EiiAnoEn - rtiEUWS Prins Hendrik de Zeevaarder Overdenking Met z'n drieën geweest Zeeuwse wandelingen Grootvader vertelt 2e blad Vrijdag 16 januari 1976 No. 4455 KVENSTER HET VERVOLGVERHAAI. uit de Heilige Schrift LANDBOUW Rassen keuze bij zomergerst C. KIEVIT ZN. Centrale Verwarming SOMMELSDIJE Telefoon (01870) 2609 Klaas J. Mulder geeft concert in de Singeilcerk te Ridderkerk SCHAKEN Speciaal inbouwstation voor L.P.G. gasinstallaties 4 in elk merk automobiel. Garage Nijsse B.V. t Oostdijk 15 - Oude-Tonge i Tel. 01874-235-385 VOLLEYBAL o^^ blik op kerk en samenteving Onderwijs-vemieuwing Voorlopig van de baan Reeds eerder schreven we over de plannen van onderwij s-minister Van Kemenade. Deze bewindsman heeft nog al wat onrust veroorzaakt, met name in de kringen van het bijzonder onderwijs. Het moet worden toegegeven dat hij een hoogst bekwaam man is, en zeer deskundig op het gebied van het onder wijs. Maar dat maakt het juist nodig zijn beleid met des te meer oplettend heid te volgen. Want tot nog toe heeft hij de indruk gemaakt het bijzonder onderwijs op z'n zachtst gezegd minder gunstig gezind te zijn. Dat is een beschuldiging die uiterasird om nader bewijs vraagt. Sinds de Onderwijswet van 1920 in werking trad, zijn er normen van kracht voor de stichting van bijzondere scho len. Dat is begrijpelijk. Niet iedereen kan zomaar een school oprichten. In ge meenten van minder dan 25.000 inwo ners moet er voor een op te richten school een aantal van minstens 50 leer lingen zijn, bij grotere gemeenten is dat aantal vanzelfsprekend weer hoger. Nu heeft de minister echter in zijn toelichting op de begroting van 1976 een wetsontwerp aangekondigd, waarin de ze norm gewijzigd zou worden. Een nieuwe school zou pas kunnen begin nen, wanneer daarvoor 120 leerlingen zouden zijn opgegeven. En voor de gro tere plaatsen zou dat aantal bijna ver dubbeld moeten worden. Dat past helemaal in het beleid van deze regering, die streeft naar grote concentraties, ook op het terrein van het onderwijs. Argument daarvoor is de kwaliteit van het te geven onderwijs, dat in kleinere scholen niet tot z'n recht zou k\innen komen. Bovendien heeft de minister in de toelichting op zijn wets ontwerp gewezen op de vele leegstaande scholen en lokalen die destijds gebouwd zijn om de grote toeloop van het ge boorteoverschot van na de oorlog op te vangen, maar die nu geen functie meer hebben. Dat laatste argument bevredigt zéker niet, want met de verhoging van het aantal leerlingen zijn die lege scho len en leslokalen nog niet gevuld In de kringen van het bijzonder on derwijs kreeg men dan ook argwaan en verdacht men de minister ervan, het openbaar onderwijs te willen bevoorde len. Immers, in dorpen en nieuwe stads wijken, waar nog geen christelijke school is, of waar de bestaande christe lijke school niet meer een reformatori sche koers vaart, zou het bijna onmoge lijk worden een nieuwe school op te richten. Waar haalt men zo gauw 120 leerlingen vandaan? De minister heeft' zich gehaast om te verklaren dat hij een groot voorstander is van onderwijsvrijheid en dat hij geen enkel plan koestert het bijzonder onder wijs ook maar een strobreed in de weg te leggen. De vraag is dan toch welke argumentatie hem gedreven heeft tot dit wetsontwerp Hij heeft zijn plannen voorlopig in de ijskast gezet, voornamelijk onder druk van het bijzonder onderwijs. Maar dat hij die plannen toch had uitgebroed, en die ook zeker zou hebben doorgevoerd, als er geen felle kritiek op was geko men, is een teken aan de wand. We kunnen ons voor gewaairschuwd hou den. Van deze minister en van deze re gering is weinig goeds te verwachten. WAARNEMER. Uit de aard der zaak kom ik nogal eens in de Provinciale Bibliotheek al hier, die gevestigd is in de Abdijgebou wen. In een gang bij de toegangsdeur hangt een groot aanplakbiljet met een man op een schip. Het is een afbeelding van prins Hendrik de Zeevaarder. Het hangt daar omdat er ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan van de Prins Hendrikstichting in Rotterdam een ten toonstelling wordt gehouden. Ik had wel meer gehoord van deze Prins, 'taaar wist er toch niet zo erg veel van. Daarom ben ik aan het snuffelen gegaan, hieronder ziet u het resultaat. Hij is meermalen in Vlissingen geweest, van waar hij met zijn schepen zee koos. Prins Willem van Oranje (de latere koning Willem II) was getrouwd met de Russische prinses Anna Paulowna. 's Zomers woonden ze in hun paleis te Soestdijk (waar nu koningin Juliana en prins Bemhard wonen), 's winters op de Kneuterdijk in Den Haag. In een korte tijd hebben ze 5 kinderen gehad: in 1817 prins Willem; de kroon prins, later koning Willem III, in 1818 prins Elexander, in 1820 Willem Frede- rik Hendrik, dat is prins Hendrik de Zeevaarder uit dit artikel. In 1822 werd een zoon geboren, die maar 4 maanden heeft geleefd en in 1824 een dochter. Zijn vader bestemde prins (WUlem Frederik) Hendrik voor de zeedienst. In 1830 benoemde hij de jongen van 10 jaar tot adelborst. Hij heeft de verschillende rangen van zeeofficier doorlopen met als hoogste rang opperbevelhebber van de Nederlandse vloot. Maar toen was hij ook 50. jaar oud. Eerst maakt hij enkele kleine reizen. Naar Spanje, Scandinavië, St. Peters burg in Rusland, waar zijn grootvader de tsaar woonde, naar Engeland. Kapi tein Arriëns was op al de reizen zijn leermeester. Iets verder was de reis in 1835 op het fregat de Maas naar Paramaribo in Su riname, waar een nieuwe kerk werd in gewijd, en naar Curagao. Reis van 2 jaar. Op 17 oktober 1836 begint een grote wereldreis van bijna 2 jaar op het fre gat Bellona. Er voer nog een fregat mee, de „Snelheid". Drie weken geleden had prins Hendrik in Den Haag belijdenis van zijn geloof afgelegd. Na ruim een maand kwam men in BrazUië in Rio de Janeiro. Via Kaap de MIDDELHARNIS (naast Ford) Tel. (01870) 39 75 Reparatie en inruil van g alle merken. door Jan Knape M.zn. 9 Zo gaat het in het leven: men telt het eerst bij dagen, dan bij weken, bij maanden, en eindelijk telt men het bij jaren:. Zo doet men ook met het hu welijk. Ik heib verteld van de viering van de eerste jaardag van het huwelijk van Hendrik en Jacorrdna. „Het is mooi ge weest", zei Jacomina, en Hendrik heeft het toegestemd. En samen hebben ze ook nog gezegd: „We hebben nog geen kind." De schrijver zou 'dit veiliaal kunnen repeteren, vele malen. Want ze vieren elk jaar deze dag op gelijke wijze. Het woandt een traditie. AUeen de vrieniden- sohaar wisselt door vertrek naar elders; (door nieuw-aangekomenen; en een en kele keer moet de droeve tocht wor den gemaakt naar het kerkhof. Ook schrijft neef Jan niet meer over het trouwboekje, omdat dit nu geen pas meer geeft, maar zijn brieven zijn nog even lanig en ze staan vol met rheuma- tiek en jicht omdat hij en zijn vrouw al zo oud gaan worden. En Arie van de buurman behoeft niet meer te wor den vermaand, dat hij aan tafel niet met een volle mond mag praten, want hij gaat al op de Ambachtsschool. En de kleine Ria is niet eens klein meer, ze voelt zidh al heel erg groot; tegen d'r vriendinnetjes zegt ze: „'t is eigenlijk niet eenls m'n echte tante, 't is maar zo maar"Maar ze komt nog wel elk jaar bloemen brengen, ze vraagt niet meer of ze mag blijven slapenZo gaat dat onder mensen; er is niets blij vends. En de lijst van weldaden en zegenin gen is ook al zeer veranderd, want er komt niet meer op voor, dat ze zo heer lijk hun vaoantie hebben doorgebradht toij de ouders, want de ouders zijn dood. En van de nieuiwe winterjas en een nieuwe wintermantel wondt geen bijzon dere melding meer gemaakt, omdat Hendrik nu zoveel geld verdient, dat deze kladingstukken tot de gewone din- i igeh des levens zijn gaan behoren. Maar de lijst van weldaden en zegeningen is nog even lang als 'die eerste jkeer; de lijst is eigenlijk wel langer 'geworden. Het einde van de a'vonid is echter door de jaren 'heen 'hetzelfde gebleven: „We, hebben nog geen kind"j En zie nu welk een rijke troost het i gelO'Of geeft in dit leven, waar de Ca- i techismus zo mooi van spreekt in de eerste Zondag. Wanneer het 'begonnen is weet ik niet, maar Hendrik doet als vader Izak, waarvan de Bijbel tref fend veiihaalt, dat hij het aangezicht Gods vuriglijk zocht in de tegeruwoor- 'digheid zijner huisvrouw. D'at geeft hoop voor de toekomst. Ze zijn immers nog j'ong genoeg? En als 'die hoop tel kens opnieuw wordt teleurgesteld geeft het troost, want dan zeigt Henidrik: „Och, vrouw, als het nou toch zo wezen moet... Het zijn toch niet de mensen, die O'ns deze zaak onthouden, het is onze Vader, die weet wat goed voor ons is" Maar zij wil nog altijd niet geloven, dat het zó wezen moet. Och, ze zou tooh met zo heel weinig tevreiden zijn: „Eén kindje toetoe, Hendrik" En hij bidt opnieuwom dat éne kindje. In de stilte van him eenzame htiis Idinkt liiid zijn zangerige stem, die tot God spreekt van hun groot ver langen. En als 'hij „amen" zegt is ze zo van Gods nabijheid verzekerd, dat ze uitroept: „O, Lieve Heere, geeft dat we nog ééns met z'n drieën zijn" 2jo is de profetie van de Burgemees- Goede Ho.op in Zuid-Afrika kwamen de beide schepen op 9 febr. 1837 in Bata via aan. Per schip en ook over land wordt van hier uit een mooie reis van een half jaar door Oost-Indië gemaakt. Ze zijn ook op Celebes en in de Molukken (Ambon, Banda) geweest, maar de meeste tijd werd besteed aan het eiland Java. Ge weldig was overal de ontvangst die de jonge prins te beurt viel. Toen had men in Indië nog grote eerbied voor konüik- üjke personen, al waren ze ook nog maar 17 jaar. En een afstammeling uit het huis van Oranje stond bovenaan. Zo begroette de sultan van Soerakarta (Solo) hem in een rijkvergulde statie- koets, bespannen met acht paarden. Hierin werd hij de volgende dag afge haald om de kraton (het paleis) met de harem te bezoeken. De sultan van Djok- jokarta verwelkomde prins Hendrik met een stoet olifanten. De meest bekende bezienswaardig heden bezochten ze: de beroemde tem pel Boroboedoer, de plaats waar eet bare vogelnestjes werden verzameld, vulkanen en druipsteengrotten. Overal vierde men feest en werd de Prins geestdriftig ontvangen. Het werd een ware triomftocht. Na 6 maanden was men weer in Ba tavia terug (21 aug. 1837). Daarna bracht men een bezoek aan Engels Indië (het tegenwoordige India). De Prins wilde ook de goevemeur-gene- raal Lord Auckland ontmoeten, maar deze maakte juist een dienstreis door zijn land. Geen nood, er werd een karavaan van 38 personen beschikbaar gesteld, die nu en dan gebruik maakte van draagstoe len, door 4 personen gedragen. Zo vond men de goevemeur-generaal. Op 18 juli 1838 was men weer in ons land terug. Andere reizen. Het volgend jaar bezocht prins Hen drik met het fregat de Rijn de landen rond de Middellandse Zee. Veel plaat sen werden er bezocht, o.a. Florence met de oude kunstschatten, de scheve toren van Pisa, de opgravingen van Pompeji, de Vesuvius. Allemaal bezienswaardig heden, die de toeristen van vandaag ook bezoeken. Op 16 oktober 1840 was hij terug in Vlissingen. Juist op tijd om de volgende maand de troonbestijging van zijn va der (koning WUlem II) te kunnen bij wonen. Zijn grootvader Willem I had vrijwillig afstand gedaan van de troon. De volgende jaren heeft hij weer ver scheidene reizen gemaakt. Zijn bijnaam zeevaarder deed hij eer aan. Eerst een oefeningstocht met een eskader van 5 schepen vanuit Vlissingen naar Portu gal met een bezoek aan Lissabon. Het jaar daarop met de fregatten de Rijn en Jason vanuit Vlissingen naar St. Petersburg, waar zijn grootouders tsaar Nicolaas en zijn vrouw hun zilve ren bruiloft vierden. Hij is er juist op zijn 22ste verjaardag (13 juni 1842). De volgende jaren maakte hij reizen naar de Middellandse zee, naar Schot land en IJsland en Halifax in Noord- Amerika. Minder plezierig was de tocht op 1 nov. 1947, toen hij zijn zieke broer Alexander naar het warme eiland Ma deira bracht. Het heeft niet geholpen, hij is er op 20 febr. 1848 gestorven, bijna 30 jaar oud. Een. jaar later (17 maart 1849) stierf zijn vader en werd zijn broer koning (Willem III). Stadhouder. Nu was het klaar met de zeereizen. Behalve koning was Willem III ook groothertog van Luxemburg. Als u soms nog een oude rijksdaalder uit die tijd hebt, staat het er op: G. h. v. L. Nu stelde de nieuwe koning zijn broer prins Hendrik aan als stadhouder over dat land, waar ongeveer 200.000 mensen woonden. Hij wordt geprezen als een uitstekend regent, die veel gedaan heeft om het land vooruit te brengen: „eeuwig zal hij in de harten zijner dankbare Lu xemburgers blijven leven", schrijft iemand van hem. Land- en tuinbouw heeft hij bevorderd, het onderwijs ver beterd, spoorwegen aangelegd. De omgang met de bevolking was niet uit de hoogte, maar eenvoudig, zoals dat trouwens op zee met de hele bemanning van hoog tot laag op democratische wij ze plaats vond, om eens een term van deze tijd te gebruiken. Prins Hendrik had nu ook tijd om te gaan trouwen, wat als zwervende zee vaarder niet zo gemakkelijk was. DE GETROUWE DIENSTKNECHT Zalig is de dienstknecht, welke zijn heer, als hij komt zal vinden, alzo doende. Lucas 12 43. Christus heeft in zijn omwandeling op aarde het volk van Israël het Woord des levens verkondigd. Met grote ernst en heilige bezieling heeft hij de weg der zaligheid gepredikt. De Zone Gods heeft dikwijls beelden uit het natuurlijk le ven genomen om het leven der genade te tekenen. Hoe wonderschoon zijn de gelijkenissen van de Koning Israels, waarin hij aan het volk de weg der za ligheid in beeldrijke vorm voorschUder- de. Jezus spreekt over het werk van de dienstknecht die voor zijn heer werkte. In het Oosten had een rijk persoon meestal een vertrouwde dienstknecht welke hij alles toevertrouwde. Zo had Abraham een trouwe dienstltnecht in Eliëzer, die over alles ging. Christus spreekt over een dienstknecht die Zijn heer trouw dient. Wanneer de eigenaar van het huis onverwacht komt vindt hij een getrouwe dienstknecht aan de ar beid. Er zijn ook vele ontrouwe dienst knechten, die bij de afwezigheid van hun heer niet werken maar luieren. De ijverige goede dienstknecht ont vangt van zijn heer lof, de luie knecht een berisping. Ja, we lezen, dat de dienstknecht, die niets heeft gedaan door zijn heer met slagen wordt gekas tijd, ja zelfs in de gevangenis wordt op gesloten. De Heere weet alles wat er gebeurt in hemel en op aarde. Zijn ogen zien de mensenkinderen en Hij oordeelt de ge dachten des harten. Adam was versierd met Gods beeld en toch was hij een dienstknecht des Heeren. Adam was in de staat der recht heid volkomen gelukkig, het dienen van God was de lust van zijn leven. Wij zijn gevallen zondaren en toch is het onze plicht gebleven om de Heere te dienen en Zijn naam te verheerlijken. Wanneer genade in ons hart geschon ken wordt, begeren we ons leven in de dienst des Heeren te besteden. Ieder, die de Heere vreest, leeft temidden van allerlei verleiding. De duivel bestrijdt de zielen van Gods volk, de wereld be nauwt het volk des Heeren. God vraagt van ons getrouw heid en 'opreohttieid in handel en wandel. Het is de eis des Heeren om in heiligmaking te leven. Christus spreekt de mens zalig die bezig is in de dingen van Gods koninkrijk. De Heere kan on verwacht ons leven afsnijden en dan zijn we niet meer. Er wordt wel eens gevraagd mag ik dit doen of dat heb ben of naar die plaats gaan. We moeten niet naar een plaats gaan waar we niet kimnen sterven. Laat het gevoel van Gods alomtegenwoordigheid ons altijd bij mogen blijven. Vergeet nooit dat het alziend oog des Heeren ons overal ziet. We moeten veel in het gebed tot God spreken. Het is zo nodig dat we Gods woord voortdurend onderzoeken. Dat we toch veel over geestelijke dingen met elkaar spreken. Oefen uzelf tot godzaligheid. Zoek veel in het verbor gen het aangezicht des Heeren. De Heere zal de ziel die Hem vreest eens opnemen in Zijn heerlijkheid. Ieder die Gods liefde in het hart heeft ontvangen zal eens eeuwig met de Hee re leven. Zijn alle dienstknechten getrouw? Neen, velen zijn ontrouw aan hun heer. Zo is het ook in de wereld met de men sen. We ontvangen weldaden. Vereren we God voor Zijn goedheid? Helaas, miljoenen leven alleen voor de wereld en de zonde. Wat zal het einde zijn van de ontrouwe, goddeloze zondaren? De mens die de weg der zaligheid geweten heeft en goddeloos gewandeld, zal met vele slagen geslagen worden. O, wat zal het vreseUjk voor de zondaar zijn, die onder het Evangelie heeft geleefd en Gods roepstem in de wind geslagen heeft. Zijn consciëntie zal hem tot een voortdurende kwelling zijn, een vuur dat niet uitgeblust wordt in zijn hart. Daarom, vlucht tot God voor dat het voor eeuwig te laat is. Het is nóg de dag van zaligheid. Middelburg. Ds. G. A. Zijderveld. De oppervlakte zomergranen in ons land is nog altijd belangrijk te noemen, waaPbij zomergerst het meest wordt verbouwd. Ook 'bij zoimerigranen is het noo'dza- kedijk om 'een juiste rassenkeuze te ma ken. In 1975 zijn een serie rassen zomer gerst beproefd, waaruit blijikt dat zeer 'goede res'ultaten met zomengerst zijn bereikt. Als voergerstras koant in alle teelt- igebieden in de eerste plaats Aramir in aanmerking. Dit ras is geschikt voor alle igrondsoorten, heeft kort en stevig stro (zeer weinig legering), een uitste kende resistentie tegen' meeldauw en gele roest en een goed vermogen om vrij ho'ge N^gtften te verdragen, waar door de opbrengst -wondt verhoogd. Door de uitstekende resitentie tegen meeldauw behoeft zaaizaad niet extra te worden 'behandeld tegen meeldauw. Dit betekent 'direkt al -een aanmerke lijke besparing op zaaizaadkosten. Mede 'door al deze 'goede eigenschap pen gaat dit ras een goede toekomst te gemoet. Op 19 mei 1853 trouwde hij met de Duitse prinses Amalia van Saksen- Weimar-Eisenach. Ze gingen wonen in het lustslot Walferdingen. Na de dood van zijn moeder Anna Paulowna (1865) erfde hij het paleis Soestdijk en ook daar vertoefde het nieuwe paar wel. Samen hebben ze een zeereis gemaakt in 1869 toert het Suez-kaniaal werd ge opend. Het huwelijksgeluk heeft niet zo erg lang geduurd, in 1872 is prinses Amalia gestorven. In 1878 is prins Hendrik her trouwd met een nicht, van de Duitse keizer, prinses Marie, een meisje van 23 jaar. Vijf maanden later stierf hij (14 jan. 1879), enkele dagen nadat zijn broer koning Willem III met prinses Emma van Waldeck-Pyrmont getrouwd was. Hij had ook op deze bmiloft moeten komen, maar voelde zich toen niet goed. De Prins Hendrikstichting, die ik in het begin van dit artikel noemde, is naar hem genoemd. Hij heeft 100 jaar geleden de eerste steen gelegd. Het is een tehuis voor arme oude zeelieden. Middelburg. L. van Wallenburg. Zaterdag 24 januari hoopt de bekende Kamper organist Klaas J. Mulder het drieklaviers orgel in de Singelkerk te Ridderkerk te bespelen. Het concert begint 's avonds om acht uur en is gratis toegankelijk. Klaas J. Mulder is geen onbekende in de Singelkerk. Hij maakte drie jaar geleden de eerste grammofoonplaat van het orgel, die ook nu nog na afloop in de consistorie te verkrijgen is. Deze or ganist geniet veel bekendheid, ook over de grenzen. Vorige zomer maakte hij een concertreis door Canada. Hij werd daar o.i. zeer terecht genoemd: „De or ganist van het publiek" en „De man die het orgel kan laten zingen". Ook voor zijn concert in Ridderkerk heeft Klaas J. Mulder een bijzonder aantrekkelijk programma samenge steld. Hij speelt naast een koraal van Bach, diens bekende Toccata en fuga in d-moll. Verder het Arioso van Handel in een eigen bewerking, waarna de vir tuose toccata in f-mineur van Driffel volgt. Hij besluit zijn bespeling met het bekende Carillon de Westminster van Vieme en het fraai klinkende Cantilene van Piemé. Daarnaast zal er samenzang zijn van bekende psalmen, waarover tevens geïmproviseerd zal worden met tot slot het gezang „Ruwe stormen mo gen woeden", een improvisatie die Klaas Mulder veel bekendheid gaf. Ongetwij feld belooft dit een zeer mooie avond te worden. De kerkvoogdij, die de gratis concer ten organiseert, nodigt een ieder uit om tesamen met familie, vrienden en be kenden zoveel als maar mogelijk is op deze avond aanwezig te zijn. SCHAAKVERENIGING „DE ZWARTE PION" Uitslagen 12 januari Groep 1: J. Boeter C. Vis 1—0 C. Littel M. L. v. d. Waal 0—1 W. MaPkwat P. Lesuis 1—0 W. I. Peeman C. J. Smit 0—1 M. Verolme G. de Jager ViVa Groep 2: A. de Vos C V. d. Groef 1-0 J. Non J. Albrechts O1 Groep 3: D. J. Tieleman D. A. Spahr- V. d. Hoek 1—0 R.S.W. - wedstrijd: „„De Zwarte Pion' 2 Numans- doip 1 2V2—SVa ♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦4 Intermezzo-heren kansloos tegen Schovocomca De heren van Intermezzo hebben za terdag kanslo'os verloren van Schovo comca in Capelle a.d. IJssel. Men werd verrast door het snelle spel van de gastheren en Intermezzo paste zidh slecht aan aan de zaalruimte. In alle drie sets wisten de gasten tot de acht redelijk stand te 'houden om daarna over troefd te woiPden door Sdhovocomoa. Intermezzo trof het slecht dat de bei de hoofdaanvallers Joop van Rumpt en André Driesse een „off-day" hadden en aanvallend niets presteerden. De nadruk kwam nu te veel te liggen op een tak- tisdhe zachte aanval, waar Schovocomca weinig moeite mee 'had. Het werd een 3O nederlaag met de cijfers 15-11, 15-11 en 15-7, een sledhte generale voor het bezoek aan 'kokloper Pendrecht a.s. 'donderdag. Dames: DIK jun. - Intermezzo jun, A 0-3 De meisjes junioren A, van Inter mezzo, twee weken geleden distri'kt- kamipioen 'gewoaden, moesten op bezoek bij WIK/BW in Groot Ammers, een ploeg die één punt boven Intermezzo stond. Na afgelopen zaterdag niet meer, want Intermezzo won met 3-0 en de rol len zijn nu omgedraaid. Intermezzo legde de basis voor de overwinning 'door 'goed en hard te ser veren, waar WIK het antwoiord op schuldi'g bleef. In de Ie set werd een 9-0 voorsprong uitgebouwd tot een 15-9 setzege. In de 2e set het zelfde beeld. Nu was de setuitslag 15-8. De 3e set gaf een wat spannender verloop te zien. WIK hield tot 10-9 stand maar moest toen zwichten, 15-12, waardoor Inter mezzo een knappe en belangrijke over winning behaalde. Heren: Data Center adsp. 2 - Intermezzo adsp. 1 0-3 Intermezzo had vrijdagavond in Oud- Beijerland weinig moeite met Data Cen ter 2. Er was weinig spanning en Inter mezzo kon naar hartelust combineren en aanvallen. De setstanden waren 15-3, 15-8 en 15-2. ter in vervulling 'gegaan, dat de vaart van het scheepje niet altijd even voor spoedig zou zijn. En de dominee, die over het kruis gesproken 'heeft, krijgt ook al gelijk. Maar Hendrik bemoedigt zijn vrouw elke 'dag m.et de belijdenis, dat ze niet hun eigen leven le'ven, maar dat ze Jeizus toebehoren, en dat het al les Gods wil is, en dat ze ook zonder kindje voor 'hem willen leven: „Heere, Uw wil gesöhiede"En Jacomina 'heeft geleerd om dasir uit de grond van haar hart „amen" op te zeggen. Maar een enkele keer kost het nog wel eens tranen, de nood is 'Ook al te igroot, „en voor de verhoring van hun menigvul- 'dige gebeden. Want ze weten, 'dat ze al- leibei hun. harten wijd hebben openge legd als een boek en dat God bezig is oan de danklbaailheid rechtstreeks uit hun hart te lezen. Het kindje groeit in het lidhaam van de 'moeder en als het een p-aar maanden gegroeid heeft wordt het nieuws be scheidenlijk naar heinde en ver ver spreid. Er is veel tolij'dsohap onder de talloze vrienden en bekenden, en veel (Dit verhaal begint db anno 1900) een 'mens is niet altijd zonder." Als ze samion zover gekomen zijn, ge schiedt het wonder. Op een stille len teavond, bij het lioht van een schemer lamp, vertelt ze er van: een' igroot, won- dervol en 'diep -geheim. Ein het geheim is zo 'groot en wondervol en diep, dat ■hij dien eigen avond geen woorden heeft om God voor deze boodschap te danken. Ze zitten zomaar stil tegen el kander geleund, hand in han'd, alsof ze pas getrouwde mensen zijn. En hun hoofden zijn 'boordev'Ol 'gedachten en in 'hun harten is zoveel dankbaarheid, dat het niet in woorden kan worden saam- geibrachtWoordeloze gebeden wor den door God misschien beter verstaan dan ellenlange dankzeggingen! Ein zie nu 'hoe wonderlijk het met een Christen gesteld is. Ze voelen het niet eens als een gemis, dat er vanavond geen woorden zijn oim God te danken verwondering Er isi ook 'droefenis, want Jacomina d'r zuster schrijft: „O, meid, als vader en moeder dit todh eens hadiden mogen beleven, wat zouden' ze dan blij zijn geweest!" Dat hebben Hendrik en Jaco mina zelf ook al bedacht en ze hebben déze waarheid 'daarmee bevestigd ge vonden, dat er 'hier op aarde geen on verdeeld geluk te vinden is. Uit het verre geboorte-dorp komen brieven met .gelukwensen bij voorbaat, en raadgevingen voor de aanstaande moeder, en' ook voor de aanstaande va der. Die raadgevingen komen van oude tantes en andere oude mensen: De aan^ staande moeder moet zioh hier voor wachten .en daarvoor wachten. En de aanstaande vader moet toezien, dat zijn vrouw dit niet 'doet en dèt wel doet. En als er soms dit 'gebeurt dan moet er dÉA gedaan worden. Ik zal daar niet veel van vertellen, want alle vaders en moe ders hebben dat zelf een keer meege maakt. Voor Hendrik en Jacomina gaan de 'dagen nu zeer snel. En elke avond zit ten ze in de tuin, want het is zomer. De dagew zijn heet, maar 's avonds komt er een frisse koelte aangewaaid van de 'kant 'der rivier. En op een hoge schoorsteen ergens in de buurt zing( een vogel zijn lied. Jacomina heeft het nog nooit zo druk gehad. Tegen Hendrik doet ze eng ge wichtig en ze legt hem uit, dat zo'n klein kindje al een heldboel werk in de wereld brengt nog voordat het zelf in de wereld is. Ze naait luiers en on derleggers en 'kleine hemdjes, die een man nauwelijks vast kan houden om dat ze zo prutserig klein zijn, en al les wat er verder nodig is. Hij 2!it er een hele avond stil toij met een 'boek of ©en 'krant, want de tekentafel komt maar zelden! meer voor de -daig. Nu en dan legt hij zijn leetuiu- weg om zich in haar bezige 'handen te verdiep-en. Sorns rookt 'hij daar een sigaar bij en draagt dan lachend zorg dat de rook niet naar haar toedrijft, want een van 'de vele nichten heeft gesdhreven, -dat taftiaksrook zo heel slecht is voor een zwangere vrouw! Hij leest haar voor uit de krant. Daarbij maakt hij een nauwkeurige se lectie, want nog een andere nicht heeft hem op de hoogte 'gebracht hoe gevaar lijk het is 'Om aan een vroviw, die in verwaöhting is, sdhokkende gebeurtenis sen mede te delen van ongelukken, moord en doodslag, en dergelijke. Hij doet die selectie nauwkeurig, want van de vele raadgevingen wU -hij deze ente wel serieus nemen. En er staan nog al eens toerichten in de -kranten over erger- lij'ke misdrijven, want de misdadigers worden tegenwoordig niet meer ge straft, ze worden naar de gevangenis gestuurd om -daar verbeterd te wor den!En een enkele keer bemoeit hij zidh met de voorbereidingen met te zeggen, dat hij nooit zal geloven, dat zo'-n pietepeut«riig hemdje 'groot genoeg is voor een pasgeboren kin-d. Ze moet er hartelijk -om lachen en ze zegt, dat hij daar volstrekt geen! verstand van heeft. Ze toekijkt het hemdje van alle kanten, haar gezddht is zonnig van ge luk en ze zegt: „Wonderlijk, is het niet!" „Ja", zegt hij, „wonderlijk"Het is even stil. Dan vervolgt hij alsof hij tegen zichzelf spreekt: „God's doen is dikwijls onbegrijpelijkonbegrijpe- lij'k'Hij doet zware halen aan zijn sigaar -en trekt diepe rimpels in zijn voorhoofd alsof hij deze openbaring ten volle wil omvatten. Ze knikt: „En Zijn do-en ia altijd goed, ■nietwaar -Hendrik" „Enkel Majesteit -en aanbiddelijke HeerlijikheidWat een troost, kln-d, dat te -mo'gen belijden." ■A- De dagen van een zwangere vrouw worden geteld bij maanden', -en de oude Bijlbel zegt het telkens zo mooi: als haar tijd vervuld werdWat is dat ou'de Nederlands mooi"! D-at wordt te genwoordig niet meer verstaan, omdat het op de scholen niet meer wordt on derwezen. Toen de schrijver van deze novellenreaks nog -op de schoolbanken zat heeft hij leren lezen met leesboek- jes, waarin nog lessen voorlowamen, die afgedrukt waren in Gothische letters; „Biebel'druk" noemden de oude mensen dat. Dat vindt men tegenwoordig niet meer nodig. Ouwe Kees van wie ik in deze feuilletons nog wel eens zal ver tellen!, zegt, als we eens een keer over dit onderwerp praten, maar ik ga het zo mogelijk uit de weg; „Wat wou het! Ze haiwe -de Biebel overgebrocht in de taal van de Kaaigagten en van de straat- j-ongers"En dat ben ik nu weer niet met hem eens Slot volgt.

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1976 | | pagina 7