EIIAIIDEn - niEUWS Overdenking Ds. Herman Faukelius Zeeuwse wandelingen Grootvader vertelt 2ieblad Vrijdag 12 december 1975 No. 4447 KVENSTER Verontreinigings heffing volgend jaar iioger 22 december vergadering A.R. Statencentrale M1 d de nsta n dsexa m e n eind april 1976 uit de Heilige Schrijft C. KIEVIT ZN. Centrale Verwanuing SOMMEILSDUE Telefoon (01870) 26 09 GEVEN VOOR LEVEN GERO 1 altijd voor Iedereen roim en overzichtelijk in onze speciale showroom. A. Vroegindewelj I Westdyk 46 - Middelharnis I Dienstencentrum Middelharnis in Kerstvakantie spelen in yyDe Gooye'' Vervolgverhaal blik op kerk en samenleving De filmkeuring afgeschaft In naam van de vryheid? De gevolgen Na de Tweede Kamer is ook de Se- aat akkoord gegaan met de afschaf- -g van de filmkeuring. Zoals bekend erden tot nog toe alle films, alvorens e in de bioscopen mochten worden ertoond, gekeurd. Men moet niet zeg en dat die filmkeuring toch al een wassen neus was. Want weliswaar wer- -ien vaak al te ruime maatstaven ge hanteerd, maar toch was het zo dat elk jaar nog een aantal films werden afge keurd omdat de commissie voor de filmkeuring ze in strijd achtte met de openbare orde, de eerbaarheid of de goede zeden. Het is begrijpelijk dat er van bepaalde zijde hoe langer hoe meer verzet kwam tegen deze filmkeuring. Er is nu een- aal een bepaald volksdeel dat ervan itgaat dat in ons land alles moet mógen en alles moet kunnen. Men zag de film- keuring als een beknotting van de per soonlijke vrijheid en als een „betutte ling" van overheidswege, waar we eens een keer van af moesten. En nu zal de filmkeuring binnenkort tot het verleden gaan behoren. Met dien verstande dat bepaalde films nog kun nen worden verboden voor beneden 16- "arigen. Maar boven de 16 jaar is alles eoorloofd. Wanneer de Deense film ver „het liefdeleven van Jezus van azareth" er nog ooit komt, dan zal die onder enig bezwaar van de overheid in "e Nederlandse bioscopen vertoond unnen worden. En het trieste van deze ele zaak is dat we de afschaffing van e filmkeuring mede te danken hebben an verschillende afgevaardigden van e christelijke partijen. Met een beroep op de vrijheid van drukpers en van .meningsuiting die dan ook maar moet gelden ten aanzien van de film. Dat laatste argument is wel bijzonder "izwak. Want vrijheid van drukpers en |van meningsuiting is niet te vergelijken ,met het ongelimiteerd vertonen van alle soorten films. Alleen al om het simpele feit dat het visuele wat men ziet ■en veel grotere aantrekkingskracht en "k een veel grotere invloed heeft dan et boek dat men leest. En bovendien de vrijheid van drukpers is ook niet on- ;6elimiteerd. Want wanneer blijkt dat een uitgegeven boek de eerbaarheid of de goede zeden aantast dan kunnen schrijver en uitgever achteraf door de 'rechter vervolgd worden. Maar met de 'film zal dat niet meer het geval zijn. Een aantasting van de persoonlijke ■vrijheid is de filmkeuring ook niet. Want elke film kan in principe door 'edere burger worden gezien. Hiermee isniet gezegd dat dit juist is, maar mo gelijk is het wel. Men kan een fUm ko pen of huren om die in besloten kring te vertonen. Daar kan niemand, ook de overheid, iets tegen doen. Maar open bare vertoning valt onder de bevoegd- eid van de overheid, die bepaalt of een ilm al dan niet vertoond zal mogen worden. Met het vrijgeven van de films schiet 'de overheid ernstig tekort in haar taak die haar van Godswege is opgelegd. Die taak is zegt Artikel 36 van onze Ned. Gela Bel. zo te regeren „dat de on gebondenheid onder de mensen be- ;^wongen worde met goede orde onder e mensen toega". Maar de overheid op deze taak te wij- n, dat is natuurlijk in Nederland al en lachertje geworden. Het zal echter de toekomst wel blijken dat de over- eid deze taak niet straffeloos kan ver- aarlozen. Want waar zal dat toe kun- en leiden, dat godslasterlijke, pomo- gralische en allerlei andere soorten Wms zomaar kunnen worden vertoond? '^aarvan zijn de gevolgen nog niet te overzien. Wat er momenteel in de om- "eving van Beüen en in Amsterdam ge- eurt is nog maar een voorproef van de tale ontreddering die ons te wachten taat, indien God het niet verhoedt WAARNEMER WATERSCHAP FLAKKEE: De verontreinigingsheffing die aan het Waterschap moet worden betaald (dit jaar 3,5 x 17,—) is voor volgend jaar verhoogd. De Verenigde Vergade ring van het Waterschap Flakkee be sloot in zijn vergadering van j.l. vrijdag dat het aantal inwoner-equivalenten dat tot dusver per gezin op 3,5 was ge steld tot 3 per gezin wordt terugge bracht. Ook zal het volgend jaar moge lijk zijn alleenwonende hoofdbewoners een verontreinigingsheffing van 1 i.e. (nu 3,5) op te leggen. Weliswaar werd het aantal i.e.'s ver laagd, maar de heffing die nu 17, per i.e. bedraagt werd verhoogd tot 25,per vervuilingseenheid zodat het volgend jaar toch aanzienlijk meer gaat kosten De A.R. Statencentrale houdt haar Jaarvergadering op maandag 22 dec. a.s. in het Ver. gebouw „de Rank" te Klaaswaal, 's avonds 8 uur. Alle bestu ren en leden van de A.R. Kiesvereni gingen die ressorteren onder de A.R. centrale „Ridderkerk" wordt tot het be zoeken van deze vergadering uitgeno digd. O.m. zal er bestuursverkiezing plaatsvinden. Het Tweede Kamerlid Mevr. van Leeuwen hoopt te spreken over het onderwerp: „De laatste ont wikkelingen in de politiek". Het 42e examen voor het midden standsdiploma algemene handelskermis wordt, wat het schriftelijk gedeelte be treft, afgenomen op woensdag 28 april 1976: het mondelinge gedeelte geschiedt in de periode 23 juni t.m. 7 juli volgend jaar. De inschrijving is geopend tot uiterlijk 10 januari 1976. Inschrijvings formulieren, met examenvoorwaarden, -eisen en extract-reglement, kunnen worden aangevraagd bij het Bureau Stichting Middenstandsexamen, Laan van Meerdervoort 133-A, Den Haag; de Centrale voor Katholiek Handelsonder- wijs, Treubstraat 25, Rijswijk (Z.-H.); het Instituut voor Middenstandsont wikkeling, Scheveningseweg 100, Den- Haag; de Centrale voor Christelijk Handelsonderwijs, Treubstraat 25, Rijswijk (Z.-H.). Formulieren van vorige examens zijn niet geldig. THOLEN OogstkoHekte Herv. Gemeente De in de Ned. Herv. Kerk gehouden oogst- kollekte heeft met nagiften 8.903,— opgebracht. Wachtmeester Boogerd met pensi oen. De Wachtmeester der rijkspolitie W. Boogerd is deze week op 60-jarige leeftijd met pensioen gegaan. DEZE ZAL ONS TROOSTEN En hy noemde zijn naam Noach, zeggende: Deze zal ons troosten over ons werk, en over de smart onzer handen, vanwege het aard rijk, dat de Heere vervloekt heeft. (Genesis 5 29) I In de aankondiging van het Vrouwen zaad spant God de draad der belofte, die haar einde vindt in de komst van het heilig Kind van Eva in Bethlehem. Langs die draad der belofte bewegen zich de vromen, die in groot advents- verlangen en met een innige verwach ting uitgezien hebben naar Hem, die hen in hun smart zou troosten. AUerwege en in alle eeuwen wordt hun roepen om Christus gehoord. En naarmate de smart hunner han den dieper gevoeld werd, en de in de moederbelofte aangekondigde vijand schap feller oplaaide, des te luider klonk dit roepen om het beloofde Kind, en des te meer bloeide hun verwachting op. In blijde verrukking spraken zij over Hem, die komen zou om hem te verlos sen van de vloek der zonde. Die verwachting is in het Kaïnsge- slacht niet te vinden. Want dit geslacht heeft de band met God doorgesneden en tracht in brute waan zichzelf te verlossen. Dit geslacht poogt het leven op de door de zonde gevloekte aarde te ver aangenamen door de uitvindingen en de prestaties van de mens. Dit geslacht wil door eigen arbeid en cultuur de smart hunner handen ver zachten, en het heeft geen vertroosting van God nodig. In dit geslacht ontmoeten wij de mens die zich in deze wereld inburgert en zichzelf door zijn wraak beschermt. Dit is het geslacht der goddelozen, dat zich rijp maakt voor het oordeel Gods, en dat straks dan ook in de zondvloed verzwolgen wordt. Het is dit geslacht van Kaïn, dat het godvrezende zaad van Adam naar het leven staat. De vijandschap wordt in Adams kin deren openbaar, en de grote worsteling tussen God en de satan wordt gestreden, waarbij het zaad des verbonds bedreigd en weggezogen wordt door de verleiding en goddeloosheid van het slangenzaad van Kaïns kinderen. Het is geen wonder, dat in deze bange worsteling van het eerste mensenge slacht de godvrezenden, die uit de belof te geleefd hebben, verlangd hebben naa.r Hem, die komen zou om hem te troosten, en die de strijd zou beslech ten. Die belofte, waarmee de goddeloze wereld gespot heeft, is de krachtbron geweest voor aUen, die hun troost van God verwacht hebben. Van deze verwachting hebben He noch, Lamech en Noach gesproken. Nu lijkt dit spreken van Lamech niet zo bijzonder, in vergelijking met wat wij van Henoch en Noach lezen. Wij lezen van hem maar een enkel woord. Maar het is een geladen woord, waar in hij de diepe levensnood vertolkt waarin hij zijn leed voor God uitklaagt, waarin hij uiting geeft aan de moeiten en smart vanwege de zonde, maar waarin hij tegelijk zijn verwachting uitjubelt, waarin hij spreekt van de hoop, die zijn leven vervult en profe teert van de vertroosting Israels. Zoals eeuwen later Simeon in de tem pel staat met Jezus in de armen, zo staat hier Lamech met zijn pasgeboren kind. En dan spreekt ook deze profeet in de naamgeving van zijn kind door de Geest der profetie, die het ware licht ont steekt over heel het duistere leven en zijn ellenden, maar die tegelijk boven al die donkere schaduwen doet uitzien in een heihge verwachting van de troost der verlossing. En hij noemde zijn naam Noach, en zeide: Deze zsd ons troosten. In dit woord spreekt al de weemoed over de levensellenden op aarde, die het heilig zaad moet ondergaan, in het bij zonder sedert de vermenging van deze verbondskinderen met het geëmanci peerde nageslacht van Kaïn, dat pocht van bevrijding door eigen kracht. Want Lamech leefde in een bange wereld, waarin de verwachting der be lofte schier gedoofd was, en de mens zwoegde om zichzelf te ontworstelen aan de vloek van het aardrijk. Hij spreekt dan ook zeer diepzinnig over het werk als over de smart van zijn handen. De cultuurtaak van de mens is een slavenwerk geworden, en velerlei smart ging daarmee gepaard. Levensnood en stervenssmart wisse len elkaar af. Daarin heeft Lamech de vloek ge voeld, die op heel het leven drukte. De goddeloosheid nam hand over hand toe, en de afval van God werd met de dag erger. Als Noach geboren wordt, staat het Kaïnsgeslacht op het toppunt van zijn Gods-verlating, en leeft het in een to taal van God vervreemde levenshou ding. In dat geslacht richt de mens zichzelf op uit de vernedering, en maakt hij mu ziek en smeedt hij wapenen. Dan begint de hel over de aarde los te komen, en alles is duister en vol el lende. Dan dreigt de kerk In de wereld on der te gaan, en God haalt Zijn kinderen thuis, voordat het oordeel losbarst. Dan schijn^ de draad der belofte de finitief gebroken te zijn. En zie: in die stikdonkere nacht wordt Noach geboren. In die nacht gaat Lamech met het kind In zijn armen profeteren. Deze zal ons troosten! Ware dat alleen vadervreugde over een eerstgeboren zoon, dan had Lamech moeten zwijgen. Want een kind in te dragen in een goddeloze en stervende wereld, is geen zaak van onverdeelde blijdschap. Maar de vreugde van Lamech is meer en dieper. Hij ziet de draad der belofte, die God doortrekt in het geslacht des verbonds. Hij ziet in dit kind grote dingen, en de Geest Gods opent deze profeet de ogen voor een betere toekomst. Van zijn verwachting heeft Lamech weinig gezien, want hij sterft vóór de zondvloed, als de maat der zonde vol is. En toch heeft hij er alles van gezien. Middelhamis E. F. Vergunst. In de vorige artikelen over de We derdopers en Doopsgezinden heb ik een paar keer genoemd de naam van ds. Faukelius, een grote vijand van hun leer. Hier volgt zijn levensgeschiedenis. In 1560 werd hij uit protestantse ouders in Brugge geboren. Hij heette toen Herman Fauckel (Fackel). Later veranderde hij die naam in de Latijnse vorm Faukelius, zoajs zoveel geleerden in die tijd deden. Tot zijn twintigste jaar woonde hij in Brugge, daarna studeerde hij theologie aan de hogescholen van Gent en Leiden. In 1585 was hij klaar met de studie. Naar Keulen. In dat jaar werd hij beroepen bij „de heimelijke gemeente" te Keulen, een gemeente onder het kruis. Die vreemde naam zegt wel iets van de toestand al daar. De protestantse gemeente had veel vervolgingen te lijden en daarom moest alles „heimelijk", dat is in 't ge heim gebeuren. Er was veel moed no dig om aan 't hoofd van zo'n gemeente te staan, het was gevaarlijk om daar predikant te zijn. Ds. Faukelius moest zo weinig mogelijk op de voorgrond treden en in 't openbaar verschijnen. Daarom gaf hij ook geen catechisatie aan de kinderen, „opdat onze dienaar Hermanus niet van de kinderen bekend zou worden". Misschien zaten er tussen de kinderen wel kleine spionnen en verraders, en men wilde zijn predikant zo goed mogelijk beveiligen. Daarom is hij hier in alle stilte ge trouwd met Elisabeth DeUjnck, gebo ren te Ronse. We horen later nooit meer van zijn vrouw, ook niet als hij predi kant in Middelburg is. Misschien jong gestorven? Evenmin weten we of er kinderen geboren zijn. Na zijn dood kwam zijn bibliotheek volgens testa ment aan de Gereformeerde (Hervorm de) gemeente van Middelburg. Waar schijnlijk was er geen familie, zegt de historieschrijver. In 1594 bezocht ds. Faukelius Middel burg. De kerkeraad verzocht hem als predikant over te komen. Hij schijnt wel zin gehad te hebben en beloofde een beroep te zullen aannemen. Het ging echter niet door, de kerkeraad van Keulen weigerde hem af te staan, „die haar tot zoveel steun en troost ver strekte, ja haar eer en krone was". In 1598 werd hij beroepen te Am sterdam. Hij wilde dit beroep aanne men op voorwaarde, dat de kerkeraad van Middelburg hem ontsloeg van zijn belofte die hij een paar jaar tevoren gegeven had. De Amsterdamse kerke raad stuurde twee ouderlingen naar Middelburg om hierover te praten, maar tevergeefs. Het volgend jaar (1599) werd hij nu te Middelburg beroepen, in Keulen had men nu geen bezviraar. Op 27 juni werd ds. Faukelius m de Zeeuw se hoofdstad bevestigd en tot zijn dood in 1625 is hij er gebleven. Voor verhuis kosten kreeg hij ruim 33 pond Vlaams 200,—). Middelburg had nu 9 predi kanten. In Middelburg. Daar heeft de ongeveer 40-jarige pre dikant zijn volle krachten kunnen ont plooien. Een stevig persoon met een sterk gestel, die zelden ziek was. „Voorzien van een mannelijke stem en een deftige uitspraak". Op oudere leeftijd was hy door het verlies van en kele tanden wat moeiüjker te volgen. Herhaaldelijk was hij lid van het moderamen van classicale en provin ciale vergaderingen. Door de provin ciale synode van Zeeland werd hij af gevaardigd naar de bekende Synode van Dordrecht (1618 - 1619), die over de toen heersende leergeschillen moest be slissen. Hij werd er zelfs aangesteld als assessor bijzitter, helper van de voorzitter), waaraan een vergoeding van 300,verbonden was. Voor de zittingen van de Synode kreeg hij 4, per dag, dat werd voor de ongeveer 6 maanden 792, Op deze Synode werd besloten tot een nieuwe bijbelvertaling (Statenbijbel). Faukelius werd benoemd tot vertaler van het Nieuwe Testament. Dat was geen wonder. Een paar jaar tevoren had hij op eigen gelegenheid reeds het Nieuwe Testament uit het Grieks vertaald. Hij was dus goed thuis in deze materie. Evenals trouwens in die van het Oude Testament, dat hij ge deeltelijk uit het Hebreeuws heeft ver taald. Wegens zijn plotselinge dood heeft hij het niet af kunnen maken. Het bekendste werk van ds. Fauke lius is misschien wel zijn „Kort begrip der Christelijke religie, tot onderwijzing dergenen die zich eerst begeven tot het gebruik van des Heeren Avondmaal". We zouden het kunnen noemen een verkorte Catechismus in eenvoudiger vorm. In 1608 werd het In Middelburg als leerboekje op de catechisatie in ge bruik genomen. Opdrachten. Het is te begrijpen dat een zo geleerd man als Herman Faukelius veel op drachten kreeg. Op de Synode van Dordrecht behoorde hij tot de recht zinnige meerderheidsgroep der Contra- Remonstranten. Hij was een gematigd man en daarom werd hij dikwijls aan gezocht om kerkelijke geschillen tot een oplossing te brengen. In 1613 werd hÜ twee maanden uitge leend aan Goes. Daar heeft hij de rust hersteld, die verbroken was door het ontslag van de beide predikanten Lans- bergen. Zowel de vader Philippus als de zoon Pieter waren hier predikant. Tege lijk speelden ze een beetje voor dokter. Hun ergste „zonde" was dat ze geloof den dat de aarde om de zon draait. Dat was tegen de toen heersende mening In, dat de aarde stilstond en de zon draaide. Precies het tegenovergestelde dus. Te genwoordig is dat geen twistpunt meer, verdere onderzoekingen hebben bewe zen dat de Lansbergen gehjk hadden. In Vlissingen trad hij als bemiddelaar op in de kwestie met ds. Daniël van Laren, die leerde dat de martelaren 1000 jaar vóór de andere doden zouden worden opgewekt. Uit het laatste bij belboek Openbaringen van Johannes meende hij zulks te kunnen afleiden. Deze Chiliasten, aanhangers van het Duizendjarige rijk, bestaan er nog heel wat. Ook voor een kwestie met een Franse dominee in Groede werd zijn bemidde ling ingeroepen. Hier in Zeeuws-Vlaan- deren is hij een paar keer (telkens voor 2 maanden) veldprediker geweest, toen prins Maurits daar opereerde tegen de Spanjaarden. Op 7 mei 1625 had Faukelius als scri ba nog de vergadering van de classis Walcheren bijgewoond, op 9 mei stierf hij plotseUng. Drie dagen later werd hy in de Oude Kerk begraven, dat is de kerk op het Hofplem die in 1833 is af gebroken en waar nu een andere Gere formeerde kerk staat. Had hij misschien te veel van zijn krachten gevergd? Zijn zinspreuk wijst wel op de moeilijkheden als iemand ho ge bedieningen bekleedt en overal in zit. Deze luidt namehjk: Honos onus, fas ces fasces eer is last, ereambten zijn lastig. De Zeeuwse dichter Adriaan Hofer zegt van hem: „De heugnis van zijn wijze en hooggeleerde zin In ons verwekken zal der wijsheid, liefde en min. De heugnis van zijn vroom en zo godzalig leven Zal ons in al ons doen een levend voorschrift geven. Zijn lichaam dat is dood, zijn ziele leeft omhoog. Zijn deugd leeft onder ons en staat ons steeds vooroog." Middelburg. L. van WaUenburg. Het is al weer een jaar geleden dat we als Nederlandse volk op één avond 65 miljoen gulden bijeenbrachten voor de aktie „Geven voor Leven". Zoals beloofd zou er een verslag ko men over de besteding van dit enorme bedrag. Nu is er een verslagkrant uit gekomen voor al diegenen die belang stellen in de besteding van het geld. Al diegenen die hun bijdrage per che que, giro of betaalkaart hebben gege ven krijgen de krant automatisch toe gestuurd. De kranten voor belangstellenden liggen dan gereed bij alle banken in Middelhamis en op de Afd. Algemene Zaken van het Gemeentehuis, (vanaf 10 december). SS Donderdag 18 december 1975 organi seert het Dienstencentrum een avondje kerststukjes maken met medewerking van de handenarbeidgroepen en de heer Th. Mastenbroek, die een inleiding zal houden over kamerplanten. Iedereen is van harte welkom. Aanvang 19.00 uur. Dienstencentrum Doetinchemse- straat 27, Middelhamis. DIRKSLAND: In de kerstvakantie worden in het zwembad De Gooye te Dirksland, spel letjes gehouden voor de jeugd t.m. 15 jaar. Iedereen kan hieraan meedoen, en er is o.a. een miss „flipper" verkiezing voor de meisjes. Verder is er, touwtrekken, banden- roeien, en een kussengevecht voor jon gens en meisjes. De spelletjes zullen worden gehouden op woensdag 24 de cember. Voor de winnaars zijn er een aantal leuke prijzen beschikbaar ge steld. De aanvang van deze spelen is 9 uur, en zal ongeveer tot 12 uur duren. Het inschrijfgeld bedraagt 2,en de inschrijfformulieren kunnen in het zwembad worden afgehaald. Tot ziens op 24 december. OOSTERLAND Predikanten van zelfde naam Het merkwaardig feit doet zich hier ter plaatse voor dat de twee plaatselijke predikanten die ons dorp nog heeft overgehouden, na het vertrek van Ds. W. Hage naar de Ger, Gemeente van Rotterdam (W.), beide dezelfde ge slachtsnaam dragen. De Herv. predi kant is Ds. M. C. van der Meer en de Oud Ger. predikant: Ds. A. van der Meer. Nog merkwaardiger is dat ze bei den uit het Westland afkomstig zijn. Misschien nog verre bloedverwanten? Het zal nog niet dikwijls voorgekomen zijn sedert mensenheugenis, dat zich dit merkwaardig feit voordeed. door Jan Knape M.zn. uteursrechten voorbehouden. Verme- gvuldiging op welke wijze ook zonder ■■oestemming van de schrüver is verbo den; ook het voordragen in het open baar.) DAAR IS EEN PEEST In het huis van den vromen jood is het feest: het feest der ongezuurde bro- öen In de vooravond heeft het gezin de ganse woning doorzocht bij het flikke- fend licht van een kaarsvlam, maar er "niets gevonden, dat gedesemd was. ïe uitkomst heeft hun harten met ede en vreugde vervuld. Een vrede en vreugde, die alleen de Sjwepper geven kan; Jawel, Wiens Naa den m eigenüjk niet in letters kan wor- gevat, noch in klanken kan worden w-gedrukt: wij, mensen van deze eeuw ™1 van nieuwigheden kunnen dat niet ^o begrijpenJawehElohim Nu staat men aan de feestmaaltijd, de voeten geschoeid alsof men zo dade- Ujk weg zal trekken van huis en haard een onbekende toekomst tegemoet. Zinvolle traditie voor een volk, dat zo dikwijls gereed moest staan om wegge voerd te worden door onbarmhartige overheersers naar een verre en vreemde bestemming. Verdrevenen, verworpenen, verachte dragers van de gele Jodenlap; oggevan- gen door de ommuring van het afgodi sche Babel, door de ghetto's der wereld steden, door de concentratiekampen en de gaskamers van Nazi-Duitsland. Maar de mensen van wie ik vertel, denken niet aan de toekomst bij dit maal der gedachtenis, bij deze onge zuurde koeken en bij dit geslachte lam. De toekomst is in de hand van den Eeuwige. Hun geschoeide voeten en hun reiskleding zijn een ceremonie vol be- duidenis, een verbeelding van vroeger dagen. Op de tafel staan feestelijk de wijn- kelken. De kaarsen geven een flakke rend en geheimzinnig licht over de vro me gezichten. De handen zijn eerbiedig samengevouwen en het dankgebed mur- mult uit hun monden, die nauwelijks bewegen. Het murmelt gelijk water, dat uit een rijke bron welt. Die bron is heel ver wegDe dankbaarheid van hun hart zal nimmer opdrogen: Hallelujah! Looft gij knechten des He ren! Looft den Naam des Heren! De Naam des Heren zij geprezen van nu tot in eeuwigheid! (Psalm 113 1 en 2)... Jaweh, Elohim Neen, niet de zorgelijke toekomst vol onheilsdreiging, maar het verleden zal aan deze f eestdis spreken. Wie het ver leden verstaat zal ook de toekomst ver staan; en voor wie verstaat zijn de zor gen weggenomen. Naar het verleden vraagt de oudste zoon als de klanken van het hallel verstorven zijn: „Vader, wat hebt gij daar voor een dienst? (Exodus 12 26). Wat beduiden dit geslachte lam en deze ongezuurde broden; deze fonkelende wijn in die van kaarslicht glinsterende glazen?" En de vader antwoordt: „Mijn zoon, dit is den Here een paasoffer, die de huizen der kinderen Israels voorbij ging in Egypte, toen hij de Egyptenaren sloeg, en onze huizen bevrijdde. (Exo dus 12 27). Dit is om hetgeen de Here my gedaan heeft toen ik uit Egypte mt- toog". (Exodus 13 8). En met dit te zeggen heeft deze vrome jood voor ons de zin der geschiedenis onthuld; Dit is van den Here geschied, en het is wonderlijk in onze ogen. (Psalm 118 23) De toekomende dagen zijn in de hand van den EeuwigeDe toekomende dagen vervullen ons met angst en ver schrikkingJaweh, Elohim, wees met ons evenals in Egypteland Rust mijn ziel! uw God is koning! (Evangelische Gezangenbundel, gezang 22). Nu ik de legende verteld heb, die ik van een vreemd volk vernam; en deze vrome jood aan zijn vrouw en kinderen verklaard heeft de diepe zin van aUe historie, nu kan ik aanvangen met een verhalen-snoer te dichten, waarin ik schone gedachten zal trachten te we ven. Hier komt het eerste verhaal. Het is misschien wel een beetje vreemd voor een feuilleton, maar de lezer moet ge duld hebben. Eeuwen geleden... In den beginne, zegt de Bijbel(Genesis 1 1). De Aarde daalt van den hogen Hemel neder. De Schepper heeft gesproken. Het machtwoord van den Eeuwige heeft de wereldkloot geformeerd. De Aarde zinkt neder op hare grondpilaren. Zie toch, zij rust, Zij zal nimmermeer noch eeuwiglijk wankelen. (Psalm 104 5). De ongemeten ruimte van het Heelal is plotseling vervuld met het jubelend lied der morgensterren. De tienduizen den en tienmaal tienduizenden Engelen staan aan de poorten van het Sterren paleis. Ze staan op de gouden tinnen. Ze gluren uit de kristallijnen vensteren des Hemels naar het grote wonder, dat zich voor hun verrukte ogen voltrekt. De Aarde wordt geboren! God heeft ge sproken! God heeft een daad verricht! De jubelzang der Engelen schalt door de wijde hemelhallen, hoger en hoger. De kinderen Gods juichen (Job 38 7) ter ere van den Schepper: „Heilig, heüig, is de Here God, de Almachtige". Openba ring van Johannes 4 8)Zij krullen de vleugelen duizelig om zich heen om hun aangezichten te bedekken vanwege de aanblik van de heerlijkheid Gods, die geen schepsel kan verdragen De Engelen zullen nog vele malen juichenIn de velden van Bethle hemEn telkens als er een mensen ziel gered wordt uit de klauwen van Satan. Maar daar hebben ze nog geen weet van in dezen ogenblik als de Aarde geboren wordt door het machtwoord van den Schepper en Formeerder aUer din gen. In dien morgen, waarvan de Bijbel schrijvers ons verhalen in woorden zwaar om te verstaan, heeft de Eeuvirige God het gigantische uurwerk van de Tijd In werking gesteld. De loop der eeuwen heeft een begin genomen, de geschiedenis der mensheid begint! God heeft een daad gedaan! Van nu aan tikt de Wereldklok! Zij tikt..., en tikt..., en tikt... Zij schuift de seconden op zij, de minuten, de dagen, de jaren,de eeuwen Uren, dagen, maanden, jaren, vlieden als een schaduw heen(Evangelische Gezangenbimdel, gezang 160). In den beginne schiep God de Hemel en de Aarde... (Genesis 1:1). En God zag al wat Hij gemaakt had en ziet het was zeer goed. (Genesis 1 :31). Mijn God, wat hebben we gemaakt van datgene, waarvan Gij gezegd hebt, dat het zeer goed was?! Ik zal proberen om daar een en ander van te vertellen. Dat is de taak van de literator, die zich het Woord Gods heeft gesteld voor dezen arbeid. Misschien zullen woorden soms tekort schieten om alles te zeggen, de lezer zal dan achter die woorden moeten zoeken om de be- duidenis te verstaan. (Wordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1975 | | pagina 5