Voor- en tegenstanders troffen elltaar op
hoorzitting te Goeilereeile
Voorbeeldige afslanlister lireeg
een pluim en een bloemetje
Met zn drieën geweest
Vogelparadijs
Grostf ader vertelt
W.IVS.Z. wil meer water uit Goeree's duinen
lir definitieve vergunning voor
Kleisteegebied gevraagd
iVIIDDELHARNIS
TOERISTISCH KORT
VERVOLGVERHAAL
De vrijdagmorgen in Goerees' ge
meentehuis gehouden hoorzitting waar
op de schriftelijls ingediende bezwaren
tegen het verlenen van een vergunning
aan de W.M.Z. voor een verdergaande
wateronttrekking aan Kleistee, Middel
en Oostduinen nog eens extra kracht
konden worden bijgezet heeft een
slechts matige belangstelling ondervon
den. Zij die er wel waren, burg. G. van
"Velzen van Goedereede, dhr. v. d. Laan
namens het biologisch station „Weevers
duin" en dhr. E. Grinwis te Ouddorp
hebben zich evenwel danig teweer ge
steld en de Gedeputeerde dhr. den En
gelsman die de zitting presideerde met
kracht van argumenten laten weten
dat een uitbreiding van de waterwin
ning ongewenst moet worden geacht. Zg
leven voorts „in hope" in hoeverre hun
argumenten weerklank zullen vinden...!
Kleistee definitief.
Waar de bezwaarde heer v. d. Laan
niet van op de hoogte was, was dat de
vergunning voor onttrekking van water
aan de Kleistee (max. 50 m^ per uur)
niet langer tijdelijk maar voortaan per
manent wordt gevraagd. Tegen die
voor hem nieuSwe lezing maakte dhr.
v. d. Laan ernstige formele bezwaren
kenbaar maar, op verzoek van dhr. En
gelsman schikte hij er zich toch in dat
de zitting doorgang zou vinden. „Wij bij
de Provincie hebben er nog geen oor
deel over hoe op het verzoek zal worden
beslist, het is niet uitgesloten dat er
opnieuw een tijdelijke vergunning uit
rolt", liet dhr. den Engelsman weten.
De aanvrage.
De W.M.Z. heeft derhalve voor het
Kleistee gebied (in '72 werd een tijd.
vergunning verleend) een permanente
vergunning gevraagd. Voorts wil het
bedrijf een vergunning tot uitbreiding
van de waterwinning in de Middel- en
Oostduinen van 1,75 miljoen m^ tot 3,6
mUjoen kubieke meters. Van de win-
ningsmogelijkheden op de Kleistee zal
zo heeft de W.M.Z. toegezegd al
leen gebruik worden gemaakt bij tech
nische storingen, calamiteiten en onder
houdswerken van de overige installa
ties.
Bovenmatig veel.
Het was voor burg. van Velzen zeer
de vraag of de verbruiksprognose voor
het jaar 1990 van plm. 3,6 miljoen ku
bieke meter niet als een „bovenmatige
hoeveelheid" moet worden aangemerkt.
Hij conformeerde zich daarmee aan de
uitspraak hieromtrent van de Comm.
Grondwaterwet Waterleidingbedrijven
(CoGroWa) welke zich dat eveneens af
vraagt.
Burg. van Velzen waarschuwde tegen
„fatale gevolgen" die op kunnen treden
wanneer in Middel- en Oostduinen te
veel water aan de bodem wordt ont
trokken. Een verschuiving of doorbre
king van de zoutgrens zou zowel voor
het waterwingebied als voor de omlig
gende polders ernstige gevolgen hebben
terwijl aldaar de mogelijkheid tot zgn.
diepe waterwinning verloren zou gaan.
Spr. acht het daarom terecht dat de
CoGroWa adviseert de onttrekking van
water aan de diepe bodem te beperken
tot 250.000 m^ per jaar waardoor dan
geen verdere verschuivingen van de
zoutgrens plaats zullen vinden. Aan het
zgn. „ondiepe pakket" ui dit gebied kan
nog eens 600.000 m» onttrokken worden
terwijl zo beredeneerde het dhr. van
Velzen het overige nodige kan wor
den betrokken uit de Oude Nieuwlandse
Watering, het Haringvliet en in laatste
instantie aan de „Kleistee".
Voorzichtigheid geboden.
Hij maande voorts tot voorzichtigheid
bij het onttrekken van water aan „de
Kleistee", en ook op dit punt confor
meerde de burgemeester zich aan de
mening van de CoGroWa dat de ver
gunning wederom met 5 jaar zou kun
nen worden verlengd maar dat er niet
meer dan 400.000 m^ per jaar aan de
Kleistee onttrokken dient te worden.
Spr. wees in dit verband op de ligging
van de Kleistee in een gebied waar tal
van producten worden geteeld (sjalot-
ten, bloemzaden, augurken e-a.) terwijl
de schurvelingen die er_ liggen zowel
van landschappelijke- als natuurweten
schappelijke waarde zijn.
„Een geringe verlaging van de grond
waterstand in dit gebied kan reeds ver
storing van natuurwetenschappelijke
waardevolle elementen tot gevolg heb
ben", zo argumenteerde dhr. van Vel
zen zijn bezwaren; „Ook uit landbouw
kundig oogpunt is een verlaging van de
grondwaterspiegel in dit gebied onge
wenst en door de hoge opbrengst per
ha. heeft een geringe depressie reeds
een aanmerkelijke schade tot gevolg".
Dhr. van Velzen besloot zijn betoog
met het uitspreken van de vrees dat „de
Kleistee" straks permanent in gebruik
zal zijn, ook wanneer daar geen directe
aanleiding toe bestaat in de vorm van
calamiteiten elders, terwijl het Kon.
Besluit waarin een tijdelijke vergun
ning werd gegeven daarentegen spreekt
van een reserve-bron voor de water
winning
Ontoelaatbaar
Dhr. E, Grinwis, sprekend over het
Kleistee gebied, vreest zo liet hij talij
ken dat er al van een ontoelaatbare
verlaging van het grondwaterpeil spra
ke is. Dhr. Grinwis gelooft dat omdat de
afd. Grondwaterverkenning van de
T.N.O. niet van de meetgegevens op de
hoogte wordt gehouden terwijl de W.M.
Z. tot het verstrekken daarvan ver
plicht is.
Aan de verleende proefvergunning
voor Ae Kleistee is nadrukkelijk de
voorwaarde gesteld dat, zodra via in
filtratie met Haringvlietwater een goe
de drinkwatervoorziening is bereikt, de
onttrekking van water aan de Kleistee
moet worden beëindigd", zo argumen
teerde dhr. Grinwis, de W.M.Z. ervan
beschuldigend deze bepaling geheel te
ontkrachten door een definitieve ver
gunning te vragen. Hij herinnerde de
heren van de W.M.Z. aan de toezegging
dat het Kleistee gebied als reservege
bied dienst zal doen, o.a. bij calamitei
ten in de overige winningsgebieden en
bij piekverbruik in de zomer, maar hij
meende dat daarin ook kan worden
voorzien door een voldoende voorraad
aan te leggen middels infiltratie en een
koppeling van het leidingnet aan dat
van Schouwen-Duiveland.
Dhr. Grinwis voerde het als feit aan
dat er door wateronttrekking aan de
Kleistee nu al schade aan gewassen
wordt geleden, die evenwel moeilijk
aanwijsbaar is. Ze komt evenwel ten
laste van de kleine ondernemer die veel
al nauwelijks een minimum inkomen
heeft:
het ware dan ook te wensen
aldus dhr. Grinwis dat de wetgever
m.b.t. de schaderegeling de ondernemer
zou bevrijden van de bewijslast. Het
zou beter zijn.-dat de drinkwatermaat
schappijen moesten bewijzen de schade
niet te hebben veroorzaakt
Spr. verzocht dan ook met klem de
gevraagde vergunning, in welke vorm
dan ook, voor de Kleistee af te wijzen,
temeer omdat een evt. verlening ook
een uitbreiding van het waterwingebied
ten gevolge zou hebben" waardoor zou
worden bevorderd dat vele kleine zelf
standigen het leger van de werklozen
komen vergroten", zo. vreest dhr. Grin
wis.
Dhr. E. Grinwis tijdens het
voordragen van zijn bezwaren.
Een aandachtig luisterende
W.M.Z. directeur Stoter.
Erg geschokt!
„Erg geschokt" verklaarde zich dhr.
V. d. Laan van „Weeversduin" over de
uitspraak van de heren van de CoGro
Wa dat de natuurwetenschappelijke
waarde van Oost- en Middelduinen
slechts gering zou zijn; „dat geldt slechts
voor dat gedeelte waar gegraven en ge-
drained is!" beperkte dhr. v. d. Laan.
Spr. herinnerde aan een artikel in het
blad van de VEWIN waarin was gesteld
dat een waterwingebied veelal als een
natuurgebied van de hoogste orde wordt
beheerd, „maar hier is anders huisge
houden!" stelde hij nadrukkelijk vast.
„Op de Kleistee is gegraven en zijn
pompen aangelegd waarbij aanzienlijk
meer zorg kon zijn betracht terwijl er
als klap op de vuurpijl ook nog een
landschapsonwaardig hek werd ge
plaatst.
Ook de wijze waarop de infiltratie van
Haringvlietwater wordt gepleegd vond
dhr. V. d. Laan verre van ideaal: „het
graven van drains en infiltratiekanalen
is gemakkelijk en relatief goedkoop
maar op de duur gaat het hele terrein
eraan!" waarschuwde spr., het huidige
infiltratiesysteem als „volstrekt onaan
vaardbaar" aanmerkend.
Verbeteringen.
Dhr. Stoter, directeur van de W.M.Z.
zette op zijn beurt uiteen dat ingevol
ge het advies van de CoGroWa is be
sloten de diepe waterwinning zodanig
te verminderen dat de zoutoptrekking
die in het verleden plaats heeft gevon
den weer langzaam wordt teruggedron
gen. In verband daarmee wordt voor de
Kleistee een definitieve vergunning ge
vraagd. Aan de hand van een grafiek
kon dhr. Stoter aantonen dat door de
waterwinning aldaar het grondwater
peil nauwelijks beïnvloed wordt.
M.b.t. het natuurwetenschappelijk ele
ment gaf dhr. Stoter toe dat er dingen
gebeurd zijn die in strijd zijn geweest
met een goed natuurbehoud. Om dat te
voorkomen is de W.M.Z. in overleg ge
treden met ettelijke instanties op het
gebied van het natuurbehoud en een
werkgroep daaruit heeft aanbevolen de
Kleistee als natuurgebied te exploiteren,
voor het publiek open te stellen en terug
te komen op het besluit de oude boer
derij af te breken", zo verklaarde dhr.
Stoter.
M.b.t. de evt. te ondervinden schade
wees dhr. Stoter op de aanwezigheid
van een schade-commissie met ■welke
men dan in contakt kan treden; dhr. L.
Visser is daar secretaris van.
Dat het T.N.O. niet van de meetgege
vens op de hoogte zou zijn gesteld
moest zo meende dhr. Stoter aan
een verkeerde informatie gelegen zijn.
Hij verklaarde althans dat het wel ge
beurt.
Een vertegenwoordiger van de CoGro
Wa verzekerde dat er binnen de Co
GroWa unanimiteit bestaat over de na
tuurwetenschappelijke beoordeling van
de middel- en oostduinen. „Vroeger wa
ren ze waardevol maar ze zijn aange
tast doordat de beweiding gestaakt is;
de vegetatie ligt er nu als een dode
mat". De CoGroWa vertegenwoordiger
geloofde dat er een beter effect uit zal
gaan van het herstel van de beweiding
dan van opvoering van het grondwater
peil. Positief liet spr. zich voorts uit
over winning op de Kleistee en over het
huidige infiltratiesysteem. Door de
overdruk die daardoor in de duinen
ontstaat wordt tegendruk gegeven tegen
de invloed vanuit zee.
„Voor de flora-elementen is het uit
den boze", hield dhr. v. d. Laan vol.
M.b.t. het onttrekken van meer water
aan de duinen, zoals de W.M.Z. zich
voorneemt, wees dhr. v. d. Laan erop
dat het juist de nu nog natte gedeelten
zijn die het dan te kwaad krijgen- wat
ten koste zal gaan van het aldaar voort
bestaan van bepaalde vegetatie.
„Het zeldzaam worden van bepaalde
plantensoorten is niet te vvijten aan die
soorten zelf maar aan het verdwijnen
van de mUieus waarin ze voorkomen",
poneerde dhr. v. d. Laan.
Vergelijk.
Met een vergelyk dat hy ten beste
gaf bedoelde dhr. Stoter tenslotte te
zeggen dat het allemaal wel meevalt. In
1972 werd aan de Oostduinen 700.000 m^
water onttrokken maar dat er door de
jaren heen allengs minder geworden, in
'73 nog 631.000, in '74 nog 389.000 en in
'75 nog 530.000 m Vanuit de Middel
duinen werd in 1948 zo'n 372.000 m
gewonnen, maar ook dat was de hoogste
score. Sinds 1957 levert het gebied zo'n
100.000 m3 per jaar.
Van de zitting werd tenslotte proces
verbaal opgemaakt waarmee G.S. over
het al dan niet verlenen van de vergun
ningen moeten beslissen naar bevind
van zaken zullen handelen.
JAARVERGADERING
GYM. VER. O.N..A.
De jaarvergad. die vrijdagavond 16
jan. gehouden werd, werd door de oude
ren niet druk bezocht. De jeugd echter
was goed vertegenwoordigd. Als nieuwe
bestuursleden werden gekozen mevr. H.
Koppenaal en dhr. J. v. d. Boogert.
De kas werd in orde bevonden, alleen
de financiën ontbraken. Daarom werd
verhoging van alle contributies verlangd
wat zeer begrijpelijk is. Met verlies kan
niet worden gewerkt.
Misschien is het een idee ona over en
kele maanden een aktie te houden, een
soort rommelnaarkt (nog vóór de schoon
maak begint) om wat geld in het laadje
te krijgen. Na de gebruikehjke formali
teiten werd overgegaan (tot genoegen
van de jeugd) op Bingo, met tal van
leuke prijzen. De discotheek was in
handen van dhr. J. v. d. Boogert.
Bij mevr. Kastelein te Middelharnis,
één van de leidsters van de op Flakkee
aanwezige „slimming-Intemational
clubs" waar men in plezierig groepsver
band overtollige ponden kwijt kan ra
ken, zal de 28 jarige mevr. G. Alburg-
Fun uit Sommelsdijk als een voorbeel
dig afslankster te boek staan.
Mevr. Alburg vindt dat zelf ook wel
een beetje en trots laat ze weten dat ze
in twaalf weekjes tijd 21 kilo's is afge
vallen! Daarmee is (naar ze zich stellig
voorneemt) voorgoed een eind gekomen
aan de opmerkingen die ze voorheen uit
haar familiekring over haar omvang te
horen kreeg. Ze was 84 kilo maar vast
besloten bracht ze dat in 3 maanden te
rug tot 63 kilo en nog zullen wat pond
jes het loodje moeten leggen. Ook haar
SCHERPENISSE
Met riek geslagen, 100,boete
Voor de politierechter te Middelburg
moest L. v. d. O. donderdag zich ver
antwoorden voor het slaan met een riek.
Over een verschil van een stuk land
kreeg v. d. O. ruzie met een dorpsge
noot en bewerkte deze met een riek.
Dit werd gestraft met 100,boete.
DEN BOMMEL
N.C.V.B. De N.C.V.B. afd. Den
Bommel hoopt D.V. donderdag 22 janu
ari weer te vergaderen in de consistorie
der Geref. Kerk. Aanvang 7.30 uur.
Mevr. A. M. H. van Zwienen-de Zeeuw
uit Ridderkerk zal dan voor ons spre
ken over „Mijn werk als Maatschappe-
hjk Werkster". Belangstellenden zijn
hartelijk welkom.
Langs de Brouwersdam tussen Goe-
ree-Overflakkee en Schouwen-Duive
land overwinteren op het ogenblik vijf
grote sterns. Volgens vogelkundige G.
Ouweneel uit Maasdam is dat zeer op
merkelijk. De grote stem, een ruim 40
cm grote vogel overwintert doorgaans
in de tropische en subtropische kust
zeeën. Volgens Ouweneel is het mogelijk
dat, nu het Nederlandse klimaat de laat
ste jaren warmer wordt, onze kusten
een overwinteringsgebied gaat worden
voor de grote stem.
Ook andere vogels die normaal nu in
de tropen of subtropen zouden moeten
huizen, overwinteren in Nederland. Zo
zijn gezien tjiftjafs, een zwaardkop, een
kraanvogel, een franjepoot en een
draaihals.
(Uit het Alg. Dagblad.)
huisarts heeft daar geen enkel bezwaar
tegen.
Mevr. Alburg zal zich niet meer be
zondigen aan allerlei overtollige lekker
nijen en ze zal niet meer van de olie
bollen snoepen zoals ze met Oud en
Nieuw deed waardoor er prompt weer
een pond bijkwam!
Mevr. Kastelein was zo trots op haar
cursiste dat ze haar de verdiende lintjes
(7) nog eens nadrukkelijk opspeldde,
haar verraste met een boeket bloemen,
(nee, nee, niet met een doos bonbons)
en het pasje overhandigde dat haar le
venslang recht geeft maandeUjks haar
gewicht te laten controleren, want
zeggen ze bij de Slimming-Intemational
club „eenmaal slank is altijd slank!"
Mevr. Kastelein heeft clubs in Mid
delharnis en Ouddorp, mevr. Borrias
heeft een club in Dirksland terwijl
mevr. Snaauw uit Ooltgensplaat in
Oude Tonge aktief is.
THOLEN
Kerkdiensten Ten Anker: Woensdag
21 jan. 3.45 uur ds. G. Voortman;
Woensdag 28 januari 3.45 uur ds. A. de
Reuver.
Kerkelijke verkiezingen. Bij de zater
dag gehouden stemming werd de aftre
dende kerkvoogd der hervormde ge
meente, dhr. J. A. C. Gaakeer, herkozen.
De notabelen J. Overbeeke en J. M.
Schot werden eveneens herkozen.
De Amerikaanse streeikvervoersorga-
niaatie Greyhound gaat onder het motto
„Helpirag-Hand-Service" gehandicapten
die een busreisje willen maiken een
handje helpen. De helper van de gehan
dicapte m.a'g namelijk gratis mee. Grey
hound geeft ook een folder uit met reis
tips voor gehandicapten.
Het bij de Oostenrijkse grens gelegen
Zuid-iDuitse Kurort Oberstdorf heeft
een nieuwe rekpleister: een rookont-
wienninigskuur compleet met koude was-
sinigen, droogmassages, ochtendgymna
stiek en een Kneipp-lcuur. Succes is
reeds na zesi dagen m,agelijk. De deelne
mers wordt aangeraden kruidnagels of
zoethout te kauiwen als ae zin krijigen
in een sigaret of sigaar.
De Duitse Spoorwegen hebben het
voordelige tarief voor senioren verlengd
tot 29 februari. Gepensioneerden (vrou
wen boven 60 en mannen boven 65 jaar)
krijgen een reductie van 40''/o op het
treinkaartje als de treinreis langer is dan
51 km. Begeleiders kimnen op dezelfde
voorwaarden meereizen.
door Jan Knape M.zn.
10
Als dan de tijd van Jacoimina vervuld
is wordt zij naar het Zieikenhuis ge
bracht, want dat vindt de dokter nodig.
Er is volstrekt igeen reden tot ongerust
heid, nee, volstreikt niet.
:HJet vertrek komt zó plotseling, dat ze
er alleibei door overroimpeld worden.
Ze ondergaan dat vertrek als iets waar
ze zelf 'niet bij tegenwoordig zijn. Ze'
hervinden zichzelf in de auto als ze
zwijgend naast elkaar zitten en het pol
derlandschap haastig langs de raamp
jes voorbijsohiet. Op het veld is een
imaaimachine, die koren maait; de paar
den zwoegen voorowergeleund in de
tuigen,dan is het al voorfoij. Gin
der staat eert arfbeider aan een sloot
kant, hij staat overeind en scherpt zijn
zeidhet staal flikkert in de zon...
ook. al voorbijTegenwoordig zijn er
geen paarden meer, die landbouwana-
cihines trekken. Bn ook igeen anbeiders,
die zeisen scherpen
iHij zeigt: ,^Het is oagstijd, vrouw"...
Zijn woorden hebben een diepe' zin!
En zij antwoordt: „Ja, Hendrik, het
is ooigsttijid"
'Dan is het weer stil, alleen 'het zoe
men van 'de motor is' er, ze denken er
over na dat het oagstijd is. Woorden
kunïien soms zulk een die^pe toeduidenis
fcrij.gien' door de 'bijzondere omstandig
heden waarin de rraensen ivenkeren tus^
sen wie de woorden gevnsseld worden.
Hij ikijkt idoor het raaimpjeNu zijn
er arbeiders, die in ©en veld aardap
pelen delvenZe leimt teigen hem
aan, hij voelt haar ademhaling. Dan in
eens zijn de woorden weer in zijn ge
dachten, die ze 'gesproken heeft toen
ze van huis igingeri. Die woorden zijn
daarstraks lamgs hem heen ■g/ssgaan als-
lof ze volstrekt igeen toetekenis hadden.
Miaar nu hoort hij ze opnieuw in al hun
warmte en hij siddert van het groot,
menselijk verlanigen dat er mee uitge
zegd is. Ze heeft gezegd 'bij het dicht
slaan van de kamerdeur: „Als ik nou
weer teiiug iben in deze kam;er, Hen
drik, rdan zijn we met z'n drieën"
<De auto iglijdt over de weg en ze zit
ten hand in hand. lEr is tussen hen
niets imeer te zeggen. Ze weten alles
van elkan'der: hun onuitsprekelijk ver
langen, ihun, hoop, hun vele gebeden, hun
grote' danitóbaaiheid
Hij druikt haar hand), idie ze op zijn
knie ligt.
Als zij in bed ligt komt hij O'm af
scheid te nemen tot miorgen, want de
dokter heeft gezegd, dat 'hij gerust naar
huis kan igaan; het is nog zo ver niet.
En ibij dit afsoheid hebben ze nóg geen'
wioorden. Maar op beider gezicht is een
glisml'adh en daarmee zeggen ze elkan
der alles wat er in hun hart is.
ilk heb beloofd te zullen vertellen
van de troost, die het geloof in Jezus
Ohristus geeft voor dit leven. Dat heb
ik gedaan. En ik heb ook beloofd te
zullen vertellen van de troost, die het
gelooff in Jezus Qhristusi gee:fit in het uur
van steiFven. Dat ga ik nu do'en.
Het einde van idit ve'rhaal zal zeer
kort zijn, maar de schrijver heeft moe
ten iW'orstelen lom, woorden te vinden.
Als een ikunstschilder een winter-
'landschap -maaikt dan neemt hij wat
graufwe verf en wat wite verf en' daar-
Toiee herschept hij de doodsheid van de
vraiiter op 'het doek. Maar lals diezelfde
sohilder een zomerdag wil dioen herle
ven dan mioet hij teilkens weer nieuwe
kleuren zoeken voor het veeltintige
groen der akkers, voor de ibloese'm-
pracht van weiden en wegkanten, en
voor het licht en voor de lucht.
Ik ben als 'de schilder, die zo'n
zonnig schilderij gaat verven. Want de
rijke troost, waarvan ide Catechismus
■spreekt, is alleen te vergelijken met de
zon en de zo^mer, met vogelgezang hoog
in de lucht, met zoemende bijen' en
fladderende vlinders, met golvende ak
kers di-e een rijke oogst beloven
Als 'Hendrik weer bij het ledikant
'van zijn vrouw staat, en hij 'haar hand
in de zijne heeft, dan is ze stervende.
Zijn hand beeft en imet zijn vochtige
'kind' af! 'Hij kijkt naar zijn vrouw zoals
ze daar ligt met gesloten ogen. Het lijkt
wel of ze weer een jonig meisje gewor
den! is. Bn er is niaar ene gedachte in
zijn hoofd; een vraag, waarop hij geen
antwoord vinden kan en 'die hem tot
sti'kkens toe toenauwt: Hoe 'dit toch mo
gelijk kan zijn! Het wil telkens als een
sdhreeuw uit zijn keel komen: Hoe is
idit mogelijk! Hoe is dit miogelijk! Hoe
heeft 'God idit ikunnen (doen! Zovele ja
ren 'gewacht, gehoiopt, 'gebedenEn
nu dit!
'Ergens in het grote igetoouw is het
geluid! van; een 'dichtslaande deur. Voet-
(Dit verhaal begint anno 1900)
ogen kan' hij haar nauwelij'ks onder
scheiden. Het is alles zo heel snel ge
gaan. Gisteren stond hij hier vol hoop
en vertrouwen, en nu iditWas het
igisteren, of was het 'daarstraks,of
is 'het jaren geleden?Hij weet het
niet! Bij dit ledikant houdt de tijd op,
hier ibegint de eeuwigjheid
Er is geen familie, er zijn geeh vrien
den'De Dood heeft hen overvallen.
Telegrammen zijn weggeflitst naar hier
en naar daar, maar 'de Dood heeft geen
geduld. Zo zijn ze .met hun beiden
'En aan het voeteneind van het ledikant
staat een zuster in een wit schort. Ze
kijkt naar de deur, die de diokter ge-
luidlpos achter zich toetrekt; de dokter,
diie gezegd heeft, 'dat er vo'lstrekt geen
hoop m,eer is, maar dat het kind ten
minste leeft
Maar hij 'denkt niet aan het 'kind. Is
er een kind? Wat weet hij van een
stappen in een holle gang. Het razen
van water in 'de watarleidinigHoe
kan dit toch mogelij'k zijn! Hoe heeft
'God dit 'kunnen doen!
iHij staart -aldoor naar het stille ge
zichtje op de witte peluw. Er gaat een'
rilling door 'hem heen, ze slaapt. Even
smekt ze met haar lippen, zo doet ze
soms als ze slaaptDit is geen ster
ven, dit isi slapen,die .dokter heeft
zich vengist,hij móet zich vergist
hebben. Het leven is al te imooi om het
zo plotseling te laten afbreken hier in
een ziekenhms. En ineiens is zijn hoofd
boordevol gedachten, ze komen in hem,
iopwellen >als water in een fontein... Van
toen ze verloo'fd zijn; enl van maanlicht
iOver "zomerlandBeelden, 'die elkan
der verdringen in ein'deloze rij: van
toien ze getrouwd zijn; hij ziet boe ze
samien (bidden; en hoe ze hem^djes naait;
en samen in de auto naar hier; en haar
laatste geluikki-ge 'glimlach 'gisteren 'bij
het afscheidj
Dan ineens gaan haar ogen wijd open,
haar haond beweegtHaar lippen be
wegen, 'maar er komt 'geen geluid. De
zuster 'gaat haastig weg
Als de zuster terojigkoimt heeft ze het
kindje. Er gaat een schok dioor hem
heen. Hij heeft het 'kindje no'g niet ge
zien; hij ibeschuldi'gt zich dat het kind
noig nauwelijks in zij'n gedachten is ge-
weeist. En om 'dit 'kleine kind is al dit
rgrote lij'den!
'De handen van 'de moeder grijpenj
'maar vallen krachtelO'OS terug 'Op het la
ken. De zuster legt het kind voorzich
tig in de arm van de moeder, dan gaat
ze op haar knieën liggen', 'haar 'ho'ofd
gesteund 'Op de rand! van 'het ledikant:
om 'dit niet te zien, en om. te zorgen
■dat het kind niet van het bed valt
Zo zijn ze voor het laatst samen
Hij voelt haar koude hand, hij 'drukt
die zacht, hij zoiu iets willen zeggen,
maar er wil geen geluid uit zijn keel
komen. Hij probeert tegen haar te 'glim
lachen loim haar zó te vertellen van al
het 'geliik, 'dat zij hem gegeven heeft in
haar korte leven; en van dit 'kind waar
voor hij een vader en een moeder zal
proberen te zijn. Maar het gaat niet, de
glimlach wordt een 'dwaze :grimas
Zij ziet 'het en! haar o'gen lichten
even 'Op. Het 'glimlachen valt haar hiet
moeilijk. Het is wonderlijk in een men
senleven: hoe 'dikwijls heeft hij 'haar
niet moeten 'bemoedigen, en troosten,...
en nu is zij het. Haar gUm'lach is zon
nig, en troostvol en bemoedigend. Deze
vrouw zal haar man tot een steun zijn
tot aan haar laatste snik!
Haar blik omvat nu beiden: de man
en het kind. Hij is neengeknield met zijn
gezicht vlak bij haar en teigen haar
'borst lexmt het slapende kind, een
klein blank gezichtje, en een handje
steekt 'grappig in -de lucht.
Haar lippen bewegen zacht, hij moet
zijn oor vlak (bij baar 'mond brengen om
te kunnen verstaan: „Hendrik",en
dan niets meer.
„Ja, meisje"
Haar lippen bewegen 'Opnieuw maar
er is 'geen geluid. Haar ogen vragen.
'Dan ineens weet hij het: „Ja, kind...
enkel Ma-jesteit en aanbiddelijike' Heer
lijkheid"'Hij snikt nu, want dit is
toich 'bijna te veel, al te veel„Maar
wij begrijpen het nietbe-grijpen het
niet"
„Henldirik,het is een meisje"
En weer komt er een schuldgevoel
in hem opzetten. Hij heeft nog niet eens
igevraaigd 'Of bet een jongen al een meis
je was. „Ja, ki'nd, een meisje"
Ze 'ghimladht geluibkig en hij verstaat
nu, dat 'haar verlangen al die tijd naar
een meisje is geweest. Ze hebben er
nooit 'over gepraat, want nu 'dit Gods
geschenk ZO ■groot was hebben ze er
niet over willen bedisselen. Ze rogt:
„Jaoominaen naar mijn mioeder en
naar Jourw moeder
'Hij ziet nu niets .meer, de tranen
verluisteren zijn 'Oigen'. Hij voelt haar
hand, die zacht ide zijne streelt alsof ze
wil troosten,het is nauwelijks te
voelen,een machteloze hand. Maar
in de duisternis, die hem 'oragee'ft, komt
haar stem en die is van een -wondere
klaarheid als ae zegt: „Hendri'k, zo zijn
we toch nog even met z'n drieën ge
weest"En 'dan ineens' komt, ze over
eind, de zuster moet haastig naar het
kind igirijpen anders zou het van 'het 'bed
vallen. De arm van de zieke wijst naar
boven en ze zegt 'met luide ste'm: „Sion,
ja ik, ik 'kom haastiglijk, Heere Je
zusDan valt ze zwaar en (machte
loos achterover in de kuss-ens, haar hand
'komt met een plof op de dekens neer.
Ze lispelt alleen voor haar man,
hoonbaar: „We zijn nog met z'n drieën
'geweest, lievelingDan blaast ze
baar laatste adem -weg
(Einde)