I illAIIDEn - flIEUWS paasvReuQöe Ministers Boersna en Stuyt Ontoelaatbaar dat melk de sloot Ingaat LIEGERS OOR ICTORIE Het spel begint Branden in 1972 LAAGVELD Geslaagde verkeirs- avond in „Haveiizioiit" Goede Vrijdag Pasen f blad Vrijdag 20 april 1973 No. 4181 KIJKVENSTER -k C. KIEVBT Zn. Centrale Verwarmiug Wij zingen ons lied. Hem de glorie alleen! Door onze twijfels en tranen heen Wringt zich het lied der bevrijding. Hij is het donkere gi'af ingegaan Om daar voor ons de dood te verslaan. O heerlijke, machtige tijding! Nu luiden de klokken de Paasvreugde in, Nu krijgt het leven een nieuw begin, Nu kan nooit de vreugde meer doven. Wel worden er altijd weer leugens verspreid, Twijfels gezaaid, en tranen geschreid Door hen die in Christus geloven, En als we niet wisten in al onze smart Dat Hij ons beveiligt, ons sluit aan Zijn hart Waar moesten vnj mensen dan blijven? Maar inu is er uitzicht, nu is er het lied Dat twijfels en tranen, ja al ons verdriet Altijd opnieuw zal verdrijven. Lanerta. NAAMSVERWISSELING MEDiTATië v-v I t jullie n met wilt willen er Ge- eente. an r'lo of 5"''" chts 1 -een te tvangt blik op kerk en samenleving De nieuwe V.U. Grote offers Kwantiteit en kwaliteit In tegenwoordigheid van een groot mntal genodigden, onder wie Koningin Juliana en met verschillende spranlce- leiide toespraken, is vorige week het nieuwe hoofdgebouw van de Vrije Uni versiteit in Amsterdam op feestelijke wijze geopend. Er is in menig opzicht veel vferanderd sind? 20 oktober 1880, toen een beschei den begin kon worden gemaakt met de VU. in het bekende en historische pand aan de Keizersgracht. Misschien is het interessant, iets van de voorgeschiedenis op te halen. In 1878 werd de „Vereniging voor Hoger Onder wijs op Gereformeerde Grondslag" op gericht. Deze vereniging was als het ware uit de nood geboren. Abraham Kuyper, die de stuwende kracht op de achtergrond was, zag kerk en maat schappij door grote gevaren bedreigd.; De herziene Wet op het Hoger Onder wijs liad de theologische faculteiten van de Rijl:s Universiteiten praktisch om gezet in faculteiten van de godsdienst- 'wetcnschap. Het behoeft geen nadere uitleg dat de vrijzinnigheid hierdoor breed terrein zou winnen en dat de op leiding van de toekomstige dienaren des iWoords nóg meer in modernistische zou geschieden dan reeds het geval iwas. Maar dat niet alleen: op alle ter reinen van de wetenschap zag Kuyper terecht een steeds verdergaande lontkerstening optreden. Kuyper wilde dan ook niet alleen gihelpen voorzien in de behoefte der kerk laan rechtzinnige theologen, hoewel de- Ize factor zeker niet te verwaarlozen is. Maar méér ^oë wilde hij pogen de we tenschapsbeoefening in bijbelse en cal vinistische geest te bevorderen. Zó kon de Vrije Universiteit (vrij, om dat ze niet gebonden wilde zijn ten aan zien van het karakter van het onderwijs, noch aan de kerk, noch aan de staat) in 1880 van start gaan. Aanvankelijk wa ren er slechts drie faculteiten: theolo gie, rechten en letteren. In 1930 kwam i<iaarbij de faculteit van de wis- en na- ttuurkunde, in 1948 die van de sociale en leconomisdie wetenschappen, en in 1950 'l de medische faculteit. Tot 1948 toe bestonden de inkomsten van de V.U. voor verreweg het grootste t deel uit vrijwillige bijdragen van ker- 'Iten en particulieren. Pas in dat jaar is een subsidieregeling tot stand gekomen waarbij een aanzienlijk percentage van de bouw- en exploitatiekosten ten laste fyan het Rijk kwamen. Het is ongelooflijk wat de kleine luiden" van Kuyper, maar ook de vol gende generaties voor hun V.U. bij el- i kaar hebben gebracht. In elk gerefor- ïmeerd gezin vond men de bekende V.U. ybusje, en om dat naar behoren te kun- Inen vullen hebben vele gezinnen zich Joffers moeten getroosten die hun draag- racht te boven gingen. De V.U. is tot grote bloei gekomen, jvooral in de jaren na de Tweede Wereld porlog. De laatste mij ter beschikking gtaande gegevens dateren uit het jaar "'"0. Toen telde de V.U. ruim 80 hoog- feraren en ruim 3000 studenten. Dat ^antal zou op dit ogenblik weleens ver- |dubbeld kunnen zijn. Of de kwantiteit van hoogleraren en Istudenten ook evenredig is aan de kwa- ^teit is een vraagNatuurlijk niet Tfat het wetenschappelijke karakter be seft. Wat dat betreft mag de V.U. er Izijn en hoeft ze niet onder te doen voor pelke Universiteit dan ook. Maar de ingereformeerde grondslag" waarop de |"U. de jaren door heeft gestaan is niet neer zo hecht. Alleen al het feit dat Dr. jviersinga een paar jaar geleden aan Itee Universiteit kon promoveren op Tijn dissertatie waarin hij het pleit voer- .We voor een alternatieve verzoenings- lleer, zegt genoeg. Om van de hooglera ren Kuitert en Augustijn maar te zwij gen. Maar daar willen we in dit ver band niet dieper op ingaan. We mogen wèl met dankbaarheid vaststellen, dat de Vrije Universiteit in haar betere jaren veel heeft bijgedra gen tot de vorming van de predikanten der Gereformeerde Kerken niet alleen, maar ook tot een reformatorische we- tensohapsbeoefening, waaraan een bre dere kring dan alleen die van die Ge reformeerde Kerken veel te danken heeft. Dat te memoreren was ons een be hoefte bij de opening van het nieuwe V.U.-gebouw. En dan maar hopen en bidden dat het weer zal worden ver staan: „Academia Reformata semper re- formanda" (Een Universiteit die gere formeerd is, moet altijd weer gerefor meerd worden) 4 WAARNEMER. (f.> 9). SOMMELSDUK Telefoon (01870) 2609 Met het paasweekeind vangt voor de zaterdagvliegers de eerste wedvlucht aan. Weliswaar voor de meeste vereni gingen nog een africhtingsvlucht al zal hier en daar wel om een flinke dosis paaseieren worden gevlogen, doch feit is dat het spaarvarken nu moet worden geslacht en dat ook de eerste overwin ningen, maar ook de eerste verliezen zullen worden geboekt. Telkenjare gaan er bij de eerste africhtingen al vogels verloren. Reden is misschien dat deze dieren een niet waarneembaar gebrek hebben gekregen of dat door opzitten de gehele winter het oriënteringsvermogen sterk is achteruitgegaan. De concurren tie heeft inmiddels niet stil gezeten en spanning zal er weer volop zijn. Wie mee wil doen naar een kampioenschap moet hagel of sneeuwbuien ten spijt zijn vliegmateriaal inzetten. We Jiebben de ze week geaarzeld, in onze contreien begint men nog vroeger, maar de kans om een wintervakantie voor het gezin te winnen voor degene die de meeste punten behaalt, deed ons besluiten toch maar een aantal vogels aan de koude noordwestenwind over te leveren. Het bleek dat de ongepaarde jongen, die er bij het uitlaten nogal eens een lollig dagje van maken, hun oriënteringsver mogen het best hadden behouden, zij waren de bekende cracks te slim af. Hieruit blijkt toch wel dat opteren een goede zaak is, vooral als men bij onbe stendig weer moet spelen. Met schitte- In het nummer van j.l. dinsdag plaatsten we een verslag met foto die helaas wat slecht overkwam van de uitreiking van de Flakkee-cup. In het onder- sciirift bij de foto maakten we een vergissing. De jongeman die de cup won is niet, zoals we schreven Leen van Nimwegen, maar Swier Garst van O.K.K. te Oude Tonge. rend vliegweer kan men gerust oude duiven een grote sprong laten maken. De januari-jongen zijn wanneer raen ze 's morgens vroeg uitlaat spoorslags verdwenen en kunnen uren vliegen. Hun door het tijdens de kweek uitermate zachte weer loszittende pluim dwarrelt er met de felle wind uit en het hok ziet er soms uit als ware het in de herfst. 'Geen ongerustheid, zieke duiven ruien niet en willen ook het hok niet uit als de klep open staat. De tweede ron de voor het merendeel nu kaal in de pan zal de eerstejaars weer wel klop geven want zo is het telkenjare geweest als de drachten van meer dan 200 km kwamen. Internationaal Pau een krachtmeting tussen fondspelers uit de Benelux, Duitsland en Noord-Frankrijk wordt een dure zaak. Ons land mag dit jaar meedoen met 300 duiven, terwijl per liefhebber niet meer dan vijf duiven mogen worden Ingeschreven. De kosten per duif zijn 22,50 te storten op de Rabobank te Eckelrade onder vermel ding „Pau" rek. nr. 11.32.012.57.. Wie meent duiven te hebben die de weg van Italië naar Nederland met tenminste 1 overnachting op eigen kracht kunnen terugvinden kan meedoen. Het is alleen weggelegd voor de allersterksten. Om hem daartoe in de Kamer ge stelde vragen heeft de Minister van Landbouw en Visserij geantwoord, dat voor consumptie aangeboden postdui ven, die vanwege ziekten door tylan of antibiotica zijn behandeld een te ver waarlozen bezwaar voor de volksge zondheid opleveren. De gebruikte hoe veelheid medikamenten is over het al gemeen zeer gering, bovendien worden slechts zelden zieke dieren aangeboden, aldus leerde een onderzoek op de pluimveemarkten. SmT ANNALAND Vrijdagavond werd in Hotel „Haven zicht" te Sint-Annaland een goed ge slaagde verkeersavond gehouden, waar bij o.a. aanwezig waren dhr. J. W. van Popering, voorzitter van de afdeling St. Annaland van Veilig Verkeer. Later op de avond kwam ook dhr. Th. Pfann, districtsconsulent.i Zeven deelnemers hebben de verkeerscodecursus gevolgd en kregen een diploma met speldje. Dat waren mevr. B. J. Aarnoudse-van As- peren en de heren A. Heijboer, C. den Braber, J. Gunter, G. Potappel en P. de Witte, Verder werd er op deze avond een verkeersquiz gehouden tussen de vier transportbedrijven uit St. Anna land. Het Transportbedrijf W. J. Heij boer won met 59 punten de wisselbeker van Transportbedrijf J. van 't Hof. Het aannemingsbedrijf Johs. Moerland won met 58 punten en werd tweede. Verder werden er nog enkele filmpjes vertoond. Ook waren er nog dia's. Het was een leerzame en een gezellige avond, waar bij nog een fruitmand op zijn Ameri kaans verkocht werd, die 33,ople- verdej „En Jozef het lichaam nemende, wond het in een zuiver fijn lijn waad en leg-de het in zijn nieuw gmf". Matth. 27 55-60. Jozef van Arimathea, na van Pilatus verkregen te hebben, dat het lichaam van Jezus Christus werd afgenomen van het kruis en hem werd gegeven om het te begraven, heeft een zuiver lijk laken genomen en ook welriekende zal ven gekocht, zelfs voor een grote som, en Hem begraven in een nieuw graf, dat hij voor zichzelf had laten makenhet welk in een steenrots was uitgehouwen. In deze begrafenis begon onze Heere Jezus Christus reeds de vrvicht van Zijn dood te tonen, n.l. dat Hij weldra moest komen in de Heerlijkheid Zijner op standing en God heeft dat meteen wil len openbaren. Zo zien wij hier een on feilbaar getuigenis, opdat bij zoveel schande als waarvan wij in de geschie denis lezen, welke ons zou kunnen ver ontrusten ons geloof doen wankelen, wij toch mogen opmerken, dat God altijd voor Zijn enige Zoon als Hoofd der Kerk en Zijn Geliefde heeft zorg gedragen; niet alleen opdat wij op Hem konden hopen, maar tevens zouden verwachten, naardien wij leden Zijns lichaams zijn, dat Gods vaderlijke zorg zich evengoed over ons zal uitbreiden, en over een iegelijk van hen die op Hem hopen. Intussen is er ook dit nog, dat Hij gelegd is in een nieuw graf, wat geens zins gebeurd is zonder de bijzondere voorzienigheid Gods. Want Hij kon evengoed gelegd zijn in een graf, dat van overlang gebruikt was.i Maar God had er anders in voorzien en gewild, dat onze Heere Jezus gelegd w^erd in een nieuw graf, waar nooit iemand in geweest was. Want het was ook niet zonder oorzaak, dat Hij genoemd wordt de Eersteling der Opstanding en de Eerstgeborene uit de doden. Men zou intussen kunnen zeggen, dat velen gestorven zijn en het leven deel achtig gemaakt vóór onze Heere Jezus Christus. Lazarus was opgewekt. En wij weten ook dat Henoch en Elia wegge nomen zijn, zonder op natuurlijke wijze te sterven, en opgenomen zijn in een onverderfelijk leven. Maar dat alles was afhankelijk van de opstanding van onze Heere Jezus Christus. Hem moe ten wij dus houden voor de Eersteling. JOHANNES CALVIJN Maar laat ons nu ook bedenken, dat in het graf van onze Heere Jezus Chris tus een andere geur moest zijn, die van veel beter en groter kracht is, dan de specerijen, waarover wij gesproken hebben. Het lichaam van Christus moest geheel vrij van verderf zijn. De balsem heeft dat niet kunnen teweeg brengen. Slechts omdat gezegd was, dat God niet zou toelaten, dat Zijn heilige verderving zou zien, is als door een wonder onze Heere Jezus voor alle ver derf bewaard gebleven. En verder, om dat Hij vrij van verderf is geweest, zijn wij nu ook ten volle verzekerd van de heerlijkheid der opstanding, die ons reeds is geopenbaard. Wij zien derhalve nu, dat de geur van onze Heere Jezus zich uitbreidt tot ons, zodat wij er door levend gemaakt worden. Wat rest ons dus? Dat wij Hem niet meer gaan zoeken in het graf, zoals de vrouwen deden, wier onkunde en zwak heid ons nog van nut zijn geweest. Maar laat ons het oog naar Boven richten, omdat Hij ons daar roept en lokt. Hij heeft ons de weg daarheen gewezen, en ons verkondigd, dat Hij Zijn hemels Koninkrijk in bezit heeft genomen om er voor ons plaats te bereiden, wanneer wij door het geloof Hem daar zoeken. Zo zullen wij dus weten dat onze Heere Jezus gewild heeft ons te over tuigen van Zijn opstanding, omdat daar in alle hoop ligt op onze zaligheid en al onze gerechtigheid, als wij n.l. maar waarlijk weten, dat onze Heere Jezus is opgestaan. Niet, dat Hij ons niet door Zijn lijden en sterven heeft gereinigd van al onze ongerechtigheden, maar Hij moest in die vernedering niet blijven.! Hij moest de kracht van Zijn Heilige Geest beto nen en geopenbaard worden als de Zoon van God. Vandaar, dat ook wij moeten verzekerd zijn, dat onze Heere Jezus als de Opgewekte wil, dat wij tot Hem ko men en dat de weg voor ons open ligt, en Hij niet wacht tot wij Hem zoeken, maar dat Hij bewezen heeft, toen wij geroepen werden door de prediking des Woords, die door de m.ond van Zijn ge zanten tot ons kwam, dat Hij het is, die ons heeft verkoren. Daar dit nu zo is, hebben wij te erkennen en ons te ver heugen over de gerechtigheid, welke wij in onze Heere Jezus Christus hebben om daardoor tot de hemelse heerlijkheid te geraken, aangezien Hij van ons niet gescheiden wil zijn. JOHANNES CALVIJN Zonder zich te willen mengen in het arbeidsconflict in de zuiivelindustïie, zijn de Tweede Kamerleden Beekmans en Terlouw van mening dat de overheid maatregelen dient te nemen die waar borgen dat melk die niet kan worden verwerkt, op een wijze wordt afgevoerd die zo min mogelijk schade aan het mi lieu berokkent. Op desbetreffende schriftelijke vra gen antwoordt de minister van land bouw en visserij, drs. J. Boersman, te vens namens zijn ambtgenoot van volks gezondheid en milieuhygiëne, dr. L. B. J. Stuyt, dat het de centrale overheid niet mogelijk is om, zonder de aard van eventuele akties te kennen en zonder zich in het onderhavige arbeidsconflict te mengen, te voorkomen dat melk op het oppervlaktewater wordt geloosd. Naar de mening van de bewindsman behoort het tot de verantwoordelijkheid van betrokkenen, rekening te houden met het feit dat het lozen van melk op het oppervlaktev/ater om redenen van algemeen belang ontoelaatbaar moet worden geacht. Hij gaat er dan ook van uit dat de bedoelde voorzieningen zullen worden getroffen. Het teweeg brengen van deze verontreiniging kan tot straf rechtelijke vervolging aanleiding geven. Melk in het oppervlaktewater heeft een sterk vervuilend karakter. Lozing van 1 liter melk komt overeen met 2 inwoner equivalenten. Weliswaar wordt het produkt na de lozing snel afgebroken, maar dit gaat gepaard met de onttrekking van een zo danige hoeveelheid zuurstof aan het wa ter, dat het normale plantaardige en dierlijke leven daarin gedurende lan gere tijd onmogelijk wordt. Op grond van deze ernstige gevolgen moet het lo zen van melk op oppervlaktewater on toelaatbaar worden geacht. Het Centraal Bureau voor de Statis tiek maakt bekend, dat volgens voorlo pige tellingen de gemeentelijke brand weerkorpsen vorig jaar bij 22.600 bran den zijn opgetreden (21.200 in 1971). Vijf jaar eerder was dit aantal 15.700 en tien jaar terug 13.300. De bekend geworden directe financië le schade bedroeg vorig jaar 280 min. gld. tegen 255 min. gld. in 1971. Voor 1962 en 1967 was dit bedrag resp.i 76 en 170 min. Van de schade in 1972 werd 120 min. gld. veroorzaakt in de nijverheid (excl. bouwnijverheid), 34 min. in boerderijen, 26 min. in woonhuizen en 22 min in winkels. Rond 6.000 branden woedden in woon huizen en 750 in boerderijen, terwijl 750 fabrieken en werkplaatsen en 2.250 straatvoertuigen door het vuur werden aangetast. Bij branden in heide-, duin en veenterrein werd 600 maal opgetre den. In 7.100 gevallen werd spelen met vuur en baldadigheid als oorzaak op gegeven, in 850 brandstichting en in 650 onvoorzichtigheid bij roken. Andere oorzaken, die veel voorkwamen waren aard- of kortsluiting (1.550) en defecten of technische storingen (1.150). Er werden 77 dodelijke slachtoffers en 649 gewonden vermeld tegen resp. 111 en 686 in 1971. door Jan Lourense Verhaal uit de dertiger jaren. 11 "Nou, helemaal een praatje is het ■>wt, eerlijk is eerlijk. Maar ze vallen och wel een beetje mee. Tot morgen, mtrouw Weerloo. We zullen het wel met elkaar kunnen vinden, denk ik". ^fi tippelde zij naar Lankman. Hij tTihemdsmouwen in zijn 'umtjo vóór de keurige woning en keek °f.asd op, toen de onbekende vrij moedig op hem toetrad. dnt mijnheer Lankman? Ja, "«dacht ik weL Mijn naam is Gretha iiii- fi'^' begrijpt het onmiddel- J'^' *k kwam eens heel even met u ^«mis maken. O neen, geneer u niet. vIIa\ ^^'i ogenblikje. Maar ik dm leuker, om nu te komen, elkaar morgenochtend vormelijk te ^»«en en kennis te maken, misschien kinderen er bij". Jf, werd binnen genodigd en heeft er T7;;^wartiertje zitten praten. Juffrouw dmcman de vrouw van het hoofd is Wouw van de onderwijzer juffrouw, IS Gretha in de gauwigheid reeds te weten gekomen bleek een aardig iemand te zijn, veel sympathieker dan mevrouw Verbaan. „Ik heb zowat van uw levensomstan digheden gehoord. Het zal u niet mee gevallen zijn, uw oom en tante te ver laten. En dan zo ver weg! U bent hier welkom, als u het kunt vinden in ons gezinnetje". Dat klonk zo hartelijk en zo gemeend. Hét deed Gretha goed. Want ze is vol bravour, maar ze zit en loopt te denken aan Groningen: wat zouden oom en tante nu doen; zouden ze over mij spre ken? In de kamer naast die, waar ze zaten te praten, klonken geluidjes,] „Een baby?" vroeg Gretha. „Pardon", deed Lankman, quasi ver ontwaardigd. „Al een zoon van drie maanden, wat blieft u?" „O, laat me even, héél even zien", smeekte Gretha. En meteen had zij het hart van vader en moeder gestolen. Ze bekeek de we reldburger en vond hem „een kraan van een vent". „Komt u morgenavond wat langer praten. Het is zo kort". Gretha beloofde het juffrouw Lank man. Bij het hek praatten zij nog even over de school. „Het werd hard tijd, dat Weerloo hulp kreeg. Ze was er vast onder gegaan", zei Lankman. „En wat u betreft, ga ge rust uw gang. Weerloo vindt het wel goed. En de baas is voor eigen werk zaamheid. Hij laat ons zelfstandig, soms te veel. Dat is maar zo'n kleine wenk, ziet u. U zult het wel ervaren overi gens". Met haar zilveren lach, die op klinkt in de stilte van de mooie, nog vrij war me zomeravond Gretha is zonder mantel, haar crèpe de chine, gebloemde jurk flatteert haar in hoge mate, maar dat weet zij zelfs niet eens, haar smaak is zo natuurlijk als wat verdwijnt de nieuwe onderwijzeres. „Twee honderd gulden, mijn lieve stumperd, hoe redt zij zich?" vroeg juf frouw Lankman.i „Snap jij daar wat van? Bij vrouw Verdonk betaalt ze vijf tig gulden in de maand. „Misschien betaalt ze het van haar tekort", lachte Lankman. „Kind, kind, ik voorzie een revolutie op school. Die arme Mathüde, ze ligt er in een week uit, wat ik je voorspel". ,,De kinderen lopen met haar weg". „Goed gezien. Maar ik hoop toch, dat zij met tact zal optreden tegenover Weerloo. Misschien zal ik haar dat nog eens zeggen. Mathilde heeft toch ook weer niet verdiend, als onnut aan de dijk te worden gezet". Luchtig stapte Gretha over de weg, langs de woningen, een hele rij. Elke woning staat alleen. Tuintje er vóór en op zij. Je bent hier niet in een stad. Greet. De mensen hebben hier de ruim te. En de grond kost geen twintig gul den de meter, zoals in Groningen. Bijna overal in de tuintjes zitten of staan mensen. Die kijken haar na, als zij voorbij is. Gretha weet, dat ze op een dorp is en niet in een stad. Dus groet zij de lieden vriendelijk met een vrij luid: „Goeden avond". En menbeantwoord haar groet.i De lui kijken haar na. De meesten weten het al, wonderlijk, zo gauw het bekend is op een dorp: dat is de nieuwe onderwijzeres van de Chris telijke school. Of: dat is de nieuwe juf van ,,onze" school. Zo belandt Gretha weer in de Ber kenlaan. In een eenvoudig huisje, keurig en net overigens, heeft zij haar kamer, haar zitkamer en een kleine slaapkamer. De weduwe Verdonk heeft eigenlijk be doeld, slechts één kamer af te staan, maar de juf stond op een aparte slaap kamer, al behoefde die niet groot te zijn. Toen heeft zij toegestemd, na enig wikken en wegen. Vijftig gulden in de maand is heel wat voor een dorp! En... zij kan het wel gebruiken, de weduwe Verdonk. Die komt uit Laagveld. Zij woont hier nu twee jaar. Haar man overleed. En Hoogveld trok haar, ook al met het oog op de school voor de kinderen, die die lange afstand dan niet meer hadden af te leggen. In Laagveld moest zij werken voor haar brood. Dus in Hoogveld ook. Er is geen verschil. En in Hoogveld wo nen eigenlijk de mensen van de ge meente. En dominee Hengema, die voor haar uitziet, evenals zijn vrouw. En mevrouw Botterweg. Zij naait, stopt en breit, al naar gelang er te doen is. Van de fabriek heeft zij een klein pensioen. Ze komt er, maar het is uit kijken, De komst van juffrouw Verlaan uit Groningen is een uitkomst. Daar komt bij, dat die haar eigen meubelen heeft meegebracht. Niets geen slijtage. En dan vijftig gulden in de maand, 't Is meegenomen, 't Lijkt een aardige juf frouw ook. Die moet wel bemiddeld zijn, want ze verdient zestien gulden in de maand en betaalt er haar al vijftig. En dan keurig in de kleren. Haar kenners oog heeft het al lang gezien: stof eerste klas. Die kijkt niet op een gulden, als ze een japon koopt of iaat maken! „Zijn de kinderen al naar bed, juf frouw Verdonk?" „O ja, al een uur, juffrouw. Zó vroeg is het niet meer". „Neen. Onwillekeurig wordt het laat. Ik legde al drie bezoeken af. Nu ken ik tenminste mijn aanstaande collega's een beetje. Mag ik wat bij u komen zitten? Hebt u het nog druk? Wat een snoepe- rig jurkje! Smokwerk, niet? Ik zou er geen geduld voor hebben. Maar mooi is het". Ze praten een uurtje. En dan gaat Gretha naar haar kamer, om vervolgens te gaan slapen. Het is een lange dag ge weest. Eerst de vrij verre reis; toen de spanning van de eerste dag in haar ver blijfplaats; daarna nog uit... ze is moe en strekt behagelijk zich neer op haar eigen bed. Haar slaapkamer is klein, maar keurig ingericht. De zitkamer her kent juffrouw Verdonk niet meer. Alles is er uitgenomen, „behalve het behang", glimlachte ze, toen zij het zag. Er is een dameskamer van gemaakt. Heel weinig tegen de muur gehangen, te weinig, vindt de hospita, maar dat schijnt mode te zijn. Een enkele bloem in een vaas. Enige fauteuils. Een schrijfbureautje. Een klein tafeltje in het midden. Smaak, smaak. Gretha slaapt die eerste nacht vijf kwartier in een uur. Het raam staat wagenwijd open. Het is van de heer sende winden af. Van buiten dringt geen rumoer of verkeerslawaai tot haar door. Een enkele maal klinkt vaag de claxon van een het dorp passerende auto, maar dat is alles. Zij hoort er niets van en staat 's morgens verfrist en uitgerust op. En dan gaat zij voor het eerst de weg van haar „kosthuis" naar de school, vergezeld nu door de twee kinderen van juffrouw Verdonk, Kees en Marie, die beiden de school bezoeken. Thuis blijft een lopertje van iets meer dan twee jaar. De vader stierf, toen zij juist ge boren werd (Wordt vervolgd) jil

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1973 | | pagina 5