zijn. Zelfs zijn
er ook vondsten gedaan die „de Motte"
zouden kunnen boeien en we zouden dat
zo positief niet kunnen beweren wan
neer het ons niet zelf overkomen was!
Een door ons gevonden vuurstenen
voorwerp je bleek vele eeuwen oud en
zal „de Motte" mensen kunnen lielpen
bij liun verdere studie van de geschie
denis. Misschien is het voor de toekomst
af te spreken dat zij, die iets in hun be
zit hebben, vermoedens hebben dat er
gens iets te vinden is of kennis liebben
van nog weinig bekende historische
feiten, dat aan „de Motte" doorgeven.
Van de tipgevers wordt niet eens ver-
Grape met randversiering, in 1970
gevonden in Sommelsdijk.
wacht dat ze het gevondene afstaan, als
het maar wordt gemeld dan is de erken
telijkheid al grootOp de volgende
adressen zullen uw tips graag ontvan
gen worden: Dhr. Rias Olivier, Sparren
dal 206 en Hans Klepper, Elkerzeeseweg
18 te Scharendijke (beiden overigens
oud Flakkeeërs).
„Oudheidkundig bodemonderzoek is
geen schatgraverij, maar een doelbe
wust en verantwoord wetenschappelijk
werk", wordt van de zijde van „de Mot
te" met nadruk vastgesteld. Gezien de
belangrijkheid van het werk is voor el
ke opgraving toestemming nodig in het
kader van de monumentenwet van 1961.
Het bodemarchief dat mede door de
werkzaamheden van „de Motte" kon
wórden aangelegd wordt beheerd door
drs. Sarfaty van de Rijksdienst voor
vinciaal archeoloog van Zuid-Holland.
Met hem bestaat een goed contact.
„Het is onze bedoeling de bewoner
van Goeree-Overflakkee ervan bewust
te maken hoe oud het gebied is waarop
hij leeft", aldus „de Motte": het verle
den gaat veel verder dan men veelal
aanneemt en reikt zelfs tot de ijzer-,
brons- en zelfs de steentijd!"
Zij die in de vondsten geïnteresseerd
zijn kunnen die bewonderen in de afde
ling van ,,de Motte'' in het Streekmu
seum te Sommelsdijk. Succesvolle op
gravingen werden o.a. gedaan in Goe-
dereede, op enkele plaatsen in Sommels
dijk en op de camping „de Toekomst" te
Ouddorp. „Daarmee is in de voorbije
7V2 jaar een verantwoorde basis gelegd
voor de toekomst, waarin stellig nog
veel opzienbarende vondsten gedaan
zullen worden!" is de overtuiging, van
het „Motte" bestuur.
De ophanden zijnde ruilverkavelin
gen bieden „de Motte" een goede gele
genheid zich andermaal waar te maken.
Wellicht zullen tijdens de werkzaamhe
den nieuwe ontdekkingen worden ge
daan en na een seintje is „de Motte" er
dan als de kippen bij! Voor het overige
maakt men zich nu verdienstelijk n\et
het opstellen van een archeologische
streekbeschrijving en dat is een hele pil
voor een 7V2 jarige.
Bronzen speerpunt met schachthout, 1400 - 700 voor Chr., gevonden in de bouwput Haringvlietdam in 1967.
AANBESTEDING SCHUTSLUIS
IN PHILIPSDAM
Door het Ministerie van Verkeer en
Waterstaat zal op dinsdag 30 november
in Den Haag worden aanbesteed het
maken van een Werkeiland met een
bouwput voor twee doorvaartsluizen in
de Philipsdam, werkterreinen en een
werkhaven op de Plaat van de Vliet en
een werlihaven langs de Grevelingen-
dam met bijkomende werken, gedeelte
lijk gelegen in de Gemeente Bruinisse
en gedeeltelijk in de gemeente Oost-
flakkee, volgens het desbetreffende be
stek.
Het werk omvat o.a. het zuigen en
verwerken van ca. 4.250.00 m^ zand, het
leveren en verwerken van plm. 75,000
m» klei, 122.000 m^ kraag en zinkstuk-
ken, inclusief kunstweefsel, 95.000 m-
betonblokken, 70.000 ton stortsteen en
324.000 ton mijnsteen.
Het werk moet uiterlijk op 1 juni 1978
worden opgeleverd.
Volgens het koninklijk besluit van 20
sept. 1976, zal de Philipsdam worden
gebouwd tussen de Grevelingendam op
plm. 1300 meter uit de kust van Goeree.
-Overflakkee en in het zuiden op de
kust van St. Philipsland binnen een ge
bied van 3 km oostelijk van dijkpaal 70.
Tussen de Stroomgeulen Krammer en
Slaak worden op de Plaat van de Vliet,
twee voor de grote duwvaart geschikte
sluizen geconstrueerd met een sluiskolk
van 280 meter.
De kolklengte van een aan de Greve-
iingenzijde gesitueerde jachtsluis zal een
nuttige kolklengte hebben van 75 meter
en een doorvaartbreedte van 9 meter.
Daarvan wordt in bovenstaand bestek
niet gerept en deze zal dus later worden
aanbesteed.
Bij het dwarsprofiel van de dam zal
rekening worden gehouden met de mo
gelijkheid van het daarop aanleggen
van een weg met parallelweg ten be
hoeve van het wegverkeer.
De overbrugging van ten minste één
van de twee grote sluizen zal beweeg
baar zijn.