Terugblik in het grijs verleden reportages Jaarverslag 1969-1970 van Suiker Unie Beheer omvat periode van 15 maanden KJndehA&^eJkft BUIJSSE (door HAN BOOMSMA) Ook voor JSILANDEN-NIEUWS' FOTOGRAFIE J. ZANDSTRA SOMMELSDIJE Geslaagd voor violiste **«*l Uw Modehuis -k Voor het bedrijfskapitaal beschikbare bedrag steeg tot 85,7 miljoen i^ Resultaten van deelnemingen in nieuwe coöperatie alleszins bemoedigend Bladz. 2 Vrijdag 18 juni 197, Vissers en zeerovers Het is een wat fantasierijke en slordige ets die zo omstreeks 1760 van Middel- 'hamis gemaakt werd. We zouden zeggen, Middelhamis werd uitgetekend van af de Steneweg, die zelfde weg, waar vandaan een paar tientallen jaren eerder Meindert Hobbema zijn beroemd schilderij maakte van Het Laantje van Mid- deUiamis. We zouden denken, dat Middelhamis toen wel iets groter was, je mist op deze tekening de Ring met de huisjes, er staat een boerderij zo naar schatting de boerderij in de Ring die nu van de familie Peeman is, de Voorstraat staat getekend met een paar huisjeshet moeten er toch meerdere geweest zijn, je ziet er een molen, die eertijds stond op de Westdijk, schepen in de haven dan alleen de masten, zodat je er niets van kunt zeggen, de kerk van Sommelsdijk is helemaal verkeerd getekend, de toren staat hier teri zuiden van de kerk en in werkelijkheid is dat ten westen er van, en dan veel te dichtbij, vindt je er een „idee'' van het fraaie torentje op het gemeentehuis van Middelhamis, dat er toen al zekerwas. Interessant is wel het onderschrift on der de ets waarvan we de twee eerste regels herhalen: „dit dorp is groot en zeer aanzienlijk, daar het door handel welig tiert." Die handel was de vishandel. We kij ken terug, naar dat contract van 1598, waar de Meneers vissers zich verbonden alle vis !te brengen in Middelhamis op de visafslag. Het werd de bepaling, dat alle vis, gevangen of aangebracht van af het Goereese Gat te Middelhamis afgeslagen moest worden. Deze bepaling werd uitgelegd, dat ook alle vreemde vissers; van Delfshaven of Pemis, daar moesten gaan markten. Oud burgemeester Mijs en de heer Verseput hebben zich afgevraagd hoe het toch mogelijk w^as dat de vissers van Pemis enz. enz. zich aan die bepa ling hebben gehouden. Het heeft heel wat boze gezichten gegeven, zelfs wer den er processen gevoerd of dat nu wel allemaal in de oude documenten stond. Slaan we even terug naar dat besluit van Karel de Stoute van 14 dec. 1468, waarin de nieuw te stichten pol ders op Flakkee in erfleen virerden ge geven en bepaald werd, dat de rechtver krijgenden in het bezit kwamen van de hoge, middelbare en lage Heerlijkheid, de verschillende rechten, zoals tienden, renten', molen, visserij, jacht en veer- recht. In dit contract staat helemaal niet vermeld, waarop die visrechten betrek king hebben, op de vis in de polder ge vangen, of in de haven of tn het Ha ringvliet. Als je die bepaling beschouwt, dat het veerrecht ook uitgegeven werd, dan zou je zo zeggen, dat het Haring vliet beschouwd werd als water, aan de heerlijkheid behorend, en zou kunnen zeggen, de heerlijkheid kon dus ook bepalingen uitgeven over het vissen, en alles wat er bij behoorde. In vroegere jaren had men andere rechtsopvattingen: dan nu. We moeten echt wel trachten te denken, zoals men toen dacht. Warmeer een schip op het strand terecht kwam, werd het schip verbeurd verklaard voor de mensen, die er woonden. De bewoners van de kusten hebben vanaf zeker duizend jaar voor Chr. de stelling gehuldigd, dat schepen, die langs hun kusten voeren, tolgeld schuldig waren. Ze beschouwden het als hun recht, om de schepen!, langs hun kust varend, aan te vallen en in bezit te nemen, we noemen dat nu zeeroverij. De Romeinen hebben er veel last van gehad, dat de schepen met graan uit Egypte door zeerovers veroverd wer den, en hadden daarom een grote vloot om die schepen uit Egypte te beveUigen. In zekere zin was er een heel oud rechtsgevoel, de zee, de rivier voor „ons dorp" of „onze stad" is van ons. Wij bepalen de voorwaarden, waaronder die visserschepen: of koopvaarders over die rivier mogen varen of vissen. Het is heden ten dage toch nog zo, dat alle Staten een bepaalde afstand uit hun kusten, soms drie mijl, soms vijf mijlen of nog veel langer, verklaren te behoren tot hun territoir. Urker vis sers, die binnen drie mijls zone komen bij Denemarken, worden opgebracht, het is bij IJsland precies eerider, en een Zuid-Amerikaanse staat heeft zelfs be paald, dat Amerikaanse vissersschepen niet binnen de vijftig mijlen hun kust moeten komen vissen op tonijnen of zwaardvissen. In dit licht gezien was de bepaling van Middelhamis over het visrecht, dat vanaf het Goereese Gat tot aan Mid delhamis gold, niet helemaal onbegrij pelijk. Dat het uitgelegd werd met de bepaling jullie moeten komen afslaan op onze visafslag is voortvloeiend uit de zienswijze van „het Haringvliet behoort ons" begrijpelijk. De niet Middelhamisse vissers deel den deze mening vanzelfsprekend niet. Ze gingen protesteren, doch de Hals heren bepaalden: in 1678 nog eens na drukkelijk, dat alle vissers op het Ha ringvliet zich aan die regels te houden hadden. In 1733 werd dit nog eens be vestigd. Toen dreigde er een spaak te komen in die rechten. In Hellevoetsluis waar heen verschillende vissers verhuisd wa ren werd een nieuwe visafslag op gericht. Vanzelfsprekend voelden de vreemde vissers ervoor, om daar de vis te laten afslaan. Doch de raad van Middelhamis ging eens praten met de heren' van Hellevoetsluis, en pachtten toen die afslag voor de somma van 140,per jaar. En daarmede bleven alle vissers de penningen schuldig aan de visafslag van Middelhamis. Ze moes ten blijven betalen. In 1780, in de bloeitijd van de vis serij, probeerden opnieuw de vissers van Schiedam, Pemis, Zwartewaal en Hoog vliet om vrij te liomen van de bepalin gen aan de visafslag van Middelhamis. Doch de Hoge Raad stelde hen in het ongelijk, de visafslag met al zijn rechten werd erkend. Een lezer verstrekte ons uit de tijd de navolgende gegevens: De visscherij verschaft hier aan de bewoners een ongelooflijke drukte, dit zal men kunnen zien wanneer men nagaat, dat ieder jaar van hier 30 gaffelschepen afvaren, hetgeen een aanmerkelijke som opbrengt, gelijk blijkt uit de lijsten van het Vischkantoor, zijnde op hetzelve van den Ie Nov. 1796 tot den 16e April 1797, 36000 levendige Cabeljaauwen en 445660 levendige Schellevissen, door de visschers gevangen, behalve degene die door vreemde zijn aan gebracht, zijnde dit een getal van 20076 Cabbeljaauwen en 172665 Scellevisschen, dus in 167 dagen 56076 Cabbeljaauwen en 618325 Schellevisschen. De Cabbeljaauwen werden vetkocht voor 10 stuivers het stuk en de Schellevisschen voor 1 stuiver. Tot 1806 heeft Middelhamis de vis afslag van Hellevoetsluis gepacht. De negentiende eeuw begon met de Franse overheersing, en de visserij ging sterk achteruit. De samen'voeging van België en Nederland was een grote staatkundige blunder van de geallieer den van 1815. De partners konden het met elkander niet vinden, in onze geschiedenisboeken staat dit vermeld voor 1830: de Belgische opstand. De negenjarige oorlog heeft ontzaglijk veel geld aan het land gekost, de financiële toestand was slecht. De toenmalige Ne derlandse regering moest er zelfs in 1814 toe overgaan om Staatspapieren, die nominaal een waarde hadden van 1.000 in waarde te doen verminderen tot 68,en over die 68,werd dan 2 1/8 procent rente betaald. Een gewel dige verarming. Er waren' bijna geen rijke mensen meer, en kapitaal is nodig voor de opbouw van industrie, rede rijen enz. enz. De haven van MiddeDiar- nis deed het niet best. Er was „een verdroging" voor de havenmond. Nu MiddeUiamis de afslag van Hellevoet sluis niet meer gepacht had, gingen de vissers van Vlaardingen, Pemis, enz. daar markten. Er volgde een nieuw pro ces, waar voor de Hoge Raad. Deze bekeek het probleem blijkbaar heel an ders, ontkende dat de jurisdictie van Middelhamis ging tot aan het Goereese Gat en dat betekende, dat het met de visafslag gedaan was. Inl856 werd deze opgeheven', geheel verloren. We krijgen dan een heel nieuw, heel moeilijk tijdperk voor de visserij van af 1856. In het boek van de heer Mijs komt onder bijlage D voor de lijst van uit gaven ten behoeve van de visserij, voor komende in de 'besprekingen van Mid delhamis over de jaren 16261637. In totaal werd er uitgetrokken een post van 1637-19-8. De Middelhamisse vis sers waren op de Noordzee gaan vissen. De posten, waar het over gaan be treffen twee dingen: reizen om de ad miraliteit in Rotterdam te verzoeken om convooi voor de vissere en hen te beschermen tegen de zeerovers op de Noordzee. Meerdere vissers moesten uit handen van de zeerovers worden vrijgekocht. De posten in dè diverse rekeningen zijn niet opwekkend, wel interessant. Er blijkt een ding uit, visser was heus niet een gemakkelijk beroep. De zee was on veilig anders zou er geen convooi worden gevraagd. In een boek, speciaal over kaapvaart en zeeroverij kan men interessante dingen vinden. We nemen er een verhaal van over. Er was een vissersman uit Katwijk, die zich had laten vinden om kaper kapitein te worden voor de Duinkerkers. Als je kapitein of schipper werd, dan moest je een eed afleggen dat je de re gels van de kaï<pvaart zou onderhou den. Hij was uitgevaren, zag op zee een vissersscheepje, enterde dit, nam de Beste meisjes en jongens! Eerst de prijswinnaars maar. Dan we ten jullie het ineens. Eigenlijk geeft het niet, want als de krant komt, en jullie het hoekje bekijken, dan weten jullie al dadelijk wie een prijs hebben ge wonnen. Maar afijn, ik laat de namen' toch maar volgen: René van Dijke, Zoetermeer. Jacobien en Liesbeth de Jonge, Mid delburg. Kinderen Van Rossum, Zeist. En nu het nieuwe raadsel. Het is JUNI-RAADSEL 3 1. In welke plaats werd David eerst Koning? 2. Waar stierf Haran (Gen. 11)? 3. Vrouw van koning Achab. 4. Andere naam voor Rodezee. 5. Wat betekent Pascha? ((één woord). 6. Zoon van Da vid, die in de plaats van Salomo koning wilde worden. 7. Berg waarop Mozes stierf. 8. In welke plaats scholden kin deren Elisa uit? 9. Richter vóór Sim- son. 10. Eerste koning van het Twee- stammenrijk. 11. Welk volk werd door Gideon verdreven? 12. Wie beraamde plannen om het Joodse volk uit te roeien? (zie boek Ester). 13. Vader van Mozes. 14. Vrouw van Izak. 15. Eén van de zeven diakenen (Handelingen). 16. Met welke naam noemt Jesaja de Messias? 17. Knecht van Elisa. 18. God vruchtige koning van Juda. 19. Waar vonden' de Israëlieten waterbronnen en palmbomen? 20. Zoon van Saul (1 Sam. 14). 21. Wat betekent de naam Nabal? (1 Sam. 25). De beginletters van de gevraagde woorden vormen de betekenis van Bethesda. Dit raadsel werd ingezonden door Nellie Wolfert uit Den Bommel. Vriendelijk bedankt, Nellie! CORRESPONDENTIE Lenie N. Nieuwe Tonge. Hartelijk welkom, Lenie! Greet je heeft geschreven dat je van plan was om mee te doen, en nu is het er van gekomen. Uit je eerste brief weet ik al heel veel nieuws. Nog gefeliciteerd met de verjaardag van Gert. Je hebt je brief al aardig ver sierd. Dat is omdat het de eerste is misschien. Rietje J. Eendenpoelweg, Kruiningen. Je ingezonden raadsel hoop ik wel een plaatsje te geveri, maar ik kan nog niet zeggen wanneer. Er zijn nog veel inge zonden raadsels in mijn bezit op het ogenblik. Hoe is het gegaan met de schoolreis? Was je al eens door de Maastunnel geweest? Het praalgraf van Oranje had je misschien ook nog niet gezien. Wat zullen jullie van die tent kunnen genieten! Is Johan nu niet bang geworden voor water? Elly S. Rotterdam,. Als je dit leest, heb jij al vakantie, als ik het goed be grepen heb. Maar van het rapport zal je nog niets weten. Hoe was het op de afscheidsavond? En wanneer gaat de verre reis beginn,en? Zijn jullie daar verleden jaar ook niet geweest? Er staat me zoiets van voor. Krijnie M. Nieuwe-Tonge. Het is al tijd goed dat je inzendt wat je gevonden hebt. Als er iets ontbreekt, moet je niet nalaten in te zenden. Is alles goed ge gaan die drie dagen in Renesse? Had niemand van de kinderen heimwee naar huis? Ja, dat kan voorvallen. En zijn er geen ongelukken gebeurd toen je broertje naar de Efteling ging? Ja, dat kan ook gebeuren. KlaziïM de V. Melissant. Als je zo goed werkt, zal je wel overgaan. Daar ben ik niet ongerust in. In je volgende brief zal ik wel iets vernemen van de sdioolreis, als je gezond bent. Moest Martien voor het eerst naar de kleuter school, of ging je moeder zomaar eens een kijkje nemen? Moet hij na de va kantie er voorgoed heen? Ja, daar wor den leuke dingen' gemaakt. Jan D. Stad aan 't Haringvliet. De reis naar tante Lena was dus tever geefs, of zijn jullie verder gereisd naar Nieuwerkerk a/U? Dat is dus je laatste brief geworden, en je hoopte dat ik het enigszins kon begrijpen dat je ermee op hield. Ik kan het goed begrijpen, want de school vraagt veel van de kinderen. en er is veel tijd nodig o-m te leren. Het ga je verder goed. Jan. De hartelijke groeten voor de hele familie. Hanny K. Dirksland. Ik merk wel dat het een mooie reis is geweest naar Noord-Brabant. Was je in die omge\'ing wel eens geweest? Gelukkig dat het alleen maar regende toen jullie in de bus zaten. Daar bleven jullie droog. En hoe is het ondertussen' met je teen? Is het verband er al af? Jan de V. Melissant. Hoe heb je de spreekbeurt gemaakt? Heb je de tijd vol kunnen praten? En wat was het cijfer? Heb je het bord ook nog ge bruikt? Wat ben ik toch nieuwsgierig, hè? Heb je twee maanden vakantie? Maar Jan, hoe moet je de tijd door brengen! Waarom zijn die lange va kanties toch nodig! Nee, ik heb geen werk voor je; het kinderhoekje kan ik tot nu toe alleen nog af. Teuni de B. Geldermalsen. Bedankt voor de prachtige kaart uit Bergen op ,Zoom. Die stad heeft een mooi park, maar in het bos is het zeker wel om uit te houden. Hoe ging dat in het va kantiehuisje? Maar misschien was je nog liever bij je tante in Scheveningen. Jan G. Krabbendijke. Zes weken rust 'houden voor je verbrande been'? Maar Jan, wat is dat hard aangekomen! Je zal wel veel pijn gehad hebben. Een ongeluk zit op een klein-plaatsje; dat zie je weer. Ja, ik heb gelezen, dat er een hoofd wordt gevraagd aan jullie school. Anton de B. Geldermalsen. Hoe gaat het met je rubberboot? Altijd maar voorzichtig zijn, hoor! Je kan wel goed zwemmen, maar het is toch altijd op passen. Over dat zwemmen heb je heel veel geschreven. Ik ben nooit zo'n wa terrat geweest, en als je ouder mag worden, gaat dat er allemaal weer uit. Henk G. Krabbendijke. Rijd je maar een' goed half uur naar school? Maar dan moet je toch geen tegenwind heb ben, denk ik. Het is gezond om elke dag zo'n eind te fietsen. Zijn jullie nog naar Flakkee geweest, en is alles nog volgens plan verlopen? Daar hoor ik in het ver volg nog wel van, zullen we hopen. Jan de B. Geldermalsen. Ja, het is volop schelpenuitdeling bij de Shell. Als de ene reklame voorbij is, komt de andere. Wat een geleerdheid over al die visjes! Ik heb er geen verstand van; dat is niet zo leuk voor jou, want dan weet ik niet welke soorten je zoal hebt. Maar je zal er erg mee in je schik zijn. Die glasmeerval heb je mooi ge tekend. Eric G. Krabbendijke. Was dat de eer ste keer dat je over de Zeelandbrug ging? Dan vind je het geweldig; later wordt je het weer al gewoon, en maakt het niet zo'n indruk meer. Ben je ook nog naar/het Veersemeer geweest? Kees K. Melissant. Wat een veran deringen, nu de dam dicht is. Dat zie je wel aan die palingen! Heb je er ooit zó veel gezien? Met de blote hand van gen, dat gaat niet gemakkelijk. Zijn jullie drie dagen naar Lunteren ge weest? Dan kan ik begrijpen dat er van zwarte pieten gesproken werd. Rinus G. Krabbendijke. Ja, in Zeeland gaat het nog al aardig met het weer. Naar het vliegveld in Woensdrecht is niet zo ver van jullie vandaan. Nu zijn er toch geen straaljagers meer? Wat was dat daar een ooverdovend geluid. Dan zijn de zweefvliegtuigen' zachter in hun doen. Onbekend. Twee blaadjes in een en veloppe zonder afzender er op. Het poststempel is onleesbaar, dus weet ik niet mt welke plaats de brief is geko men. Op het ene blaadje staan de oplos singen en op het andere is op één kant een briefje geschreven. Maar ook op dat briefje staat geen plaatsnaam en ook geen naam van dè jongen of het meisje. Wat een moeilijk raadsel is dat voor mijDe af zendster of afzender heeft ge schreven over biggen en nertsen en over de veemarkt in Rotterdam. Daarom denk ik toch dat het een jongen is. Maar dan toch wel een beetje domme jongen, want als ik deze inzender een prijs zou geven, wie is het dan en waar moet de prijs heen? Allemaal. Ik stop er nu mee en ik zal het laatste raadsel maar niet oplos ser!. Die onbekende schrijver zal wel komen opdagen. De vriendelijke groeten van Oom Ko. bemanning gevangen en zag tot zijn i grote ontsteltenis, dat hij het scheepje van zijn bloedeigen broer had veroverd. I Volgens de toen geldende reglemen- I ten moest hij de hele bemanning in- I cluis dus zijn broer overboord gooien en laten verdrinken. Het scheen geen bezwaar te zijn geweest zijn oude dorps genoten dat lot te laten ondergaan, maar om zijn broer te laten verdrinken, dat was toch te erg! Hij voer met zijn schip tot onder de wal er ■werd niet verhaald ■welke wal. Maar onder de wal. Liet zijn broer in de bijboot plaats nemen en toen ze vlak bij het strand waren in een ondiep wa ter, gooide hij zijn'broer over boord die naar de wal kon lopen en veilig thuis kwam. Hij had zijn eed niet gebroken, noch zijn broer vermoord! MIDDELHARNIS Op 25 mei j.l. slaagde onze plaats genoot mevr. Kora van Dij k-Kruis voor de onderwijs akte B voor viool. Zij ontving haar opleiding aan het Rotterdams Conservatorium van de Poolse vlolist Leslan Simon. «'Il Knr-jirjGEN NATUURLIJK BIJ MIDDELHARNIS Aan het jaarverslag 1969/1970 van de Coöp. Vereniging Suiker Unie te Rot terdam, uitgebracht van de Coöp. Ver eniging Suiker Unie Beheer, is weer veel zorg besteed. Verlucht met een stel prachtige kleurenfoto's uit het bedrijf, of beter gezegd de bedrijven, heeft in vergelijking met vorige jaarverslagen de indeling van dit verslag op enkele punten een wijziging ondergaan. Dit verslag bevat achtereenvolgens een agrarisch, een commercieel, een tech nisch en organisatorisch hoofdstuk. Zo als bekend is, werd op 16 juli 1970 een nieuwe coöperatieve vereniging Suiker Unie met direkt lidmaatschap van in dividuele bietentelers opgericht, die via een omwisselingsaanbod de belangen verwierf in de vier Coöp. Verenigingen, waarvan thans de gecombineerde jaar rekening wordt gepresenteerd. Deze ge combineerde jaarrekening heeft be trekking op de periode 1 oktober 1969 - 31 december 1970, derhalve een periode van 15 maanden waarin twee bieten campagnes vielen. De verlenging van het boekjaar was no dig in verband met de liquidatie van de vier coöperatieve verenigingen, waar mee de in 1966 aangevangen fusie tus sen deze coöperaties is voltooid. Moeiiyke vergeiyking. De vergelijking met vorige jaarcijfers gaat moeilijk op, omdat de op 31 de cember 1970 afgesloten balans een da tum vrij onmiddelijk na de campagne 1970 betreft. Andere jaren droeg de ba lans een datum, die vóór de aanvang van de campagne lag. Dit laatste heeft uiteraard belangrijke gevolgen voor de balansposten „voorraden" en „schulden op korte termijn". De exploitatiereke ning als ook de balans zijn bovendien beïnvloed door een aantal bijzondere posten die uit het omwisselingsaanbod voortvloeiden. Ingevolge dit aanbod werd tot een maximum van 35 ton bie ten per aandeel een bedrag van 10, per ton door leden in de campagne 1969 geleverde bieten op ledenrekening bij geschreven. In totaal beloopt dit een bedrag van 20,3 miljoen. Op dezelfde wijze werd ten behoeve van Suiker Unie 21,0 mil joen op ledenlening tegoed geschreven wegens op aandelen in de campagne 1970 geleverde bieten. Dit laatste bedrag werd aan de reserves onttrokken. De nog te verrekenen toeslagen aan aan deelhouders van de Verenigde Coöp. Suikerfabrieken te Dlnteloord en de Coöp. Suikerfabriek en) Raffinaderqen te Puttershoek afgekocht voor 17,8 miljoen is ten laste van de exploitatie rekening 1969/1970 gebracht. Produktie en verwerking. De bietenoogst in Nederland was in 1969 5.175.000 ton, in 1970 een totale bietenoogst van 4n 847.000 ton, afkomstig van resp. 102.868 ha. en 104.493 ha. Hier van verwerkten de Suiker Unie-fabrie ken in 1969 totaal 3.241.000 ton bieten en in 1970 totaal 3.029.253 ton. De ge middelde suikergehalte van deze hoe veelheden was tn 1969 16.01"/o en in 1970 15,73'»/o; de gemiddelde tarrapercen- tages resp. 12,76 en 21,41»/o. Een niet ge ring verscfaU. Het aantal laadplaatsen liep terug van 82 in 1969 naar 67 in 1970. De aanvoer per as, spoor en schip geven over de twee campagnes slechts geringe verschillen te zien. In 1969 per as 41,l<'/o per spoor 5,4''/o en per schip 53,51/0, in 1970 zijn deze cijfers resp.i 40,8°/o, 6,4»/o en 52,8''/o. Het scheepsvervoer heeft al tijd nog het grootste aandeel. De cen tralisatie van de ontvangst op grotere losplaatsen gaat onverminderd door. Voor de campagne 1970 werdfen weer 16 laadplaatsen gesloten. Het gehele werk terrein van de Suiker is in 17 kringen verdeeld. Deze kringen hebben elk hun afgevaardigden in bestuur en ledenraad. Het aantal leden van de nieuwe Suiker Unie bedraagt thans 9.433, die samen 61.414 aandelen in de coöperatie bezit ten. Suiker van de Suiker Unie. De zes Suiker Unie fabrieken te Din- teloord, Puttershoek, Groningen, Roo sendaal, Zevenbergen en Sas van Gent produceerden 444.766 ton kristalsuiker tijdens de campagne 1969 en 410.518 ton in de campagne 1970. De campagne 1970 leverde een produktie van 66.000 ton magere suiker op, waarvan inmiddels een groot deel is verkocht. Verschillen. De fabricagekosten (waarin onder houd, afschrijvingen, algemene kosten enz.i niet begrepen zijn) toonden per campagne grote verschillen. Deze kos ten daalden van 8,46 per ton bieten in de campagne 1968 tot 8,08 in de cam pagne 1969, waarbij in beide cijfers (in afwijking van het vorige jaarverslag) voor alle fabrieken de in de pulp ver werkte melasse als fabricagekosten zijn meegeteld. In de campagne 1970 trad een stijging op van circa 30 procent tot 10,46 per ton verwerkte bieten. Daar bij namen de energiekosten toe met percentages die boven het gemiddelde stijgingspercentage der fabricagekosten uitgaan. Het saldo van de exploitatierekening ad. 4.373.000 is aan de reserves toege voegd. Blijkens de balans beloopt na de ze toevoeging het eigen vermogen 144,8 miljoen tegen' 150,0 miljoen per 1 30 september 1969. De daling van het vermogen wordt overtroffen door de stqging van de schulden op lange ter mijn, waaronder de schuld op ledenle ning aan Suiker Unie ad. 21,0 mil joen. Een vergel^king van de vermo genspositie per 31 december 1970 en per 30 september 1969 toont aan dat liet voor het bedrijfskapitaal beschikbare bedrag van 58,3 miljoen per 30 septemher j 1969 steeg tot 85,7 miljoen. Kritieli. In het jaarverslag wordt herinnerd aan de kritiek van het bedrijfsleven, op de wijze waarop men te Brussel de kosten van de suikerregeling presen teerde. De Europese Commissie heeft publiekelijk de indruk gewekt, aldus het verslag, als zouden de restituties geheel ten laste van het Europese Land bouwfonds komen, terwijl er niet of on voldoende op werd gewezen, dat de te lers en fabrikanten daarvan een aan zienlijk deel temgbetalen in de vorm van produktieheffing op halfvette sui ker. Diversen. Het bestuur kondigt aan, dat in het jaarverslag van de nieuwe coöperatieve vereniging Suiker Unie, dat op de pe riode 16 juli 1970 tot 30 juni 1971 be trekking heeft, meer aandacht aa"J^ diversificatie zal worden besteedj Reeds nu kan, aldus het bestuur, worden op gemerkt dat de resultaten van de deel nemingen alleszins bemoedigend zijn. Voorts maken we nog melding dat m 1970 door het Kon. Kweekbedrijf e» Zaadhandel D. J. van der Have N.v. met het soort „Solorave" het eerste Ne derlandse erfelijk éénkiemige ras in ae handel is gebracht, waardoor het totaal aantal suikerbietenrassen op de aan bevelingslijst weer op 13 is gekomen. Het aantrekken van losse arbeids krachten in de campagnes 1969 en 19'" bleef even moeilijk als in vorige jaren. De arbeidstijd werd van 43^4 uur p^ week op 42V2 uur per week gebracW Het personeel heeft de campagnes 19»» en 1970 tot een goed einde weten v brengen. In het verslag wordt door f^ directie's de erkentelijkheid uitgesprO' ken voor de toewijding en ijver van de medewerkers en medewerksters. Hun volle steun aan Suiker Unie wordt mei veel dank gehonoreerd.

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1971 | | pagina 6