Excursie „De Motte"
naar Dordrecht en omgeving
Middelharnis
hoven 14.000
inwoners
Herv. kerk stampvol i
afscheid ds. longebre
lIRBEiD nOELT
Ide 8
Middelharnis behoeft
restau ratie-beu rt
Uitzicht of kooiwitje
Voorstel aan gcaneenteraad:
Raadzaal
Hogere salarissen
voor ambtenaren
C.P.B. „Goeree":
Avond met
„de Friesche Vlag''
Plattelandsvrouwen
Goeree - Ouddorp
Lezing over
Zwakzinnigenzorg
Bejaarden koor
houdt
ontspanningsavond
INGEZONDEN
Nogmaals:
antwoord aan
de heer Van Putten
STAD AAN 'T HARINGVLIET
Zeeuwse
Zendingsdag
a.s. zaterdag
in iViiddelburg
GEI
iVlod
VERVOLGVERHAAL
irroU^I
■rm
Bladz. 2
«EILANDEN-NIEUWS^
Dinsdag4noveml)6i
Naast oudheidkundige bodemonder
zoeken op Goeree-Overflakkee, verga
deringen en lezingen organiseerde dit
maal de secretaris van de vereniging
Hans Klepper een excursie voor de le
den van „DE MOTTE" op 25-10-1975.
„Dicht" bij huis werd een lokatie ge
vonden en wel in de vorm van een op
graving, het zogenaamde stadskemon-
derzoek, te Dordrecht.
Eerder van 19681971 verrichtte de
Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bo
demonderzoek onder leidinig van drs.
Sarfaty daar opgravingen aan de Tol-
brugstraat met het 'dioel het ontstaan
van Hollands oudste stad te achterha
len. Duizenden toodemvondsten kwamen
toen aan het licht, maar het werkelijke
prille begin van de stad (nederzetting)
(bleef in het duister igehiild. De opigra-
vingsresultaten zijn echter als geheel
nieuw en toelangrijk te toeschouwen.
iDit jaar werd door de R.O.B, weder
om een' aanvang gemaakt met het 'gra
ven van een put en de resultaten daar
van kon „DE MOTTE" op die koude,
voor Goeree-Overflakkee zo toewogen,
zaterdag aanschouwen.
Aansluitend hierop verklaarde de
heer Van der Beemt, dofcumentalist toij
de R.O.B., zich bereid ons gezelschap
in de Alblasserwaard rond te leiden en
de toewoningsigeschiedenis van dit ge
bied in woord en daad uit één te zetten.
Opgraving te Dordrecht
's Mongens rond 11.00 uur groepeer
den we ons, helaas maar zeven man
sterk, rond het opgravingsterrein aan
de Wijngaardestraat. Voor ons lag een
5 meter diepe put. Deze was' vijftien
meter lang en vijf meter breed. Drs,
Sarfaty, tevens provinciaal archeoloog
eh „supervisor" van „DE MOTTE",
vertelde in >grote lijnen het hoe en waar
om van dit onderzoek. In de profielen
aanschouwden we als de bladzijden van
een boek de verschillende bodemlagen,
ophogingen en woonsporen vanaf het
Dordrecht van de 14e eeuw. De gesehie-
denis van ide stad lag a.h.w. aan onze
voeten.
Er waren drie optrekjes, werikplaats-
jes, blootgelegd uit 'de Middeleeuwen
verhaalde Drs, Sarfaty. Uit gevonden
■afval: leren schoenen en spelden' bleek
dat hier een schoenmaker en een spel-
denmaker hun beroep hadden uitgeoe
fend.
Verder in de put stak uit het profiel
een bakstenen muur van een laat mid
deleeuws huis, gefundeerd met houten
palen. Een fascinerend gezicht hoe on
ze voorouders het steeds weer klaar
speelden de weke grond en het voortdu
rend stijgende water de baas te blijven.
Als spectaculaire vondst vermeldde
Drs, Sarfaty een houten igraansohop die
geheel intact werd aangetroffen in een
houten afvoergoot.
In een van de keetjes toonde Drs.
Sarfaty ons tenslotte talloze opgravings-
tekeningen van diverse vlakkjen in de
put. Ieder detail was hierop precies
weergegeven, gekleurd en al.
Tot slot zei Drs. Sarfaty dat hij ge
hoopt had hier de eerste nederzetting
van Dordrecht aan te graven, wat he
laas niet het geval was. Maar steeds
verdergaande sanering van de stad zou
nieuwe mogelijkheden scheppen.
Bezoek aan de Alblasserwaard
Tegen 14.00 uur begonnen we, nadat
Drs. Sarfaty m.et O'nssi de lunch had ge
bruikt, met de heer Van der Beemt
aan het mtgebreide middaigproigramma.
Hij verraste ons met een zeer gedetail
leerde toeschrijving met kaartjes van de
toewoningssporen in de Alblasserwaard
(te overhandigen om die thuis nog eensi
rustig door te lezen.
Vanuit Dordrecht reden we naar huis
De Merwede. Een mine van een kasteel.
Op het lage landje vlak toij de brede
rivier konden we ons dankzij het 'kou
de mistige weer gemaikkelijk een voor
stelling maken hoe het wellicht hier
eens wasi geweest.
Vervolgens ging de toch langs de zoge
naamde huisterpen natoij Alblasserdam,
'die dateren vanaf het jaar 1000 na Ohr.
Prachtige boerderijen sieren vaak de
top van deze hoogte die in de mid
deleeuwen tegen het water werden op
geworpen. Met name in Oud-Alblas
zijn er vele te bewonderen, sommige
meten tot 4 of 5 meter boven N.A.P.
Momenteel zijn er 450 gekarteerd.
Tevens wees de heer Van der Heest
ons door de steeids beslagen ruiten van
'de ibua de diversie stroomruiggen van
vroegere kreken en riviertjes in het
landschap. In wallen ligt de overafzet-
ting door inklinking van de omringende
bodem meanderend in het vlakke land.
Vroegere bewoners zochten veelal deze
„ruggen" op om er hun nederzettingen
lop te bouwen.
Via Alblasserdam redienl we langs de
Noord naar Kinderdij'k waar we als zo
velen voor ons de 19 molens in dit oer-
Hollandse landschap foewonderden.
Bij de Nieuw-Lekkerland doken we
vanaf de dijk de polder in en brachten
een beaoek ean de Schoneburgse heu
vel en de Brandwijkse Donk. Het ont
staan van deze zandi'ge heuvelsi in het
vlakke polderland is als volgt in zijn
werk gegaan: „Na de beëindiging van
de Laatste IJstijd daalde na een tem-
peratuursstiJgLnig wederom de' tempera
tuur. De plantengroei brak af en er
coitstond een „koude woestijn". De op
pervlakte toestond namelijk uit zand af
komstig van de smeltwaterrivieren. In
'dit dit droge klimaat ontstonden stuif-
zanidgetoieden en er werd een landschap
gevormd zoals b.v. de 'Drunense duinen
en bepaalde gedeelten van de Veluwe.
De stuifduinen in de Alblasserwaard
worden 'donken genoemd. Zij steken nu
nog met 'hun toppen boven het veen uit
dat zich rond 5000 jaar v. Ohr. ging voir-
'men. Daarvoor was de zeespiegel onge
veer 20 naeter langeir dan thans.
In 'de Sdhoneburgse heuvel vond men
bij archeologisch onderzoek woon-spo-
ren van de zgn. Vlaardingen-cultuur.
Momenteel zijn de doniken geplaatst op
een lijst van archeologische monumen
ten en dusbeschermd!
Via het riviertje de Alblas reden we
om 16.00 uur weer richting Alblasser
dam, waar we de huisterpen niu eens
van de andere kant konden zien.
Tot slot demonstreerde de heer Van
der Beemt in een weiland in Alblas
serdam een 'grondtooor. Terplaatse ligt
een nog niet onderzodhte romeinse ne
derzetting. In de grondmonsters zagen
we 'houtskool en zelfs een romeins
scherf je. Nadat Hans Klepper zich na
kunstig stuurwerk met het busje zich
op de (grondboor had uitgeleefd namen
we afscheid van de heer Van der Beemt
en reden een donker Goeree-Overflak
kee tegemoet.
Eias Olivier.
„De raadzaal en de hal die tot de zaal
toegang geeft verkeren in een slechte
staat en zgn dringend aan een grote op
knapbeurt toe" delen B. en W. de raad
mee in de stukken voor de vergadering
van a,s. donderdagavond, zy stellen de
raad voor accoord te gaan met een res-
tauratiebeurt die 47.000,— zal gaan
kosten maar dan komen zaal en hal er
weer representatief uit te zien.
Dat is nu nauwelijks het geval:
„het plafond en de muren bladderen af
en de oorspronkelijke witte kleur is
ernstig vervuild. Het verfwerk van de
lambrizering plus plint is aangetast en
de linoleum-vloerbedekking toont op
duidelijke wijze aan dat zij langdurig en
veelvuldig is gebruikt", zo sommen B.
en W. een aantal gebreken op, maar er
is nog meer: „de radiatoren van de ver
warmingsinstallatie doen afbreiik aan
het totale aanzicht van de zaal en het
ventüatie-systeem is mede door de ge-
horigheid bij het gebruik ervan aan
vervanging toe".
B. en W. geven vervolgens een op
somming van de werkzaamheden die
te gebeuren staan; de huidige radiatoren
zullen vervangen dienen te worden door
vloerconvectoren, er is een nieuw ven
tilatiesysteem nodig met een geruisarme
afzuigbox en de linoleum-vloerbedek
king kan het best door stroken Slavo
nisch eiken vervangen worden. Het
stucwerk in de hal en in de zaal en de
motieven in de plafonds moeten grondig
worden schoongemaakt en lambrizerin-
gen en plinten dienen te worden her
steld. Dat alles is begroot op 47.000,
naar na aftrek van de posten die reeds
op de gem. begroting zijn opgenomen is
er nog een krediet van 13.230,voor
nodig.
Het inwonertal van de gemeente Mid
delharnis is boven de 14.000 gestegen en
dat heeft voor de amtenaren het plezie
rige gevolg dat ze qua bezoldiging in
een hogere klasse worden ingedeeld.
Daartoe is het nodig dat de raad een op
de gemeente-klasse afgestemde salaris-
verordening vaststelt.
Ook de presentiegelden zullen wat
worden opgetrokken; althans B. en W.
stellen dat voor. Het presentiegeld be
draagt nu 60,waarvan B. en W.
voorstellen het tot 70,op te trekken.
Voor het bezoeken van commissiever
gaderingen wordt nu 48,vergoed
wat zal kunnen worden verhoogd tot
50,—.
De afd. Goeree van de 'Christelijke
Plattelandsvrouwen Bond houidt a.s.
donderdag een •bijeenkomst,om. 8 uur
in de C3hr. Huishoudschool „Westvoorn".
De avond wordt verzorgd door „de
Friesche Vlag".
-----O
A.s. donderdagavond hoopt dr.
A. Roel'Ofs, geneesheer dtreeteur van
„Hemesseroord" een inleiding te hou
den over de Zwakzinnigenzorg, op ver
zoek van 'de afd. Goedeere-Ouddorp van
de Ned. Bond van Plattelandsvrouwen.
De avond wordt gehouden in „de Gou
den Leeuw" te 'Goedereede en begint om
8 uur.
OUDE TONGE
Op woensdag 12 november organi
seert het bejaardenkoor te Oude Tonge
een gezellige avond met zang en toneel
in het verenigingsgebouw, aanvang half
acht. Het koor zelf zal met enige zang
stukken de avond beginnen, waarna het
toneel vrij gemaakt wordt voor „De Co-
medianten" die het stuk „Schaduw en
Zon" op de planken zullen brengen.
Voor de bejaarden uit Achthuizen,
Den Bommel, Ooltgensplaat en Stad aan
't Haringvliet zal er een bus rijden. Men
dient zich hiervoor tijdig op te geven!
Op zaterdagmiddag 22 november
wordt er een toch georganiseerd naar
Holiday on Ice in Ahoy te Rotterdam.
Kosten van vervoer en entree zijn
11,25 (Deze prijs geldt alleen voor 65-
plussers). Deze show belooft een wer
velend kleurrijk schaatsfestijn te wor
den.
Voor de bustocht naar Nieuwkuijk
op 6 november zijn nog enkele plaatsen
vrij.
Bejaarden die interesse hebben voor
één van deze tochten kunnen inlichtin
gen vragen en zich opgeven bij:
mevr. Arensman-Braber, (01871) 617,
Stad aan 't Haringvliet; Fam. v. d. Berg-
Vijfwinkel, (01871) 545, Den Bommel;
Mej. N. V. d. Klimdert, Achthuizen;
Mevr. Snaauw-Hobbel, (01873) 636,
Ooltgensplaat; Of op de wekelijkse
soosmiddag.
NIETJWERKERK
Dankdag. Op woensdag 5 november
a.s. zal, gelijk op meerdere plaatsen op
Schouwen-Duiveland, ook in Nieuwer-
kerk de jaarlijkse dankdag worden ge
houden. In drie kerken zullen diensten
worden gehouden. Voor de consument
een waarschuvnng, niet alle, doch vele
zaken zullen die dag gesloten zijn.
Verbeterde opgaaf Ger. Gem. in Ned.
9.45 en 3 uur lezen en 7.30 uur ds. A. v.
d. Berg uit Bruinisse.
1. „Beide gedichten zijn goed maar
uit twee verschillende inzichten ge
schreven. Ze belichten zon en schaduw
zijde van de vlinder".
Mijnheer Van Putten, als dat zonder
meer waar was, had ik niet gereageerd.
Maar er is meer. Lanerta's persoonlijke
mening werd door Darjona van de ta
fel geschoven. Zij werd daarmee gezet
in de hoek van de niet-wetenden: „Ge
weet niet wat ge zegt".
Als U nog eens rustig en nuchter ge
dicht en uitleg doorleest, zult U hopen-
lijk begrijpen wat zo'n opmerking bete
kent;
Er zou met deze opmerking niets
kwaads bedoeld zijn? Om de bedoeling
van Darjona te peüen, ga ik af op de
tekst. En dan noem ik haar/zijn type
ring van Lanerta niet terzake, onwijs,
onbegrijpelijk en hooghartig.
2. „Laat het onkruid maar groeien;
laten de insekten de gewassen maar
aantasten." U suggereert dat ik dit ge
zegd heb? Nergens heb ik me in deze
zin uitgelaten. Daarom kan mijn ant
woord op uw vragen heel eenvoudig
zijn: Mieren horen niet in mijn suiker
pot; muggen jaag ik van de slaapkamer;
vliegen op het vlees zijn bij mij niet
welkom; onkruid in de tuin verwijder
ik.
3. „Landbouwbestrijdkigstechnie-
ken bewijzen dat ons voedsel groeit in
een gevallen wereld. Het spoor van dode
schepselen achter de nevelspuit is ge
volg van het feit dat wij God hebben
verlaten".
Door dit te beweren heb ik er een
drama van gemaakt aldus Van Putten.
U omschrijft het als te ver doorgevoerde
vroomheid van iemand die niet meer
met beide benen op de grond staat.
Als Darjoana de noodzakelijkheid van
landbouwbestrijdingstechnieken wü on
derstrepen, heb ik daar geen enkel be
zwaar tegen. Dit heb ik in mijn reaktie
ook niet betwist.
Maar als ik stel dat landbouwbestrij
dingstechnieken in een gevallen wereld
thuishoren dan sta ik daar voor! Zelfs
als U dit typeert als zwevende vroom
heid.
De bestrijding van insekten vergeUjkt
U zelf met onkruidbestrijding. Wat zegt
de Bijbel over de oorsprong van het on
kruid? Gen. 3 18, 19 schetst het vol
gende beeld: De aardbodem is om
uwentwil vervloekt. Ze zal doom en
distel voortbrengen. Daardoor zult gij in
het zweet uws aanschijns uw brood
eten. En zij zult sterven. Calvijn stelt:
„De aarde zal niet dezelfde zijn als
vroeger. Al het schadelijke is geen oor
spronkelijke vrucht van de aarde, maar
een bederf, dat in de zonde zijn oor
sprong heeft. Door de zonde van de
mens is de gehele natuur omgekeerd",
(commentaar op Genesis).
„Door de zondeval is de gansche or
dening van de natuur in hemel en aarde
omgekeerd". (Institutie II 1,5).
Dat insekten en onkruid die ons voed-
,sel bedreigen, verdelgd worden, vindt
hier zijn oorzaak: Door de zondeval
staat ook de natuur op zijn kop. En als
na het passeren van de nevelspuit de
dode insekten op het veld achterblijven
dan is dat een vingerwijzing naar wat
toen gebeurd is. Dan is dat tevens een
bewijs dat de dood binnen de horizon
van deze wereld verscheen sinds dat
gebeurde. Dan demonstreert dat het le
ven in een dodendal. Dan is het een van
de facetten van een geschonden wereld.
Een wereld echter waarin God werk
zaam is. Hij stuwt hsiar heen naar Zijn
toekomst.
Een geschonden wereld en een v/erk-
zame God dat toont Uitzicht. „Ge weet
niet wat ge zegt", zegt Koolwitje.
„U maakt er een drama van in door
gedreven vroomheid", zegt Van Put
ten. De aarde is om uwentwil vervloekt,
maar Ik zal maken een nieuwe hemel
en een nieuwe aarde, dat zegt God. En
dat wü ik U als lezer van een christelijk
blad graag voorhouden.
F. van der Pol,
Jan van Arkelstraat 90,
een lezer uit Kampen.
OUDDORP
Bibliotheek. De bibliotheek in de
consistorie van de Gereformeerde Kerk
is met ingang van 6 november a.s. weer
elke donderdag geopend van 's avonds
7 tot 8 uur. Ingang achterzijde van het
Kerkgebouw. De nieuwe collectie van
de Christelijke Provinciale bibliotheek
centrale in Zuid-Holland is weer aan
gekomen.
Het had zondagmiddag in de Herv.
Kerk van Stad aan 't Haringvliet z'n
duidelijke reden dat het orgel speelde
van uren, dagen, maanden, jaren
sy de daaruit sprekende vergankelyk-
heid werd de gemeente bepaald, nu af
scheid genomen werd van ds. H. Jon-
gebreur, die de gemeente 9Vs jaar heeft
gediend, maar zich thans naar Lage
Vuursche geroepen weet. Ds. legde de
herderstaf neer, maar niet nadat hij de
gemeente ervan had doordrongen dat
weliswaar hy, als onderherder, vertrekt
maar dat de Grote Herder blijft en
staat voor Zijn kerk, ook voor dat deel
dat in Stad aan't Haringvliet gevonden
wordt.
Prediking.
Ds. deed dat in een prediking n.a.v.
Hebreeën 13 20 en 21, welke tekst-
woorden naar hij hoopte ook aan de
Herv. Gem. van Stad zullen worden
toegepast:
de God nu des vredes. Die den
groten Herder der schapen, door het
bloed des eeuwigen testaments, uit
de doden heeft wedergebracht, na
melijk onze Heere Jezus Christus;
Die volmake U in aUe goed werk,
opdat gij Zijn wü moogt doen; wer
kend in U, hetgeen voor Hem wel-
behagelijk is, door Jezus Christus;
Den welken zij de heerUjkheid in alle
eeuwigheid, Amen".
Nu afscheid genomen moest worden
meende ds. dat in deze tekstwoorden
troost kan worden gevonden, troost, te
meer omdat de Heere als „de God des
vredes" mag worden aangesproken en
niet als de God der vwake. Ds. liet Hem
zien in Zijn oneindige zondaarsliefde
van waaruit Hij Zijn zoon in de wereld
zond om de weg van aUe vlees te gaan
en daarmee alle schuld volkomen te
betalen Daarom zo predikte ds.
is het niet tevergeefs dat we op Hem
hopen; Hij is barmhartig en genadig, op
Hem heeft nog nooit iemand tevergeefs
gehoopt".
„De grote Herder is niet dood. Hij
lééft en Hij verlaat Zijn kudde niet",
kon ds. de gemeente dan ook prediken.
Daarom waarschuwde ds. ook tegen het
steunen op eigen kracht en hij bad de
gemeente toe dat de Geest bij haar de
begeerte zal wekken naar alle geboden
te leven opdat de gemeente zou worden
volmaakt in alle goed werk.
Zoals de tekst dat doet zo wilde ook
ds. eindigen met de lof verheffing: „Je
zus Christus is het zo waardig dat Hem
de heerlijkheid wordt toegebracht; het
is Zijn verdienste dat er nog van red
ding en zaligheid gesproken mag wor
den. Als een gezant van Christus' wege
bad ds. de gemeente toe zich met deze
God te verzoenen.
„Stel het niet langer uit", riep hij de
gemeente op; belijd uw zonden, smeek
om genade en toef langer niet. De Hei
land, Hij is van God gegeven tot heilig
making en volkomen verlossing van
zondaren. „Waar Zijn liefde is uitge
stort is ook het verlangen Hem te ver-
heerhjken", predikte ds. de gemeente
afvragend of het reeds haar begeerte is
de Grote Herder der schapen alle eer
toe te brengen?
Met het „Amen" uit de tekst sprak
ook ds. zijn vertrouwen uit dat de Heere
voor Zijn kerk instaat, ook voor dat
deel dat in Stad aan 't Haringvliet ge
vonden wordt; „de Koning bewaart Zijn
volk, de grote Herder weidt en leidt Zijn
schapen, waar Hij begonnen is te wer
ken daar zal Hij dat voleindigen tot op
de dag van Jezus Christus", zo besloot
ds. waarop de Gem. Ps. 68 10 zong.
Toespraken.
Na met dankgebed besloten te heb
ben richtte ds. Jongebreur zich nog tot
een aantal genodigden en de eigen ge
meente van wie hij nu scheiden ging.
Woorden van dank sprak hij o.m. tot
burg. Joh. V. Es, hem en het gem. be
stuur wijsheid toewensend de gemeente
in deze zorgvolle tijd te besturen. Met
veel waardering sprak ds. ook de colle
gae uit de Ring, Classis en Prov. kerk
vergadering toe, voorts het bestuur en
leider van de Stichting Jeugdwerk Goe
ree - Overflakkee en met een hartelijke
groet en dank voor de ondervonden sa
menwerking nam hij ook afscheid van
de Geref. Kerk. Ook groette ds. de af
gevaardigden van de Ger. Gem.
Kerkvoogden en notabelen, koster, or
ganisten en kerkeraad, zij aliens
dank gebracht en sterkte toege^
de komende vacaturetijd.
De gemeente wekte ds. op
linge band te bewaren door zo
mogelijk op te gaan; blijf dicht i,.
Grote Herder der schapen. Dan];!
alles wat U voor ons bent geweest'
de Heere alles voor u zijn; het ga'j
len onder Gods zegen wel".
Namens de Geref. Kerk werd een
scheidsgroet gesproken door oudg;
Diepenhorst. Dhr. Diepenhorst
daarin met erkentelijkheid terug l^
samenwerking die er was geweesï^
hebt meegewerkt aan een steerver
dering waardoor men elkaar gfeg^^
deren en respecteren", aldus dhr.J
penhorst.
Door ds. H. Talsma van Den 1
werd gesproken namens de
de Ring Sommelsdijk. Ds. zag nietii
bij dat ook Ds. Jongebreur welist
ambtsdrager maar ook mens was
weest, wiens autoriteit het echter,
van God gezonden te zijn om te jj
gen van het Licht. Ds. bracht ds, j
gebreur daarvoor dank en hij kn
dat er ook in Lage Vuursche i
worden dat er een man gekomen j
wiens naam is Jongebreur, om vani
Licht te getuigen.
Ouderling C. Trommel tenslotte s
een woord ten afscheid namens ij(
meente dhr. Trommel zag terug o
9V2 jarige periode waarin ds. de
meente van Stad de weg had gew'
naar de Grote Verlosser Jezus Chris
Die de Weg, de Waarheid en het I
is. Ook Mevr. Jongebreur werdi
gebracht omdat zij het mede 1
maakte dat ds. zijn werk kon
voor het feit dat de pastorie altijd i-
ieder heeft opengestaan. Dhr. Troiji
gaf het predikanten-echtpaar dek
wensen mee voor de toekomst in i
Vuurse dat op zijn verzoek door de
meente werd bekrachtigd met het i
gen van Ps. 121 4: „De Heer 7
steeds gadeslaan".
In MiddeltouBg, in de kerk der
Gemeente aan de Segeerstraat zali
zaterdag de jaarlijks© Zeeuwse Ze|
dingsdaig worden igehouden,
seend 'door de Rayon Zendingsccmiiy
der Ger. Gemeenten Classis Middeki
De daig bestaat uit een middag-^
een avondbijeenkomst, resp. l
om 3 eri om 7 uur.
Als sprekers zijn uitgenodigd: ds, 3
Rijksen uit 2ïoetermeer, dhr. Cv,}
Boverikamp uit Waarde en 'ds. P. Ht^
koop tdt Kampen.
Voor de avondbijeenkomst: ds. I
Driessien, Oostkapelle, dr. SchoonJioia
Zendingsari^s in Nigeria en üs. G,
Zijderveld te Middellbung.
HERKINGEN
OlieboUendag. Op D.V. donderdajl
november a.s. zal door de Zendinfl
krans der Geref. Gemeente een 1
lendag worden georganiseerd. Deze
oliebollenbakkerij zal gevestigd zijn
de garage bij de heer M. de Geus,
Nieuwstraat 7. Op dit adres kunnen 1
oliebollen worden afgehaald. Bestelliii
gen kunnen voordien reeds worden
gegeven bij mevr. Snijder-de Geus p
Nieuwstraat 13a, tel. 243.
Telefoonnummers die men weieiL
moet. Diegenen die telefoonaaBsliJ
ting hebben gekregen, maar nog t
in het bezit zijn van de kaart met^
telefoonnummers van Politie, Braii
weer en Artsen, kunnen deze Icaart M
halen bij J. A. de Klerk, Nieuwstraat!]"
alhier.
Verkoping. D.V. vrijdag 7 novemlj
zal de Zendlngskrans der Geret. &1
meente haar jaarlijkse Verkoopdag li«|
den in het Verenigingsgebouw
Huis" aan de Scharloodijk. Er zal
van alles te koop zijn. De openings!
den zijn van 's middags 3 uur tot s
avonds 9 uxir.
IGroenew
llllllllllllllllllllllll
ian de
[laan 1 te
ïndienstt
Iet sala
r,8»/o vak
SoUicita
'"binnen
lorgen,
de me"
de M
^wegens
laakt U
iezen ui
Prachtige
van nerts
len. Hoo
poupe, v(
oare prij;
Eorme se
3essins.
nes met
(lodellen
3ok een
looiers,
Jodieus
twaliteit
ttUevllet
Bus
i^'olop pa
Mi
door M. DE KRUIS.
18
Net voordat Steven „ree?" zal roepen
om de eerste gang te gaan schreeuwt
Jan van voor de mast: „Door de wind?
Een mijn vlak voor ons?"
Zijn schreeuw is een angstschreeuw.
Dat hoort Steven aan het geluid.
Roer om, andere zwaard eronder, zeil
overzetten, zijn anders gewoontebewe
gingen. Nu worden ze onder spanning
volbracht, want ook Steven heeft de
ster gezien, tien meter voor de schuit.
En door de vrind ben je gauw genoeg,
maar de eb sleurt de schuit mee in de
richting van het duivelse ding met zijn
tentakels.
De spanning is een ogenbUk bijna on
houdbaar. Van alles gaat door de man
nen heen... Hij ligt met de schuit bijna
dwars op de wind. Het roer heeft hij
vast of hij het nooit meer los wil laten.
Zijn staalblauwe ogen boren door het
halfllcht.
Ze zoeken de mijn.
Zijn ze 'm kwijt? Waar drijft-ie?
Plotseling ziet Steven 'm twee meter
dwars van de schuit aan de loefkant op
de kop van een golf.
De mannen schreeuwen tegelijk:
„Daar gaat-ie?
Jan komt naar achteren.
„Da's om je kapot te schrikken jó,
zegt hij".
Ja, die eerste jaren van de oorlog
waren gevaarlijk, maar goed voor de
vangst. Beste jaren waren het zelfs.
Veel VcUigen en weinig stukken, dat
was naar de zin van de directie.
Natuurlijk zakten de prijzen naar
mate de oorlog langer duurde. Maar die
eerste jaren
De verhoogde vangst wordt nog ver
oorzaakt door de met succes bekroonde
eerste „regeringsdaad" van Steven.
Wanneer hij bij „de Vlinders" lag,
keek hij vaak noord-in, dus in de rich
ting van het Sluise Gat, meer naar de
noordkant van de Maasmond. Hij zag
er bij goed weer de gomet vissers hun
kor trekken en de gedachte had hem
dikwijls bekropen om daar te gaan vis
sen.
Dicht bij de branding? Ja.
Veel zee bij brede wind? Ja.
Maar wat zou dat?
Op een dag ging hij met Jan Roedolf
peilen.
Jan was zijn maat, evenals hij vroeger
van Jan Prins.
De peUlng kwam goed uit. Zetten dus.
Maar ja, eerst met de baas praten.
Als het over vangen gaat is Veltenaar,
de ouwe Jaap, zeggen ze, een en al oor.
'k Zou 't maar proberen. Steven",
zegt hij, „maar pas op".
Steven hoort in dat laatste een waar
schuwing: wanneer het goed gaat, nou
ja, maar als er veel stukken komen,
berg je dan.
De steken komen er.
Steken?
Ja, twee. Een met vier fuiken: ebfuik,
vloedfuik en twee binnenfuiken. En het
wordt een succes. Twee, drie, op een
keer vier zalmen in een fuik.
Ongelooflijk!
In het najaar nog al wat kapotte sta
ken door hoge vloed en zeegang, maar
dat is, minder, de baten overtreffen de
schade.
De mensen, die lichten moeten, zien
er wel een beetje tegenop om bij felle
bries naar „de Hoek" te moeten, zoals
Steven de nieuwe plek genoemd heeft,
maar ze gaan, als ze weten, dat de baas
er de hand niet voor omdraait.
Trouwens Steven went zich aan om
bij een felle bries uit het westen of
daaromtrent zeU maar te gaan lichten.
Behalve Jan Roedolf vertrouwt hij er
niet veel en bovendien, als er een „goeie
gelegenheid" is, vangt hij graag zelf.
Dat is misschien kinderlijk, maar zeker
niet kinderachtig.
Het gebeurt nogal eens, dat Stevens
oudste naar het Havenhoofd wordt ge
stuurd, om te kijken of vader er nog
niet is.
Dan is het soms al donker.
Greta hoort de wind in de schoorsteen
en vreest.
„Ga jij maar 's effe kijken", zegt ze
dan.
Dat dit kijken de thuiskomst geen
seconde bespoedigt, ontgaat haar. Rien
lust dat karweitje wel. Vóór de wind
naar het Hoofd vliegen en dan achter
de heg bij Veldhoen een oppertje zoe
ken, luisteren naar klappen van het
zeil bij de eerste gang op de haven.
Maar dat duurde soms zo lang!
En als vader dan de haven binnen-
zeUde, riep hij: „Dag vader!"
GEEN ANTWOORD.
Misschien door de wind.
Wellicht vond Steven het ook niet zo
letxk, dat er angst om hem was.
Dikwijls kwam hij langs de stap om
hoog en zei dan: „Wat doe jij nou hier,
jongen. Ga maar gauw zeggen dat ik
kom".
Thuis bromt hij dan zachtjes tegen
Greta: „Je mot die jonge niet door dat
weer sture".
„Heb je nog wat gevangen met dat
weer?" vraagt Greta voorzichtig.
„Ja, we hadden er twee-en-veertig,
maar 't was vechten om ze er uit te
krijgen. Dat gaat alleen met een vent
als Jan, met de rest verzoop je met dat
weer".
„'t Ken wel wat minder, hè" vraagt
Greta.
„Nee, maar 't is waar", verontschul
digt Steven zich. Er staan daar aan „de
Hoek" bonken water waar je maar niet
naar moet kijke. Maar affijn, we zijn
er weer. Je mot die jongen niet meer
sture. Dat helpt toch niks en hij staat
maar kou te lije".
„'k Beloof het je, maar ik ben hele
maal niet van plan om het te laten".
Er wordt gelachen en daarmee is de
zaak uit.
„Hè, hè, hij lacht 'n keer", denkt
Greta, „je kunt zien dat het goed gaat".
De lach blijft bij Steven altijd beperkt
tot een glimlach. Schateren doet hij
nooit.
Het gaat goed met „Arbeid adelt"
niettegenstaande de oorlog, of liever de
mobilisatie.
Nieuw leven birmen bepaalde gren
zen n.l. die om de visserij en het huis
van Steven en Greta.
In '39 is de boeier gemotoriseerd.
Wülem van Malden is schipper gewor
den.
Hij doet het goed.
Er is een nieuwe schouw gekomen.
Tenslotte: Greta verwacht een baby
en ze maakt het best.
Wanneer de derde jongen wordt ge
boren, heeft ze het niet best, maar komt
er door. Nou zetten we er maar een
punt achter, besluiten Greta en Steven.
Expansie op de terreinen, die zij kun
nen overzien.
Maar ook op veel breder terrein.
Duitsland heeft last van groeistuipe»]
De keizer loost zijn oorlogszucht.
escalatie, een mooi woord voor trai
gewijze ontwikkeling, gaat beginne
een wereldoorlog.
Hier mobilisatie.
Inkwartiering.
De visserij en ook het gezin van Sif|
ven en Greta krijgen er mee te ffis»"
De kamer naast de ouwe schuur
waar gegeten wordt, waar de spii|»
van de vissers hangen: laarzen, oM^J
sen, en waar Steven 's winters zi'
breien, wordt op een Icwade dag g^""
derd door een marine-officier.
Het is de bedoeling, dat de bew»
ning van een klein oorlogsvaartuig 1
onderdak krijgt. Binnen een v;
dat gebeurd. Een beetje luidruciii:*
stalleren de mannen zich en versto-^
van nu af aan de weinige privacy
de steekvissers.
Natuurlijk ergert Steven zich ai
deze dingen en vraagt of ze met 7.ri
tienen de Maasmond moeten verdew
en of ze weten wie er van P'^,*^],).
onbevaarbare Maasmond binnen te
men. De mannen halen hun schoude^^
op. Ze worden gestuurd en daar is
mee gezegd.
De ergernis van Steven vlakt g^
af, als blijkt dat die marineroan"^"|,|
leuke, vlotte kerels zijn, die het vis
rijbedrijf verder niet hinderen.
(fVordt T#i
GR