Terugblik in het grijs verleden De sloepen van Middelharnis De kindervriend l CAMERA'S ZEISS KlndeAko-i.kfi. Twee drukbezochte kerkdiensten iol de Oud Ger. Kerk te Oosterland KOLFF (door HAN BOOMSMA) U Ook voor KOLFF Mlddttlharnls FOXOGBAFIE o J. ZANDSTRA SOMSIEUSIHJS Rijbewijs voor bejaarden straics korter geldig Overwoei en Struyk Complete Woninginrichting MeUssant - Tel. 01877-1502 of 01879 - 721 J. KEUVELAAR 1 xxxxxxxx 2.x Msd2. 2 JBJLAVDBM-lflBOWS' Vrijdag 30 juli j Tijdens de Franse toezetting in het begin van de vorige eeuw iiad de Mid- delhamisse vissersvloot zwaar onder de druk door de franse bezetters geleden. In de boeken van De Waal en Ver- voom en dr. Verseput komt een uittrek sel voor over die gebeurtenissen uit het boek dat oud-burgemeester U. J. Mijs schreef en dat verscheen' onder de titel: „1V81-1804. Enige bladzijden uit de ge schiedenis van Middelharnis." Misschien is een onzer lezers in het bezit van dit boek, dat ik gaarne zou willen doornemen om een uitvoerige be schrijving na lezing te kunnen ge ven over Middelharnis onder de Franse tijd. De visserij van Middelharnis kwam in de vorige eeuw in een geheel nieuw tijdperk. In dat boek van De Waal en Vervoom, uitgave 1895, staat een zeer interessant artikel 0;ver de visserij, daarom zo interessant, omdat dit arti kel bewerkt is naar gegevens van de heer J. J. Slis te Middelharnis, die wij, en vele oudere Meneersenaren, persoon lijk goed gekend hebben', mede als een der twee laatste reders van vissloepen. Ik neem de volgende alinea uit dit ar tikel over. „In 1817 werden de eerste sloepen gebouwd. De aanbouw van de ze schepen gaf aan de gemeente nog al wat vertier, en werd aangemoedigd door een premie van 250,door de rege ring, geschonken aan elke sloep van be paalde afmeting, bij besluit van 26 febr. 1826. Dit koninklijk besluit (staatsblad) nr. 8) bepaalde, dat art. 1 van het K. Besluit van 15 nov. 1825 (staatsblad nr. 75) toepasselijk was op de gaffel- of chaloupschepen uit Middelharnis, Zwar tewaal en Pemis, mits dezelve de beug- of hoekwantvisserij overeenkomstig de toepalingen van ons meergemeld besluit uitoefenden, zullende de te'genwoordige uitlegging van terugwerkende kracht zijn voor de zodanige schepen, welke van de 15de november 1825 tot de 14de febr. 1826, volgens de voorschriften van dat toesluit mochten gevist hetoben." Verder werd er nadrukkleijk bij be paald, dat dit besluit niet geldt voor toezaan- of korschuiten, welke uit ge melde plaatsen ter visserij werden uit gerust. Uit dit verhaal is te lezen: bezaan of korschuiten blijven op het Haringvliet of in het Goereese Gat vissen, de cha loupschepen worden bemand met vis sers, die in de winter de Noordzee-vis- gronden bij Doggersbank, of tennoorde ervan bevissen. Om die noordzee-visse- rij aan te moedigen worden die pre mies verleend. Wij willen direct aannemen op ge zag van de heer Slis dat omstreeks 1817 in Middelharnis de eerste chaloup schepen gebouwd werden. De toenmali ge regering had zijn handen vol om ons land, dat na de franse bezetting eco- nomisch in een chaos verkeerde, weer op gang te bren'gen. De handel met het buitenland had zwaar geleden, we zou den denken, de vis-export was een be langrijk deel van de handel, en om de visserij weer op gang te torengen na alle verliezen, werd bepaald blijkbaar speciaal voor Middelharnis, Zwartewaal en Pemis een premie voor de bouw van nieuwe schepen te geven en too- vendieri een premie van 250,voor elk schip, dat de reder tussen 15 nov. en 14 febr. van het volgend jaar ter beug- of hoekwantvisserij zou laten uitvaren. Ik verkreeg zeer interessant inlich tingen van de heer J. Rooy te Middel harnis, die al vele jaren alle soort ge gevens verzamelt betreffende de visserij van Middelharnis. Zijn voorvaderen voeren als visser of sloepenbaas. Hij deelde mede, dat op de werf 's Lands Welvaren in 1828 voor rekening van Ja Slis een chaloupe gebouwd werd, lang 21 el, breed 5,51 er en: diepgang 3 el. De rederij P. J. Slis Zn. liet op diezelfde werf in 1871 opnieuw een sloep bouwen die 76 Amsterdamse voet lang was, in 1877 volgde een nieuwe opdracht voor een sloep, nu lang 80 Amsterdamse voet en nog eens een schip in 1886 weer van 80 voet lengte. Het is helaas niet bekend, waar de werf 's Lands Welvaren gevestigd was. Misschien is het de naam van de scheeps werf te Middelharnis geweest. Wie de oplossing van dit raadseltje weet, gaarne deze oplossing. In 1910 bestond de afdeling van het Nut van 't Algemeen te Middelharnis 100 jaar. Er werd een gedenkboekje uitge geven door de Fl. Drukkerij te Middel harnis. In dit gedenkboekje werd een overzicht gegeven van de verschillende activiteiten m die honderd jaren. Daar bij behoort ook steunacties bij rampen, zowel in als buiten ons eUand. voor velUge verzekeringen en lage premies. Bijzonder sneUe sduule- afwikkeling. Zeer scherpe tarieven voor autoverzekeringen en na 1 jaar schadevrij rijden reeds 20°/o korting. Financieringen. VOORSTRAAT 36 TELEFOON (01870) 2012 Bigaa een eeuw assiuantie- agenten. In 1825 verging een gaffel-visschuit van Jacob Bree. De burgemeesters van Middelharnis en Stad aan 't Haringvliet benevens de predikanten hielden direct een collecte om de nood van de 9 we duwen met hun 24 kinderen in eerste aanleg te lenigen. Het Nut-bestuur vroeg mede-besturen! van andere Nuts- afdellngen om een collecte voor de slachtoffers te houden, deze bracht toen de somma op van 2525,87V2. Het gaf- gel-schip van schipper Bree was in ok tober door zware storm overvallen. In 1828 verging bij Callantsoog de vissloep „Catharlna en Elisabeth", stuur man was Leendert de Waard. Twaalf man verloren hierbij het leven, thuis bleven zeven weduwen, waarvan 2 in verwachting waren en negentien: half wezen. Van verschillende zijden werd geld bijeen gebracht en de commissie uit het Nut ontving in totaal 3871,01 waardoor zij geruime tijd de noden der achtergeblevenen kon helpen verlichten. Het is vermoedelijk het eerste onge luk geweest met een vissloep van het nieuwe type. En raadplegende de lijst van de heer Rooy, In 1843 waren er 16 sloepen en nog maar 3 hoekerschepen in MiddeUiamis. In Middelharnis winnen de sloepen het van de oude hoekerschepen in toruikbaarheid. Een heel merkwaardige getuigenis over de betere zeileigen schappen van de sloepen boven de oud- Hollandse hoekers vonden we vermeld in het boek Vlaardingen en hun Haring visserij, een her-uigave in 1966 in de Europeese Bitoliotheek te Zaltbommel verschenten. Dé schrijver, de heer A. G. Ligthart, vertelt met grote nadruk, dat de Vlaar- dingse haring de beste haring was op de wereldmarkt. Hun controle op het product was bizonder groot, en de ha ring werd uitgevoerd naar alle streken, waar haring gevraagd kon worden. Oude vissers van Middelharnis, die ik het boek heb laten lezen zeiden, het is nogal knap chauvinistisch. Maar on danks dit, een bijzonder leesbaar en in teressant boek is het en allen, die zich voor de visserij interesseren moeten het maar eens nalezen. Het meest interesseerde ons het ver haal, dat in 1866 een visserij-tentoon stelling gehouden werd in Boulogne. Afgevaardigd werd door Nederland de heer A. E. Maas, de zoon van een zee- officier, die zich voor de visserij te Vlaardingen alijtd zeer interesseerde. Hij zag daar de Franse chaloupes, werd er zo door bekoord over de zeew^aar- digheid, en vooral de snelheid, dat hij zidk een schip aankocht, om met dit schip de zeevisserij vanuit Vlaardingen te bedrijven. Maar de reedres van Vlaardingen, die met hoekschepen uitvoeren, vonden deze nieuwigheid misplaatst. Ze ageer den er tegen, beoogden dat de haruig met zo'n chaloupe gevangen', inferieur was aan de haring die met hun hoeker schepen gevangen w^erd. Nu was er in Slikkerveer een jong scheepsbouwer Joost Pot. Er kwam een contact tussen Maas, gezegd een zeer energiek man, die verschillende uitvm- dmgen op visserij gebied had gedaan, en Pot. Het gevolg, dat Pot een werf in 1873 In Vlaardingen stichtte. Mochten de grote Vlaardingse reders sterk afwijzend staan tegen de nieuwe schepen van Pot, de reders mt Maassluis en' Scheveningen gingen tot aanschaffing van de chaloupe over. Toen bleek bo vendien, dat door de betere vis- en zeil eigenschappen van de nieuwe schepen de vangst zeker ll'/o, soms zelfs 40% hoger geacht kon worden dan de op vroegere hoekschepen met door hun bemanning gevangen vangsten, de vis sers voeren vanzelfsprekend veel lie ver op een nieuw schip van Pot, omdat de verdiensten' hoger waren. Nu rijst bij ons de vraag: hetoben nooit de visserslieden van Vlaardingen of Maassluis op de noordzee de loggers uit Middelharnis gezien, of waren ze zo bezeten van hun gevoel van superiori teit, dat ze geen oog hadden van het feit, dat op dit moment de visserij uit Middelharnis met hun schepen, hen ja ren voor waren! Toch blijft het interessant om te zoe ken, wie is het nu geweest, die in Mid delharnis de chaloupes ingevoerd heeft. Ik kom op de naam van J. Slis. Als we de lange lijst van namen nakijken van personen, die op een of andere wijze betrokken zijn geweest, als schipper, stuurman, of matroos op een schip, dan komt men de naam Slis niet tegen. On der de pachters van de visafslag vindt men geregeld de naam van de familie Kolft Voor het eerst komt de naam van P. L. Slis voor in 1834. Dan pacht hij voor de som van 6690 gulden en 20 stui vers de visafslag. Hij betaalt bijna het dubbele als zijn voorganger W. L. Veer man die in 1833 de somma van 1531 gulden en 53V2 stuiver betaalde. In het boek van de heer Mijs wordt over de heer Slis geschreven: als gevolg van de uitstekende wijze, waarop hij de belangen van de afslag behartigde kreeg de gemeente Middelharnis nog belang rijke sommen'. Mijn grootvader, Marinus van de Ro- vaart is op Kerstdag 1831 in Middelhar- „Styllt'us" heeft het in aijn weltelijk- se Kolom in „Kwekery en Handel" weer over zfln -vriend Jan, die een by- zondere kindervriend is. Een heel ge woon verhaaL Maar toch ,altyd met een beetje hiunor er in. Deze keer zit het in de staart. Lees maar: „Mijn vriend Jan is een kindervriend Zijn Marie kan soms vertederd toekij ken wanneer een kleinkind smekend bij grootvader kom,t om „hansie sokke" of „vinger in de hoed" met grootvader te doen „met een kaarsie en een lichie aan de deur, hoezee"j En Jan wordt er zidh soms pijnlijk van bewust, wat 't rare Indruk dit zou geven, wanneer een van zijn zakenrela ties op zo'n moment binnen zou stap pen! 'k Ben net ktods, zegt Jan, maar Ma rie zegt dat hij niet kinds, maar kinder lijk is, en dat het kinderlijke in de man juist zo aardig is. Jan ziet haar dan scherp aan, want je weet bij Marie nooit wat ze precies bedoelt en Jan vreest gemakshalve maar het ergste. Meestal terecht. Marie's dochter, met moderne opvat tingen, heeft er enig bezwaar tegen ge maakt, dat grootvader al de versjes uit zijn jeugd leerde aan haar kroost. Van de koning die door de plas rijdt, van de zoete melk met brokken, wat dat ook moge zijn, van draai je wieltje nog eres om etcetera. Maar Jan zegt dat die kin- ders de moderne poëzij nog vroeg ge noeg zullen leren van Radio Veronica en soortgelijke culturele instellingen, en dat de folklore van het kinderlied door de eeuwen heen bewaard moet blijven. Dat is vooral de taak der grootouders. Maar daar wou ik het eigenlijk niet over hebben. Jan is wel een kindervriend, maar hij kan niet tegen huilende kinderen. Als ze huilen omdat ze gevallen zijn of zo, weet Jan daar zeer goed raad mee. Maar kinderen die gaan blèren bij zijn verschijning, en blijven blèren en van geen ophouden weten, daarvan breekt Jan het zweet uit. En zo'n geval maakte hij onlangs mee, toen hij even bij zijn dochter kwam binnenwippen en daar een vriendin op visite vond, die haar jeugdige spruit op schoot had. Jan is een kindervriend, zo als opgemeld, en boog zidh sympatiiiek over het wigtjen om het enige zoete woordjens toe te koeren. Maar gauw had de jeugdige staatsburger Jan m het vizier gekregen, of hij zette een keel op, die het geronk van het juist overgon- zende straalvliegtuig volledig overstem de. Jan trok zich verschrikt terug, maar ook dat hielp niet. Zodra het kind Jan in 't blikveld kreeg, zette het zijn me- nageklep wijd open en begon het con cert opnieuw. Nu is het een feit, dat de moeders van zulke kinderen daarover altijd verbaasd staan. Want hun kind is nóóit eenken- ,nig. Sterker nog, het huilt nooit ofte nimmer. Wat bezielt dus dit kind, dat het nu zo'n keel opzet? En bij het stel len van die -vraag loopt het Jan koud over de rug. Het ligt aan hém.i Hij heeft Het Boze Oog of zo. Ook nu weer betuigde de moeder des kinds, dat gemeld kind altijd zoet was, nimmer schreeuwde, niet eenkennig was, en zij verwonderde zich grotelijlis, dat de aanbUk van Jan het kleintje zo bleek te verontrusten. Nee, wérkelijk, zei ze tegen de dodi- ter van Jan, dat heb ik nou nog nóóit met 'em meegemaakt. Ja toch, bezon ze zich toen, verleden week had ie het ook. Wanneer was dat ook weer? O ja, toen stonden we te kij ken bij de oerang oetang in Artis! Moet u nog koffie vader, vroeg de dochter. Nee meid, zei Jan, ik heb nog zat te doen. Dég!" nis geboren. Hij is 96 jaar geworden, als jongens van 15 of 16 jaar kwamen we elke week bij hem en vanzelfspre kend vraag je aan grootvader: vertel eens iets uit je jeugdjaren. Grootvader zong dan de spotliedjes op Napoleon, helaas nu allemaal ver geten over zijn kinderjaren. Het is jammer, dat we toen geen bandrecorder hadden om al die verhalen vast te leg gen, ook over de visserij. Zijn verhaal over de familie Slis was ongeveer het volgende. De familie Slis was naar rekening van de jeugd van die tijd gefortuneerd. Ze exploiteer de o.a. een korenmolen. Molenaar was vroeger een zeer gewaardeerd beroep, dat finantieel behoorlijk lag. Maar op het verhaal van grootvader te komen, de familie Slis verkocht de molen en heeft toen een gedeelte van dat geld ge- toruikt om een rederij te stichten. Groot vader herinnerde zich nog to.v. de trouw van de ouders van de heer J. J. Slis waarschijnlijk dus P. L. Slis, ons nu toe- kend door de visafslag. Het was een luisterrijke getoeurtenls en 2 oud-tantes van ons vertelden een! keer, dat zij vroe ger op naaischool waren' en dat aan hun naaischool uittoesteed was het ma ken van de uitzet voor de toruid van de heer P. L. Slis. Onze oud-tantes hetoben ons toen trachten uit te leggen hoe fijn de steken gemaakt moesten worden in het linnen goed katoen werd niet gebruikt en hoe scherp de controle wel is geweest of alles wel conform de eis was. Helaas zijn alle archiefstukken betref fende de rederijen P. L. Slis en Zonen en Kolff in de papiervemietiglng ge gaan. Nu lijkt me dit het meest waar schijnlijke. De heer J. Slis had mogelijk tijdens de Franse tijd op een of ander wijze kennis genomen met de veel betere vis- en zeewaardigheids-eigenschappen van de franse chaloupes. Zonder enige op spraak is later zulk een schip uit Frank rijk geianporteerd, of heeft hij de bouw tekeningen verkregen. Het was een ex periment van hem, hij besteedde een' behoorlijk bedrag eraan, en men heeft hier in Middelharnis het experiment aanvaard en lawgzaam voorgebouwd. Men heeft de ervaringen voor zichzelf gehouden. Dat er opeens veel meer vis op de visafslag te Middelharnis werd aange bracht is zeker. De pachtsom loopt zeer omhoog, om nal850 na het beruchte proces dat de visafslag zou doen ver loren gaan achteruit te lopen. Daarop volgen de voor de reders en vissers zo moeilijke 60 of 70 jaren, waar over in het boek van de Vlaardingse visserij staat: van de 180 Vlaardingse grote en kleinere rederijen' moeten er niet minder dan 60 de haringvisserdij op geven! In een volgend artikel meer over de sloepen zelve. Binnen afzienbare tijd zullen rijbe wijzen worden afgegeven met een kor tere geldigheid dan de gebruikelijke vijf jaar. Een wijziging van het Wegen verkeersreglement is daartoe in de maak. Het afgeven van zo'n rijbewijs met een beperkte geldigheidsduur zal alleen geschieden bij personen wier fysieke of geestelijke conditie daartoe aanleiding geeft. De arts, geen huisarts, beslist in zo'n geval of na 1, 2, 3 4 of 5 jaar her keuring nodig is. In de praktijk zal de nieuwe regeling alleen betrekking hebtoen op personen boven de 60 jaar. Zij moeten zich na melijk nu al bij een verlenging of het halen van een rijbewijs door een arts laten keuren. Deze bepaalt dan of het rijbewijs al dan niet kan worden afge geven. Viel de keuring gunstig uit, dan was het rijbewijs vijf jaar geldig. Nu kan de arts de geldigheid van het rijbe wijs echter verkorten van één tot vijf jaar waarna opnieuw een keuring plaats zal moeten vinden. Ook personen beneden de zestig jaar kunnen zo een rijbewijs krijgen. Voor het afgeven van het rijbewijs zijn zij echter niet verplicht de arts in te scha kelen. Een verklaring dat hun gezond heid in orde is, is voldoende.i OOSTERLAND Doordat er nu in de Suzanna Lonc- questraat aan de andere zijde ook wo ningwetwoningen in gebruik zijn geno men en deze bewoners ook veelal een auto bezitten en deze parkeren in de straat, is er een situatie ontstaan die voor het doorgaande verkeer in deze straat onhoudbaar is. Met een vrij brede wagen is er niet meer goed door te ko men. Daarom besloot de gemeenteraad van Dmveland in zijn laatstgehouden vergadering in deze straat een parkeer- strook te maken voor de nieuwe wonin gen, zoals dit onlangs ook in de Burg. van der Havestraat is gedaan. Beloofd is dat dit plan spoedig zal worden ge realiseerd omdat de bewoners hun voor tuintjes in orde willen gaan maken. Onder overweldigende toelangstelling had vrijdagmiddag 23 juli de bevesti ging plaats van kand. A.i v. d. Meer van de Oud Ger. Gem. alhier. Het snikhete kerkgebouw van de Oud Ger. Gem. was tjokvol en de koster en zijn helpers za gen zich voor een hopeloze taak gesteld om de talrijke schare een zitplaats te kunnen geven. Als bevestiger trad op de consulent van de gemeente: Ds. M. A. Mieras te Krimpen a. d. IJssel. Na het zingen van Ps. 122 2 en het lezen van Joh. 21 ging de predikant voor in ge bed. De tekst voor deze bevestigings- dienst was Joh. 21 17, het laatste ge deelte: „Heere Gij weet alle dingen, Gij weet dat ik U liefheb. Jezus zeide tot hem: „Weid Mijne schapen". De Heere Jezus tot Petrus, h De ontmoeting met de Heiland. 2. De afvraag door de Hei land en 3. De bevestiging door de Hei land. Er is geen hogere belevenis dan dat we een ontmoeting met de Heere mogen ervaren, daar zijn aardse ont moetingen niet mee te vergelijken. Wanneer er contact met de Hemel in 's mensen ziel geboren mag worden door genade, is dit met niets te vergelijken. Spr. wees verder op de geschiedenis van de wonderbare visvangst aan de zee van Tiberias waar de ontmoeting van Petrus met Jezus plaats vond en waar Hij aan de dicipel drie maal vroeg of hij Hem liefhad. Dit smartte Petrus omdat hij hier een zeker wantrouwen in meende te bespeuren. Daarom deed hij een be roep op de Alwetendheid Gods: „Gij weet alle dingen". Hierop volgde de Goddelijke opdracht: „Weid Mijne scha pen". Ook deze opdracht komt heden tot onze broeder Arie van der Meer, al dus de predikant, die er verder op wees dat hij maar een nietig instrument in de hand Gods is. Hij hoopte dan de nieu we leraar een middel mocht zijn om or velen te leiden tot dien enigen Borg en Middelaar, en dat door de dwaasheid der prediking velen mochten worden toegebracht tot die gemeente die een maal zalig zal worden. Hierna werd ge zongen Ps. 32 3 en las Ds. Mieras het bevestigingsformulier voor. Aan de handoplegging namen deel: Ds. Gebraad te Sint Phllipsland, Ds. E. du Marohie van Voorhuijsen te Urk, Ds., J. van der Poel te Ede en Ds. J. van Prooijen te Stavenisse, die allen een toepasselijke bijbeltekst uitspraken. Na dankgebed behoorde deze indrukwekkende kerk dienst tot het verleden. Behalve ver- sOhUlende predikanten en oefenaars uit de Oud Ger. Kerk waren bij deze be- vestigingsdienst aanwezig burg. J. D. de Kam van Duiveland en weth. S. Over- beeke. j In de avonddienst deed Ds. A. van der Meer zijn Intrede als predikant van Oosterlands gemeente met een even grote belangstelHng als bij de bevesti ging. Nadat gezongen was Ps. 43 1 en gelezen 1 Joh. 1, ging de nieuwe leraar voor in gebed. Gezongen werd Ps. 119 17. De tekstwoorden waren uit 1 Joh. 1 5:En dit is de verkondiging die wij vaji Hem gehoord hebtoen en wij u verlton.l digen dat God een Licht is en gans geejf duisternis in Hem is".i Het thema lujj. de: De verkondiging van het Woord.] De weg tot deze verkondiging. 2, Li naarstig naspeuren van deze verkomji.! ging. 3. De inhoud betreffende deze ver"! kondiging. De apostel der liefde die hier aan het woord is stelt de weg der ver. lossing voor als een woord tot versterf king van hen die de Heere vreezen a 1 die voor hen de weg ter zaligheid betel kent. Dat God een Licht is en dat eti gans geen duisternis in Hem is, is Zijn duurgekocht volk tot groten troost. Modhten we allen worden geleid door] dit Licht. Als nakomelingen van Adajj f zijn we van nature allen verstoken van dit Licht, en alleen door dit Licht knj. I nen we kinderen Gods worden. Bekee.-! I u dan tot Hem en wordt behouden, ai. dus de predikant, want Hij heeft lust aan de dood des goddelozen maat I daarin dat hij zich bekeert en leeft, Dj f van der Meer spreekt de hoop uit 4" hij gesterkt mag worden en samen mi de gemeente, die hij nu als herder en 1 leraar mag dienen een gezegende tijj I tegemoet mag gaan. Na dankgebed sprak br. H. A. van der Werf namens i Herv. Kerk te Oosterland, namens i classis Amersfoort: Ds. Kamp. Als li, van de commissie Ds.i L. Gebraad, na-1 mens de classis Den Haag Ds. J, vaj Prooien, en namens kerkeraad en ge. meente br. Jan de Bruine, ouderlim Allen wensten de nieuwe domlné sterkfe en kracht van boven toe en hem en zijn gezin een goede tijd in Oosterland. Ook werd de gemeente gefeliciteerd met hun predikant. Op verzoek van ouderling de Bruine werd nog gezongen Ps 68 2. Ma de zegenbede was deze drukke dienst afgelopen. Behalve afgevaardigden van de Ned. Herv. Kerk van Oosterlantl waren ook de kerkeraad van de Gerei Gemeente aanwezig, terwijl ook een groot aantal leden van de vorige meente van Ds. van der Meer aanwezi» 1 waren, die de beide kerkdiensten mee maakten en tussen beide diensten in een koffiemaaltijd gebruikten in de „Conferentiekamer". In auto's en met een grote bus waren ze uit Monster komen. ||ii^i¥J.«igW¥.A!niy bQ ém ^eetaalzaak ZANDPAD S2 KUDDELHABNB Beste meisjes en jongens! Er liggen nogal wat zelfgemaakte raadsels te wachten, maar deze w^eek neem ik er toch niet één van, want over het algemeen' zijn die raadsels nogal lang, en het is nu het vijfde raadsel, dus is het inzenden. Het zou dan jam mer zijn als jullie nog veel werk had den, eer de brief kon worden gepost. Ik hoop dat het laatste raadsel van juli niet te moeilijk is. Goed doordenken en desnoods de hulp van vader en moeder, broer of zuster inroepen. Hier komt daji JULI-RAADSEL 5 3 X 4 X 5 X 6 X 7X 8X 1. Tijd die -we haast gepasseerd zijn. 2. Aanhanger van de hervorming in Frankrijk. 3. Heester, veel gebruikt voor hagen als afscheiding. 4. Wee den te Sion, en den ze keren op de berg van Samaria (Amos). 5. Verblijf voor monniken ert nonnen. 6. Ster in het noorden in de Kleine Beer. 7. Dun plaatje waarmee de huid van een vis is bedekt. 8. Buitenplaats of vUla. Op de krulsjeslijn komen dezelfde woorden te staan. Dit raadsel werd door niemand inge zonden, dus kan ik ook niemand apart bedanken. CORRESPONDENTIE Maja W. Nieuwdorp. Fijn, dat Jannie geslaagd is. Wat gaat ze nu doen? Ja, een beetje weemoedig kan het wel zijn, als we doordenken, dat deze schoolja ren op de lagere school nooit meer terug komen. Jammer voor je en ook voor Els, dat jullie naar verschillende scholen moeten als de vakantie ten einde is. Nellie W. Den Bommel. Onverwacht kwam de schoolreis nog, en jullie heb ben het wel naar jullie zin gehad. Er was ook heel wat te zien en te beleven. Het gebeurt niet vaak dat er apen op een bus zitten, maar daar kan van alles gebeuren. Als een kabelbaan wat hoog is, kan het best wat griezelig zijn voor de kinderen, en misschien ook nog wel voor grote mensen. Rietje J. Kruiningen. Het eerste raad sel was wel wat lastig; vooral als je van die naam nooit gehoord hebt. Het is altijd maar goed om in te zenden wat je ervan gemaakt hebt. Dat is nu wel uit gekomen bij jou. Ik heb je naamgenoot je deze maand niet ontmoet per brief. Jammer is dat, want het zou kunnen zijn dat ook zij Hannie K. Dirksland. Toen je schreef, waren de jonge duifjes nog heel klein, maar het zvdlen nu al flinke vogels zijn, als ze zijn tolijven leven. Zulke vogels groeien heel hard. Voor de oude is het dan heel druk om te voeren. Hoe hebberï jullie het gehad in Haamstede! Het is fijn weer geweest, en als je van huis bent, lijkt het toch anders dan wanneer je thuis zit. Het is daar een prachtige omgeving: bos, strand en dui nen! Allemaal de brieven zijn nu beant woord. Nu is het weer inzenden. Het werk van de julimaand mag ingezonden v/or den. Het spreekt vanzelf, dat jullie voor een volledig adres zorgen en dat jullie leeftijd niet ontbreekt. Het kan gebeuren dat er oplossingen ontbreken, omdat er kindereiï op i«is zijn geweest. Het is goed, dat jullie alles inzenden wat gemaakt kon worden. In de vakantieijd kan niet ieder kind voor al de oplossingen zorgen. Ik wacht dus op jullie brieven. En nu tot slot nog een klein op- stelletje. Het is het begin van een boek je. Tenminste dat schreef mij het in- zendstertje Tjeerda Verolme uit Mid delharnis. Ik weet niet of ze er al ver der aan heeft gewerkt, maar wat hier volgt is de opzet van het verhaal. WATERPRET Het is een mooie zonnige dag in mei. De vogels fluiten vrolijk. Tjeerda en Jolanda worden wakker. Jolanda kijkt verbaasd om zich heen. „Natuurlijk," denkt ze, „ik ben bn Tjeerda aan het logeren." Tjeerda is ook wakker geworden. Ze krijgt een ondeugende kriebel in haar bulk. Ze doet net of ze slaapt. Maar als Jolanda zich net weer laat vallen, en lekker haar ogen sluit, dan pakt Tjeerda een kopje water, dat op de vloer stond, en klets! „Brrrrr!" zegt Jolanda. „Ik had je w dóór, hoor!" Enpats! Tjaerda krijgt ook de volle laag. Ze gaan zich gauw aankleden. Als ze naar beneden gaan, zien zi] tot hun schrik, dat het nog maar half zes is. „Kom", zegt Jolanda, „dan gaan we alvast de-tafel dekken." „Weet je wat," zegt Tjeerda, „laten we bloemen plukken en op tafel zetten. „Ja zeg, dat vind ik leuk!" Ze gaan dadelijk aan de slag. Even later staat bij elk bord een vaas met bloemen. „Wat zullen we verder gaan doen. „Laten we stUletjes naar buiten gaa» en de tuinslang nemen en de bloemen water geven." Als ze touiten zijn, gaan ze mpiaai' van de planten water geven, elkaar na spuiten. Ze worden Idetsnat. Dan komt opeens Mies aan, het vrien dinnetje van Jolanda en Tjeerda. vs" gaan ze spelen. Tot hiertoe is het verhaaltje. OiJ een vervolg is, weet ik nog niet, ma ik houd er nu mee op voor deze weei^' De vriendelijke groeten van Oom Ko.

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1971 | | pagina 6