EiiAnDEn niEuws
De Engelse kerk te Middelburg
PORTRETTEN
Vragen over
fluoridering in
Eerste Kamer
Nieuwe Raiffeisenbank
voor Ooitgensplaat e.o.
Zeeuwse wcmddingen
Wendelmoet
Beverius
2e blad
Donderdag 23 december 1971
No. 4049
C. KIEVIT Zn.
Centrale Verwamüng
DUIVENSPORT
Ook voor
J.
FOTOGRAFIE
ZANDSTRA
SOMMELSDIJS
Fraai pand kreeg plaats in nieuwe wijk (Langeweg)
•k Interieur met moderne accomodatie en apparatuur
Op 31 december 1921, dus juist 50 jaar
„gleden, (werd de Engelse gemeente te
jfiddelburg opgeheven. Er waren zo
goed als geen lidmaten meer, tenminste
oeen Engelsen.! Het waren Nederlanders
die de godsdienstoefeningen bijwoonden,
sommigen vanwege hun studie. Sinds
1815 waren de gemeenten in Middelburg
jn Vlissingen gecombineerd en hadden
samen één predikant. De laatste was
rev. Frater.
De gemeente.
In 1623 werd deze gemeente opgericht.
jlun godsdienstoefeningen hielden ze
eerst in een vertrek van het huis der
ffest-Indische Compagnie. In 1629 kre-
»en ze de kapel van het vroegere Celle-
broers-klooster in gebruik. Deze werd
hun in 1798 als definitief eigendom toe-
oewezen, toen de Fransen in ons land
waren gekomen en de verschillende ker
ken onder de kerkgenootschappen ver
deelde.
Bij de oprichting der gemeente wer
den in de kerkeraad 3 ouderlingen en 3
diakenen gekozen door de lidmaten, uit
dubbeltallen. Later is dat aantal uitge
breid tot 4, Maar vanaf 1872 moest het at
least (op zijn minst) 2 zijn en het aantal
is nooit meer groter geworden.
Zoals overal zorgden de diakenen voor
de bedéling der armen. Ook voor vuur
bij de kerkdiensten en de vergaderingen
van de kerkeraad.
De administratie tussen kerk en diaco
nie liep nogal eens door elkaar, evenals
financiën. Daarom werd er in 1800
sclieiding gemaakt tussen de geldmidde
len van de kerk (kerkefonds) en die van
diaconie (armenfonds). Vanaf dit jaar
moest de diaconie jaarlijks 40,stor
ten in het kerkefonds als bijdrage voor
het tractement van de koster.
Het kerkzegel was een korenmaat,
waarop een kandelaar met brandende
laars en een opengeslagen bijbel ge
plaatst waren, de bijbel met het op-
sciirift: „Holy Bible E.C.M." (E.C.M.
English Church Middelburg Engelse
gemeente Middelburg). Het randschrift
luidde: ,,Let your light shine" laat my
licht schijnen, dit in overeenstemming
met de tekst uit Mattheus 5 16.
Het archief van de gemeente vermeldt
ook de namen van de predikanten. In
1794 stond hier ds. Samuel Wilcocke, die
bij de nadering der Fransen naar Enge
land vertrok. Ondanks dringende aan
maning van de kerkeraad wilde hij niet
terugkomen. Twee jaar later kreeg men
bericht dat hij krankzinnig was gewor
den, toen werd hij uit het ambt ontsla
gen.
Een onverkwikkelijke geschiedenis
was die met de bedrieger en leugenaar
Vorsley, die hier ruim een jaar predi
kant was zonder er het recht toe te heb
ben. In een paar volgende artikelen zal
ik daar uitvoeriger over vertellen.
In 1759 werd het Engels gezelschap
opgericht, in hoofdzaak bestaand uit le
den en oud-leden van de kerkeraad. Het
was een gezelligheidsvereniging, die nu
en dan eens een aardige maaltijd hield
en een uitstapje naar Domburg maakte.
De volgende eeuw werd men ernstiger
en liield men zich vooral met kerkelijke
aangelegenheden bezig.
De kerk.
Zoals ik reeds zei is hun kerk de ka
pel van het vroegere Cellebroerskloos-
ter. Deze monnikenorde hield zich voor
al bezig met het begraven der doden.
Een soort middeleeuwse begrafenison
derneming dus. Ze vestigden zich hier
tussen 1471 en 1484., Achter het stadhuis
werd rond een binnenplaats hun kloos
ter gebouwd. Drie zijden werden inge
nomen door de woningen der monniken,
ie zuidzijde werd de kapel.
Toen in 1574 Middelburg na een 2
jarig beleg door de Geuzen op de Span
jaarden veroverd werd, mochten de r.k.
seestelijken de stad verlaten. Maar de
Cellebroers bleven hier wonen, ze zet-'
ten hun werk gewoon voort. Hadden ze
misschien de „nieuwe leer" aangeno
men?
Ongeveer een halve eeuw later kre
gen ze er ander werk bijhet verzorgen
van krankzinnigen, „simpele lieden".
Daartoe werden er enkele verbouwingen
aangebracht en kreeg het klooster dus
een andere bestemming. De naam Celle-
oroersstraat werd veranderd in Simpel-
iiiiisstraat, een naam die het smalle
«raatje tot nu toe behouden heeft.
Naast de kerk staat nog een deel van
het oude klooster, gebouwd van Zeeuw
se moppen, dat nu dienst doet als woon
huis. Het slot van de deur heeft de vorm
van een burcht. In de deur is een getra
lied kijkgat en erboven hangt een hou
ten bord, dat met sierlijke kruUetters de
oude bestemming aangeeft: „'t Simpel-
huis".
Tot in de Franse tijd heeft het ge
bouw gediend als krankzinnigengesticht,
toen is het opgeheven.
Het vroegere simpelhuis werd in 't
vervolg (vanaf 1816) gebruikt voor.soep-
kokerij. Arme mensen konden in het
soephuis een pannetje eten gaan halen'.
Dank zij de weldadigheid van een rijke
Middelburger werd deze „centrale keu
ken" in 1846 nog aanzienlijk uitgebreid.
Een steen in het gebouw herinnert hier-
„Daniël Jacques de Superville
overleden den 18 september 1846
Ten behoeve zijner verarmde
stadgenoten".
Hij was directeur van de in- en uit
gaande rechten en accijnzen en stierf
kinderloos. Des zomers woonde hij op
het slot Ter Hooge.
Omstreeks dezelfde tijd dat de oude
kloostergebouwen gebruikt werden tot
verpleging van krankzinnigen, werd in
de kapel een tapijtfabriek opgericht.; De
tapijtwerker Jan de Maeght heeft hier
ook de gobelins vervaardigd die nu in
diverse Abdijgebouwen hangen, o.a.
twee grote in de leeszaal van de Prov.
Bibliotheek.
In 1956 is deze kapel, die tot 1921 als
Engelse kerk diende, fraai gerestaureerd.
Ze is nu eigendom van de Ned. Her
vormde gemeente en wordt wel gebruikt
voor jeugddiensten en huwelijksbevesti
gingen. Met zijn 125 a 150 zitplaatsen is
het kerkje hiervoor uitstekend geschikt.
Het zilver der Engelse gemeente (4
zilveren bekers, 2 zilveren kannen, ge
bruikt bij het H. Avondmaal, en het zil
veren doopbekken) zijn bij de opheffing
der Engelse gemeente eveneens aan de
Ned. Herv. Kerk gekomen.
Middelburg.
L. van Wallenburg.
BOMMELSDIJK
Tela<ooii (0U7«) t809
MIDDELHARNIS
P.V. de Reisduif te Middelharnis or
ganiseerde op 9 en 10 dec. haar jaarlijk
se tentoonstelling in hotel Zaaier. Er
was voor deze tentoonstelling grote be
langstelling, niet minder dan 300 duiven'
werden ingezet. Als keurmeester trad
op de heer Mourik uit Krimpen a.d.
IJssel. Om de heer Mourik enigszins
te ontlasten werd de heer A. Schuur
man verzocht om twee klassen late
jonge te keuren.
De resultaten waren als volgt:
KI. 2 Fond Doffers: 1. D. van Lente,
Stellendam. 2. M. Kievit. 3. Joh. Groe
nendijk.
KI. 2 Fond Duivinnen: 1. Joh. Vis van
Heemst. 2. J. Kastelein. 3. Joh. Groe
nendijk.
KI. 3 Midfond Doffers: 1. D. van Ours,
Stellendam. 2. L. Dubbeld. 3. A. Peek-
stok.
KI. 4 Midfond Duivinnen: 1. J. van
Seters, Stellendam. 2. M. Kievit, P. v.
Geest, Nieuwe Tonge.
KI. 5 Vitesse Doffers: 1. Joh. Vis van
Heemst. 2. C. Polder. 3. H. Noordijk.
KL 6 Vitesse Duivirmen: 1. A. v. d.
Linde. 2. Joh. Vis van Heemst. 3. L.
NeLs.
KI. 7 Jonge Doffers 0-150 km,: 1. C.
Polder. 2. J. Springvloed-Dubbeld. 3. L.
Dubbeld.
KI. 8 jonge Duivinnen 0-150 km.: 1. C.
D. Horseling. 2. C. Vroegindeweij. 3. du
Pree-Melissant.
KI. 9 Jonge Doffers 150-300 km.: 1. P.
v. d: Boogert. 2. Joh. Vis van Heemst. 3.
A. Peekstok.
KI. 10 Jonge Duivirmen 150-300 km.: 1.
De heer VAN DIS (S.G.P. lid van de
Eerste Kamer) heeft op 16 december 1971
aan de Minister van Volksgezondheid en
Milieuhygiëne de volgende vragen ge
steld m.b.t. de fluoridering:
1. Is het waar, dat de Raad voor de
Volksgezondheid van Noord-Holland
heeft erkend, dat het nuttigen van ge
fluorideerd drinkwater door kunstnier-
patiënten gevaarlijk is?
2. Is het de Minister bekend, dat dit
gevaar in Amerika reeds in 1963 werd
ontdekt, maar dat het pas In de open
baarheid kwam door een verslag van
een medisch congres in de „Saturday
Review" van 1 maart 1969?
3. Is het de Minister voorts bekend,
dat bij proefnemingen in het proefsta
tion voor de bloemisterij te Aalsmeer
gebleken is, dat gefluorideerd leiding
water schadelijk is voor meerdere soor
ten snijbloemen, reden waarom de ge
meenteraad aldaar inzake fluoridering
nog steeds geen standpunt heeft willen
innemen en is het de Minister ook be
kend, dat eveneens schadelijke werkin
gen zijn geconstateerd bij planten in de
nabijheid van bepaalde industrieën, die
de lucht met fluor verontreinigen, o.a.
bij de Hoogovens?
4. Is de Minister van oordeel, dat bij
bevestigende beantwoording van vraag
3, gezien de grote schade, die voor de
kwekers in Aalsmeer e.o^ te verwachten
is en mede in aanmerking nemend, dat
inzake het beroep, dat bij de Kroon is
ingesteld n.a.v. de nieuwe beschikking
van 19 augustus 1970 van de toenmalige
Staatssecretaris van Sociale Zaken en
Volksgezondheid, nog geen uitspraak is
gedaan en de studie van de Gezond
heidsraad over alternatieven nog niet is
afgesloten, verdere uitbreiding van de
fluoridering van het leidingwater op dit
ogenblik dient te worden vermeden, in
het bijzonder in die gevallen, waarin tot
de indiening van de betreffende aan-vra-
ge (zoals door de gemeente Amstelveen)
na de instelling van voormeld beroep is
besloten?
5. Wil de Minister bevorderen, dat in
gemeenten waaronder Amsterdam
die te kennen hebben gegeven, dat zij
op grond van een vroeger verleende ver
gunning aan hun voornemen tot fluori
deren over te gaan alsnog uitvoering
zullen geven, van dit voornemen wordt
afgezien, zowel vanwege de gevaren als
bedoeld in de vragen 1 en 2, als omdat
de aangekondigde tariefsverhoging voor
leidingwater het voor velen nog be
zwaarlijker zal maken buiten de
moeite de extra kosten voor het ver
krijgen van ongefluorideerd drinkwater
op te brengen?
6. Wil de Minister tevens in ernstige
overweging nemen, nu volgens een re
cent bericht Zweden zich gevoegd heeft
bij die landen waar fluoridering van het
drinkwater verboden is en in West-
Duitsland in de grensgebieden zelfs d.
m.v. waarschuwingsborden is aangege
ven, waar in Nederland al of niet wordt
gefluorideerd, de bevoegdheid aan de
Nederlandse gemeenten gegeven om een
fluorverbinding in het leidingwater te
mengen, te doen opheffen?
A. v. d. Linde. 2. C. Polder. 3. L. Nelis.
KI. 11 Laatbroed Doffers: 1. J. Kie
vit. 2. du Pree-Melissant, Stellendam, 3.
A. Peekstok.
KL 12 Laatbroed Duivinnen: 1. A.
Verburg. 2. P. v. d. Boogert. 3. H. Noor
dijk.
In de serie van 4 aangewezen dui
ven ging de eerste prijs naar Joh. Vis
van Heemst.
Uitslag verloting: Prijswinnende loten
zijn de no. 1011, 853, 276, 312, 678, 1203,
317, 442, 255, 224, 958, 246.
Het dorp Ooitgensplaat is vanaf dinsdag 21 december verrijkt met een
fraai nieuw bankgebouw van de Coöp. Raiffeisenbank ter plaatse. Vanzelf werd
dit pand in de nieuwe uitbreiding gebouwd aan de Langeweg, de hoofdweg van
het dorp, waar het tussen de panden van dr. P. J. H. Kramers en de heer L.
Meijer een dominerende plaats inneemt. De officiële opening werd dinsdag
middag 2 uur verricht door burgemeester W. M. van der Harst, waartoe de ge
nodigden waren samengekomen in het Verenigingsgebouw „'t Centrum". Ter
bezichtiging voor leden en andere belangstellenden werd een tweetal dagen
„open huis" gehouden, n.l. dinsdagavond van 7 tot 8 uur en woensdagavond van
6 tot 8 uurj
Centrale plaats in de
(dorps)gemeenschap.
De bank heeft vooral de laatste jaren
een sterke groei meegemaakt, waardoor
het huidige pand aan de Molendijk veel
te klein werd. Een vlotte doorstroming
van de cliënten werd sterk belemmerd
door de aanwezigheid, van slechts één
loket. Eén en ander was door een kost
bare verbouwing nog wel op te lossen
geweest, maar dit had dan uiteindelijk
toch een noodoplossing geworden.
Bovendien werd hiermede niet onder
vangen dat de bank aan de Molendijk,
in de gemeente steeds minder centraal
kwam te liggen. De grond voor het nieu
we bankgebouw werd reeds aangekocht
juli 1968 met de bedoeling hier in de
verre toekomst (het bestuur dacht aan
een periode van 10 jaar) eens een nieuw
gebouw neer te zetten. Men had toen
niet kunnen denken dat het nieuwe ge
bouw reeds in 1971 betrokken zou kun
nen worden.
Duur bouw: 10 maanden.
De bouw werd gestart op 26 februari
1971 door het slaan van 41 palen van 10
meter. De bouw is dus in een zeer korte
tijd van 10 maanden gerealiseerd kun
nen worden, dankzij de goede samen
werking tussen architect en de diverse
aannemers, terwijl ook het uitzonder
lijke goede weer een grote rol heeft
gespeeld. Verlet wegens onwerkbare da
gen is practisch niet van toepassing ge
weest.
De bank werd ontworpen door archi
tectenbureau A. Koole te Middelharnis.
Aan de totstandkoming van het gebouw
werkten o.a. mee: Fa.i C. Boeter Zn.
te Middelharnis, metselwerk; Fa. L. C.
Dorsman, Ooitgensplaat, timmerwerk;
Fa. M. Kreeft en Zn. en J. Neels te
Ooitgensplaat, schilderwerk; Fa. A. Wit
vliet en Zn. te Middelharnis, smidswerk;
J. Sprong te Oude-Tonge, loodgieters-
werk en sanitair; Fa. Timmerman, Nieu-
werkerk (Zeel.), natuursteen; Fa. Krui
denier, stucadoorswerk; Kaufmann Be
nelux N.V. te Hilversum, balie met ko
gelvrij glas; Fa. J.i van Maastricht te
Ooitgensplaat, aanlegcentrale verwar
ming. De stoffering werd verzorgd door
de Fa's P. H. van Rossum en J. van
Drongelen te Ooitgensplaat. De aanleg
van de tuin was toevertrouwd aan de
heer Jac. Fun. Het dagelijks toeziclit
was in handen van de heer J. de Kleer
te Nieuwe Tonge en als uitvoerder fun
geerde dhr. W. Peeman te Middelharnis.
In dit verband mogen we ool^; wel noe
men de voorzitter van het bestuur van
de Bank, dhr. Joh. Korteweg, die als
terzake kundig wegens zijn vroegere
firmantschap van de Firma Mosselman
en Korteweg, bijna geen dag voorbij
heeft laten gaan met het brengen van
een bezoek aan het werkobject. Wegens
zijn leeftijd was dhr. Korteweg vorig
jaar al aftredend, maar de leden ver
zochten hem aan te blijven totdat de
bouw voltooid was. Van zijn adviezen
etc. is dankbaar gebruik gemaakt. Door
dhr.i Korteweg werd ook de eerste steen
gelegd. In de hal van het gebouw is op
een koperen plaat o.a. het volgende ge
schreven:
„De eerste steen voor dit bankge
bouw werd op 26 april 1971 gelegd
door Joh. Korteweg Wz. te Ooit
gensplaat".
De bouwstijl.
De gehele bouw Is van moderne uit
voering. De beneden verdieping is op
getrokken uit rode metselsteen, de bo
ven verdieping van geglazuurde witte
steen. Het kantoor beneden heeft een
afmeting van 14 x 19 meter, waarin
kantoor 7 x 9.50 m., ruime wachthal met
kogelvrije balie, personeelskeuken, toilet
machinale boekhouding, directiekantoor,
bestuurskamer, archief, couponkamer en
kluis 4V2 X 6V2 m. (Lips kluisdeur), ter
wijl op de bovenverdieping nog in het
woongedeelte voor de directeur is inge
bouwd de Centrale verwarming en
ruimte voor het oude archief. De kanto
ren zijn ruim en aan de zon-zijde ge
bouwd en mitsdien prettig voor het per
soneel. Ook de eigen home voor de di
recteur dhr. C. A. Roon en zijn echtge
note is de moeite waard gezien te wor
den, mede door het ruime uitzicht. Ten
opzichte van het oude gebouw kan het
personeel thans beschikken over 4 lo
ketten, welke zodanig ingericht zijn dat
toch de nodige privacy gehandhaafd
blijft. Het aantal safeloketten is uitge
breid en gemakkelijker toegankelijk ge
worden,, De loketten zijn thans be
schermd door kogelvrij glas, hetgeen nu
we in 1971 reeds over de 100 bankover
vallen telden toch langzamerhand een
vereiste gaat worden. Over meerdere
telefoonlijnen (no. 207 en 606) kan wor
den beschikt.
Het bestaan der bank.
De bank werd opgericht op 27 februa
ri 1903 in Hotel Hobbel. Het bestuur in
die tijd bestond uit de heren J. v. d. Tol,
J. A. Slis en A. Wagner; de Raad van
Toezicht uit de heren H. P. Waling, J.
A. van Nieuwenhuijzen en M. Breeman;
de kassier was de heer A. van Rossum.
Het kantoor was toen ten huize van de
kassier, de heer A. van Rossum., In 1927
werd een kantoortje met wachtkamer in
gebruik genomen in Hotel Hobbel. Kas
sier was toen dhr. C. J. Oostdijk, thans
wonende te Axel (Zeel.) Na 1945 vestig
de men zich aan de Voorstraat in het
pand van dhr. K. Korte weg, terwijl in
1947 het pand aan de Molendijk in ge
bruik werd genomen, hetwelk in 1959
ingrijpend verbouwd werd.
De Raiffeisenbank „Ooitgensplaat"
heeft zich sinds de oprichting in 1903
mogen verheugen in een steeds toene
mende belangstelling. Meer dan 2300
spaarders gaven de bank hun vertrou
wen, waardoor het totale tegoed in het
bijna 70-jarig bestaan is gegroeid tot een
bedrag van ruim 9V2 miljoen gulden. De
bouw van de nieuwe bank is mede ver
haast door de grote ontwikkeling van de
salaris-rekeningen en de rekeningen
courant.
Van één kassier vroeger (met maar een
gedeeltelijke dagtaak) is de personeels
bezetting thans vijf personen en voor
uitbreiding vatbaar. Het parkeren bij de
nieuwe bank geeft geen problemen. Er
is ruimte genoeg, terwijl de fietsers en
brommers gebruik kunnen maken van
de ingang aan de Rode Kruislaan.
Een gelukwens aan bestuur. Raad van
Toezicht en de heer en mevrouw Roon
en het personeel, die met z'n allen de
laatste weken veel werk hebben verzet,
is hier zeker op zijn plaats. Voorts zij
nog vermeld dat alle ambachtsmensen
keurig werk hebben geleverd.
Voor het oude gebouw aan de Molen
dijk kwamen voor verkoop vijf inschrij
vingen binnen, de laagste was de Geref,>
Gemeente ter plaatse. Aan niemand is
de verkoop gegund. De prijs was een re
den voor het bestuur om hiertoe te be-
sUssen.
Het nieuwe bankgebouw van de Coöp. Raiffeisenbank aan de Langeweg te Ooitgensplaat.
lE^ V OL OVERHAAL
DOOR HERMAN HAGE
19
"Mispunt. Ik vermoed, dat haar
aaer e=n rechtstreeks afstammeling is
m" "-'ï'gemeester Adriaan van der
yli, je weet wel. Of weet je niets
"s^er van die geschiedenis af? Je hebt
«overigens op school geleerd.
In ^^""'^liik wist ik het verhaal nog.
hpio„ '^e Spanjaarden Leiden
"Wegerden. Maandenlang. Er was hon-
Werri? vreselijke honger. Er
cien ratten en muizen gegeten. Om
slott"^ ^'is^elenj De burgerij werd ten-
huift^" opstandig, dat zij voor het stad-
tiiott*' °°P ^^sPe»! en van de burge-
g',7''eiste, dat hij de stad zou over-
zwaiM burgemeester trok toen zijn
aanTt M*^ gezegd: Snij mij maar
shrt en, dan is er wat te eten. De
''5(i geet ik niet over.
Du7ik nog heel goed.
Al neet Aleida van der Werff
fl(>r7™?Pect voor je intelligentie, Wen-
io IS het inderdaad.
Wees nu eens even ernstig en ver
tel wat meer. Zij is lief, dat weet ik al
maanden.i Maar hoe oud? Heeft zij nog
ouders? Zijn er broers en zusters? Wat
is haar vader?
- Hou op! Wat een vragen!
Eigen schuld. Moet je maar het een
en ander vertellen. Je doet zo geheim
zinnig. Is er wat aan de hand? Wees nu
eens aardig. Maarten, 't Is of je de spot
met mij drijft!
Nu alle gekheid op een stokje,
Wendel. Ik zal vertellen. Er is niets aan
de hand tussen Aleid en mij. Alleen dat
we dol op elkaar zijn. Dat is voldoende
niet?
Natuurlijk niet!
Wat! Is het voorons geluk niet vol
doende, dat we dol op elkaar zijn?
Ach, dommerd. Daarover heb ik het
niet. Je moet nog meer vertellen.
O ja, daar gaat-ie dan.
Maarten was de laatste tijden iets
„zwaar op de hand", hoe zal ik het zeg
gen? wat tobberig. Maar nu! Kwam dat
nu door de brief van Aleida?
Hij vertelde, hoe hij kennis met haar
gemaakt had. Dat zij enkele broers en
zusters had. Bijna even oud was als hij.
De geestelijke ligging van het gezin was
die van dominee Siderius.
Ik ben er van onder de indruk geko
men. Wendel, en heb het er soms moei
lijk mee. Helemaal ben ik het niet meer
met vaders opvattingen eens.
Hé, zou hij daarom zo tobberig zijn?
vroeg ik mij af. Piekerde hij?
Wat is haar vader?
Eigenaar van een voUerij. 't Was
een beste zaak, maar ja, de nare tijd.
Verleden jaar waren er nog acht gezel
len plus twee van haar broers.
En nu nog twee gezellen. Dat schrijft
Aleid.
Tja, de omstandigheden worden steeds
slechter. De werkeloosheid is overal
groot. In Amsterdam wordt de helft van
de bevolking bedeeld, natuurlijk mond
jesmaat. In Den Haag staan de grote
huizen der welgestelden leeg. Zij hebben
kleinere huizen betrokken omdat zij
geen personeel meer kurmen houden.
Ik schreef weigestelden. Maar zijn die
er nog wel? Papa zei onlangs: Alles wat
in de laatste eeuw verdiend is, gaat aan
de belasting weg. Die Fransen slokken
wat op! En geen handel van betekenis
meer. De havens van Amsterdam en
Rotterdam liggen vol koopvaarders, die
geen emplooi hebben. We zijn een
straatarm land geworden.
Zo is het.
Maar nu verder Maarten. Ik was nu,
hoewel niet geheel volledig misschien,
tamelijk op de hoogte.
Vertel je het nog niet aan papa en
mama? -vroeg ik<
Dat ben ik van plan. Ik dacht eerst
mama in te lichten, 'k Heb je deze zo
mer al gezegd, dat Van der Werff, het
hele gezin, zonder enige uitzondering, en
de verdere familie ook, vurige Oranje
klanten zijn.
Je bent bang, papa te ontstemmen?
Bang is het goede woord niet, Wen
del. Eenmaal moet het er toch van ko
men of papa ontstemd is of niet. Ik zal
mama eens polsen.
Ik denk, dat je het rustig aan papa
kunt vertellen. Ik ga meer en meer ge
loven, dat papa veranderd is of aan het
veranderen is. Hij zegt wel heel weinig,
maar ik merk het wel. In 1795 was hij
veel vuriger dan nu.
Ik meen het ook opgemerkt te heb
ben. Nu we zullen zienj
Ik had verwacht, dat papa de mede-
delin,g over het contact van Maarten
met Aleida van der Werff met ge
mengde gevoelens zou ontvangen( maar
het tegendeel was het geval. Hij was er
zeer mee ingenomen en vroeg allerlei
bijzonderheden over de Leidse familie.
Ik heb begrepen, dat Maarten opzette
lijk niet over het politiek inzicht der
familie heeft verteld, maar geheel ver
zwegen heeft hij het ook niet.
En mama? Nu, dat heb ik al geschre
ven. Die schreide tranen van blijdschap.
Haar lievelingszoon zou een goede vrouw
krijgen. En, gelukkig geen patriotische!
Nu moet ik bij dit laatste nog een
aantekening maken. Ik heb al eerder la
ten doorschemeren, zelfs meer dan door
schemeren, dat papa en mama politiek
niet gelijk dachten, ook kerkelijk niet
geheel (mama voelde zich beter thuis
onder de prediking van dominee Side
rius dan onder die van papa) maar nu
moet u niet denken, dat daardoor hun
huwelijk niet gelukkig is. Integendeel,
zij houden veel van elkaar.. En we heb
ben een harmonieus gezinsleven. Als ik
het in de toekomst ook zo mag hebben
kan ik alleen God er voor danken,
XXIII
Er gaat een paar dagen door de ker
kelijke gemeente een gerucht, dat niet
bevestigd wordt. Dominee Siderius
zwijgt er over. Later heb ik vernomen,
dat hij er wel met papa over gesproken
heeft, maar die zweeg ook.
Om kort te gaan: er zouden een paar
ouderlingen uit Barneveld in Zierikzee
geweest zijn en die zouden de dominee
hebben gepolst, of hij eventueel een be
roep naar die gemeente zou willen aan
vaarden!
Nu, wie zou zoiets denken in de ver
warde tijden, die wij beleven!
Het gerucht was hardnekkig. Er werd
op gerekend, dat het beroep een feit zou
worden. En ook, dat het zou worden
aangenomen.
Wat drommel! Ik wilde het mijne er
van weten, en zocht Marijke op. Zij zou
toch aan haar boezemvriendin wel ver
tellen of het gerucht waar was of niet?
Zij heeft het mij ook verteld. Het was
waar. Haar vader zou het beroep wel
krijgen en hij had toezegging gedaan,
dat hij het zou aannemen. Maar zij
legde de vinger op de mond mondje
dicht, hoor! Daarop kon Marijke natuur
lijk rekenen.
Ik kwam nog meer te weten. Als het
eenmaal zo ver was zou het dominees
gezin zodra de winter ten einde liep
naar Barneveld verhuizen.
En jij dan? vroeg ik. Ga je dan
voor een paar maanden mee naar Bar
neveld?
'k Weet niet, Ik denk, dat ons hu
welijk vervroegd wordt. Jean, lachte zij
vrolijk, rekent er al op.
En zo is het gebeurd. Het beroep uit
Barneveld kwam en werd aangenomen,
Twee weken voor het vertrek van het
gezin vond het huwelijk tussen Jean
Duchanel en Marijke Siderius plaats.
Terwille van de tijdsomstandigheden
was het een sobere huwelijksplechtig
heid geweest. Wat niet wil zeggen, dat er
geen belangstelling en medeleven en
vrolijkheid was.
De belangstelling kwam niet alleen
van dat deel der gemeente, dat de pre
diking van dominee Siderius begeerde,
maar van de gehele gemeente, ik zou
bijna zeggen van heel Zierikzee.
Er is een vrolijl^e bruiloft met geno
digden geweest. Natuurlijk was ik ook
van de partij. Bij die gelegenheid heb
ik een gedicht voorgedragen, dat ik hier
oversclirijf, dan wordt het goed be
waard.
(Wordt vervolgd.)